ECLI:NL:OGEAA:2025:268

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
12 september 2025
Publicatiedatum
23 september 2025
Zaaknummer
245 van 2025
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verkoop, aflevering, vervoer, invoer, bezit en aanwezigheid van hennep door verdachte gedurende een periode van ruim twee jaar

In deze strafzaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 12 september 2025 uitspraak gedaan tegen de verdachte, geboren in 1957 en thans gedetineerd in Aruba. De verdachte is beschuldigd van het verkopen, afleveren, vervoeren, invoeren, in bezit hebben en aanwezig hebben van hennep gedurende een periode van meer dan twee jaar. De officier van justitie eiste een gevangenisstraf van twaalf maanden, waarvan een deel voorwaardelijk. De verdediging pleitte voor vrijspraak, maar het Gerecht achtte de verdachte wettig en overtuigend schuldig aan de tenlastelegging. Het Gerecht oordeelde dat de verklaringen van getuigen, die ook als verdachten zijn gehoord, betrouwbaar waren en ondersteund door objectieve bewijsmiddelen zoals videobeelden en WhatsApp-berichten. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van 360 dagen, waarvan 132 dagen voorwaardelijk, met inachtneming van zijn leeftijd en gezondheid. De uitspraak benadrukt de ernst van de handel in verdovende middelen en de impact daarvan op de samenleving.

Uitspraak

Parketnummer: P-2025/00212
Zaaknummer: 245 van 2025
Uitspraak: 12 september 2025 Tegenspraak
Vonnis van dit Gerecht
in de strafzaak tegen de verdachte:
[Verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1957 in de [geboorteplaats],
zonder bekende woon- en/of verblijfplaats,
thans gedetineerd in het huis van bewaring in Aruba.

1.Onderzoek van de zaak

Het onderzoek ter openbare terechtzitting heeft plaatsgevonden op 22 augustus 2025. De verdachte is verschenen, bijgestaan door zijn raadsman, mr. V.A.V. Carlo, advocaat in Aruba.
De officier van justitie, mr. A. Schotman, heeft ter terechtzitting gevorderd dat het Gerecht het tenlastegelegde bewezen zal verklaren en de verdachte daarvoor zal veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van twaalf (12) maanden, met aftrek van voorarrest.
De raadsman heeft, conform de door hem overgelegde pleitnota, primair bepleit dat de verdachte zal worden vrijgesproken van het tenlastegelegde. Subsidiair heeft de raadsman bepleit dat de verdachte wordt vrijgesproken van handel en invoer van hennep en hem te veroordelen voor het bezit daarvan. Meer subsidiair heeft de raadsman een strafmaatverweer gevoerd, en in dat kader naar voren gebracht om, bij een eventuele veroordeling, te volstaan met een straf gelijk aan het voorarrest of een gecombineerde straf met een voorwaardelijk gedeelte en een proeftijd.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd:
dat hij op een (of meer) tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van december 2022 tot en met 28 januari 2025 in Aruba tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk een hoeveelheid hennep heeft verkocht en/of heeft afgeleverd en/of heeft vervoerd en/of heeft ingevoerd en/of in bezit heeft gehad en/of aanwezig heeft gehad;
(artikel 4 van de Landsverordening verdovende middelen).
3. Formele voorvragen
Het Gerecht stelt vast dat de dagvaarding geldig is, dat het bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat het openbaar ministerie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4.Bewezenverklaring

Het Gerecht acht - op grond van de hierna weergegeven bewijsmiddelen en de nadere bewijsoverwegingen, in onderling verband en samenhang beschouwd - wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande:
dat hij op een (of meer) tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van
de maanddecember 2022 tot en met 28 januari 2025 in Aruba
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk een hoeveelheid hennep heeft verkocht en
/ofheeft afgeleverd en
/ofheeft vervoerd en
/ofheeft ingevoerd en
/ofin bezit heeft gehad en
/ofaanwezig heeft gehad;
Het Gerecht acht niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard, zodat hij daarvan zal worden vrijgesproken.
Omwille van de leesbaarheid zijn ook wijzigingen aangebracht in de bewezenverklaring (
cursief). De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

5.Bewijsmiddelen

Het Gerecht grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan, op de feiten en omstandigheden die in de hierna volgende bewijsmiddelen zijn vervat en redengevend zijn voor de bewezenverklaring. De inhoud van de bewijsmiddelen is telkens zakelijk weergegeven.
Voorts wordt opgemerkt dat in de bewijsmiddelen geen (expliciete) landsaanduiding is opgenomen, maar dat algemeen bekend is dat de in die bewijsmiddelen wel opgenomen plaatsen zijn gelegen in Aruba.
Hierna wordt, tenzij anders vermeld, telkens verwezen naar ambtsedige - en door de desbetreffende verbalisant(en) in wettelijke vorm opgemaakte - processen-verbaal en overige geschriften, die als bijlagen zijn opgenomen in het eindproces-verbaal van het Korps Politie Aruba, Divisie Algemene Dienst, Unit Narcotica, d.d. 14 april 2025, geregistreerd onder parketnummer 2025/00212 en de onderzoeksnaam “De Makelaar”.
Voor zover geschriften worden gebruikt, worden deze slechts gebruikt in samenhang met de inhoud van andere bewijsmiddelen, die op hetzelfde feit of dezelfde feiten betrekking hebben.
* De
verklaring van de verdachte, op 22 augustus 2025 afgelegd tijdens het onderzoek ter terechtzitting, voor zover inhoudende:
Ik rookte marihuana. Het klopt dat ik marihuana heb ingevoerd voor eigen gebruik.
* Een proces-verbaal van doorzoeking woning te [adres] d.d. 28 januari 2025 (bijlage 7), voor zover inhoudende, als
relaas van die verbalisant:
Op 28 januari 2025 ging het onderzoeksteam gezamenlijk met de leden van het bijzondere team en Unit honden naar het adres [adres] om de verdachte [verdachte] aan te houden. Eenmaal binnengekomen werd de verdachte [verdachte] in de woonkamer aangetroffen.
De navolgende voorwerpen werden aangetroffen:
Code
Voorwerp
Onderzoeker
Plaats
K15.C.01.01.02
Een doorzichtig plastic zakje inhoudende bruine en groene kruiden gelijkende aan marihuana.
L.M. Stuart
In een grijze kluis in een witte kast in slaapkamer 2.
K15.G.01.01.01
Vier (4) doorzichtige plastic zakken.
M.J. de Kort
In de eerst lade van de toonbank in de keuken.
K15.H.01.01.01
Een doorzichtig plastic zakje inhoudende bruine en groene kruiden gelijkende aan marihuana.
M.R. Montero
In een kleine kast naast de eettafel, in woonkamer 2.
* Een proces-verbaal van wegen en testen verdovende middelen d.d. 28 januari 2025 (bijlage 15), voor zover inhoudende, als
relaas van die verbalisant:
De inbeslaggenomen verdovende middelen werden met de volgende letter en cijfercombinatie gewaarmerkt:
  • Een doorzichtig ziplock zakje inhoudende groene en bruine kruiden gelijkende aan marihuana met de inbeslagname code K15.C.01.01.02: M1
  • Een doorzichtig ziplock zakje inhoudende groene en bruine kruiden gelijkende aan marihuana met de inbeslagname code K15.H.01.01.01: M3
Waarmerk
Gewicht (gram)
M1
30.8 gram
M3
5.1 gram
Ik, De Kort, had een kleine hoeveelheid van de groene en bruine kruiden gelijkende aan marihuana met waarmerk M3 genomen en in een buisje bestemd voor het testen van cannabis gedaan en vervolgens de zogenaamde fieldtest genomen. De test viel positief uit voor de aanwezigheid van cannabis en/of haar zouten.
* Een geschrift, te weten een deskundigenrapport, op ambtsbelofte opgemaakt en ondertekend door [Toxicoloog], Toxicoloog, op 12 februari 2025 (bijlage 16), voor zover inhoudende, als bevindingen van genoemde deskundige:
Kenmerk
Omschrijving
Conclusie
M1
Monster plantaardig materiaal
Bevat thc
* Een proces-verbaal van bevindingen Whatsapp gesprek tussen [medeverdachte 3] en “Spicey” d.d. 5 maart 2025 (bijlage 10), voor zover inhoudende, als
relaas van die verbalisant:
In verband met het lopende onderzoek in de zaak "De Makelaar" werd een onderzoek verricht in het verkregen data van de mobiele telefoon van de verdachte [medeverdachte 3]. Hieronder volgt het gesprek tussen de verdachte [medeverdachte 3] [medeverdachte 3] op de WhatsApp applicatie, namelijk tussen [medeverdachte 3] (owner) (746-1826) en [verdachte] ([telefoonnummer]).
Voor het onderzoeksteam is bekend dat de verdachte [verdachte], bijgenaamd "[verdachte]", gebruikmaakt van het aansluitnummer, [telefoonnummer], van de Verenigde Staten van Amerika
Hieronder volgt een summiere opsomming van het gesprek tussen de verdachte [medeverdachte 3] en de verdachte [verdachte], bijgenaamd "[verdachte]". Het gesprek werd uitgevoerd op 3 december 2024.
[Verdachte]: "Did you sell any of the stuff? I hope put aside 15 g for Cole I told him nine dollars a gram. You only pay me 650 a gram."
[Medeverdachte 3]: "Cool I just got up now I'm on it."
[Verdachte]: "OK, don't forget my bag of shake and also give me that bag with the 9 g with the other bag of couple grams together".
[Medeverdachte 3]: "I put that on the side I will sell the atr won first."
[Verdachte]: "Please, JOE needs to collect the money tonight."
[Medeverdachte 3]: "I did see the shake iter."
[Medeverdachte 3]: "See if you didn't let it home."
[Verdachte]: "Everything's good could be bullshit. I'll talk to you whenever we're together."
[Verdachte]: "Yes, I know save that bag for me with my bag of shake."
[Medeverdachte 3]: "Oke."
[Medeverdachte 3]: "The dum fuck pass be."
[Medeverdachte 3]: "I on it."
Hieronder volgt de vertaling, van Engels naar Nederlands, van het gesprek hierboven.
[Verdachte]: "Heb je de dingen al verkocht? Ik hoop dat je 15 g aan een kant hebt gezet voor Cole, ik heb hem gezegd negen dollars voor een gram. Jij betaalt mij alleen 650 per gram."
[Medeverdachte 3]: "Mooi, ik ben pas wakker. Ik begin ermee."
[Verdachte]: "Ok, vergeet mijn zak met shake niet en geef mij ook de zak met de 9 g samen met de andere zak met de rest van de beetje gram samen."
[Medeverdachte 3]: "Ik heb het aan een kant gezet. Ik zal eerst die andere verkopen."
[Verdachte]: "Please, JOE moet vanavond dat geld ophalen."
[Medeverdachte 3]: "Ik heb de shake niet gezien."
[Medeverdachte 3]: "Kijk als je het niet thuis hebt."
[Verdachte]: "Alles is goed kan ook rommel zijn. Ik zal met je praten zodra we samen zijn."
[Verdachte]: Ja, ik weet. Bewaar de zak voor me samen met mijn zak met shake."
[Medeverdachte 3]: "Oke"
[Medeverdachte 3] "Die domme kut is mij voorbij."
[Medeverdachte 3] "Ik ben erop."
* Een proces-verbaal van bevindingen postpakket d.d. 5 maart 2025 (bijlage 12), voor zover inhoudende, als
relaas van die verbalisant:
In de zaak Cavia werd een onderzoek verricht op de mobiele telefoon van de verdachte [medeverdachte 1]. Tijdens dit onderzoek werd een video-opname aangetroffen van een postpakket inhoudende marihuana. Op deze video-opname is te zien dat de marihuanapakketten uit de doos worden gehaald. Eveneens is op de achtergrond van de video de woonkamer van de verdachte [verdachte], te [adres], herkend.
De verdachte [medeverdachte 1] werd omtrent het voornoemde postpakket verhoord. Tijdens dit verhoor verklaarde de verdachte [medeverdachte 1], dat het voornoemde postpakket aan de verdachte [verdachte] toebehoorde en dat hij verdovende middelen via postpakketten vanuit de Verenigde Staten van Amerika en Canada naar Aruba invoert. Ook verklaarde de verdachte [medeverdachte 1] dat de video-opname bij het huis van de verdachte [verdachte] was gemaakt. Zijn verklaring kwam overeen met de constateringen van het onderzoeksteam.
De verdachte [medeverdachte 1] verklaarde in zaak Cavia dat hij twee verschillende postpakketten inhoudende verdovende middelen had gezien bij het huis van de verdachte [verdachte]. Van beide postpakketten had de verdachte [medeverdachte 1] video-opnames gemaakt.
* Een proces-verbaal van 1e verhoor verdachte [medeverdachte 1] d.d. 2 januari 2025 (bijlage ongenummerd), voor zover inhoudende, als
verklaring van de verdachte [medeverdachte 1]:
De
vetgedruktezinnen zijn de door mij gestelde vragen aan de verdachte.
De lichtgedrukte zinnen zijn de antwoorden van de verdachte.
De
schuingedruktewoorden zijn de door mij gemaakte opmerkingen.
Wat kan je over [verdachte] vertellen?
[Verdachte] krijgt zijn marihuana vanuit Amerika via postpakketten. Vorig jaar, een van de keren dat ik naar Aruba kwam, had [verdachte] een doos thuis die hij had opengemaakt. Ik had een video hiervan genomen. Ik denk dat er ongeveer 6 liber marihuana in de doos zat. Ik neem aan dat hij de marihuana verkoopt.
Een foto van [verdachte] werd aan de verdachte [medeverdachte 1] getoond.
Wat kan je over deze foto vertellen?
Ja, hij is [verdachte].
* Een proces-verbaal van 1e verhoor verdachte [medeverdachte 2] d.d. 28 januari 2025 (bijlage 30), voor zover inhoudende, als
verklaring van de verdachte [medeverdachte 2]:
De
vetgedruktezinnen zijn de door mij gestelde vragen aan de verdachte.
De lichtgedrukte zinnen zijn de antwoorden van de verdachte.
De
schuingedruktewoorden zijn de door mij gemaakte opmerkingen.
Hoe kwam jij aan je verdovende middelen?
Ik koop wiet van [verdachte].
Wanneer was de eerste keer dat je wiet van [verdachte] had gekocht?
In het jaar 2022.
Hoe komt de wiet van [verdachte] het eiland binnen?
Hij heeft mij verteld dat het via post binnenkomt.
* Een proces-verbaal van 1e verhoor verdachte [medeverdachte 3] d.d. 28 januari 2025 (bijlage 38), voor zover inhoudende, als
verklaring van de verdachte [medeverdachte 3]:
De
vetgedruktezinnen zijn de door mij gestelde vragen aan de verdachte.
De lichtgedrukte zinnen zijn de antwoorden van de verdachte.
De
schuingedruktewoorden zijn de door mij gemaakte opmerkingen.
Hoe kom jij aan je verdovende middelen?
Vanaf de maand oktober 2024, koop ik wiet van [verdachte].
Hoe komt [verdachte] aan zijn wiet?
Hij krijgt het via de post van Fedex. Ik was er zelf een paar keer bij toen de wiet was aangekomen. Volgens mij haalt hij de dozen met wiet zelf op bij Fedex.
Aan de verdachte [medeverdachte 3] werd een foto van de verdachte [verdachte] getoond.
Wat kan je hierover vertellen?
Ja, dat is [verdachte].
* Een proces-verbaal van 1e verhoor [medeverdachte 4] d.d. 26 februari 2025 (bijlage 52), voor zover inhoudende, als
verklaring van de verdachte [medeverdachte 4]:
De
vetgedruktezinnen zijn de door mij gestelde vragen aan de verdachte.
De lichtgedrukte zinnen zijn de antwoorden van de verdachte.
De
schuingedruktewoorden zijn de door mij gemaakte opmerkingen.
Van wie kocht je de marihuana die je consumeert?
Ik kocht mijn marihuana onder andere van [verdachte].
Aan de verdachte [medeverdachte 4] werd een foto van de verdachte [verdachte] getoond.
Wat kan je hierover vertellen?
Ja, dat is [verdachte].
Van waar krijgt [verdachte] zijn verdovende middelen?
Van de Verenigde Staten. Hij verkocht zijn marihuana in groot.
Wanneer was de eerste keer dat jij marihuana van [verdachte] had gekocht?
In december 2023. Ik denk dat ik in totaal 10 keren marihuana van hem had gekocht.

6.Bewijsoverwegingen

De raadsman heeft bepleit dat de verdachte moet worden vrijgesproken van de ten laste gelegde invoer van hennep, omdat de verklaring van [medeverdachte 1] en de op zijn mobiele telefoon aangetroffen videobeelden van een postpakket daarvoor onvoldoende bewijs opleveren. Daarnaast heeft hij aangevoerd dat er geen grote hoeveelheden hennep zijn aangetroffen, wat in de weg staat aan een bewezenverklaring van invoer, handel en bezit (in grote hoeveelheden). Ten aanzien van de ten laste gelegde verkoop heeft de raadsman bepleit dat vrijspraak moet volgen, omdat er geen concrete verkooptransacties zijn vastgesteld. Tot slot heeft hij gesteld dat de verklaringen van de kopers onbetrouwbaar zijn, aangezien zij als verdachte zijn gehoord en belang hebben bij het afschuiven van hun schuld.
Het Gerecht overweegt als volgt.
Uit de gebezigde bewijsmiddelen blijkt dat verdachte in de ten laste gelegde periode hennep heeft verkocht, afgeleverd, vervoerd, ingevoerd en in bezit en aanwezig heeft gehad. Het verweer ten aanzien van de betrouwbaarheid van de verklaringen van de getuigen (gehoord als verdachten) wordt gepasseerd. Deze verklaringen zijn in de kern eenduidig, bevestigen elkaar over en weer en worden bovendien bevestigd door objectieve onderzoeksbevindingen, te weten de videobeelden die zijn aangetroffen in de mobiele telefoon van [medeverdachte 1] en het whatsapp gesprek tussen de verdachte en [medeverdachte 3]. Bovendien heeft de verdachte bekend dat hij hennep heeft ingevoerd. Dat deze invoer volgens de verdachte voor eigen gebruik was, doet niets af aan de invoer zelf. En dat de (verkoop)prijs voor de verschillende betrokkenen kennelijk varieerde, maakt niet zonder meer dat de verklaringen onbetrouwbaar zijn.
Anders dan de raadsman heeft bepleit, is de hoeveelheid voor de bewezenverklaring niet relevant, omdat enkel ‘een hoeveelheid’ ten laste is gelegd. Ook het verweer dat er geen verkooptransacties zijn vastgesteld, wordt gepasseerd. Uit de verklaringen van [medeverdachte 2], [medeverdachte 3] en [medeverdachte 4] blijkt dat dergelijke transacties in de ten laste gelegde periode meermalen hebben plaatsgevonden.
Van medeplegen is niet gebleken, zodat verdachte in zoverre van dit onderdeel zal worden vrijgesproken.

7.Strafbaarheid en kwalificatie van het bewezen verklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
Opzettelijk handelen in strijd met artikel 4, eerste lid, sub b, onder A, B en C, van de Landsverordening verdovende middelen, strafbaar gesteld bij artikel 11 van deze landsverordening, meermaals gepleegd.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezenverklaarde uitsluiten.

8.Strafbaarheid van de verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluiten.
De verdachte is daarom strafbaar voor het hiervoor bewezenverklaarde.

9.Oplegging van straf

Bij de bepaling van de op te leggen straf wordt gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezen verklaarde is begaan, op de mate waarin de gedraging aan de verdachte te verwijten is en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen. Daarbij wordt rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde in verhouding tot andere strafbare feiten, zoals die onder meer tot uitdrukking komt in het hierop gestelde wettelijke strafmaximum en in de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd.
Verdachte heeft gedurende een periode van ruim twee jaar hennep verkocht, afgeleverd, vervoerd, ingevoerd, in bezit gehad en aanwezig gehad. Anders dan de raadsman heeft betoogd, blijkt uit de verklaringen van [medeverdachte 1] en [medeverdachte 4], de in de mobiele telefoon van [medeverdachte 1] aangetroffen videobeelden en de in de woning van de verdachte aangetroffen vacuümzakken, dat het ging om aanzienlijke hoeveelheden. Er wordt gesproken van verpakkingen in dozen en pakketten.
Met name bij langdurig gebruik kan hennep leiden tot schade aan de gezondheid. De verspreiding daarvan en de handel daarin gaan bovendien vaak gepaard met overlast en andere vormen van criminaliteit, waaronder de door de gebruikers gepleegde strafbare feiten ter financiering van hun behoefte aan deze stof. Hiermee wordt schade toegebracht aan de veiligheid van het land en de inwoners. Dit alles heeft verdachte er niet van weerhouden onderhavige feit te plegen.
Het Gerecht heeft acht geslagen op de door het Gemeenschappelijk Hof van Justitie geformuleerde oriëntatiepunten voor straftoemeting en op de straffen die in soortgelijke zaken plegen te worden opgelegd. Hieruit blijkt dat in de regel onvoorwaardelijke gevangenisstraffen worden opgelegd van langere duur. Het Gerecht is dan ook van oordeel dat niet kan worden volstaan met een straf die geen vrijheidsbeneming met zich brengt. De gevangenisstraf van twaalf maanden die de officier van justitie heeft geëist, is in zoverre begrijpelijk en voorstelbaar.
Met betrekking tot de persoon van de verdachte houdt het Gerecht rekening met de strafkaart van de verdachte waaruit blijkt dat hij recentelijk voor een soortgelijk strafbaar feit een transactieboete heeft gekregen. Dat heeft verdachte er niet van weerhouden om opnieuw een strafbaar feit te plegen.
De persoonlijke omstandigheden van de verdachte geven niettemin aanleiding in het voordeel van verdachte af te wijken van de eis van de officier van justitie; het Gerecht zal een deel van de straf voorwaardelijk opleggen. Verdachte is thans achtenzestig (68) jaar oud, de voorlopige hechtenis lijkt hem zwaar te vallen en, alhoewel dit niet met stukken is onderbouwd, lijkt zijn gezondheid broos. Dit voorwaardelijke strafdeel dient er ook toe de verdachte ervan te weerhouden in de toekomst opnieuw strafbare feiten te plegen, aangezien hij heeft verklaard dat hij in de toekomst weer in Aruba wil wonen.
Het Gerecht is, na dit een en ander te hebben afgewogen, tot de slotsom gekomen dat een gevangenisstraf van na te melden duur passend en geboden is. De verdachte zal daartoe dan ook worden veroordeeld.

10.Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straf is, behalve op de reeds aangehaalde wettelijke voorschriften, gegrond op de artikelen 1:19 en 1:20 van het Wetboek van Strafrecht van Aruba, zoals deze luidden ten tijde van het bewezen verklaarde.
BESLISSING
Het Gerecht:
verklaart wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde feit, zoals hiervoor bewezen geacht, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
kwalificeert het bewezen verklaarde als hiervoor omschreven;
verklaart het bewezen verklaarde strafbaar en de verdachte daarvoor strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de
driehonderdzestig [360] dagen;
bepaalt dat een gedeelte van deze straf, groot
honderdtweeëndertig [132] dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd, welke hierbij wordt bepaald op
twee [2] jaren,aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt;
beveelt dat de tijd die door de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht;
heft op het bevel tot voorlopige hechtenis met ingang van
heden, 12 september 2025, uiterlijk te 17:00 uur.
Dit vonnis is gewezen door de rechter mr. I.L. Gerrits, bijgestaan door mr. S.M. Eman, (zittingsgriffier), en op 12 september 2025 in tegenwoordigheid van de griffier uitgesproken ter openbare terechtzitting van het Gerecht in Aruba.
uitspraakgriffier: