Uitspraak
Vonnis van 20 november 2024
Behorend bij K.G. no. AUA 202300747
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in het kort geding tussen:
[Eiseres 1],
[Eiseres 2],
[Eiser],
woonplaats kiezende in Aruba ten kantore van hun gemachtigden,
eisers,
gemachtigden: de advocaten mrs. D.C. Lopez Paz en mr. L.A.J. Banis,
tegen:
1.[Gedaagde 1],
2. [Gedaagde 2],
3. [Gedaagde 3],
4. [Gedaagde 4],
5. [Gedaagde 5],
6. [Gedaagde 6],
7. [Gedaagde 7],
8. [Gedaagde 8],
9. [Gedaagde 9],
10. [Gedaagde 10],
11. [Gedaagde 11],
12. [Gedaagde 12],
13. [Gedaagde 13],
14. De onbekende (mogelijke) deelgenoten in de nalatenschappen van [Gedaagde 14] en [Gedaagde 15],
15. De onbekende (mogelijke) deelgenoten in de nalatenschap van [Gedaagde 16]
16. de onbekende (mogelijke) deelgenoten in de nalatenschap van [Gedaagde 17].
allen wonende in Aruba, St. Maarten, Nederland, de Verenigde Staten of zonder bekende woon- en/of verblijfplaats,
hierna gezamenlijk te noemen: gedaagden,
gedaagde nummer 1 procederend in persoon,
gedaagde nummer 3 bijgestaan door de gemachtigde: de advocaat mr. D.G. Croes,
de overige gedaagden zijn niet verschenen.
1.DE PROCEDURE
1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het op 1 maart 2023 ter griffie ingediende verzoekschrift, met producties,
- het e-mailbericht zijdens eisers d.d. 28 juni 2023 met producties,
- de griffiersaantekeningen van de mondelinge behandeling van 29 juni 2023.
1.2
Ter zitting is eiseres [eiseres 1] in persoon verschenen bijgestaan door mr. Banis en via videoverbinding door mr. Lopez Paz. Gedaagde sub 1 is in persoon verschenen alsmede gedaagde sub 3 in persoon, bijgestaan door mr. D.G. Croes. De overige gedaagden zijn niet verschenen.
1.3
Geconstateerd werd dat een aantal gedaagden niet op juiste wijze was opgeroepen, reden waarom de zaak op dat moment niet inhoudelijk is behandeld.
1.4
Van eisers zijn daarna de volgende stukken ontvangen:
- akte wijziging eis met producties, ter griffie ontvangen op 20 september 2023,
- het e-mailbericht van 23 oktober 2024 zijdens eisers met producties.
1.5
De mondelinge behandeling is voortgezet op 24 oktober 2024, waar zijn verschenen eiseres [eiseres 1] bijgestaan door mr. D.C. Lopez Paz en gedaagde nummer 3 bijgestaan door mr. D.G. Croes. De andere eisers en gedaagden zijn na behoorlijke (weder)oproeping niet verschenen. Hoewel tegen de niet verschenen gedaagden verstek is verleend, wordt dit vonnis ook wat hen betreft op tegenspraak gewezen.
1.6
De verschenen eiseres en gedaagde hebben het woord gevoerd en hebben gereageerd of kunnen reageren op elkaars stellingen. Zij hebben tevens de aan hen door het Gerecht gestelde vragen beantwoord.
1.7
Hierna is de datum van het vonnis bepaald op vandaag.
2.DE FEITEN
2.1
Als enerzijds gesteld en anderzijds niet of onvoldoende weersproken alsmede op grond van de niet weersproken inhoud van de producties kan van het volgende worden uitgegaan.
2.2
Op 18 februari 1981 is in Aruba de heer [gedaagde 14] (geboren op [geboortedatum] 1888 te Aruba) overleden.
2.3 [
Gedaagde 14 was gehuwd met [gedaagde 15], geboren op [geboortedatum] 1913 te Saint Kitss en Nevis. Zij is op 1 december 2003 te Sint Maarten overleden.
2.4
Tot de nalatenschappen van [gedaagde 14] en [gedaagde 15] behoren de huurrechten en gebruiksrechten van een perceel huurgrond, geregistreerd onder nummer [perceelnummer] [perceelnummer], groot 225m2, M.B. 31 juli 2018 no.3758 (oud registernummer 34566), plaatselijk bekend als [adres]. Op die huurgrond is een betonstenen woonhuis gebouwd. Het geheel wordt hierna aangeduid als het gehuurde.
3.HET GESCHIL
3.1
Na wijziging van eis bij akte van 20 september 2023 vorderen eisers bij vonnis in kort geding uitvoerbaar bij voorraad:
a. eiseres [eiseres], althans een te benoemen onzijdig persoon in de persoon van mevrouw [betrokkene 1] te Aruba, te machtigen om de huurovereenkomst tussen erven [gedaagde 14] en Land Aruba, geregistreerd onder nummer [perceelnummer], M.B. 31 juli 2018 no. 3758 (oud register nummer 34566), met blad nummer 4-F-33, perceel nummer [perceelnummer], voor de huurgrond grootte twee honderd vijf en twintig vierkante meter (225m2), plaatselijk bekend als [adres] te San Nicolas, Aruba, namens gedaagden en alle gerechtigden tot de nalatenschap van wijlen de heer [gedaagde 14], geboren in [geboorteplaats 1] op [geboortedatum] 1888 en overleden in Aruba op 18 februari 1981, respectievelijk wijlen mevrouw [gedaagde 15] geboren in [geboorteplaats 2] en Nevis op [geboortedatum] 1913 en overleden op 1 december 2003 te Sint Maarten te verlengen, en alle documenten te ondertekenen en in te dienen die vereist zijn om de verlenging van de huurovereenkomst te bewerkstelligen.
b. bij wijze van voorschot op de verdeling te bepalen dat de huurrechten en gebruikersrechten van het gehuurde zullen worden verkocht aan [eiseres 1] tegen betaling van AWG 135.000,00 aan de nalatenschap, de netto restante opbrengsten van deze “verkoop” na aftrek van de kosten zal worden gestort onder de derdenrekening van het notariskantoor [betrokkene 2] en zal onder het notariskantoor [betrokkene 2] blijven totdat vastgesteld wordt wie de deelgenoten van de nalatenschap van gerechtigden tot de nalatenschap van wijlen de heer [gedaagde 14] respectievelijk wijlen mevrouw [gedaagde 15].
c. eiseres [eiseres 1], of een te benoemen onzijdig persoon in de persoon van mevrouw [betrokkene 1] wonend te Aruba, namens gedaagden en alle (bekende of onbekende) gerechtigden tot de nalatenschap van wijlen de heer [gedaagde 14] respectievelijk wijlen mevrouw [gedaagde 15] te machtigen om de notariële leveringsakte voor de levering van de huurrechten en het gebruikersrecht van de opstal gebouwd op de huurgrond onder de huurovereenkomst, te ondertekenen binnen uiterlijk 4 weken na de dag dat het Gerecht een uitspraak heeft gedaan.
d. alles te doen wat huns inziens nodig is om de ‘
Real Property (Rights) Purchase Agreement’ uit te voeren.
Real Property (Rights) Purchase Agreement’ uit te voeren.
althans,
e. eiseres [eiseres 1], of een te benoemen onzijdig persoon in de persoon van mevrouw [betrokkene 1] woonachtig te Aruba, te machtigen wegens gewichtige redenen als bedoeld in artikel 3:174 lid 1 BW tot het te gelde maken van het gehuurde en gedaagden en alle (bekende en onbekende) gerechtigden tot de nalatenschap van wijlen de heer [gedaagde 14] respectievelijk wijlen mevrouw [gedaagde 15] te veroordelen om te gehengen en te gedogen, dat bij wijze van voorschot op de verdeling van de nalatenschap de grondhuurovereenkomst en het gebruiksrecht van de opstal eindigt tegen betaling van AWG 135.000,00 aan de nalatenschap, en eiseres [eiseres 1], althans een te benoemen onzijdig persoon, te machtigen daartoe strekkende (notariële) akten namens gedaagden te ondertekenen teneinde de “verkoop” van het gehuurde te kunnen bewerkstelligen, onder de voorwaarden genoemd in de ‘Real Property (Rights) Purchase Agreement’, en voorts alles te doen wat haar/zijn inziens nodig is om de “verkoop” en “overdracht” van het gehuurde aan eiseres [eiseres] te bewerkstelligen.
voorts,
f. een zodanige beslissing te nemen als het Gerecht in goede justitie mocht vermenen te behoren.
voorts,
een onzijdig persoon te benoemen die kan handelen namens de (nog) onbekende erfgenamen in de persoon van mevrouw [betrokkene 1] woonachtig te Aruba.
te bevelen dat de uitspraak van het Gerecht in de plaats van eventuele noodzakelijke akten of een deel daarvan zal treden.
3.2
De ter zitting van 24 oktober 2024 verschenen gedaagde heeft zich niet verzet tegen toewijzing van de vordering onder a, maar wel tegen de door eisers genoemde waarde in de vorderingen b en e.
3.3
Voor zover voor de beoordeling van belang zullen de stellingen van partijen hierna worden besproken.
4.DE BEOORDELING
4.1
Het door eisers gestelde spoedeisend belang bij (toewijzing) van hun vorderingen ligt besloten in die vorderingen en de daaraan door eisers ten gronde gelegde stellingen.
4.2
In deze procedure moet aan de hand van het door partijen gestelde, zonder nader onderzoek en met inachtneming van de beperkingen van de op snelheid gerichte procedure in kort geding, de vraag worden beantwoord of de hiervoor omschreven vorderingen van eisers in een eventuele bodemprocedure een zodanige kans van slagen hebben dat vooruitlopend daarop toewijzing van de door hen gevraagde voorzieningen gerechtvaardigd is.
vordering onder a
4.3
Gedaagden hebben de door eisers aan hun vordering onder a. ten gronde gelegde stellingen niet bestreden, zodat die vast komen te staan. In het licht van die vaststaande stellingen komt de (beheers)vordering van eisers onrechtmatig noch ongegrond voor. De vordering onder a. zal daarom worden toegewezen als na te melden, nu bij de huidige stand van zaken in een bodemzaak een gelijk oordeel valt te verwachten.
overige vorderingen
4.4
Een beslissing op de overige vorderingen die betrekking hebben op verdeling van de nalatenschap(pen) zal het Gerecht aanhouden. Tijdens de mondelinge behandeling van 29 juni 2023 heeft het Gerecht reeds aan eisers meegedeeld dat het Gerecht niet aan een inhoudelijke beoordeling kan toekomen zonder dat door een notaris een verklaring van erfrecht is opgesteld waaruit blijkt wie de erfgenamen zijn en of deze erfgenamen de nalatenschappen beneficiair hebben aanvaard of hebben verworpen.
4.5
Eisers hebben vervolgens op 20 september 2023 een akte wijziging van eis ingediend waarin nadere informatie is verstrekt over twee van de oorspronkelijk gedaagden – [Gedaagde 16] en [gedaagde 17] – waarvan na de betekening van de eerste oproeping in onderhavige procedure is gebleken dat zij zijn overleden. Volgens eisers staat nog niet vast wie hun erfgenamen zijn. In elk geval zijn alle mogelijke erven van die wijlen [gedaagde 16] en die wijlen [gedaagde 17] correct opgeroepen om te verschijnen in deze procedure, zodat ook wat hen betreft doorgepakt kan worden.
4.6
Eisers hebben in voormelde akte ook aangevoerd dat het voor de notaris onmogelijk is geweest om sinds 2019, ondanks serieuze pogingen, een verklaring van erfrecht op te stellen. Zij stellen dat de notaris van bepaalde mogelijke betrokkenen geen relevante gegevens heeft ontvangen en dat de notaris deze gegevens ook niet zelf kon vaststellen of verkrijgen. Dit is vastgelegd in een verklaring die als productie 6 bij de akte wijziging van eis in het geding is gebracht. Dit standpunt is door eisers tijdens de mondelinge behandeling van 24 oktober 2024 herhaald en nader toegelicht.
4.7
Het Gerecht stelt vast dat eisers uittreksels van het Centraal Testamentenregister hebben overgelegd betreffende [gedaagde 14] en [gedaagde 15] waaruit blijkt dat deze erflaters geen testament hebben opgemaakt.
4.8
Er is echter nog steeds geen verklaring van erfrecht overgelegd waarin is vermeld wie de erfgenamen zijn van de erflaters en of de in beeld gebrachte erfgenamen de nalatenschappen beneficiair hebben aanvaard of verworpen. Het Gerecht kan nu dan ook niet vaststellen wie deelgenoot is en of de nalatenschappen al dan niet moeten worden vereffend,
ook niet met betrekking tot eisers en de in het geding verschenen gedaagden.
ook niet met betrekking tot eisers en de in het geding verschenen gedaagden.
4.9
De stelling van eisers dat de notaris geen verklaring van erfrecht kan opstellen omdat het (ook) de notaris niet duidelijk is wie erfgenamen zijn of hoe contact kan worden verkregen met deze erfgenamen, faalt. Op grond van artikel 21 van de Wet op het notarisambt is de notaris immers verplicht de hem bij of krachtens de wet opgedragen of de door een partij verlangde werkzaamheden te verrichten. Van een redelijk handelend en bekwaam notaris mag worden verwacht dat hij/zij onderzoek verricht naar rechthebbenden op (een deel van) een nalatenschap. Indien het een notaris niet lukt om alle gegevens te verkrijgen om vast te stellen wie tot een nalatenschap gerechtigd zijn, dient hij/zij dit in de verklaring van erfrecht te vermelden en aan te geven wat na zijn/haar onderzoek wél is komen vast te staan, wie in ieder geval deelgenoot zijn in de nalatenschappen en wat niet duidelijk is (geworden) of waarover de notaris geen nadere gegevens heeft kunnen verkrijgen. Indien het voor de notaris niet mogelijk blijkt om vast te stellen in welke mate een wel in beeld gebrachte deelgenoot gerechtigd is tot een nalatenschap, dient hij/zij dat eveneens te vermelden in de verklaring van erfrecht. Het Gerecht kan daarna op basis van die verklaring van erfrecht een beslissing geven.
4.1
Gelet op het voorgaande zal het Gerecht eisers (nogmaals) in de gelegenheid stellen zich tot een notaris te wenden opdat deze notaris nader onderzoek verricht en een al dan niet beperkte verklaring van erfrecht met betrekking tot de erflaters opmaakt. Zodra eisers beschikken over die verklaring, kunnen zij die bij akte in het geding brengen. Daarna zal datum en tijd worden bepaald voor voortzetting van de mondelinge behandeling van deze procedure. In afwachting van dit één en ander zal de zaak worden verwezen naar de eerstvolgende parkeerrol, zodat die niet uit het oog wordt verloren.
4.11
Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.
5.DE UITSPRAAK
Het Gerecht, rechtdoende in kort geding:
-machtigt [eiseres 1] om de huurovereenkomst tussen erven [gedaagde 14] en Land Aruba, geregistreerd onder nummer [perceelnummer], M.B. 31 juli 2018 no. 3758 (oud register nummer 34566), met blad nummer 4-F-33, perceel nummer [perceelnummer], voor de huurgrond grootte twee honderd vijf en twintig vierkante meter (225m2), plaatselijk bekend als [adres] te San Nicolas, Aruba, namens alle gerechtigden tot de nalatenschap van wijlen de heer [gedaagde 14], geboren in [geboorteplaats 1] op [geboortedatum] 1888 en overleden in Aruba op 18 februari 1981, respectievelijk wijlen mevrouw [gedaagde 15] geboren in [geboorteplaats 2] en Nevis op [geboortedatum] 1913 en overleden op 1 december 2003 te Sint Maarten te verlengen, en namens al die gerechtigden alle documenten te ondertekenen en in te dienen die vereist zijn om de verlenging van deze huurovereenkomst te bewerkstelligen;
-bepaalt dat eisers dag- en tijdbepaling kunnen verzoeken voor voortzetting van de mondelinge behandeling van de zaak zodra zij beschikken over bedoelde nog door de notaris op te maken al dan niet beperkte verklaringen van erfrecht;
-verwijst de zaak in afwachting daarvan naar de eerstvolgende parkeerrol;
-houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.H.M. van de Leur, rechter, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 20 november 2024 in aanwezigheid van de griffier.