ECLI:NL:OGEAA:2024:258
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A.H.M. van de Leur
- Rechtspraak.nl
Vordering tot ontruiming van een woning op basis van huurovereenkomst en geschil over eigendom
In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft eiser een kort geding aangespannen tegen gedaagde met als doel ontruiming van een woning in Aruba. Eiser stelt dat gedaagde de woning zonder recht of titel bewoont en dat er een aanzienlijke huurschuld is opgebouwd. De procedure begon met een verzoekschrift dat op 24 oktober 2024 werd ingediend, gevolgd door een mondelinge behandeling op 7 november 2024. Eiser vordert dat gedaagde de woning binnen twee weken verlaat en dat hij, indien gedaagde hier niet aan voldoet, zelf tot ontruiming kan overgaan met behulp van de sterke arm. Gedaagde heeft verweer gevoerd en stelt dat zij de woning in 2014 heeft gekocht en dat er geen huurovereenkomst bestaat. Het Gerecht heeft de ontvankelijkheid van eiser bevestigd en het spoedeisend belang van de vordering erkend. Echter, het Gerecht concludeert dat de stellingen van partijen tegenstrijdig zijn en dat er onvoldoende bewijs is om te bepalen wie in het gelijk staat. Het Gerecht oordeelt dat een kort geding niet de juiste procedure is voor het vaststellen van de feiten en wijst de vordering van eiser af. Eiser wordt veroordeeld in de proceskosten van gedaagde, die zijn begroot op Afl. 1.500,-.