De bestreden beslissing
1. Aan de bestreden beslissing heeft verweerder – samengevat – ten grondslag gelegd dat aan appellant geen vergunning tot tijdelijk verblijf zal worden verleend, nu hem bij uitzettingsbevel van 25 februari 2022 een periode van niet toelating tot Aruba is opgelegd, die nog niet is verstreken. In die beslissing staat -voor zover hier van belang- het volgende:
“In antwoord op het bezwaarschrift van 19 oktober 2022 namens [appellant] (…), wordt u bericht dat uw bezwaarschrift
ongegrondis bevonden.
Feiten/procedure
Betrokkene is op 14 mei 2017 als toerist binnengekomen en was op Aruba gebleven.
Op 25 februari 2022 werd [betrokkene] werkzaam als “handyman” door een toezichthouder van de GNC aangetroffen.
Een bevelschrift werd aan hem uitgereikt, houdende een periode van niet toelating van 66 maanden. Betrokkene is uiteindelijk op 20 mei 2022 uitgezet.
(…) betrokkene heeft op 5 maart 2022 een verzoek bij DIMAS ingediend om verlening van een eerste tijdelijke vergunning met verblijfsdoel huishoudelijk personeel.
Het verzoek is bij beschikking van 15 september 2022 afgewezen, omdat betrokkene inmiddels is uitgezet. Bovendien ontbreekt een verklaring omtrent het gedrag.
(…)
Het bezwaarschrift is op 1 augustus 2023, met de relevante stukken in handen van de bezwaaradviescommissie LAR gesteld. Aangezien het bestuursorgaan geen advies van de bezwaaradviescommissie heeft ontvangen, is hierbij een beslissing op het bezwaarschrift genomen.
Motivering
Conform artikel 9 eerste lid onder c van de Landsverordening toelating en uitzetting, kan een verzoek om verlening van een vergunning tot tijdelijk verblijf worden geweigerd indien de betrokkene is uitgezet en de in het desbetreffende bevel genoemde termijn van het verbod tot toelating tot Aruba nog niet is verstreken.
Ondanks dat alsnog een verklaring omtrent het gedrag van betrokkene is overgelegd, blijft het verzoek afwijzend, omdat in casu de termijn van het verbod tot toelating tot Aruba vermeld in het bevelschrift van 25 februari 2022 pas op 20 november 2027 zal verstrijken.
De beschikking van 15 september 2022 blijft gehandhaafd. (…)”.