ECLI:NL:OGEAA:2025:142

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
21 mei 2025
Publicatiedatum
12 juni 2025
Zaaknummer
AUA202304193
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • E.P. van Unen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot schadevergoeding wegens onrechtmatig handelen en opzegging van een overeenkomst inzake property management

In deze zaak heeft eiser, wonend in Aruba, een vordering ingesteld tegen de vennootschap onder firma Remax Advantage VOF, eveneens gevestigd in Aruba. De vordering betreft een schadevergoeding van USD 22.810, die eiser stelt te hebben geleden door het onrechtmatig handelen van Remax. Eiser had op 29 juli 2020 een overeenkomst gesloten met Remax voor het beheer van twee appartementen, waarbij Remax een percentage van de huurprijs zou ontvangen. Eiser heeft deze overeenkomst op 5 april 2022 opgezegd, wat door Remax op 6 april 2022 is aanvaard. Remax heeft vervolgens op 7 april 2022 aan Booking.com verzocht om de appartementen los te koppelen van het platform. Eiser stelt dat hij door het niet tijdig overdragen van de account bij Booking.com door Remax, gedurende vijf maanden geen huurinkomsten heeft kunnen genereren.

Remax heeft echter betwist dat zij enige verplichting jegens eiser heeft geschonden en stelt dat eiser onvoldoende heeft aangetoond dat hij daadwerkelijk schade heeft geleden. Het Gerecht heeft geoordeeld dat eiser niet heeft aangetoond dat Remax verplicht was om zorg te dragen voor de overdracht van de overeenkomst met Booking.com. Bovendien blijkt uit het overgelegde bewijs dat er in de betreffende periode wel degelijk verhuur heeft plaatsgevonden, zij het minder dan via Booking.com. Het Gerecht heeft de vordering van eiser afgewezen en hem veroordeeld in de proceskosten van Remax, begroot op Afl. 2.000.

De uitspraak is gedaan door mr. E.P. van Unen en is openbaar uitgesproken op 21 mei 2025.

Uitspraak

Vonnis van 21 mei 2025
Behorend bij A.R. AUA202304193
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in de zaak van:
[Eiser],
wonend in Aruba,
EISER,
hierna ook te noemen: [eiser],
gemachtigde: de advocaat mr. S.A. Kock,
tegen:
de vennootschap onder firma REMAX ADVANTAGE VOF,
gevestigd in Aruba,
GEDAAGDE, hierna ook te noemen: Remax,
Gemachtigde: de advocaat mr. J.J. Steward.
1.
DE PROCEDURE
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het op 1 december 2023 ingediende verzoekschrift, met producties 1 tot en met 10;
- de conclusie van antwoord, met producties 1 tot en met 9;
- de conclusie van repliek, met productie 11;
- de conclusie van dupliek.

2.DE FEITEN

2.1
Partijen hebben op 29 juli 2020 een
property management / vacation rental agreementgesloten krachtens welke Remax (de verhuur aan derden van) twee appartementen van [eiser] zou beheren en [eiser] daarvoor aan Remax een vergoeding voor zou betalen van 10% of 15% van de door die derden te betalen huurprijs, na aftrek van de commissies van boekingsplatforms, voornamelijk Booking.com (verder: “de overeenkomst”).
2.2 [
[Eiser] heeft de overeenkomst op 5 april 2022 met onmiddellijke ingang opgezegd, welke opzegging door Remax is aanvaard op 6 april 2022. Op 7 april 2022 heeft Remax aan Booking.com gevraagd de appartementen los te koppelen van dat platform, waarop Remax van Booking.com op diezelfde datum een bericht ontving luidend:

Thank you for contacting our department regarding your terminating the contract.
We are sorry to see you go.
I have forwarded to the guest line two reservations (…) for them to relocate the guests.
2.3
Later in april en mei 2022 is er nog e-mailcontact geweest tussen [eiser] en een medewerker van Remax, over het omzetten van de account bij Booking.com op naam van [eiser]. Die omzetting is pas in september 2022 gebeurd.

3.DE VORDERING EN HET VERWEER

3.1 [
Eiser] vordert de veroordeling van Remax om aan hem USD 22.810 met wettelijke rente te betalen: de schade die hij heeft geleden doordat hij de appartementen gedurende vijf maanden niet heeft kunnen verhuren. Dit feit vindt zijn oorzaak in onrechtmatig handelen van Remax, met name het niet doen wat van haar mocht worden verwacht om overdracht van de account bij Booking.com te bewerkstelligen, aldus [eiser].
3.2
Remax stelt voorop dat zij geen verplichting jegens [eiser] heeft geschonden. Subsidiair betwist zij dat [eiser] schade heeft geleden.

4.DE BEOORDELING

4.1 [
Eiser] heeft niet gemotiveerd waardoor op Remax de verplichting zou zijn komen te rusten om bij het einde van de overeenkomst tussen partijen, behalve zorg te dragen voor beëindiging van haar overeenkomst met Booking.com (hetgeen Remax heeft gedaan, zie onder 2.2), ook zorg te dragen voor overdracht van die laatste overeenkomst aan [eiser] of het faciliteren van een nieuwe overeenkomst tussen [eiser] en Booking.com. Zonder toelichting, die ontbreekt, valt niet in te zien dat de door Remax te betrachten (postcontractuele) zorgvuldigheid die verplichting meebracht. Overigens heeft Remax, zoals blijkt uit de overgelegde e-mailcorrespondentie, moeite gedaan om de door [eiser] gewenste contractoverdracht te bewerkstelligen. Dat het zo lang heeft geduurd, ligt in de risicosfeer van [eiser] als partij die een nieuwe overeenkomst of voortzetting van de oude overeenkomst met Booking.com wenste.
4.2
Ook op het punt van (oorzaak en omvang van) de schade die [eiser] stelt te hebben geleden, is het verzoekschrift onvoldoende gemotiveerd. Het lijkt erop dat [eiser] stelt hij de appartementen tussen april en september 2022 in het geheel niet heeft verhuurd, waardoor zijn schade USD 4.562 per maand bedraagt. Uit het bij antwoord overlegde berichtenverkeer blijkt evenwel dat in die periode wel degelijk een aantal keren is verhuurd. Dat de verhuurperioden korter en de huurinkomsten lager waren dan het geval was toen werd verhuurd via Booking.com/Remax, blijkt nergens uit.
4.3
De vordering wordt afgewezen met veroordeling van [eiser], als de in het ongelijk gestelde partij, in de proceskosten van Remax, begroot op Afl. 2.000 (tarief 4 x 2 punten) aan salaris voor de gemachtigde.

5.DE UITSPRAAK

Het Gerecht:
5.1
wijst de vorderingen af;
5.2
veroordeelt [eiser] om aan Remax haar proceskosten te betalen, tot de uitspraak van dit vonnis begroot op Afl. 2.000;
5.3
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. E.P. van Unen, rechter, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 21 mei 2025 in aanwezigheid van de griffier.