Uitspraak
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN BONAIRE, SINT EUSTATIUS EN SABA
zittingsplaats Bonaire
1.[eiser 1],
[eiser 2],
Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Op 27 november 2024 heeft het Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba een mondeling vonnis gewezen in een kort geding. De eisers, [eiser 1] en [eiser 2], wonende te Bonaire, hebben een verzoek ingediend om de Staat der Nederlanden te bevelen twee motorvoertuigen aan hen af te geven. Deze voertuigen waren in beslag genomen in het kader van een strafrechtelijke procedure tegen hun zoon, [zoon van eisers], die verdacht werd van feiten die zijn strafbaar gesteld in de Opiumwet 1960. De inbeslagname vond plaats op 19 oktober 2023 en was bedoeld voor de waarheidsvinding en verbeurdverklaring. Op 17 april 2024 heeft de rechter in de strafzaak tegen [zoon van eisers] een last tot teruggave van de voertuigen gegeven aan de ouders, omdat er onvoldoende bewijs was dat zij op de hoogte waren van het gebruik van de voertuigen voor strafbare feiten.
Eisers stellen dat het Openbaar Ministerie van Bonaire, Sint Eustatius en Saba (OM BES) de last tot teruggave moet uitvoeren, maar de Staat voert verweer en stelt dat eisers niet-ontvankelijk zijn in hun verzoek. Het Gerecht overweegt dat de last tot teruggave alleen betrekking heeft op het klassiek beslag en dat het conservatoir beslag, dat is gelegd met het oog op ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel, nog steeds van kracht is. Hierdoor heeft het OM BES de voertuigen rechtmatig onder zich. Het Gerecht verklaart eisers niet-ontvankelijk in hun verzoek en veroordeelt hen in de proceskosten. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad en is mondeling uitgesproken in het bijzijn van de griffier.