ECLI:NL:OGEAA:2023:267
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- U.I.D. Luydens
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van alimentatievordering en verlof tot kosteloos procederen
In deze zaak, die voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba is behandeld, gaat het om een vordering van een eiseres, die in Aruba woont, tegen haar ex-echtgenoot, de gedaagde, die ook in Aruba woont. De eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. D.G. Croes, verzoekt om kosteloos te mogen procederen en vordert een bedrag van Afl. 41.325 aan achterstallige alimentatie, vermeerderd met wettelijke rente. De eiseres stelt dat de gedaagde zijn verplichtingen tot betaling van zowel partner- als kinderalimentatie niet is nagekomen, en dat zij sinds januari 2020 een achterstand in betalingen heeft. Eiseres heeft geprobeerd om de betalingen af te dwingen via een deurwaarder, maar door het ontslag van de gedaagde was loonbeslag niet meer mogelijk. Daarnaast claimt eiseres dat de gedaagde haar nog andere bedragen verschuldigd is, waaronder huurpenningen en belastingen, wat het totaal op meer dan Afl. 90.000 zou brengen.
De gedaagde heeft gemotiveerd verweer gevoerd tegen de vordering van de eiseres. Het gerecht heeft in de rolbeschikking overwogen dat de eiseres moet onderbouwen hoe het gevorderde bedrag van Afl. 41.325 is vastgesteld en of dit bedrag alleen betrekking heeft op achterstallige alimentatie of ook op andere schulden. Het gerecht heeft vastgesteld dat de eiseres niet voldoende heeft aangetoond welk belang zij heeft bij de vordering, aangezien zij al beschikt over een executoriale titel op basis van eerdere beschikkingen. Hierdoor heeft de eiseres geen belang bij de gevorderde veroordeling van de gedaagde.
Desondanks heeft het gerecht, gezien het bewijs van onvermogen van de eiseres, haar verlof verleend om kosteloos te procederen. De vordering van de eiseres is echter afgewezen, en zij is veroordeeld in de proceskosten van de gedaagde, die tot op heden op nihil zijn begroot. Het vonnis is uitgesproken op 1 maart 2023 door mr. U.I.D. Luydens, rechter, in aanwezigheid van de griffier.