In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 11 april 2023 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontzetting van ouders uit het ouderlijk gezag over hun minderjarige kinderen. Het verzoek is ingediend door de Voogdijraad, die zich zorgen maakt over de veiligheid en ontwikkeling van de minderjarigen. De ouders, de moeder en de vader, zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor het gezag over de kinderen, maar na een echtscheiding is er een situatie ontstaan waarin de Voogdijraad heeft geconstateerd dat de kinderen blootgesteld worden aan huiselijk geweld, fysieke mishandeling en seksueel misbruik. De moeder heeft niet gereageerd op het verzoek en is niet verschenen tijdens de zitting, terwijl de vader en de voorgestelde voogdes wel aanwezig waren.
De rechter heeft vastgesteld dat er sprake is van grove verwaarlozing van de verzorging en opvoeding van de minderjarigen. Op basis van artikel 1:269 van het Burgerlijk Wetboek van Aruba kan een ouder worden ontzet uit het ouderlijk gezag indien dit in het belang van het kind noodzakelijk is. Gezien de ernstige situatie waarin de kinderen zich bevinden, heeft de rechter geoordeeld dat het noodzakelijk is om de ouders uit het gezag te ontzetten en de voorgestelde voogdes, die de tante van de kinderen is, tot voogd te benoemen. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk van kracht is, ongeacht eventuele rechtsmiddelen die de ouders zouden kunnen aanwenden.