ECLI:NL:OGEABES:2024:128

Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Datum uitspraak
17 juli 2024
Publicatiedatum
29 januari 2025
Zaaknummer
BON202300481
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek tot toepassing regeling langdurig onverdeeld gebleven gemeenschappen

In deze zaak heeft het Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba op 17 juli 2024 uitspraak gedaan in een verzoek tot toepassing van de regeling voor langdurig onverdeeld gebleven gemeenschappen, zoals vastgelegd in artikel 3:200a e.v. van het Burgerlijk Wetboek. Het verzoek werd ingediend door Van de Mosselaar, die zich richtte tot het Gerecht met betrekking tot een onroerende zaak gelegen te Antriol, groot 14.000 m², waarvan de eigendom verdeeld is tussen Barbolina Thielman en de wijlen familie B. Martes. De zaak betreft een complex erf- en eigendomsrecht, waarbij de nakomelingen van de kinderen van Balentien Hyginus Martes als enige eigenaren van het Martes-terrein worden beschouwd.

Het Gerecht heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat de regeling voor langdurig onverdeeld gebleven gemeenschappen niet van toepassing is, omdat de deelgenoten, zijnde de nakomelingen van de kinderen Martes, goed te traceren zijn en er geen sprake is van een situatie waarin de deelgenoten niet meer kunnen worden opgespoord. Het verzoek van Van de Mosselaar is afgewezen, en het Gerecht heeft bepaald dat de kosten van de procedure voor zijn rekening komen. De beschikking is gepubliceerd op de website van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie.

De uitspraak benadrukt het belang van de identificatie van deelgenoten in erfkwesties en de mogelijkheden voor hen om zelf te bepalen hoe zij de eigendom willen verdelen. Indien zij er niet uitkomen, kunnen zij de rechter verzoeken om de wijze van verdeling vast te stellen, waarbij rekening wordt gehouden met de belangen van alle partijen.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN BONAIRE, SINT EUSTATIUS EN SABAzittingsplaats Bonaire
Zaaknummer: BON202300481
Datum uitspraak: 17 juli 2024
Beschikking op het verzoek met betrekking tot de onroerende zaak gelegen te:
ANTRIOL(14.000 m²)
op Bonaire
kadastraal bekend afdeling 4, sectie D, nummer 190, groot 14.000 m² (woeste grond),
welk perceel volgens de schriftelijke inzage van het Kadaster van 25 juli 2023 ten name staat van
‘Barbolina Thielman (1/2)’ en ‘Wijlen familie B. Martes (1/2)’
van:

1.[verzoeker],

wonend te Bonaire,
hierna te noemen: Van de Mosselaar,
verzoeker,
met als in het geding verschenen partijen:

2.t/m 16 [belanghebbenden 2 t/m 16]

hierna gezamenlijk te noemen: [belanghebbenden 2 t/m 16],

17.[belanghebbende 1], wonend te Australië,

gemachtigde: mr. Willem Ouwens, notaris in Adelaide,
en
18. [belanghebbende 2], wonend te Australië,
HET OPENBAAR LICHAAM BONAIRE,
zetelend te Bonaire,
hierna te noemen: OLB,
gemachtigde: mr. T.L.H. Peeters,
en
de stichting
FUNDASHON CAS BONAIRIANO,
gevestigd te Bonaire,
hierna te noemen: FCB.

1.Het verdere procesverloop

1.1.
Het Gerecht verwijst naar zijn tussenbeschikking van 29 november 2023.
1.2.
Op 18 januari 2024 en 2 april 2024 heeft de gemachtigde van [belanghebbende 1] een e-mail ingezonden.
1.3.
Op 22 april 2024 is een akte, met producties, genomen door [belanghebbenden 2 t/m 16], [verzoeker] en OLB.
1.4.
Op 26 juni 2024 is een antwoordakte genomen door [belanghebbenden 2 t/m 16], met producties, [verzoeker], OLB en FCB.
1.2.
Beschikking is bepaald op heden.

2.De verdere beoordeling

2.1.
Uit de ingebrachte notariële akte van 11 oktober 1899 blijkt dat Barbolina (in de kop van de akte: Bartolina) Thielman een terrein kocht en in eigendom verkreeg, groot 26.320 m2, meetbrief 31 januari 1893.
2.2.
Blijkens de ingebrachte notariële akte van 29 september 1900 verkocht en leverde voornoemde Barbolina Thielma de westelijke helft van het voornoemde terrein aan Balentien Hyginus Martes, ‘die verklaarde in koop te accepteren voor en ten behoeve van zijne minderjarige kinderen verwekt en nog te verwekken bij zijne echtgenoote Basilia Thielman’.
2.3.
Het Gerecht legt deze akte aldus uit dat Balentien Hyginus Martes als wettelijke vertegenwoordiger van zijn kinderen de eigendom verkreeg. De kinderen werden dus eigenaar van deze helft van het terrein (het Martes-terrein).
2.4.
Het Martes-terrein viel niet in de tussen Balentien Hyginus Martes en Basilia Thielman bestaande huwelijksgemeenschap (ervan uitgaande dat zij in gemeenschap van goederen gehuwd waren). Overigens, ook als dat anders was, zouden de kinderen door erfopvolging van hun moeder het hele Martes-terrein verwerven.
2.5.
Dit betekent dat [belanghebbenden 2 t/m 16], zijnde de nakomelingen van de kinderen Martes, thans de enige eigenaren zijn. Het is niet nodig stil te staan bij enige Thielman.
2.6.
Het aantal Martes-deelgenoten ([belanghebbenden 2 t/m 16]) is beperkt en over hun identiteit bestaat behoorlijke zekerheid. Dit betekent dat niet ‘aannemelijk is geworden dat de deelgenoten niet meer kunnen worden opgespoord of dat de waarde van de aandelen der deelgenoten zeer gering is’ (artikel 3:200a lid 1 eerste zin BW). Afdeling 4 van titel 7 van Boek 3 BW (Langdurig onverdeeld gebleven gemeenschappen, bestaande uit een onroerende zaak) is dus niet toepasselijk en het verzoek van Van de Mosselaar moet worden afgewezen.
2.7. [
[belanghebbenden 2 t/m 16] kunnen zelf bepalen of en zo ja, hoe zij willen verdelen. Komen zij er niet uit, dan kan elke deelgenoot de rechter vragen de wijze van verdeling of de verdeling vast te stellen. De rechter houdt rekening naar billijkheid zowel met de belangen van partijen als met het algemeen belang (artikel 3:185 lid 1 slot BW). Een van de wijzen van verdeling is verdeling van de netto-opbrengst van het goed of een gedeelte daarvan, nadat dit op een door de rechter bepaalde wijze zal zijn verkocht (artikel 3:185 lid 2 onder c BW). Kennelijk wil [verzoeker] kopen; ook FCB wil kopen (bod US$ 280.000).
2.8. [
[verzoeker] moet de kosten van deze procedure dragen.

3.Beslissing

Het Gerecht
- wijst het verzoek af;
- veroordeelt [verzoeker] in de kosten van deze procedure aan de zijde van het Land tot op heden begroot op US$ 2.094 en aan de zijde van de overige partijen tot op heden begroot op nihil;
- bepaalt dat deze eindbeschikking wordt gepubliceerd op de website van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie: http://www.gemhofvanjustitie.org/ onder Uitspraken – Oude boedels (Bonaire) – Antriol.
Deze beschikking is gegeven door mr. J. de Boer, rechter, en op 17 juli 2024 door mr. E.G.C. Groenendaal, rechter getekend en uitgesproken ter openbare terechtzitting in Bonaire in aanwezigheid van de griffier.