In deze zaak betreft het de executoriale verkoop van het motorvrachtschip 'ATLANTIC TRADER', dat onder de vlag van Belize vaart en in 1991 is gebouwd. Het schip ligt momenteel gemeerd aan de Zuidoost boei in het Schottegat te Curaçao. De executie is aangevraagd door vijf executanten, die allen woonachtig zijn in het buitenland, en vertegenwoordigd worden door de gemachtigden mrs. J.A.M. Burgers en E.G.I. van der Plank. De geëxecuteerde partij is een vennootschap naar buitenlands recht, statutair gevestigd in Lanarkshire, Schotland, Verenigd Koninkrijk, die niet is verschenen in de procedure.
Het procesverloop omvat een verzoekschrift dat op 5 mei 2017 is ingediend, evenals diverse gedeponeerde stukken op 30 juni 2017, en de verkoop die heeft plaatsgevonden tijdens een openbare terechtzitting op 4 augustus 2017. De rechtbank heeft vastgesteld dat aan de wettelijke termijnen en formaliteiten is voldaan, waardoor de verkoop rechtsgeldig is. Het schip is toegewezen aan een koper, die een bod van US$ 25.000,- heeft uitgebracht. De betaling is tijdig ontvangen door de griffie.
De uitspraak is gedaan door mr. E.M. van der Bunt, rechter in het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, en is op 16 augustus 2017 in het openbaar uitgesproken.