Uitspraak
1.DE PROCEDURE
- het verzoekschrift met producties, ingediend ter griffie op 6 april 2022;
- het door dit Gerecht niet in behandeling genomen verzoek van Wondersea c.s. tot het geven van een ordemaatregel;
- de door AIB c.s. op 19 april 2022 ter griffie ingediende akte houdende uitlatingen, met producties;
- de door Wondersea c.s. nog voor 20 april 2022 te 14:00 uur ter griffie ingediende nadere producties;
- de door AIB c.s. nog voor 20 april te 14:00 uur ingediende nadere producties;
- de door Wondersea c.s. op 20 april 2022 om 15:01 uur ter griffie ingediende nadere productie;
- de mondelinge behandeling van de zaak ter terechtzitting van 21 april 2022.
2.HET GESCHIL
3.DE FEITEN
“Construction Loan Facility”) aangegaan (hierna: de bouwlening).
“past due obligation”of
“PDO”) is een marktconforme boeterente bedongen van 1.5% per maand over het openstaande bedrag. De gehele hoofdsom moest aan het einde van de looptijd (de
“maturity date”) ineens worden voldaan, maar de hoofdsom zou ook verlagen met iedere verkoop van een appartementsrecht volgens een bepaalde verdeelsleutel van de verkoopprijs. Tot zekerheid van de terugbetaling van de bouwlening zijn de gebruikelijke zekerheidsrechten overeengekomen, waaronder een recht van eerste hypotheek op de onroerende zaken ten behoeve van AIB.
Lender” wordt bedoeld AIB c.s., staat onder meer het volgende vermeld:
Actions in case of Event of Default.
4.DE BEOORDELING
enough is enough”. Naar het voorlopig oordeel van het Gerecht mogen en kunnen AIB c.s. in redelijkheid overgaan tot uitwinning van de hen toekomende zekerheidsrechten, en is van misbruik van executierecht geen sprake. Er zijn geen feiten of omstandigheden gesteld die een ander oordeel kunnen rechtvaardigen.