In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 11 april 2023 uitspraak gedaan in een verzoek tot beëindiging van het gezamenlijk gezag over een minderjarige. De verzoekers, de ouders van de minderjarige, hebben in een convenant afgesproken dat de vader met het eenhoofdig gezag belast zou worden. De procedure begon met een verzoekschrift dat op 14 juni 2022 werd ingediend, gevolgd door een minderjarigenverhoor en meerdere mondelinge behandelingen. Tijdens de zittingen bleek dat de moeder Aruba had verlaten zonder voornemen om terug te keren, wat leidde tot een gebrek aan communicatie tussen de ouders. Het gerecht oordeelde dat de omstandigheden zodanig waren gewijzigd dat het niet langer in het belang van het kind was om het gezamenlijk gezag te handhaven. De rechter heeft vastgesteld dat de vader voortaan alleen het gezag over de minderjarige zal uitoefenen, en heeft het gezamenlijk gezag beëindigd. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en het meer of anders verzochte is afgewezen.