ECLI:NL:OGEAA:2025:234
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot informatie en vervolgingsbeslissing in strafvorderlijk kort geding
Op 15 juli 2025 heeft verzoeker een verzoek ingediend bij het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op grond van artikel 43 van het Wetboek van Strafvordering. Het verzoek behelst twee punten: ten eerste, dat het Openbaar Ministerie verzoeker in detail informeert over de aard en oorzaak van de beschuldigingen tegen hem, en ten tweede, dat er binnen een bepaalde termijn een vervolgingsbeslissing wordt genomen. De beschikking is op 17 juli 2025 gegeven.
In de beoordeling van het verzoek stelt het Gerecht vast dat het Openbaar Ministerie heeft voldaan aan een eerdere beschikking van 25 juni 2025, waarin het Gerecht had bepaald dat verzoeker geïnformeerd moest worden over zijn status als verdachte en de bijbehorende beschuldigingen. De rechter concludeert dat het verzoek om informatie niet gegrond is, omdat het Openbaar Ministerie aan de vereisten heeft voldaan.
Ten aanzien van het tweede verzoek, om een vervolgingsbeslissing te nemen, oordeelt de rechter dat dit verzoek prematuur is. Aangezien de aangifte tegen verzoeker pas op 23 mei 2025 is gedaan, is er geen rechtsregel die het Openbaar Ministerie verplicht om binnen een bepaalde termijn een beslissing te nemen. De rechter wijst de verzoeken van verzoeker af, omdat er geen redelijke grond voor de verzoeken aanwezig is. De beschikking is gegeven in raadkamer, in aanwezigheid van de griffier.