Uitspraak
[Gedaagde 1],
[Gedaagde 2],
DE PROCEDURE
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 4 juni 2025 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen Acero Real Estate & Construction N.V. (hierna: Acero) en de gedaagden, [gedaagde 1] en [gedaagde 2]. De zaak betreft een huurovereenkomst voor een appartement in Aruba, waarbij Acero vorderingen heeft ingesteld wegens huurachterstand en kosten voor herstelwerkzaamheden. De gedaagden hebben de huur niet tijdig betaald en zijn in gebreke gebleven bij het nakomen van een vaststellingsovereenkomst die zij met Acero hebben gesloten. De huurovereenkomst is per 1 februari 2024 geëindigd, maar de verplichtingen uit de overeenkomst blijven bestaan. Acero vordert een totaalbedrag van Afl. 19.031,75, vermeerderd met rente en kosten. De gedaagden hebben verweer gevoerd, waarbij [gedaagde 2] zich op betalingsonmacht beroept. Het Gerecht heeft vastgesteld dat de gedaagden hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de huurachterstand en de bijkomende kosten. Het vonnis bevat een gedetailleerde beoordeling van de vorderingen en de verweren van de gedaagden. Uiteindelijk heeft het Gerecht de gedaagden veroordeeld tot betaling van de gevorderde bedragen, inclusief rente en kosten, en heeft het vonnis uitvoerbaar bij voorraad verklaard.