ECLI:NL:OGEABES:2025:72

Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Datum uitspraak
2 september 2025
Publicatiedatum
24 november 2025
Zaaknummer
BON202500417
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voogdij over ongeboren kind en gezagsvacuüm bij minderjarige moeder

In deze zaak heeft de Voogdijraad Caribisch Nederland verzocht om Zorg en Jeugd Caribisch Nederland (ZJCN) te belasten met de voogdij over het ongeboren kind van een minderjarige moeder. De moeder, geboren in 2010, is zwanger en de uitgerekende datum is 23 september 2025. De biologische vader heeft het kind nog niet erkend. De Voogdijraad was eerder benoemd tot bijzondere curator over de moeder en de moeder is onder toezicht gesteld van ZJCN voor de duur van een jaar. De rechtbank heeft op 2 september 2025 uitspraak gedaan, waarbij het belang van het ongeboren kind voorop stond. De rechter oordeelde dat er een gezagsvacuüm zal ontstaan bij de geboorte van het kind, aangezien de moeder op dat moment nog minderjarig is en niet bevoegd is om het gezag uit te oefenen. De rechtbank heeft ZJCN benoemd tot voogdes over het ongeboren kind, met de beslissing dat de voogdij ingaat op het moment van de geboorte. Tevens is ZJCN gelast om de geboorteakte zo spoedig mogelijk aan het gerecht te sturen, zodat de beslissing kan worden geregistreerd in het openbare gezagsregister. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN BONAIRE, SINT EUSTATIUS EN SABA

zittingsplaats Bonaire

Registratienummer: BON202500417
Datum beslissing: 2 september 2025
BESCHIKKING
op verzoek van:
VOOGDIJRAAD CARIBISCH NEDERLAND,
gevestigd te Bonaire,
hierna: de Voogdijraad,
met betrekking tot het ongeboren kind van de hierna te noemen moeder.
Als belanghebbende wordt aangemerkt:
[de moeder],
wonende te Bonaire,
hierna: de moeder,
en
[de oma],
wonende te Bonaire,
hierna: de oma,
gemachtigde: mr. A.T.C. Nicolaas.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift bij bijlagen van de Voogdijraad,
  • de mondelinge behandeling – die gelijktijdig met de behandeling in de zaak met nummer BON202500418 - heeft plaatsgevonden op 20 augustus 2025 en waarbij zijn verschenen mevrouw [medewerker 1 Voogdijraad] en mevrouw [medewerker 2 Voogdijraad] namens de Voogdijraad en de oma. Namens Zorg en Jeugd Caribisch Nederland (ZJCN) waren mevrouw ]medewerker 1 ZJCN] en mevrouw [medewerker 2 ZJCN] aanwezig. Ook was ZZP’er [naam ZZP’er] aanwezig.
1.2.
De moeder is gelet op haar leeftijd in de gelegenheid gesteld om haar mening kenbaar te maken. Zij heeft voorafgaand aan de zitting een gesprek gehad met de rechter.
1.3.
De uitspraak is bepaald op vandaag.

2.De feiten

2.1.
De moeder is geboren op [geboortedatum] 2010. Zij is zwanger en de uitgerekende datum is 23 september 2025. De ongeboren baby is (nog) niet door de biologische vader erkend.
2.2.
Bij beschikking van 7 mei 2025 – in de zaak met nummer BON202500216 - is de Voogdijraad tot bijzondere curator over de moeder benoemd.
2.3.
Bij beschikking van 1 september 2025 – in de zaak met nummer BON202500418 - is de moeder onder toezicht gesteld van ZJCN voor de duur van een jaar. Bij die beschikking is het verzoek om de moeder – samen met de baby – uit huis te plaatsen is afgewezen.
2.4.
ZJCN heeft zich bereid verklaard om de voogdij over de nu nog ongeboren baby op zich te nemen.

3.De beoordeling

3.1.
De voogdijraad verzoekt om ZJCN te belasten met de voogdij over de nu nog ongeboren baby van de moeder.
3.2.
In artikel 1:295 BW BES is bepaald dat de rechter in eerste aanleg een voogd benoemt over alle minderjarigen, die niet onder ouderlijk gezag staan en in wier voogdij niet op wettige wijze is voorzien. De moeder is minderjarig en zij zal ingevolge artikel 1:246 BW BES ten tijde van de geboorte van de baby onbevoegd om het gezag uit te oefenen. Vanaf de geboorte zal er dus een gezagsvacuüm zijn.
3.3.
De baby is nog niet geboren, maar artikel 1:2 BW bepaalt onder meer dat een kind als geboren wordt aangemerkt, zo dikwijls zijn belang dit vordert. Het gerecht is van oordeel dat gezien het rapport van de Voogdijraad en de mondelinge toelichting de situatie rondom de baby meebrengt dat er ten aanzien van het onderhavige verzoek moet worden beslist. De baby wordt daarom, juridisch, als reeds geboren aangemerkt.
3.4.
Het gerecht acht het in het belang van de baby om ZJCN tot voogdes te benoemen. De moeder woont in het gezin van de oma en de stiefvader. Er zijn zorgen over die gezinssituatie. Daarom is [de moeder] onder toezicht gesteld van ZJCN. Het gerecht acht het gelet op de zorgen in het belang van de baby dat een neutrale organisatie met de voogdij over de baby wordt belast.

4.De beslissing

Het gerecht:
4.1.
benoemt Zorg en Jeugd Caribisch Nederland tot voogdes over het nu nog ongeboren kind van
[de moeder], geboren op [geboortedatum] 2010 te Venezuela, waarvan zij op dit moment zwanger is, waarbij de voogdij zal ingaan op het moment van de geboorte,
4.2.
gelast ZJCN om de geboorteakte van de baby waarvan
[de moeder], geboren op [geboortedatum] 2010 te Venezuala, op dit moment zwanger is zo spoedig mogelijk aan het gerecht te sturen waarna de griffier zorg zal dragen dat aantekening wordt gemaakt van de onder 4.1. gegeven beslissing in het in artikel 1:244 BW BES genoemde openbare gezagsregister;
4.3.
verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. R.P.P. Hoekstra, rechter, en uitgesproken op
2 september 2025 in tegenwoordigheid van de griffier.