ECLI:NL:OGEAA:2024:199

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
20 augustus 2024
Publicatiedatum
18 september 2024
Zaaknummer
EJ AUA202304384
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • A.H.M. van de Leur
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontslag op staande voet en de rechtsgeldigheid van de arbeidsovereenkomst

In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 20 augustus 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen [verzoeker] en de Arubaaanse Luchtvaart Maatschappij N.V. (ALM) over een ontslag op staande voet. [Verzoeker] was sinds 30 mei 2018 in dienst bij ALM als steward en ontving een maandelijks salaris van Afl. 2.550,-. Op 23 juni 2023 werd hij door ALM op staande voet ontslagen, omdat hij niet was verschenen op een training die op die dag plaatsvond. [Verzoeker] heeft het ontslag niet geaccepteerd en stelde dat er geen dringende reden voor ontslag aanwezig was. Hij verzocht het Gerecht om ALM te veroordelen tot doorbetaling van zijn loon en andere vergoedingen.

Tijdens de zittingen op 7 en 14 mei 2024 werd de zaak behandeld. ALM was aanvankelijk niet verschenen, maar later verschenen vertegenwoordigers van het bedrijf. Het Gerecht heeft vastgesteld dat [verzoeker] zich op het moment van de aanzegging in Mexico bevond en daardoor niet op tijd kon terugkeren voor de training. Het Gerecht oordeelde dat de opdracht van ALM om op de training te verschijnen niet redelijk was, en dat het niet deelnemen aan de training geen dringende reden voor ontslag opleverde.

Het Gerecht heeft geoordeeld dat [verzoeker] het ontslag terecht buitengerechtelijk heeft vernietigd en dat de arbeidsovereenkomst niet was geëindigd. ALM werd veroordeeld om het loon van [verzoeker] door te betalen, inclusief wettelijke verhogingen en rente. De kosten van de procedure werden ook aan ALM opgelegd. De beschikking werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en [verzoeker] kreeg verlof tot kosteloos procederen.

Uitspraak

Beschikking van 20 augustus 2024
Behorend bij AUA202304384 E.J.
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
in de zaak van:
[Verzoeker],
wonende te Aruba,
verzoeker,
hierna ook te noemen: [verzoeker],
gemachtigde: de advocaat mr. D.L. Emerencia,
tegen:
de naamloze vennootschap
ARUBAANSE LUCHTVAART MAATSCHAPPIJ N.V.,
gevestigd en kantoorhoudende te Aruba,
verweerster,
hierna ook te noemen: ALM,
gemachtigde: de advocaat mr. V.C. Perše.

1.DE PROCEDURE

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift met producties, ingediend op 20 december 2023;
- de producties zijdens ALM, ter griffie ingediend op 27 maart 2024;
- de mondelinge behandeling van de zaak ter terechtzitting, die is aangevangen op 7 mei 2024 en die, na schorsing daarvan, is voorgezet op 14 mei 2024.
1.2
Ter zitting van 7 mei 2024 zijn verschenen [verzoeker], bijgestaan door mr. Mohamed, occuperende voor mr. Emerencia. ALM is niet verschenen. Omdat niet kon worden vastgesteld dat ALM op juiste wijze was opgeroepen is de behandeling van de zaak vervolgens geschorst voor wederoproeping van ALM.
1.3
Ter zitting van 14 mei 2024 is [verzoeker] verschenen in persoon bijgestaan door mr. Mohamed. Namens ALM zijn verschenen de heer [directeur] (directeur flight operations), mevrouw [manager] (HR manager) en mevrouw [crew manager] (cabin crew manager), bijgestaan door mr. [betrokkene]. Partijen hebben in twee termijnen het woord gevoerd - mede aan de hand van de door hen overgelegde en voorgedragen pleitaantekeningen - en hebben gereageerd of kunnen reageren op elkaars stellingen.
1.4
Beschikking is nader bepaald op vandaag.

2.DE FEITEN

2.1
Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend dan wel niet of onvoldoende bestreden alsmede op grond van overgelegde producties voor zover niet of onvoldoende bestreden staat onder meer het volgende vast tussen partijen.
2.2 [
verzoeker] is op 30 mei 2018 in dienst getreden bij ALM in de functie van Steward tegen een loon van (laatstelijk) Afl. 2.550,- bruto per maand. Gedurende zijn dienstverband bij ALM heeft [verzoeker] tot het onderhavige incident geen enkele disciplinaire maatregel opgelegd gekregen vanwege ALM en heeft [verzoeker] zich geen enkele keer ziek gemeld.
2.3
Bij brief van 23 juni 2023 heeft ALM [verzoeker] op staande voet ontslagen. In deze brief is vermeld:
“Diamars, 21 juni 2023 pa 10:32 a.m. bo mester a raporta na Airport pa bo vuelo di trabao (rotation flight) Miami-Aruba, cu a Sali 12:32’or p.m. Bo no a raporta segun procedura nan di compaňa. Bo a manda un whatsapp message ariba e mesun dia pa 2:24’or p.m. pa bo superior, den cual bo ta informa cu bo no lo regressa Aruba paso un oportunidad a presenta pa bo bai wak bo pareha después di 3.5 aňa sin wak e. Den e mensaje aki bo ta informa bo superior tambe cu bo lo miss bo les di diabierna.
Asina cu departamento die HR a wordo notifica di esaki, ariba 22 di juni 2023, HR al manda un carta pa bo den cual bo ta wordo informa cu bo no a presenta pa bo vuelo di trabao ariba 21 di juni 2023. Den e carta aki bo ta wordo notifica cu si un biaha mas bo no raporta na trabao conforme bo schedule die training ariba 23 di juni 2023 pa 9’ or di mainta, esaki lo wordo considera abandono di trabao y cu esaki lo constitui un motibo pa despido inmediato.
Awe, 23 di juni 2023, bo no a raporta na trabao conforme bo schedule.E acto nan aki ta inaceptabel pa e compaňia y ta consistui un motibo urgente (dringende reden) pa cual e compania no por continua cu e contrato laboral cu bo.
Pa e motibo na urgente menciona den e carta aki nos ta termina contrato laboral cu bo de immediato (ontslag op staande voet).”.
2.4
Bij brief van 21 augustus 2023 is namens [verzoeker] aan ALM meegedeeld dat hij niet in het ontslag berust omdat er geen dringende reden aanwezig is. Hij heeft zich bereid en beschikbaar verklaard de bedongen arbeid te blijven verrichten.

3.HET GESCHIL

3.1 [
Verzoeker] verzoekt het Gerecht bij beschikking, uitvoerbaar bij voorraad:
a. [Verzoeker] gratis admissie te verlenen;
b. ALM te veroordelen om tegen kwijting aan [verzoeker] zijn loon door te betalen vanaf 23 juni 2023, totdat de arbeidsovereenkomst op rechtsgeldige wijze zal zijn beëindigd;
c. ALM te veroordelen aan [verzoeker] te voldoen de wettelijke verhoging over het toe te wijzen bedrag;
d. ALM te veroordelen aan [verzoeker] te betalen de wettelijke rente over de onder b. en c. toe te wijzen bedragen, te rekenen vanaf de opeisbaarheid hiervan tot de dag der algehele voldoening;
e. ALM te veroordelen in de proceskosten.
3.2
ALM voert verweer en concludeert tot afwijzing van het door [verzoeker] verzochte en tot veroordeling van hem in de proceskosten.
3.3
Voorzover van belang voor de uitspraak worden de stellingen van partijen hierna besproken.

4.DE BEOORDELING

4.1
Gelet op het door [verzoeker] overgelegde bewijs van onvermogen, zal hem worden toegestaan kosteloos te procederen.
4.2
Aan de orde is de vraag of [verzoeker] zich schuldig heeft gemaakt aan een dringende reden voor ontslag. Als dringende redenen voor ontslag worden volgens artikel 7:678, lid 1, Burgerlijk Wetboek van Aruba (BW) beschouwd zodanige daden, eigenschappen of gedragingen van de werknemer, die tot gevolg hebben dat van de werkgever redelijkerwijs niet verlangd kan worden de arbeidsovereenkomst te laten voortduren. Bij de beoordeling van de vraag of van een dringende reden sprake is, moeten alle omstandigheden van het geval, in onderling verband en samenhang, in aanmerking worden genomen. Daarbij behoren ook in beschouwing te worden genomen de persoonlijke omstandigheden van de werknemer, zoals zijn leeftijd, de aard en duur van het dienstverband, de wijze waarop de werknemer tijdens het dienstverband heeft gefunctioneerd en de gevolgen die een ontslag op staande voet voor hem zou hebben. Ook indien de gevolgen ingrijpend zijn, kan een afweging van deze persoonlijke omstandigheden tegen de aard en de ernst van de dringende reden tot de slotsom leiden dat een onmiddellijke beëindiging van de arbeidsovereenkomst gerechtvaardigd is. De stelplicht en de bewijslast ten aanzien van het bestaan van een dringende reden liggen bij de werkgever.
4.3
ALM heeft aan het ontslag op staande voet van [verzoeker] met name de stelling ten grondslag gelegd dat [verzoeker] ongeoorloofd zijn werknemersverplichtingen heeft verzuimd door niet te verschijnen op de bij partijen genoegzaam bekende training in Aruba op 23 juni 2023 om 09:00 uur, terwijl hij door ALM bij schrijven van 22 augustus 2023 is aangezegd/opgedragen dat hij op die training moest verschijnen bij gebreke waarvan ontslag op staande voet zou volgen. Gebleken is echter dat [verzoeker] zich ten tijde van die aanzegging op 22 augustus 2023 in Mexico bevond. In het licht daarvan heeft [verzoeker] onbestreden gesteld dat hij onmogelijk tijdig naar Aruba kon terugkeren om aldaar op 23 augustus 2023 vanaf 09:00 uur deel te nemen aan bedoelde training. Die onmogelijkheid brengt met zich dat voormelde door ALM aan [verzoeker] gegeven opdracht niet kwalificeert als zijnde redelijk.
4.4
Nog daargelaten het antwoord op de vraag of het niet deelnemen aan de training op zichzelf een dusdanige ernstige gedraging is die ontslag op staande voet zou kunnen rechtvaardigen is het Gerecht van oordeel dat de omstandigheid dat [verzoeker] geen gevolg heeft gegeven aan voormelde niet redelijke opdracht van ALM in elk geval geen dringende reden voor ontslag oplevert. De omstandigheid dat [verzoeker] de bij partijen genoegzaam bekend werkvlucht heeft gemist levert evenmin een dringende reden voor ontslag op. Dienaangaande had ALM kunnen en moeten volstaan met een heel veel minder ingrijpende disciplinaire maatregel. Dit temeer omdat gesteld noch is gebleken dat [verzoeker] al eerder op ongeoorloofde wijze een werkvlucht heeft gemist.
4.5
Vorenstaande brengt met zich dat [verzoeker] tijdig en op goede grond het aan hem gegeven ontslag buitengerechtelijk heeft vernietigd, waarbij hij zich bereid heeft verklaard zijn werkzaamheden voor ALM voort te zetten. De arbeidsovereenkomst tussen partijen is dan ook niet geëindigd en ALM dient het loon van [verzoeker] (door) te betalen totdat de arbeidsovereenkomst tussen partijen rechtsgeldig zal zijn geëindigd. De hiervoor onder b. omschreven vordering van [verzoeker] zal worden toegewezen als hierna te melden.
4.6
De wettelijke verhoging over achterstallig loon zal gematigd worden vastgesteld op telkens maximaal 15%. De niet door ALM bestreden wettelijke rente over achterstallig loon zal worden toegewezen als eveneens hierna te melden.
4.7
ALM zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van deze procedure gevallen aan de zijde van [verzoeker], tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 50,- aan (aan de griffier van dit Gerecht te betalen) griffiegeld pro deo en op Afl. 2.500,- aan (niet aan de griffier van dit Gerecht te betalen) salaris voor de gemachtigde pro deo.

5.DE UITSPRAAK

Het Gerecht:
-veroordeelt ALM om tegen kwijting aan [verzoeker] (door) te betalen zijn volledige loon vanaf 23 juni 2023 totdat de arbeidsovereenkomst tussen partijen op rechtsgeldige wijze is beëindigd, achterstallig loon te vermeerderen met (1) de gematigd vastgestelde wettelijke verhoging van telkens maximaal 15% en (2) met wettelijke rente telkens gerekend vanaf de opeisbaarheid van dat loon tot aan de dag der algehele voldoening;
-veroordeelt ALM in de kosten van deze procedure gevallen aan de zijde van [verzoeker] tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 50,- aan (aan de griffier van dit Gerecht te betalen) griffierecht pro deo en Afl. 2.500,- aan (niet aan de griffier van dit Gerecht te betalen) salaris voor de gemachtigde pro deo;
-verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
-verleent [verzoeker] verlof tot kosteloos procederen;
-wijst af hetgeen meer of anders door [verzoeker] is verzocht.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.H.M. van de Leur, rechter, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting op dinsdag 20 augustus 2024 in aanwezigheid van de griffier.