ECLI:NL:OGEAA:2025:287

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
6 oktober 2025
Publicatiedatum
21 oktober 2025
Zaaknummer
388 van 2025
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor langdurige drugshandel en wapenbezit in Aruba

In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 6 oktober 2025 uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, die gedurende een periode van meer dan 15 jaar betrokken was bij de handel in cocaïne en hennep. De verdachte werd beschuldigd van het opzettelijk invoeren, verkopen, afleveren, vervoeren en in bezit hebben van deze verdovende middelen, evenals het voorhanden hebben van een vuurwapen. Tijdens de rechtszaak, die op 15 september 2025 plaatsvond, werd de verdachte bijgestaan door zijn raadsman, mr. V.A.V. Carlo, terwijl de officier van justitie, mr. E.D. Schwengle, een gevangenisstraf van vier jaar eiste. De verdachte werd uiteindelijk veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier jaar, waarbij het Gerecht rekening hield met de ernst van de feiten en de lange periode van drugshandel. De verdachte had ook een revolver voorhanden, wat de strafmaat verder verhogende factoren waren. Het Gerecht verklaarde de tenlastelegging grotendeels bewezen, met uitzondering van enkele onderdelen, en legde verbeurdverklaring op van de in beslag genomen voorwerpen, waaronder geldbedragen en mobiele telefoons. De uitspraak benadrukt de ernst van drugshandel en wapenbezit in de samenleving.

Uitspraak

Parketnummer: P-2025/00941
Zaaknummer: 388 van 2025
Uitspraak: 6 oktober 2025 Tegenspraak
Vonnis van dit Gerecht
in de strafzaak tegen de verdachte:
[Verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1992 in de [geboorteplaats],
wonende in [woonplaats], [adres],
thans gedetineerd in het huis van bewaring in Aruba.

1.Onderzoek van de zaak

Het onderzoek ter openbare terechtzitting heeft plaatsgevonden op 15 september 2025 (inhoudelijke behandeling). De verdachte is verschenen, bijgestaan door zijn raadsman, mr. V.A.V. Carlo, advocaat in Aruba.
De officier van justitie, mr. E.D. Schwengle, heeft ter terechtzitting gevorderd dat het Gerecht het tenlastegelegde bewezen zal verklaren en de verdachte daarvoor zal veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 (vier) jaren met aftrek van voorarrest.
Haar vordering behelst voorts:
- de verbeurdverklaring van het in beslag genomen geldbedrag (Afl. 625,65 en
$ 38,-), de donkerblauwe mobiele telefoon van het merk Apple Iphone en de zwarte heuptas met het merk Totto;
- de teruggave van de witte in beslag genomen mobiele telefoon van het merk Samsung aan de verdachte.
De raadsman heeft primair bepleit dat de verdachte zal worden vrijgesproken van het onderdeel drugshandel dat onder feit 1 en feit 2 ten laste is gelegd. Subsidiair heeft de raadsman een strafmaatverweer gevoerd.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd:
1. dat hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 januari 2010 tot en met 11 mei 2025 in Aruba, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk een hoeveelheid cocaïne, in elk geval enige bereiding van deze stof, heeft ingevoerd en/of verkocht en/of afgeleverd en/of vervoerd en/of in bezit heeft gehad en/of aanwezig heeft gehad;
2. dat hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 januari 2010 tot en met 11 mei 2025 in Aruba, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk hennep, in ieder geval enige gebruikelijk bereiding waaraan hars die uit hennep wordt getrokken ten grondslag ligt, heeft ingevoerd en/of verkocht en/of afgeleverd en/of vervoerd en/of in bezit heeft gehad en/of aanwezig heeft gehad;
3. dat hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 29 november 2023 tot en met 11 mei 2025 te Aruba, een of meer revolvers en/of pistolen en/of scherpe patronen, in elk geval een vuurwapen en/of munitie als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Vuurwapenverordening, voorhanden heeft gehad.

3.Formele voorvragen

Het Gerecht stelt vast dat de dagvaarding geldig is, dat het bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat het openbaar ministerie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4.Bewezenverklaring

Het Gerecht acht - op grond van de hierna weergegeven bewijsmiddelen en de nadere bewijsoverwegingen, in onderling verband en samenhang beschouwd - wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande:
1. dat hij op
een of meertijdstippen in of omstreeks de periode van 1 januari 2010 tot en met 11 mei 2025 in Aruba,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,opzettelijk een hoeveelheid cocaïne,
in elk geval enige bereiding van deze stof,heeft
ingevoerd en/ofverkocht en
/ofafgeleverd en
/ofvervoerd en
/ofin bezit heeft gehad en
/ofaanwezig heeft gehad;
2. dat hij op
een of meertijdstippen in of omstreeks de periode van 1 januari 2010 tot en met 11 mei 2025 in Aruba,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,opzettelijk hennep,
in ieder geval enige gebruikelijk bereiding waaraan hars die uit hennep wordt getrokken ten grondslag ligt,heeft
ingevoerd en/ofverkocht en
/ofafgeleverd en
/ofvervoerd en
/ofin bezit heeft gehad en
/ofaanwezig heeft gehad;
3. dat hij op
een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 29 november 2023 tot en met 11 mei 20258 maart 2024te Aruba, een
of meerrevolver
sen
/of pistolen en/ofscherpe patronen,
in elk geval een vuurwapen en/of munitie als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Vuurwapenverordening,voorhanden heeft gehad.
Het Gerecht acht niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard, zodat hij daarvan zal worden vrijgesproken.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten of omissies zijn verbeterd; omwille van de leesbaarheid zijn ook wijzigingen aangebracht in de bewezenverklaring (
cursief). De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

5.Bewijsmiddelen

Het Gerecht grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan, op de feiten en omstandigheden die in de hierna volgende bewijsmiddelen zijn vervat en redengevend zijn voor de bewezenverklaring. De inhoud van de bewijsmiddelen is telkens zakelijk weergegeven.
Voorts wordt opgemerkt dat in de bewijsmiddelen geen (expliciete) landsaanduiding is opgenomen, maar dat algemeen bekend is dat de in die bewijsmiddelen wel opgenomen plaatsen zijn gelegen Aruba.
Hierna wordt, tenzij anders vermeld, telkens verwezen naar ambtsedige - en door de desbetreffende verbalisant(en) in wettelijke vorm opgemaakte - processen-verbaal, die als bijlagen zijn opgenomen in het eindproces-verbaal van het Korps Politie Aruba, Divisie Algemene Dienst, Unit Narcotica, 20 augustus 2025, geregistreerd onder administratienummer UN-69/25 met de onderzoeksnaam “Overname [verdachte]”.
* De
verklaring van de verdachte, op 15 september 2025 afgelegd tijdens het onderzoek ter terechtzitting, voor zover inhoudende:
De verdovende middelen heb ik bewaard voor een persoon die ik ken als ‘[bijnaam]’. Ik had de verdovende middelen een poosje, misschien enkele maanden. Ik nam foto’s van de pakketten drugs als bewijs, omdat ik werd bedreigd. De rechter houdt mij voor dat er whatsappgesprekken in mijn telefoon zijn aangetroffen met de fototekst ‘Drugs open’ en een foto van een blok cocaïne. Het ging om foto’s die ik heb gemaakt en naar kennissen heb gestuurd die met mij gebruiken, als grap. De rechter houdt mij voor dat enkele van die personen waaronder [getuige 1], [getuige 2], [getuige 3], [getuige 4] en [getuige 5] zijn gehoord. Deze personen gebruiken allemaal drugs met mij.
Ik heb alleen één vuurwapen in handen gehad om eventueel te kopen.
* Een proces-verbaal van aanhouding d.d. 11 mei 2025 (bijlage 15), voor zover inhoudende, als
relaas van die verbalisanten:
Op 11 mei 2025 omstreeks 04:20 uur bevonden wij ons bij de uitgaanslokaliteit Olde Molen om toezicht te houden. Wij werden door de uitsmijters benaderd en zij gaven aan dat een persoon op de parkeerplaats werd bedreigd met een vuurwapen. Zij wezen ons een grijze personenauto aan van het merk Toyota, model Aqua. Bij doorzoeking in voornoemde auto werd een zwarte heuptas van het merk Totto aangetroffen met daarin twee plastic potjes met een onbekende hoeveelheid witte steentjes die op cocaïnesteentjes leken. Ook werd een gele blik aangetroffen met daarop geschreven “Bakers Yeast” met daarin drie doorzichtige plastic zakjes met bruine kruiden lijkende op marihuana. Verder is er een bruine blik aangetroffen met daarin drie plastic zakjes inhoudende een witte substantie lijkende op cocaïne poeder. De verdachte [verdachte] werd ter plaatse aangehouden. Bij onderzoek aan de kleding van de verdachte werd een blauwe mobiele telefoon van het merk Apple Iphone aangetroffen.
* Een proces-verbaal wegen en testen verdovende middelen d.d. 12 mei 2025 (bijlage 12) in samenhang met een aanvullend proces-verbaal wegen en testen d.d. 4 juni 2025 (bijlage 13), voor zover inhoudende, als
relaas van die verbalisant:
De inbeslaggenomen verdovende middelen betroffen:
  • Een plastic potje inhoudende witte steentjes gelijkende aan cocaïne, gewaarmerkt
  • Een plastic potje inhoudende drie plastic zakjes inhoudende elk een wit steentje gelijkende aan cocaïne, gewaarmerkt
  • Een bruine blik inhoudende drie plastic zakjes inhoudende elk witte poeder gelijkende aan cocaïne, gewaarmerkt
  • Een geel potje inhoudende drie plastic zakjes inhoudende elk bruine en groene kruiden gelijkende aan marihuana, gewaarmerkt
Het gewicht van de verdovende middelen gewaarmerkt C1 t/m C7 bedroeg in totaal 7.17 gram.
Het gewicht van de verdovende middelen gewaarmerkt M1 t/m M3 bedroeg in totaal 5.23 gram.
* Een geschrift, te weten een
Deskundigenrapport, op ambtsbelofte opgemaakt en ondertekend door [Toxicoloog], Toxicoloog, op 2 juni 2025 (bijlage 14), voor zover inhoudende, als
bevindingen van genoemde deskundige, -zakelijk weergegeven-:
Onderzoeksmateriaal en conclusie
Kenmerk
Omschrijving
Conclusie
C1
Monster witachtige brokjes
Bevat cocaïne
C6
Monster witachtige brokjes
Bevat cocaïne
M1
Monster plantaardig materiaal
Bevat thc
* Een proces-verbaal bevinding onderzoek fotogalerij mobiele telefoon [verdachte] d.d. 13 mei 2025 (bijlage 5), voor zover inhoudende, als
relaas van die verbalisant:
Op 11 mei 2025 omstreeks 11:30 uur werd een onderzoek verricht in de fotogalerij van de IPhone. Gedurende onderzoek in de fotogalerij van voornoemde mobiele telefoon werden er verschillende foto’s en video’s van vuurwapens en verdovende middelen aangetroffen.
Op een video-opname van 8 maart 2024 is een zwarte revolver met daarin 6 patronen te zien. Daarna zijn er nog 6 patronen op een soort sofa of kussen te zien. Opgemerkt moet worden dat tijdens het opnemen van de video, een tatoeage op de bovenbeen van de opnemer te zien is. Het is bij het onderzoeksteam bekend dat de verdachte [verdachte] dezelfde tatoeage heeft op zijn been.
De tatoeage die de verdachte [verdachte] op zijn bovenbeen heeft, is dezelfde tatoeage die op het videobeeld te zien is.
* Een proces-verbaal Beschouwen videobeeld vuurwapen d.d. 27 mei 2025 (bijlage 10), voor zover inhoudende, als
relaas van die verbalisant:
Bij het bekijken van het vuurwapen op de video zag ik dat het om een revolver ging. De revolver vertoont uiterlijke kenmerken van een echt vuurwapen. De constructie, zichtbare onderdelen (zoals de cilinder, trekker en hamer), en de afwerking duiden op een realistisch en mogelijk functioneel wapen.
* Een proces-verbaal bevinding kopers WhatsApp applicatie d.d. 22 mei 2025 (bijlage 32), voor zover inhoudende, als
relaas van die verbalisant:
Op 22 mei 2025, omstreeks 08:10 uur, werd een onderzoek verricht in de applicatie Whatsapp van de IPhone. Tijdens het verrichte onderzoek werd er gezien dat de verdachte [verdachte] verschillende keren een foto waar op staat “Drugs open” aan zijn contacten had gestuurd en/of “broadcast”. Er werd ook gezien dat de verdachte een foto van een blok van vermoedelijk cocaïne aan zijn contacten had gestuurd met het bericht “coca frech laga sa kos rabia”.
Verder werd er in de applicatie gezien dat er verschillende contacten waren opgeslagen met hun naam en erachter “kupra blaco” of “kupra weed”. Er werd ook over bedragen gesproken en gevraagd. Opgemerkt moet worden dat naar al deze contacten een sticker of foto van “Open” werd gestuurd. Opgemerkt moet worden dat op de foto waar de vermoedelijke kilo blok cocaïne is te zien, de linker onderarm van de verdachte [verdachte] werd herkend door middel van tatoeages.
Ik verbalisant kwam aan de volgende personen:
(…)
“[Getuige 4] kupra weed” met aansluitnummer (...), die bleek van de verdachte [getuige 4] (…);
“Rach kupra blaco” met aansluitnummer (...), die bleek van de verdachte [getuige 3] (…);
* Een proces-verbaal van verhoor d.d. 3 juni 2025 (bijlage 34), voor zover inhoudende, als
verklaring van de verdachte [getuige 4]:
Ik ken [verdachte]. Hij is de persoon op de foto die aan mij wordt getoond. Ik leerde hem twee jaar geleden in de gym kennen. [Verdachte] biedt via zijn Whatsapp status cocaïne en marihuana aan. Ik koop twee keer per maand marihuana van [verdachte]. Normaliter betaal ik tussen de Afl. 50,- en Afl. 150,- voor de marihuana. Hiervoor krijg ik 6 à 7 gram marihuana. Ik heb ook twee keren hasj van [verdachte] gekocht. Ik heb hiervoor $ 20,- betaald. De drugsverkoop vindt als volgt plaats. Ik stuur [verdachte] een bericht van wat ik wil en daarna ontmoeten wij mekaar op een plek. De eerste keer dat ik marihuana van [verdachte] heb gekocht was vorig jaar april en de laatste keer was twee maanden geleden.
* Een proces-verbaal van verhoor d.d. 7 juni 2025 (bijlage 40), voor zover inhoudende, als
verklaring van de verdachte [getuige 3]:
Ik weet wie [verdachte] is. Ik heb enkele keren cocaïne van hem gekocht. Hij is de persoon op de foto die aan mij wordt getoond. Ik ken hem van achter Budweiser Bar. Ik heb ongeveer 15 jaar geleden voor het eerst cocaïne van hem gekocht. Ik ben daarna gestopt met cocaïne. Vorig jaar september heb ik weer cocaïne van hem gekocht. Ik heb vorig jaar ongeveer vier keer cocaïne van hem gekocht. Dat was ook de laatste keer dat ik cocaïne van hem had gekocht. De drugsverkoop vindt als volgt plaats. Ik stuur [verdachte] een bericht via Whatsapp waarin ik om cocaïne vraag. Hierna spreken wij af op een ontmoetingsplaats. Ik kan ook zeggen dat [verdachte] elke keer een ‘broadcast’ stuurt dat hij ‘open’ is. Hij stuurt een foto waarop staat ‘Drugs open’.
* Een proces-verbaal van verhoor d.d. 11 mei 2025 (bijlage 44), voor zover inhoudende, als
verklaring van de getuige [getuige 6]:
Ik heb [verdachte] ongeveer 6 maanden geleden via Facebook leren kennen. Hij heeft mij tijdens een gesprek bij Sandra’s verteld dat hij drugs verkoopt. Twee weken daarna heeft hij mij tijdens een etentje bij Don Jacinto verteld dat hij twee mobiele telefoons heeft. De IPhone gebruikt hij voor het verkopen van verdovende middelen. Vervolgens heeft hij mij een foto gewezen van een grote hoeveelheid drugs die verpakt waren. Naast die drugs was een grote hoeveelheid bankbiljetten. Hij heeft mij deze foto op 6 februari 2025 getoond.
* Een proces-verbaal van 2e verhoor d.d. 13 mei 2025 (bijlage 24), voor zover inhoudende, als
verklaring van de verdachte:
Iemand wilde mij een vuurwapen verkopen en ik had toen een video gemaakt. Het was een zwart vuurwapen kaliber .38. Het vuurwapen was helemaal geladen. Het had 6 patronen erin.
Ik was bevriend met een man met de bijnaam ‘[bijnaam]’. Hij had mij geforceerd om verschillende pakketten drugs voor hem te houden. De foto’s die jullie in mijn telefoon hebben gezien van de drugs is van hem.
* Een proces-verbaal van 3e verhoor d.d. 12 juni 2025 (bijlage 25), voor zover inhoudende, als
verklaring van de verdachte:
De pakketten te zien op de foto’s van 25 maart 2024, zijn pakketten die ik voor [bijnaam] moest vasthouden. In die pakketten zit marihuana. In de pakketten te zien op het videobeeld van 26 maart 2025 zit marihuana. In de pakketten te zien op de foto van 2 mei 2024 zit marihuana. Deze pakketten zijn afkomstig van de pakketten die jullie eerder hebben gezien in de witte kast.

6.Bewijsoverwegingen

Het Gerecht stelt op basis van de hiervoor vermelde bewijsmiddelen vast dat de verdachte in de periode van 1 januari 2010 tot en met 11 mei 2025 cocaïne en hennep heeft verkocht, afgeleverd, vervoerd, in bezit en aanwezig heeft gehad en dat hij op 8 maart 2024 een revolver en scherpe patronen voorhanden heeft gehad. Daarbij dient te worden opgemerkt dat de intensiteit van het ‘dealen’ gedurende deze lange periode niet goed valt vast te stellen. Voor de bewezenverklaring maakt dat echter niet uit, nu vaststaat dat verdachte
inde ten laste gelegde periode heeft gedeald. Het Gerecht zal hier bij de strafoplegging wel rekening mee houden.
Specifiek ten aanzien van het vuurwapen overweegt het Gerecht nog dat uit bijlage 10 niet zonder meer volgt over welke video de verbalisant relateert. Dat de verbalisant relateert over het videobeeld van de revolver van 8 maart 2024 leidt het Gerecht af uit het proces-verbaal 3e verhoor van de verdachte [verdachte], bijlage 25, pagina 39, 1e alinea, in combinatie met het feit dat het screenshot uit bijlage 10 grote overeenkomsten vertoont met de screenshots op p. 5 van bijlage 4.
De raadsman heeft nog bepleit dat de in de telefoon van verdachte aangetroffen foto’s en video’s van het bewijs moeten worden uitgesloten, nu verdachte geen toestemming zou hebben gegeven voor het onderzoek aan zijn telefoon. Het Gerecht verwerpt dit verweer. Uit het proces-verbaal van verhoor van verdachte d.d. 11 mei 2022 blijkt dat hij toestemming heeft gegeven tot onderzoek aan zijn telefoon en daarbij de pincode heeft verstrekt (p. 2). Dit proces-verbaal is op ambtseed opgesteld en bovendien door verdachte ondertekend. Er is daarom geen reden om te twijfelen aan het feit dat verdachte heeft ingestemd. Dat de politie niet het gebruikelijke formulier heeft gebruikt voor het vastleggen van verdachtes toestemming, maakt het voorgaande niet anders. Het door de raadsman geschetste alternatieve scenario dat de vriendin van verdachte de pincode aan de politie zou hebben gegeven is niet aannemelijk geworden. Het vindt geen steun in het dossier en is niet onderbouwd. Het onderzoek aan de telefoon is derhalve rechtmatig verricht en de resultaten daarvan kunnen voor het bewijs worden gebruikt.
De raadsman heeft verder bepleit dat de verdachte de pakketten onder bedreiging van een persoon genaamd “[bijnaam]” in bewaring had en zich daardoor onveilig voelde. Voorts is op basis van de foto’s en video’s op de telefoon van verdachte niet duidelijk wat de inhoud van de pakketten is. Er kan derhalve niet worden geconcludeerd dat de verdachte betrokken is bij grootschalige handel in verdovende middelen, aldus de raadsman. Voor zover door de verdediging een beroep op overmacht is gedaan, is het Gerecht van oordeel dat op geen enkele manier aannemelijk is geworden dat verdachte door ene “[bijnaam]” werd bedreigd en dat hij geen andere keuze had dan de pakketten te bewaren. Verder staat de omstandigheid dat de op de telefoon van verdachte aangetroffen pakketten niet zijn getest, er niet aan in de weg dat kan worden vastgesteld dat het om verdovende middelen gaat. Verdachte heeft immers zelf verklaard dat in de pakketten in ieder geval marihuana aanwezig was (cocaïne wist hij niet zeker) en uit de getuigenverklaringen blijkt dat verdachte ook over cocaïne beschikte. Dat wordt ook bevestigd door onderzoeksbevindingen aan de telefoon verdachte. Verdachte stuurde immers een bericht over ‘coca’ aan verschillende contacten en enkele contacten stonden in zijn telefoon opgeslagen met de toevoeging ‘kupra blanco’. Ook deze verweren worden verworpen.
Verdachte zal partieel worden vrijgesproken van de invoer van verdovende middelen, omdat uit het dossier niet volgt dat hij hierbij betrokkenheid heeft gehad.

7.Strafbaarheid en kwalificatie van het bewezen verklaarde

Het bewezenverklaarde levert op de meerdaadse samenloop van:
1. Opzettelijk handelen in strijd met artikel 3, eerste lid onder B en C, van de Landsverordening verdovende middelen,
strafbaar gesteld bij artikel 11 van deze Landsverordening;
2. Opzettelijk handelen in strijd met artikel 4, eerste lid onder B en C, van de Landsverordening verdovende middelen,
strafbaar gesteld bij artikel 11 van deze Landsverordening;
3. Overtreding van een verbod gesteld bij artikel 3, eerste lid, van de vuurwapenverordening,
strafbaar gesteld bij artikel 11 van deze Landsverordening.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezenverklaarde uitsluiten.

8.Strafbaarheid van de verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluiten.
De verdachte is daarom strafbaar voor het hiervoor bewezenverklaarde.

9.Oplegging van straf

Bij het bepalen van de straf heeft het Gerecht rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezenverklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, op de mate waarin de gedraging aan de verdachte te verwijten is en de persoon van de verdachte, zoals een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen.
Daarbij is in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft gedurende een lange periode (van ruim 15 jaar) beschikt over cocaïne en hennep en in deze periode gedeald. Dat het om aanzienlijke hoeveelheden verdovende middelen gaat blijkt uit de in de mobiele telefoon van de verdachte aangetroffen foto’s en videobeelden van tientallen pakketten inhoudende in ieder geval marihuana, zoals door verdachte is verklaard. Verder had de verdachte in ieder geval op 8 maart 2024 een revolver voorhanden. Zoals hiervoor reeds overwogen, is de intensiteit van dealen door de jaren heen niet helemaal duidelijk geworden. Op basis van de verklaring van getuige [getuige 3] kan worden geconcludeerd dat het is begonnen in 2010 en op basis van de getuigenverklaringen van [getuige 1], [getuige 2], [getuige 4], [getuige 7] en [getuige 5] kan worden geconcludeerd dat verdachte
op zijn minsthet laatste jaar voor zijn aanhouding regelmatig heeft gedeald. Ook het bericht met “Drugs open” dat verdachte aan verschillende contacten heeft verspreid, duidt hierop.
Het bezit en de handel in harddrugs als cocaïne leveren ernstige gevaren op voor de volksgezondheid en gaan vaak gepaard met andere vormen van criminaliteit, zoals geweldsdelicten en vermogenscriminaliteit. Ook de handel en het bezit van hennep vormen een bedreiging voor de samenleving, nu deze middelen verslavend zijn en schadelijk kunnen zijn voor de gezondheid. Door het handelen van verdachte wordt het gebruik en daarmee de verdere verspreiding van verdovende middelen bevorderd.
Het Gerecht rekent het verdachte verder ook zwaar aan dat hij in het bezit is geweest van een vuurwapen en bijbehorende munitie. Het ongecontroleerde bezit van vuurwapens levert een onaanvaardbaar risico op voor de veiligheid van personen en draagt bij aan het in stand houden van een klimaat van dreiging en geweld in de samenleving. Het voorhanden hebben van een vuurwapen vergroot de kans dat dit wapen daadwerkelijk wordt gebruikt, met mogelijk zeer ernstige gevolgen voor slachtoffers en de maatschappij als geheel. Het is algemeen bekend dat het illegale wapenbezit de kans op het gebruik daarvan in criminele kringen aanzienlijk vergroot.
De oriëntatiepunten van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie gaan voor vuurwapenbezit uit van een maandenlange gevangenisstraf. Voor het dealen van harddrugs van een periode langer dan 6 maanden, gaan zij uit van een gevangenisstraf vanaf 18 maanden en voor het bezit van grote hoeveelheden drugs gaan zij ook uit van langdurige gevangenisstraffen. De exacte hoeveelheden drugs die verdachte voor handen heeft gehad, zijn niet vast te stellen, maar op de foto’s staan tientallen pakketten met vermoedelijk verdovende middelen en in één van de video’s wordt gesproken over 101 pond aan pakketten waarbij de stem is herkend als zijnde die van verdachte (bijlage 5, pagina 15). Naar het oordeel van het Gerecht kan gelet hierop en op de ernst van het bewezenverklaarde niet worden volstaan met een andere of lichtere sanctie dan een straf die een onvoorwaardelijke vrijheidsbeneming met zich brengt.
Met betrekking tot de persoon van de verdachte, constateert het Gerecht dat de verdachte, zo blijkt uit zijn uittreksel uit het justitieel documentatieregister, niet eerder is veroordeeld voor soortgelijke strafbare feiten. Deze omstandigheid weegt niet in het voor- of nadeel van verdachte mee.
Het Gerecht is, na dit een en ander te hebben afgewogen, tot de slotsom gekomen dat een jarenlange onvoorwaardelijke gevangenisstraf in de rede ligt. De eis van de
officier van justitie, inhoudende een gevangenisstraf voor de duur van vier jaren, sluit hierbij aan en het Gerecht zal de strafeis dan ook volgen. Daarbij merkt het Gerecht op dat de straf, gelet op voornoemde oriëntatiepunten ook hoger had kunnen uitvallen. Alles afwegende is en onvoorwaardelijke gevangenisstraf van vier jaren passend en geboden. De verdachte zal daartoe dan ook worden veroordeeld.

10.In beslag genomen voorwerpen

Aan de orde zijn voorts de onder de verdachte in beslag genomen en nog niet teruggegeven voorwerpen.
De volgende voorwerpen zijn vatbaar voor verbeurdverklaring, te weten:
  • Een geldbedrag van Afl. 625,65 en $ 38,-;
  • Een donkerblauwe mobiele telefoon van het merk Apple IPhone;
  • Een zwarte heuptas van het merk Totto;
  • Twee doorzichtige plastic potjes;
  • Een gele blik “Baker Yeast”;
  • Een bruine blik.
De voorwerpen behoren immers toe aan de verdachte en zijn geheel of grotendeels door middel van of uit de baten van het onder feit 1 en feit 2 bewezenverklaarde verkregen en/of zijn met betrekking tot die onder 1 en 2 bewezenverklaarde feiten begaan. Het Gerecht zal daarom de verbeurdverklaring gelasten.
De 7,17 gram cocaïne en 5,23 gram marihuana zijn vatbaar voor onttrekking aan het verkeer. Het betreft voorwerpen met betrekking tot welke het onder feit 1 en feit 2 bewezen verklaarde is begaan. Het ongecontroleerde bezit van de voorwerpen is bovendien in strijd met de wet en/of het algemeen belang. Het Gerecht zal de voorwerpen daarom onttrekken aan het verkeer.
De witte mobiele telefoon van het merk Samsung behoort toe aan de verdachte. Het Gerecht zal de teruggave daarvan aan de verdachte gelasten, nu dit voorwerp niet vatbaar is voor verbeurdverklaring dan wel onttrekking aan het verkeer.

11.Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straf is, behalve op de reeds aangehaalde wettelijke voorschriften, gegrond op de artikelen 1:67, 1:68, 1:74, 1:75, 1:136 en 1:224 van het Wetboek van Strafrecht van Aruba, zoals deze luidden ten tijde van het bewezenverklaarde.
BESLISSING
Het Gerecht:
verklaart wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte de ten laste gelegde feiten, zoals hiervoor bewezen geacht, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
kwalificeert het bewezenverklaarde als hiervoor omschreven;
verklaart het bewezenverklaarde strafbaar en de verdachte daarvoor strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
4 [vier] jaren;
beveelt dat de tijd die door de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht;
verklaart verbeurd de onder de verdachte in beslag genomen en nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
  • Het geldbedrag van Afl. 625,65 en $ 38,-;
  • Een donkerblauwe mobiele telefoon van het merk Apple IPhone;
  • Een zwarte heuptas van het merk Totto;
  • Twee doorzichtige plastic potjes;
  • Een gele blik “Baker Yeast”;
  • Een bruine blik;
beveelt de onttrekking aan het verkeer van de onder de verdachte in beslag genomen 7,17 gram cocaïne en 5,23 gram marihuana;
gelast de teruggave van de witte mobiele telefoon van het merk Samsung aan de verdachte.
Dit vonnis is gewezen door de rechter mr. I.L. Gerrits, bijgestaan door mr. A.B. Bennett, (zittingsgriffier), en op 6 oktober 2025 in tegenwoordigheid van de griffier uitgesproken ter openbare terechtzitting van het Gerecht in Aruba.
uitspraakgriffier: