ECLI:NL:OGEABES:2016:19

Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Datum uitspraak
25 mei 2016
Publicatiedatum
23 mei 2024
Zaaknummer
AR 15 van 2015 (BON201500079)
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • M.L.J. Koopmans
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis inzake ongerechtvaardigde verrijking en nakoming van betalingsverplichtingen

In deze zaak, die werd behandeld door het Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba, stond de vordering van de naamloze vennootschap BamBam Constructions N.V. centraal. De eiser in conventie, die woonachtig is in Amsterdam, had een vordering ingesteld tegen BamBam, die gevestigd is op Bonaire, met betrekking tot vermeend onrechtmatig handelen en ongerechtvaardigde verrijking. De zaak werd behandeld in het kader van civiel recht en de uitspraak vond plaats op 25 mei 2016.

Het procesverloop omvatte meerdere comparities, waarbij de eiser in conventie niet adequaat vertegenwoordigd was, wat leidde tot aanhoudingen en een verzoek om vonnis. De rechter concludeerde dat de eiser in conventie tekort was geschoten in zijn stelplicht en dat de vordering moest worden afgewezen. BamBam had in reconventie gevorderd dat de eiser in conventie werd veroordeeld tot betaling van een bedrag van US$ 1787,06, vermeerderd met wettelijke rente. De rechter oordeelde dat de reconventionele vordering van BamBam voor toewijzing gereed lag, en dat de eiser in conventie niet voldoende verweer had gevoerd.

De rechter wees de vordering in conventie af en veroordeelde de eiser in reconventie tot betaling aan BamBam, met de kosten tot op heden begroot op nihil. Dit vonnis werd uitgesproken in aanwezigheid van de griffier, en de rechter benadrukte dat de uitspraak uitvoerbaar bij voorraad was.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN BONAIRE, SINT EUSTATIUS EN SABA

zittingsplaats Bonaire

Burgerlijke zaken over 2015
Registratienummer: AR 15 van 2015
Datum uitspraak: 25 mei 2016

VONNIS

in de zaak van:

[eiser in conventie, verweerder in reconventie],

wonende in Amsterdam,
eiser in conventie,
verweerder in reconventie,
hierna te noemen: [eiser in conventie, verweerder in reconventie],
advocaat: mr E.T. Wesselius,
tegen

de naamloze vennootschap BamBam Constructions N.V.,

gevestigd op Bonaire,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
hierna te noemen: BamBam,
advocaat: eerst mr B. Falkena (inmiddels alhier geen advocaat meer nu hij per e-mailbericht aan de Griffie van 14 september 2015 heeft gemeld inmiddels woonplaats te hebben in Europees Nederland) en thans in de persoon van haar bestuurder.

De weergave van het procesverloop

in conventie en in reconventie:
1. Voor een weergave van het procesverloop moet hier worden verwezen naar wat daarover staat vermeld in het in deze zaak op 25 november 2015 gewezen tussenvonnis. Het daarop gevolgde procesverloop laat zich als volgt duiden:
- de in het vonnis bepaalde comparitie van partijen is bepaald op 27 januari 2016 om 15.00 uur. Bij die gelegenheid zijn verschenen mr Wesselius als gemachtigde van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] alsmede met daartoe strekkende adequate volmacht, mevr. [gevolmachtigd].
Mr Wesselius was vergezeld van de heer [persoon 1] die echter niet beschikte over een schriftelijke volmacht om [eiser in conventie, verweerder in reconventie] in rechte te kunnen en mogen vertegenwoordigen. Het Gerecht heeft daarom de heer [persoon 1] geen toestemming gegeven om ter comparitie het woord te voeren namens [eiser in conventie, verweerder in reconventie]. De comparitie is aangehouden teneinde [eise in conventie, verweerder in reconventie] in de gelegenheid te stellen om alsnog deugdelijk vertegenwoordigd te verschijnen ter comparitie om inlichten te verschaffen en om en vergelijk te beproeven. Dit nadat Mevr. [gevolmachtigd] in de gelegenheid was gesteld om zowel in conventie als in reconventie het standpunt van BamBam feitelijk toe te lichten, ook door het beantwoorden van vragen van de rechter;
- de comparitie van partijen is voortgezet op 21 maart 2016 om 14.00 uur. Toen zijn verschenen Mr Wesselius, de gemachtigde van [eiser in conventie, verweerder in reconventie], alsmede namens BamBam, haar bestuurder de heer [bestuurder] almede (onder dezelfde adequate volmacht) mevr. [gevolmachtigd]. Ter zitting was ook weer aanwezig de heer [persoon 1]. Door hem is een qua tekst zeer summiere volmacht overhandigd waarvan ter zitting door de rechter is geconstateerd dat die ontoereikend moet zijn. Dit omdat de heer [persoon 1] desgevraagd meedeelde dat hij geen volmacht had om namens [eiser in conventie, verweerder in reconventie] in deze zaak standpunten in te nemen en om een vergelijk te beproeven. [persoon 1] verklaarde alleen ter zitting te zijn gekomen op verzoek van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] omdat hijzelf het nodige van deze zaak afwist en daarom als getuige (wat thans zonder bewijsopdracht dus (nog) niet aan de orde is) kon worden gehoord. Daarop is door de rechter geconcludeerd dat anders dan de overhandigde schriftelijke volmacht doet vermoeden, [persoon 1] onvoldoende volmacht is verstrekt om namens [eiser in conventie, verweerder in reconventie] ter comparitie te verschijnen en om namens hem het woord te voeren, standpunten in te nemen en ook om een vergelijk te beproeven. De voortzetting van de inhoudelijke comparitie van partijen is vervolgens achterwege gelaten. Daarop is de zaak verwezen naar de rolzitting van dit Gerecht van 20 april 2016 voor dagbepaling voorzetting comparitie (laatste mogelijkheid);
- Daarna is nog voor die rolzitting van de zijde van BamBam onder meer om redenen van proces-economie bezwaar gemaakt tegen voortzetting van de comparitie van partijen, en is vonnis gevraagd. Door BamBam is geweigerd om nog een derde keer (“voor niets”) ter comparitie te verschijnen. Van de zijde van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] is in reactie daarop verzocht om de voortzetting van comparitie te laten doorgaan, dan wel om hem in de gelegenheid te stellen een akte na comparitie van partijen in het geding te laten brengen;
- tot slot is door het Gerecht beslist dat de voortzetting van de comparitie van partijen geen doorgang zal vinden en dat vonnis zal worden gewezen op heden. Het verzoek om een akte te mogen nemen na gehouden comparitie van partijen, is om redenen van proces-economie afgewezen.

De verdere beoordeling van het geschil

In conventie en in reconventie:
2. Ook hier moet eerst worden verwezen naar het in deze zaak op 25 november 2015 gewezen tussenvonnis, en wel in het bijzonder naar wat daarin is vastgesteld (de feiten waarvan kan worden uitgegaan), is weergegeven (de standpunten van partijen) en is overwogen en beslist. Het gerecht volhardt daarbij en in vervolg daarop moet thans nog als volgt worden overwogen en beslist.
In conventie:
3. De conventionele vordering is gebaseerd op een aantal specifieke hierna te bespreken “Kooyman bonnen”. Het betreft hier naar zeggen van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] steeds aankopen van materialen die zijn aangeschaft voor andere projecten dan die van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] c.s.. De vordering van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] is dus gebaseerd op vermeend onrechtmatig handelen en/of ongerechtvaardigde verrijking aan de zijde van BamBam,
4. Door BamBam zulks gemotiveerd weersproken zoals staat vermeld in het meergenoemd tussenvonnis, en die tegenspraak heeft BamBam ter comparitie volgehouden en feitelijk aangevuld/nader onderbouwd, en wel per hier ter zake doende bon als volgt:
over de bon van 12 december 2012:
mevr. [gevolmachtigde]: deze bon is niet door gedaagde getekend; de spullen zijn opgehaald door mevr. [persoon 2];
mr Wesselius: dit klopt; de eis in conventie is met dit bedrag verminderd bij repliek. Dit is geen geschilpunt meer;
over de twee bonnen van 11 januari 2013:
mevr. [gevolmachtigde]: onder beide bonnen staat geen handtekening van een gemachtigde van gedaagde. Onbekend is van wie die handtekening is. De bon zegt mij ook niets;
over de bon van 14 januari 2013:
mevr. [gevolmachtigde]: onder de bon staat geen handtekening van een gemachtigde van gedaagde. Onbekend is van wie die handtekening is. de bon zegt mij ook niets;
over de bon van 15 januari 2013:
mevr. [gevolmachtigde]: deze bon betreft materialen opgehaald ten behoeve van het pand van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] aan de [adres 1]. Deze materialen zijn opgehaald door [persoon 3];
over de bon van 4 februari 2013:
mevr. [gevolmachtigde]: deze bon betreft materialen opgehaald ten behoeve van het pand van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] aan de [adres 1]. De handtekening is van [persoon 4] (in dienst van [eiser in conventie, verweerder in reconventie]);
over de bon van 8 februari 2013:
mevr. [gevolmachtigde]: deze bon betreft materialen opgehaald ten behoeve van het pand van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] aan de [adres]. Dit betreft onder meer de slijptol voor [persoon 4] (in dienst van [eiser in conventie, verweerder in reconventie]) ten behoeve van de vloer;
over de bon van 13 februari 2013:
mevr. [gevolmachtigde]:deze bon betreft materialen opgehaald ten behoeve van het pand van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] aan de [adres];
over de bon van 25 februari 2013:
mevr. [gevolmachtigde]: dit betreft geen handtekening van/namens gedaagde. Wie wel heeft getekend is niet bekend;
over de bon van 26 april 2013:
mevr. [gevolmachtigde]: deze bon betreft materialen opgehaald ten behoeve van het pand van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] aan de [adres 2] (is nu verhuurd aan Hidrofor).
over de bonnen (2 stuks) van 29 april 2013:
mevr. [gevolmachtigde]: deze bonnen betreffen steeds materialen opgehaald ten behoeve van het pand van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] aan de [adres 2] (is nu verhuurd aan Hidrofor);
over de bonnen (2 stuks) van 3 mei 2013:
mevr. [gevolmachtigde]: deze bonnen betreffen steeds materialen opgehaald ten behoeve van het verhelpen van lekkage aan het pand van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] waarin de Reclassering zit;
over de bonnen (2 stuks) van 6 en 7 mei 2013:
mevr. [gevolmachtigde]: deze bonnen betreffen steeds materialen opgehaald voor Caribbean Court;
over de bon van 14 mei 2013:
mevr. [gevolmachtigde]: deze bon betreft materialen opgehaald ten behoeve van het pand van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] aan de [adres] (is nu verhuurd aan Hidrofor);
over de bonnen (3 stuks) van 24 mei 2013:
mevr. [gevolmachtigde]: deze bonnen betreffen materialen opgehaald ten behoeve van het pand van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] boven het juwelenhuisje Les Galleries. Het Sphinx toilet wordt later op die dag gecrediteerd in de bon van dezelfde datum. De derde bon betreft een toilet voor Les Galleries;
over de bon van 27 mei 2013:
mevr. [gevolmachtigde]: deze bon betreft materialen opgehaald ten behoeve van het pand van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] aan de [adres 2] (is nu verhuurd aan Hidrofor).
De slotsom
5. Het Gerecht oordeelt de tegenspraak van BamBam dat zij jegens [eiser in conventie, verweerder in reconventie] onrechtmatig heeft gehandeld c.q. dat sprake is geweest van ongerechtvaardigde verrijking, op alle (resterende) onderdelen van de vordering gemotiveerd en gedegen. Door BamBam is aantoonbaar veel moeite gedaan om de bonnen te relateren aan projecten die op dat moment ten behoeve en van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] werden uitgevoerd, en dat is in voldoende mate gelukt. voor Voor wat betreft de hier aan de orde zijnde bonnen is genoegzaam duidelijk gemaakt dat de aangeschafte materialen direct zijn gebruikt “in projecten van eiser”.
6. Het Gerecht stelt voorts vast dat het op de weg van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] had gelegen om in vervolg op deze gemotiveerde tegenspraak nader en beter te stellen. Zulks is nagelaten want ook op de speciaal daartoe aangehouden comparitie van partijen is het [eiser in conventie, verweerder in reconventie] niet gelukt om die tegenspraak per bon gedetailleerd en duidelijk te produceren. Ook de gemachtigde Wesselius was daartoe niet geholpen aan feitelijke informatie die per bon naar voren kon worden gebracht.
7. De slotsom moet dan ook zijn dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] is tekort geschoten in diens stelplicht. Niet voor niets bepaalt artikel 177 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering BES dat het Gerecht uit het niet-verschijnen of uit het weigeren om antwoord te geven de gevolgtrekking kan maken die het Gerecht geraden acht.
8. De slotsom luidt dan ook dat vordering van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] moet worden afgewezen. Er is geen reden om ten laste van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] een kostenveroordeling te geven, nu BamBam in het geding in conventie geen kosten heeft gemaakt. Een gemachtigde is door haar niet ingeschakeld en zij heeft geen griffierecht hoeven betalen.
In reconventie:
9. BamBam heeft in reconventie gevorderd om bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad [eiser in conventie, verweerder in reconventie] te veroordelen tot betaling aan haar van US$ 1787,06 te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 11 juli 2014 tot de dag van de algehele voldoening. Dit met veroordeling van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] in de kosten van het geding in reconventie.
10. BamBam stelt daartoe als grondslag nakoming. [eiser in conventie, verweerder in reconventie] laat na om een viertal door BamBam onder 29. van de conclusie van eis in reconventie aangeduide facturen te betalen, terwijl daartoe wel is gehouden op basis van de gemaakte afspraken. Daarenboven moet een vergoeding van US$ 530,- worden betaald. Uit de facturen blijkt genoegzaam waarom [eiser in conventie, verweerder in reconventie] gehouden is deze bedragen te betalen. Betaling is alleen achterwege gelaten vanwege de vordering in conventie.
11. [ eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft geconcludeerd tot afwijzing van het in reconventie gevorderde. Dit onder aanvoering van – kort samengevat – het volgende:
- [ eiser in conventie, verweerder in reconventie] had en heeft geen overeenkomst met BamBam;
- het is en blijft onduidelijk waarop de door BamBam gevorderde bedragen zien. Ook ontbreekt een aanduiding op welke projecten deze bedragen zien;
- deze vordering(en) moet bij Intertech worden neergelegd;
12. De tegenspraak van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] is indachtig de voldoende feitelijke stellingname van BamBam zeer summier en feitelijk niet onderbouwd. Het had op de weg van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] gelegen om in het vervolg van dit geding – en dan met name ter comparitie - op de voldoende adequate stellingname van BamBam beter met feiten gefundeerd verweer te voeren. Zulks is echter nagelaten want ook op de daartoe aangehouden comparitie van partijen heeft [eiser in conventie, verweerder in reconventie] niet van die gelegenheid gebruik gemaakt om zulks alsnog te doen. Ook de gemachtigde Wesselius was daartoe niet geholpen aan feitelijke informatie die naar voren kon worden gebracht.
13. De slotsom moet dan ook allereerst zijn dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] is tekort geschoten in de adstructie van zijn verweer in reconventie. Artikel 177 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering BES, dat het Gerecht uit het niet-verschijnen of uit het weigeren om antwoord te geven de gevolgtrekking kan maken die het Gerecht geraden acht, maakt zulks mogelijk. Ook moet en mag de conclusie uit die proceshouding van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] zijn dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] niet langer wenst te persisteren bij zijn tegenspraak in reconventie. De door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] gevoerde verweren moeten daarom worden verworpen.
14. De slotsom luidt dan ook dat de reconventionele vordering van BamBam voor toewijzing gereed ligt. Er is wel reden om ten laste van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] – als de in het ongelijk gestelde partij - een kostenveroordeling te geven. Die kosten zullen echter tot op heden worden begroot op nihil nu BamBam in het geding in reconventie tot op heden geen kosten heeft gemaakt, maar die kosten mogelijk later bij de executie van dit vonnis wel alsnog kan gaan maken. Een gemachtigde is door haar tot op heden niet ingeschakeld en zij heeft in reconventie geen griffierecht hoeven betalen.

Rechtdoende:

Het Gerecht:
in conventie:
Wijst af het gevorderde.
In reconventie:
Veroordeelt [eiser in conventie, verweerder in reconventie] om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan BamBam te betalen US$ 1.787,06 te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag vanaf 11 juli 2014 tot de dag van de algehele voldoening.
Veroordeelt [eiser in conventie, verweerder in reconventie] voorts tot betaling aan BamBam van de aan die zijde in dit geding gemaakte kosten, welke kosten tot op heden door het Gerecht worden begroot op nihil.
Verklaart dit in reconventie gewezen vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.L.J. Koopmans, rechter in voormeld Gerecht en
is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 25 mei 2016 in tegenwoordigheid
van de griffier.