ECLI:NL:OGEAC:2016:34

Gerecht in eerste aanleg van Curaçao

Datum uitspraak
17 februari 2016
Publicatiedatum
19 juli 2016
Zaaknummer
500.00212/15
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • M.C.B. Hubben
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een recidivist voor meerdere diefstallen en heling met een gevangenisstraf van zes jaar

In deze zaak heeft het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao op 17 februari 2016 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1992 en thans gedetineerd. De verdachte is veroordeeld voor verschillende strafbare feiten, waaronder meerdere diefstallen en heling, die in een relatief korte periode zijn gepleegd. De officier van justitie heeft een gevangenisstraf van zes jaar geëist, met aftrek van voorarrest, en de vordering van de benadeelde partij is toegewezen. De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan diefstal met geweld, waarbij hij op 14 juni 2015 een slachtoffer beroofde van een gouden halsketting. Daarnaast heeft hij inbraken gepleegd in woningen en een school, waarbij hij diverse goederen heeft weggenomen. Het Gerecht heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat het openbaar ministerie ontvankelijk was in zijn vervolging. De verdachte is vrijgesproken van enkele feiten wegens onvoldoende bewijs, maar voor de overige feiten is hij schuldig bevonden. Het Gerecht heeft rekening gehouden met de ernst van de feiten en de recidive van de verdachte, en heeft een onvoorwaardelijke gevangenisstraf opgelegd. Tevens is er een schadevergoedingsmaatregel opgelegd aan de benadeelde partij.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO

V E R K O R T S T R A F V O N N I S
in de zaak tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren op [datum] 1992 te Curaçao,
wonende te Curaçao, thans alhier gedetineerd.

1.Onderzoek van de zaak

Het onderzoek ter openbare terechtzitting heeft plaatsgevonden op 27 januari 2016. De verdachte is verschenen, bijgestaan door zijn raadsman, mr. M.A. Koendjbiharie.
De officier van justitie, mr. C.H. Hato-Willems, heeft ter terechtzitting gevorderd de verdachte ter zake van de feiten 1, 2, 3, 4 subsidiair, 5 subsidiair, 6 subsidiair, 7 en 8 subsidiair te veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van zes jaren, met aftrek van voorarrest. Voorts heeft de officier van justitie gevorderd de vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 1] toe te wijzen, met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel. Met betrekking tot de vordering van de benadeelde partijen [benadeelde partijen 2 en 3] heeft de officier van justitie zich gerefereerd aan het oordeel van het Gerecht.
De raadsman heeft verweer gevoerd en geconcludeerd tot afwijzing van de vordering van de benadeelde partijen.
De benadeelde partijen [1, 2 en 3] hebben ter terechtzitting een vordering tot schadevergoeding ingediend met betrekking tot respectievelijk het onder feit 1, feit 5 en feit 6 tenlastegelegde.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is, met inachtneming van de gevorderde en toegewezen wijzigingen, tenlastegelegd:
FEIT 1:
DIEFSTAL MET GEWELD CQ AFPERSING OP [SO 1]
dat hij op of omstreeks 14 juni 2015, althans op een tijdstip in of omstreeks de maand juni 2015 in Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen,
 een (gouden) halsketting met hanger,
in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [SO 1], in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [SO 1] gepleegd door hem, verdachte, en/of zijn mededader(s) met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of zijn mededader(s), hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
en/of
met het oogmerk om zichzelf en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld die [SO 1] heeft gedwongen tot afgifte van een (gouden) halsketting met hanger, in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan die [SO 1], in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s),
bestaande dat geweld en/of die bedreiging met geweld uit het opzettelijk en met kracht,
 met voornoemde [SO 1] te worstelen, totdat ze beiden op de grond vallen en/of
 met die [SO 1] te worstelen en/of te vechten en/of aan diens halsketting te rukken,
totdat de ketting van zijn hals en/of nek wordt weggerukt of totdat die [SO 1] zich gedwongen voelt tot afgifte van voornoemde ketting,
(artikel 2:291 jo 2:294 lid Wetboek van Strafrecht)
FEIT 2:
DIEFSTAL MET BRAAK UIT EEN WONING TE KAYA [adres]
dat hij op of omstreeks 27 februari 2015, althans in of omstreeks de maand februari 2015 te Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening, uit de woning en/of bij de woning gelegen te [adres], behorende (besloten) erf (onder anderen) heeft weggenomen,
 twee althans één of meerdere blauw/zwart duikershandschoenen en/of;
 één of meerdere spel(en) van WII Mario Bros en/of Mario Kart en/of Sonic Olympische Spelen en/of Mario Kart 8 en/of;
 één althans meerdere WII game control(s),
in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [SO 2 ], in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem verdachte en/of zijn mededader(s), in welke woning en/of op welke (besloten) erf, in gebruik bij die [SO 2] en/of (een) ander(en), hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) opzettelijk wederrechtelijk vertoefde(n) en/of waarbij hij, verdachte, en/of zijn mededaders zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking en/of door inklimming, en/of door middel van een valse sleutel, te weten door het verbreken, althans forceren van een (achter)deur;
(artikelen 2:288, 2:289 en 2:290 Wetboek van Strafrecht van Curaçao)
FEIT 3:
DIEFSTAL MET BRAAK UIT EEN WONING TE KAYA [adres]
dat hij op of omstreeks 12 maart 2015, althans in of omstreeks de maand maart 2015 te Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening, uit de woning en/of bij de woning gelegen te Kaya [adres], behorende (besloten) erf (onder anderen) heeft weggenomen,
 een (flatscreen) televisie (van het merk Panasoni 42”) en/of;
 een X-box 360 en/of;
 een bas gitaar (van het merk Johnson) en/of;
 een bas versterker van het merk Palmer en/of;
 een (gouden) oorbel (type filingrana van 18K) en/of;
 een (gouden) halsketting (van 18K) en/of;
 twaalf althans één of meerdere spel(en) van X-Box en/of;
 een (gouden) armband (bangel an 18K),
in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [SO 3], in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem verdachte en/of zijn mededader(s), in welke woning en/of op welke (besloten) erf, in gebruik bij die [SO 3] en/of (een) ander(en), hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) opzettelijk wederrechtelijk vertoefde(n) en/of waarbij hij, verdachte, en/of zijn mededaders zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking en/of door inklimming, en/of door middel van een valse sleutel, te weten door het verbreken, althans forceren van een (glazen) raam;
(artikelen 2:288, 2:289 en 2:290 Wetboek van Strafrecht van Curaçao)
FEIT 4: PRIMAIR:
DIEFSTAL MET BRAAK UIT KOLEGIO SAN DOMINICO
dat hij op of omstreeks 12 februari 2014, althans in of omstreeks de maand februari 2014 te Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening, uit de school genaamd Kolegio San Dominico VSBO (onder anderen) heeft weggenomen,
 één DVD-speler (van het merk Philips) (gegraveerd met RKSB en met opschrift klas A),
in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan Kolegio San Dominico VSBO en/of aan het Rooms Katholiek School Bestuur en/of [SO 4], in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij hij, verdachte, en/of zijn mededaders zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking en/of door inklimming, en/of door middel van een valse sleutel, te weten door het verbreken, althans forceren van een (kantoor)raam.
(artikelen 2:288 en 2:289 Wetboek van Strafrecht van Curaçao)
SUBSIDIAIR: OPZETHELING
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
dat hij op of omstreeks 19 juni 2015 in elk geval in of omstreeks de maand juni 2015 te Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
 één DVD-speler (van het merk Philips) (gegraveerd met RKSB en met opschrift klas A),
in elk geval enig(e) goed(eren), door diefstal, in elk geval door misdrijf verkregen, heeft gekocht en/of gehuurd en/of ingeruild en/of in pand genomen en/of als geschenk heeft aangenomen en/of uit winstbejag heeft verkocht, vervoerd en/of bewaard en/of verborgen.
(artikel 2:397 van het Wetboek van Strafrecht Curaçao)
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
MEER SUBSIDIAIR: SCHULDHELING
dat hij op of omstreeks 19 juni 2015 in elk geval in of omstreeks de maand juni 2015 te Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
 één DVD-speler (van het merk Philips) (gegraveerd met RKSB en met opschrift klas A),
heeft/hebben gekocht, gehuurd, ingeruild in pand aangenomen, als geschenk aangenomen en/of uit winstbejag heeft verkocht, verhuurd, verruild, in pand gegeven, vervoerd, bewaard en/of verborgen, terwijl hij redelijkerwijze had behoren te begrijpen, althans vermoeden dat voornoemde goed(eren) door diefstal, in elk geval door misdrijf was/waren verkregen.
(artikel 2:399 van het Wetboek van Strafrecht Curaçao)
FEIT 5: PRIMAIR:
DIEFSTAL MET BRAAK UIT EEN WONING TE KAYA [adres]
dat hij op of omstreeks 29 mei 2015, althans in of omstreeks de maand mei 2015 te Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening, uit de woning en/of bij de woning gelegen te Kaya [adres], behorende (besloten) erf (onder anderen) heeft weggenomen,
 één zwart en/of blauwe sporttas (met opschrift AmeriJet), en/of
 drie, althans één of meerdere (heren)polshorloge(s) (van de merken Guess en/of Movement en/of Surface), en/of
 één fles parfum (met opschrift 212), en/of
 één deodorant (van het merk Calvin Klein), en/of
 één fotocamera hoes, en/of
 2, althans één of meerdere damestasklem(men), en/of
 4, althans één of meerdere haarspeld(en), en/of
 6, althans één of meerdere vingerring(en), en/of
 3, althans één of meerdere hanger(s), en/of
 4, althans één of meerdere armband
in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [SO 5], in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem verdachte en/of zijn mededader(s), in welke woning en/of op welke (besloten) erf, in gebruik bij die [SO 5] en/of (een) ander(en), hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) opzettelijk wederrechtelijk vertoefde(n) en/of waarbij hij, verdachte, en/of zijn mededaders zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking en/of door inklimming, en/of door middel van een valse sleutel, te weten door het verbreken, althans forceren van een (achter)deur.
(artikelen 2:288, 2:289 en 2:290 Wetboek van Strafrecht van Curaçao)
SUBSIDIAIR: OPZETHELING
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
dat hij op of omstreeks 19 juni 2015 in elk geval in of omstreeks de maand juni 2015 te Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
 één zwart en/of blauwe sporttas (met opschrift AmeriJet), en/of
 drie, althans één of meerdere (heren)polshorloge(s) (van de merken Guess en/of Movement en/of Surface), en/of
 één fles parfum (met opschrift 212), en/of
 één deodorant (van het merk Calvin Klein), en/of
 één fotocamera hoes, en/of
 2, althans één of meerdere damestasklem(men), en/of
 4, althans één of meerdere haarspeld(en), en/of
 6, althans één of meerdere vingerring(en), en/of
 3, althans één of meerdere hanger(s), en/of
 4, althans één of meerdere armband,
in elk geval enig(e) goed(eren), door diefstal, in elk geval door misdrijf verkregen, heeft gekocht en/of gehuurd en/of ingeruild en/of in pand genomen en/of als geschenk heeft aangenomen en/of uit winstbejag heeft verkocht, vervoerd en/of bewaard en/of verborgen.
(artikel 2:397 van het Wetboek van Strafrecht Curaçao)
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
MEER SUBSIDIAIR: SCHULDHELING
dat hij op of omstreeks 19 juni 2015 in elk geval in of omstreeks de maand juni 2015 te Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
 één zwart en/of blauwe sporttas (met opschrift AmeriJet), en/of
 drie, althans één of meerdere (heren)polshorloge(s) (van de merken Guess en/of Movement en/of Surface), en/of
 één fles parfum (met opschrift 212), en/of
 één deodorant (van het merk Calvin Klein), en/of
 één fotocamera hoes, en/of
 2, althans één of meerdere damestasklem(men), en/of
 4, althans één of meerdere haarspeld(en), en/of
 6, althans één of meerdere vingerring(en), en/of
 3, althans één of meerdere hanger(s), en/of
 4, althans één of meerdere armband
heeft/hebben gekocht, gehuurd, ingeruild in pand aangenomen, als geschenk aangenomen en/of uit winstbejag heeft verkocht, verhuurd, verruild, in pand gegeven, vervoerd, bewaard en/of verborgen, terwijl hij redelijkerwijze had behoren te begrijpen, althans vermoeden dat voornoemde goed(eren) door diefstal, in elk geval door misdrijf was/waren verkregen.
(artikel 2:399 van het Wetboek van Strafrecht Curaçao)
FEIT 6: PRIMAIR:
DIEFSTAL MET BRAAK UIT EEN WONING TE KAYA [adres]
dat hij op of omstreeks 10 juni 2015, althans in of omstreeks de maand juni 2015 te Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening, uit de woning en/of bij de woning gelegen te Kaya [adres], behorende (besloten) erf (onder anderen) heeft weggenomen,
 één zwart en/of blauwe sporttas, en/of
 één fotocamera tas, en/of
 één fotocamera (van het merk CANNON) (met hoes), en/of
 drie, althans één of meerdere (heren)polshorloge(s) (van de merken Citizen en/of Diesel), en/of
 één Playstation controle bediener, en/of
 twee, althans één of meerdere fotocamera hoes(zen), en/of
 één DVD-recorder van het merk SONY, en/of
 één of meerdere USB kabel(s),
in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [SO 6] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem verdachte en/of zijn mededader(s), in welke woning en/of op welke (besloten) erf, in gebruik bij die [SO 6] en/of (een) ander(en), hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) opzettelijk wederrechtelijk vertoefde(n) en/of waarbij hij, verdachte, en/of zijn mededaders zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking en/of door inklimming, en/of door middel van een valse sleutel, te weten door het verbreken, althans forceren van een (achter)deur.
(artikelen 2:288, 2:289 en 2:290 Wetboek van Strafrecht van Curaçao)
SUBSIDIAIR: OPZETHELING
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
dat hij op of omstreeks 19 juni 2015 in elk geval in of omstreeks de maand juni 2015 te Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
 één zwart en/of blauwe sporttas, en/of
 één fotocamera tas, en/of
 één fotocamera (van het merk CANNON) (met hoes), en/of
 drie, althans één of meerdere (heren)polshorloge(s) (van de merken Citizen en/of Diesel), en/of
 één Playstation controle bediener, en/of
 twee, althans één of meerdere fotocamera hoes(zen), en/of
 één DVD-recorder van het merk SONY, en/of
 één of meerdere USB kabel(s),
in elk geval enig(e) goed(eren), door diefstal, in elk geval door misdrijf verkregen, heeft gekocht en/of gehuurd en/of ingeruild en/of in pand genomen en/of als geschenk heeft aangenomen en/of uit winstbejag heeft verkocht, vervoerd en/of bewaard en/of verborgen.
(artikel 2:397 van het Wetboek van Strafrecht Curaçao)
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
MEER SUBSIDIAIR: SCHULDHELING
dat hij op of omstreeks 19 juni 2015 in elk geval in of omstreeks de maand juni 2015 te Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
 één zwart en/of blauwe sporttas, en/of
 één fotocamera tas, en/of
 één fotocamera (van het merk CANNON) (met hoes), en/of
 drie, althans één of meerdere (heren)polshorloge(s) (van de merken Citizen en/of Diesel), en/of
 één Playstation controle bediener, en/of
 twee, althans één of meerdere fotocamera hoes(zen), en/of
 één DVD-recorder van het merk SONY, en/of
 één of meerdere USB kabel(s),
heeft/hebben gekocht, gehuurd, ingeruild in pand aangenomen, als geschenk aangenomen en/of uit winstbejag heeft verkocht, verhuurd, verruild, in pand gegeven, vervoerd, bewaard en/of verborgen, terwijl hij redelijkerwijze had behoren te begrijpen, althans vermoeden dat voornoemde goed(eren) door diefstal, in elk geval door misdrijf was/waren verkregen.
(artikel 2:399 van het Wetboek van Strafrecht Curaçao)
FEIT 7:
DIEFSTAL MET BRAAK UIT HET PAND VAN HET BEDRIJF LEAÑEZ INTERNATIONAL & CO.
dat hij op of omstreeks 19 juni 2015 , althans in of omstreeks de maand juni 2015 te Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening, heeft weggenomen, uit het bedrijf genaamd Industrias Tip Top B.V., althans Leañez International & Co (gelegen te Kaya [adres Angel Leañez K 15),
 39, 39, althans één of meerdere do(os)zen whisky van het merk Scotch (elk doos inhoudende 12 flessen van 350 ml) en/of;
 39, 1 doos whisky van het merk Scotch (elk doos inhoudende 12 flessen van 350 ml) en/of;
 39, 9, althans één of meerdere do(os)zen whisky van het merk Scotch (elk doos inhoudende 12 flessen van 700 lt),
in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan Industrias Tip Top B.V., althans Leañez International & Co, in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij hij, verdachte, en/of zijn mededaders zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking en/of door inklimming, en/of door middel van een valse sleutel, te weten door het verbreken, althans forceren van een (voor)poort/deur en/of het doorknippen van een hangslot.
(artikelen 2:288 en 2:289 Wetboek van Strafrecht van Curaçao)
FEIT 8: PRIMAIR:
DIEFSTAL VAN EEN AUTO TE GENERAALSWEG 20
dat hij op of omstreeks 19 juni 2015, althans in of omstreeks de maand juni 2015 te Curaçao, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen (uit een erf gelegen te [adres]),
 een geel/crèmekleurige van(bus) (van het merk Toyota) (model Lite-Ace);
in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan C.M. Dias-Conduto, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte;
(artikel 2:288 Wetboek van Strafrecht)
SUBSIDIAIR: OPZETHELING
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
dat hij op of omstreeks 19 juni 2015 in elk geval in of omstreeks de maand juni 2015 te Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
 een geel/crèmekleurige van(bus) (van het merk Toyota) (model Lite-Ace);
in elk geval enig(e) goed(eren), door diefstal, in elk geval door misdrijf verkregen, heeft gekocht en/of gehuurd en/of ingeruild en/of in pand genomen en/of als geschenk heeft aangenomen en/of uit winstbejag heeft verkocht, vervoerd en/of bewaard en/of verborgen.
(artikel 2:397 van het Wetboek van Strafrecht Curaçao)
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
MEER SUBSIDIAIR: SCHULDHELING
dat hij op of omstreeks 19 juni 2015 in elk geval in of omstreeks de maand juni 2015 te Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
 een geel/crèmekleurige van(bus) (van het merk Toyota) (model Lite-Ace);
heeft/hebben gekocht, gehuurd, ingeruild in pand aangenomen, als geschenk aangenomen en/of uit winstbejag heeft verkocht, verhuurd, verruild, in pand gegeven, vervoerd, bewaard en/of verborgen, terwijl hij redelijkerwijze had behoren te begrijpen, althans vermoeden dat voornoemde goed(eren) door diefstal, in elk geval door misdrijf was/waren verkregen.
(artikel 2:399 van het Wetboek van Strafrecht Curaçao)

3.Voorvragen

Het Gerecht heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat het bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat het openbaar ministerie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4.Bewijsbeslissingen

4A. Vrijspraak
Feit 4 primair, feit 5 primair, feit 6 primair en feit 8 primair: diefstal
Met de officier van justitie en de raadsman is het Gerecht van oordeel dat voor de onder feit 4 primair, feit 5 primair, feit 6 primair en feit 8 primair tenlastegelegde diefstallen onvoldoende wettig en overtuigend bewijs voorhanden is in het dossier. Het Gerecht zal de verdachte, zonder nadere motivering, van deze feiten vrijspreken.
Feit 8 subsidiair en meer subsidiair: opzetheling en schuldheling
Het Gerecht acht evenmin de onder feit 8 subsidiair en meer subsidiair tenlastegelegde opzetheling respectievelijk schuldheling bewezen. Anders dan de officier van justitie is het Gerecht van oordeel dat niet wettig en overtuigend kan worden bewezen dat de verdachte wist of begreep dan wel redelijkerwijs had moeten vermoeden dat de betreffende bus van diefstal afkomstig was. Het Gerecht zal de verdachte van deze feiten vrijspreken.
4B. Bewijsmiddelverweren
Feit 1: diefstal met geweld halsketting
De raadsman heeft betoogd dat valt te betwijfelen of het slachtoffer de verdachte daadwerkelijk heeft herkend bij de meervoudige fotoconfrontatie, omdat de foto die aan het slachtoffer is getoond een foto is van de verdachte van negen jaar geleden. Bovendien is de verbalisant die bij die fotoconfrontatie aanwezig was een neef van de verdachte en volgens de verdachte heeft deze verbalisant de foto van de verdachte aangewezen tijdens de fotoconfrontatie.
Het Gerecht overweegt dat het dossier geen enkel aanknopingspunt biedt voor de - overigens niet nader onderbouwde - stelling dat de betrokken verbalisant de foto van de verdachte tijdens de fotoconfrontatie aan de getuige zou hebben aangewezen. Ook overigens zijn er geen aanwijzingen dat de bij de meervoudige fotoconfrontatie gevolgde werkwijze in strijd is met een eerlijke procesvoering. Het Gerecht heeft ter terechtzitting de foto van de verdachte die aan het slachtoffer is getoond, bekeken. Het Gerecht heeft vastgesteld dat de verdachte er nu niet heel anders uitziet dan op de getoonde foto. Het verweer wordt daarom verworpen en het bedoelde proces-verbaal wordt tot het bewijs gebezigd.
Feit 3: diefstal met braak te Kaya [adres]
De raadsman heeft bepleit dat de foto van de vingerafdruk die bij de woning is aangetroffen te onduidelijk is om met zekerheid te kunnen vaststellen dat het de vingerafdruk van de verdachte is. De resultaten van het dactyloscopisch onderzoek kunnen derhalve niet worden gebezigd tot het bewijs, aldus de raadsman.
Het Gerecht verwerpt dit verweer en overweegt daartoe dat uit de bewijsmiddelen blijkt dat na de inbraak in de woning te [adres] een dactyloscopisch spoor is aangetroffen op een vernielde glazen ruit van die woning, vermoedelijk de plaats van binnendringen. Dit spoor komt volgens de inhoud van het wettig opgemaakte proces-verbaal van de technische recherche overeen met de linkerhandpalm van de verdachte. Bij vergelijking van dat spoor met het dactyloscopische signalement van verdachte hebben de rechercheurs meer dan 12 karakteristieke punten van overeenkomst zonder dactyloscopische verschilpunten waargenomen. Het Gerecht heeft geen enkele aanleiding aan de juistheid van dit proces-verbaal te twijfelen en heeft door de inhoud hiervan de overtuiging bekomen dat de verdachte de donor is van het op de glazen ruit aangetroffen spoor. Het Gerecht bezigt dit proces-verbaal derhalve tot het bewijs.
4C. Bewijsmiddelen
Het Gerecht komt tot bewezenverklaring van de onder 1, 2, 3, 4 subsidiair, 5 subsidiair, 6 subsidiair en 7 ten laste gelegde feiten. De overtuiging dat de verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan, is gegrond op de inhoud van wettige bewijsmiddelen, houdende daartoe redengevende feiten en omstandigheden. Het vonnis zal in die gevallen waarin de wet dit vereist, worden aangevuld met een later bij dit vonnis te voegen bijlage met daarin de inhoud dan wel de opgave van die bewijsmiddelen.
4D. Bewijsoverwegingen
Feit 2: diefstal met braak te Kaya [adres]
Van de verdachte is op de dag van de inbraak een afdruk van zijn linkerhandpalm aangetroffen op het verwijderde frame van de schuifdeur van de woning. Deze afdruk is blijkens het proces-verbaal van de forensische recherche vermoedelijk afkomstig van een greep. Door voornoemde schuifdeur is naar alle waarschijnlijkheid in de woning binnengedrongen. Dit aangetroffen spoor van de verdachte is zonder meer redengevend voor bewezenverklaring. De verdachte heeft voor die bijzondere omstandigheid geen aannemelijke, die redengevendheid ontzenuwende, verklaring gegeven. De verklaring van de verdachte dat hij het spoor heeft achtergelaten omdat zijn voetbal in de tuin van het betreffende huis terecht was gekomen en dat hij daarom op het raam van de woning heeft geklopt, acht het Gerecht ongeloofwaardig, nu het spoor dat is aangetroffen allerminst past bij het kloppen op een raam. Gelet op het vorenstaande kan het naar het oordeel van het Gerecht niet anders dan dat de verdachte dit spoor heeft achtergelaten bij het plegen van de inbraak op 27 februari 2015.
Feit 3: diefstal met braak te Kaya [adres]
Zoals hiervoor in rubriek 4B door het Gerecht is vastgesteld, heeft de verdachte (eveneens) een afdruk van zijn linkerhandpalm achtergelaten op een vernielde ruit van de woning gelegen te Kaya Bach 21. Dit spoor is aangetroffen op de dag na de inbraak. Via dit raam is vermoedelijk binnengedrongen in de woning. Dit aangetroffen spoor van de verdachte is zonder meer redengevend voor bewezenverklaring. De verdachte heeft op herhaalde vragen ter terechtzitting geen verklaring afgelegd over de wijze waarop en de omstandigheden waaronder dit spoor daar terecht is gekomen. De verdachte heeft ontkend de ruit ooit te hebben aangeraakt. Gelet op het vorenstaande kan het naar het oordeel van het Gerecht niet anders zijn dan dat de verdachte dit spoor heeft achtergelaten bij het plegen van de inbraak op 12 maart 2015.
Feit 4 subsidiair: opzetheling dvd-speler Kolegio San Dominico
Onder de verdachte is op 19 juni 2015 bij hem thuis een dvd-speler in beslag genomen met daarin gegraveerd de tekst: ‘RKCS klas A’. Deze dvd-speler is op 29 juni 2015 herkend door de aangever als de dvd-speler die op 12 februari 2014 werd gestolen uit de RKCS-school Kolegio San Dominico VSBO te Montagne. De verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij deze dvd-speler ergens in het jaar 2011 heeft gekregen van een lasser die bij hem in de buurt woonde, waarvan hij geen verdere persoonsgegevens kan verstrekken.
Het Gerecht stelt vast dat de verdachte ter terechtzitting een verklaring heeft afgelegd die voor wat betreft het tijdstip waarop hij het goed heeft verkregen rechtsreeks strijdt met de aangifte. Het Gerecht merkt deze verklaring van de verdachte dan ook aan als kennelijk leugenachtig, afgelegd om de waarheid - te weten dat de verdachte ten tijde van het voorhanden krijgen van de dvd-speler wist dat het een door misdrijf verkregen goed betrof – te bemantelen. Het Gerecht bezigt zijn verklaring in zoverre alleen tot het bewijs in verband met die leugenachtigheid. Op grond van het voorgaande acht het Gerecht opzetheling wettig en overtuigend bewezen.
Feit 5 subsidiair en feit 6 subsidiair: opzetheling goederen uit de woningen gelegen te Kaya [adres] en Kaya [adres]
Onder de verdachte zijn op 19 juni 2015 bij hem thuis in zijn slaapkamer tassen met goederen in beslag genomen, die zijn weggenomen op 29 mei 2015 en 10 juni 2015 uit de woningen respectievelijk gelegen aan de Kaya [adres] en de Kaya [adres]. Beide aangevers hebben de goederen op 23 juni 2015 herkend als de van hen weggenomen goederen. Deze omstandigheden roepen om een verklaring van de verdachte. De verdachte heeft op herhaalde vragen ter terechtzitting echter geen verklaring willen afleggen over de wijze waarop en de omstandigheden waaronder hij voornoemde van diefstal afkomstige goederen heeft verkregen. Nu de verdachte hierin geen enkel inzicht heeft willen geven, gaat het Gerecht ervan uit dat de verdachte heeft willen verhullen dat hij ten tijde van het verkrijgen van deze goederen wist dat het om gestolen goederen ging. Op grond van het voorgaande acht het Gerecht opzetheling wettig en overtuigend bewezen.
4E. Bewezenverklaring
Het Gerecht heeft uit het onderzoek op de terechtzitting door de inhoud van wettige bewijsmiddelen de overtuiging bekomen dat de verdachte het onder feit 1, feit 2, feit 3, feit 4 subsidiair, feit 5 subsidiair, feit 6 subsidiair en feit 7 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat het bewezen acht:
Feit 1:
dat hij op 14 juni 2015, in Curaçao, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen,
 een gouden halsketting met hanger,
toebehorende aan [SO 1], welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van geweld tegen die [SO 1] gepleegd door hem, verdachte, met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk
erte maken
bestaande dat geweld uit het opzettelijk en met kracht,
 met voornoemde [SO 1]
teworstelen, en
 vechten
totdat die [SO 1] zich gedwongen
voeldetot
het laten wegnemenvan voornoemde ketting.
Feit 2:
dat hij op 27 februari 2015, te Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening, uit de woning gelegen te Kaya [adres], heeft weggenomen,
 twee blauw/zwart
eduikershandschoenen en;
 spel
len van WII Mario Bros en Mario Kart en Sonic Olympische Spelen en Mario Kart 8 en;
 één WII game control,
toebehorende aan [SO 1] in welke woning in gebruik bij die [SO 1] hij, verdachte, en zijn mededader opzettelijk wederrechtelijk vertoefden en waarbij hij, verdachte, en zijn mededader
szich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft en de weg te nemen goederen onder hun bereik hebben gebracht door middel van braak, te weten door het forceren van een (achter)deur.
Feit 3:
dat hij op 12 maart 2015, te Curaçao, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening, uit de woning gelegen te Kaya [adres], heeft weggenomen,
 een (flatscreen) televisie (van het merk Panasoni
c,42”) en;
 een X-box 360 en;
 een bas gitaar (van het merk Johnson) en;
 een bas versterker van het merk Palmer en;
 een (gouden) oorbel (18K) en;
 een (gouden) halsketting (18K) en;
 twaalf spel
len van X-Box en
 een (gouden) armband (18K),
toebehorende aan [SO 3], in welke woning, in gebruik bij die [SO 3] hij, verdachte opzettelijk wederrechtelijk vertoefde en waarbij hij, verdachte zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft verschaft en de weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak te weten door het breken van een glazen raam;
Feit 4 subsidiair:
dat hij op 19 juni 2015 te Curaçao
 één DVD-speler (van het merk Philips) (gegraveerd met
RKCSen met opschrift klas A),
door diefstal, verkregen,
voorhanden heeft gehad, terwijl hij ten tijde van het voorhanden krijgen wist dat het een door misdrijf verkregen goed betrof.
Feit 5 subsidiair:
dat hij op 19 juni 2015 te Curaçao
 één zwart en
/ofblauwe sporttas (met opschrift AmeriJet), en
 drie (heren)polshorloge
(s
)(van de merken Guess en Movement en Surface), en
 één fles parfum (met opschrift 212), en
/of
 één deodorant (van het merk Calvin Klein), en
/of
 één fotocamera hoes, en
 2 damestasklemmen, en
 4 haarspelden, en
 6 vingerringen, en
 3 hangers, en
 4 armband
en,
door diefstal, verkregen,
voorhanden heeft gehad, terwijl hij ten tijde van het voorhanden krijgen wist dat het door misdrijf verkregen goederen betrof.
Feit 6 subsidiair:
dat hij op 19 juni 2015
 één zwart en blauwe sporttas, en
 één fotocamera tas, en
 één fotocamera (van het merk CANNON) (met hoes), en
 (heren)polshorloges (van de merken Citizen en Diesel), en
 één Playstation controle bediener, en
 twee, fotocamera hoezen, en
 één DVD-recorder van het merk SONY, en
 meerdere USB kabel(s),
door diefstal, verkregen,
voorhanden heeft gehad, terwijl hij ten tijde van het voorhanden krijgen wist dat het door misdrijf verkregen goederen betrof.
Feit 7:
dat hij op 19 juni 2015, te Curaçao, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening, heeft weggenomen, uit het bedrijf genaamd Industrias Tip Top B.V., althans Leañez International & Co (gelegen te Kaya Angel Leañez K 15),
 39 39 dozen whisky van het merk Scotch (elk
edoos inhoudende 12 flessen van 350 ml) en;
 39 1 doos whisky van het merk Scotch (inhoudende 12 flessen van 350 ml) en;
 39 9 dozen whisky van het merk Scotch (elk doos inhoudende 12 flessen van 700
ml),
toebehorende aan Industrias Tip Top B.V., althans Leañez International & Co, waarbij hij, verdachte, en zijn mededaders zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft en de weg te nemen goederen onder hun bereik hebben gebracht door middel van braak, te weten door het forceren van een poort en het doorknippen van een hangslot.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten zijn in de bewezenverklaring
cursief weergegevenverbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is de verdachte daardoor niet geschaad in de verdediging. Het Gerecht heeft in het onder feit 4 subsidiair, feit 5 subsidiair en feit 6 subsidiair tenlastegelegde een kennelijke omissie hersteld. De steller van de tenlastelegging heeft onmiskenbaar het bij artikel 2:397 van het Wetboek van Strafrecht strafbaar gestelde feit bedoeld ten laste te leggen, maar heeft abusievelijk bestanddelen van de tekst van het oude Wetboek van Strafrecht gehanteerd.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd, zoals doorgestreept in de tekst, is niet bewezen, zodat de verdachte hiervan zal worden vrijgesproken.

5.Kwalificatie en strafbaarheid van de feiten

Het bewezenverklaarde levert op:
Feit 1:
diefstal, vergezeld van geweld, gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk
erte maken.
Feit 2:
diefstal in een woning, door iemand die artikel 2:65 heeft overtreden, door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak.
Feit 3:
diefstal in een woning, door iemand die artikel 2:65 heeft overtreden, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak.
Feit 4 subsidiair:
opzetheling.
Feit 5 subsidiair:
opzetheling.
Feit 6 subsidiair:
opzetheling.
Feit 7:
diefstal, door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak.
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezenverklaarde uitsluit. De feiten zijn derhalve strafbaar.

6.Strafbaarheid van de verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte opheft of uitsluit. De verdachte is dus strafbaar.

7.Strafmotivering

Gelet op de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, op de omstandigheden waaronder de verdachte zich daaraan schuldig heeft gemaakt en op de persoon van de verdachte, zoals van één en ander uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, acht het Gerecht na te noemen beslissing passend. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
De verdachte heeft in betrekkelijk korte tijd verschillende strafbare feiten gepleegd. Zo heeft de verdachte een slachtoffer op klaarlichte dag de openbare weg aangevallen en op brute wijze beroofd van zijn ketting. Tevens heeft hij een tweetal woninginbraken en een bedrijfsinbraak gepleegd en voorst heeft hij zich meermalen schuldig gemaakt aan opzetheling van diverse uit woningen en een school gestolen goederen. Dit zijn ernstige feiten, die naast materiële ook immateriële schade veroorzaken bij de directe slachtoffers. Voorts dragen dit soort feiten bij aan bestaande gevoelens van angst en onveiligheid in de Curaçaose samenleving. Bovendien heeft de verdachte met het plegen van deze feiten aangetoond geen enkel respect te hebben voor de eigendommen van anderen en zich louter te laten leiden door winstbejag.
Het Gerecht houdt ten nadele van de verdachte rekening met het feit dat hij reeds meermalen veroordeeld is voor soortgelijke feiten. Deze veroordelingen hebben hem er kennelijk niet van weerhouden opnieuw de fout in te gaan. Voorts weegt in zijn nadeel mee dat hij ervoor heeft gekozen geen enkele openheid van zaken te geven over zijn handelen. Het Gerecht heeft daarmee geen inzicht gekregen in mogelijke drijfveren voor zijn handelen. Hij heeft, gelet op deze proceshouding, ook geen verantwoordelijkheid voor zijn daden genomen, laat staan berouw getoond.
Gelet op het voorgaande komt naar het oordeel van het Gerecht slechts een geheel onvoorwaardelijke gevangenisstraf als passende straf in aanmerking. Het Gerecht ziet geen aanleiding af te wijken van de door de officier van justitie gevorderde gevangenisstraf.

8.Vordering benadeelde partijen en schadevergoedingsmaatregel

Benadeelde partij feit 1
De benadeelde partij [SO 1] heeft een vordering tot schadevergoeding van
NAf 1.900,- ingediend, bestaande uit NAf 700,- wegens geleden materiële schade en
NAf 1.200,- wegens geleden immateriële schade.
Het Gerecht is van oordeel dat deze vordering van de benadeelde partij, die in die vordering ontvankelijk is, geheel voor toewijzing vatbaar is. Gelet op de inhoud van het strafdossier, de mondelinge toelichting op de vordering door de benadeelde partij en het verhandelde ter terechtzitting is voldoende komen vast te staan dat de benadeelde partij materiele en immateriële schade heeft geleden die rechtstreeks voortvloeit uit het bewezenverklaarde feit 1. De hoogte van deze schade is genoegzaam vast komen te staan en komt het Gerecht ook alleszins redelijk en billijk voor. Daarnaast dient de verdachte te worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog moeten maken.
Het Gerecht ziet voorts aanleiding ter zake van de vordering van de benadeelde partij de schadevergoedingsmaatregel van artikel 1:78 van het Wetboek van Strafrecht op te leggen.
Benadeelde partijen feit 5 (Kaya [adres]) en feit 6 (Kaya [adres])
Nu de verdachte wordt vrijgesproken van de onder feit 5 en feit 6 primair tenlastegelegde diefstal uit de woning en het Gerecht de gestelde schade niet kan aanmerken als schade die rechtstreeks is toegebracht door de bewezenverklaarde opzetheling, dienen de benadeelde partijen [2 en 3]niet-ontvankelijk te worden verklaard in de vorderingen.

9.Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straf is gegrond op de artikelen 1:62, 1:78, 1:136, 2:289, 2:290 en 2:397 van het Wetboek van Strafrecht.

10.Beslissing

Het Gerecht:
verklaart niet bewezen dat de verdachte het onder feit 4 primair, feit 5 primair, feit 6 primair en feit 8 tenlastegelegde zoals in rubriek
4Aomschreven heeft begaan en spreekt verdachte daarvan vrij;
verklaart bewezen dat de verdachte het onder feit 1, feit 2, feit 3, feit 4 subsidiair, feit 5 subsidiair, feit 6 subsidiair en feit 7 tenlastegelegde zoals in rubriek
4Eomschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders is tenlastegelegd en spreekt verdachte daarvan vrij;
verklaart dat de bewezen verklaarde feiten de in rubriek
5genoemde strafbare feiten opleveren;
verklaart de verdachte hiervoor strafbaar;
veroordeelt de verdachte wegens deze feiten tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
zes (6) jaren;
bepaalt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht;
wijst toe de vordering tot vergoeding van de door de benadeelde partij [ BP 1] geleden schade tot een bedrag van
NAf 1.900,-, bestaande uit NAf 700,- voor de geleden materiële schade en NAf 1.200,- voor de geleden immateriële schade, en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag aan [BP 1] voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting;
veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij [BP 1] gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging alsnog te maken;
legt de verdachte als schadevergoedingsmaatregel ten behoeve van slachtoffer [BP 1] de verplichting op tot betaling aan het Land van een bedrag van NAf 1.900,-, bij gebreke van betaling of verhaal te vervangen door
negenenetwintig dagenhechtenis, met dien verstande dat toepassing van de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft;
bepaalt dat betalingen aan de benadeelde partij in mindering strekken op de verplichting tot betaling aan het Land en dat betalingen aan het Land in mindering strekken op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij;
verklaart de benadeelde partijen [BP 2 en 3] niet-ontvankelijk in de vordering.
Dit vonnis is gewezen door de rechter mr. M.C.B. Hubben en uitgesproken ter openbare terechtzitting van het Gerecht op 17 februari 2016, in tegenwoordigheid van de griffier.
De rechter is buiten staat dit vonnis te ondertekenen.