In deze zaak hebben appellanten, allen werkzaam bij ESF Gaming International N.V. (Cool Casino), beroep ingesteld tegen de beslissingen van de Sociale Verzekeringsbank (SVb) die hen een cessantia-uitkering toekenden op basis van een tijdelijk verlaagd salaris van 60% als gevolg van de Covid-19-pandemie. De appellanten stelden dat de SVb ten onrechte het verlaagde salaris als laatstgenoten loon had aangemerkt, waardoor zij een lagere cessantia-uitkering ontvingen dan waar zij recht op hadden. De SVb verdedigde zich door te stellen dat de appellanten akkoord waren gegaan met de salarisvermindering en dat de wet geen ruimte bood voor een hogere uitkering op basis van het oorspronkelijke salaris.
Het College van Beroep heeft de feiten en omstandigheden van de zaak in overweging genomen, waaronder de tijdelijke aard van de salarisvermindering en de bijzondere situatie van de Covid-19-pandemie. Het College oordeelde dat de letterlijke toepassing van het begrip 'laatstgenoten loon' in dit geval niet recht deed aan de bedoeling van de wetgever. De appellanten hadden onder druk ingestemd met de salarisverlaging en waren niet adequaat geïnformeerd over de gevolgen voor hun cessantia-uitkering.
Het College concludeerde dat de SVb bij de berekening van de cessantia-uitkering het salaris zonder de 40% korting als uitgangspunt moest nemen. De bestreden beslissingen werden vernietigd en de SVb werd opgedragen nieuwe beslissingen te nemen op basis van het oorspronkelijke salaris. Tevens werd de SVb veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van de appellanten.