ECLI:NL:OGEAC:2017:277

• Datum uitspraak: 12 juli 2017
• Publicatiedatum: 31 juli 2018
• Zaaknummer: 500.00361/16 en 500.00029/17 (ttz gevoegd)
• Instantie: Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
• Type: Uitspraak
• Rechtsgebied: Strafrecht
• Procedures: Eerste aanleg - enkelvoudig
• Rechters: M.C.B. Hubben
• Vindplaatsen: Rechtspraak.nl

AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Gewelddadige woningovervallen met vuurwapens en afpersing in Curaçao

In deze zaak, behandeld door het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, zijn meerdere feiten van gewelddadige woningovervallen met vuurwapens aan de verdachte ten laste gelegd. De verdachte, geboren in 1991 en thans gedetineerd, is beschuldigd van het plegen van vijf overvallen in verschillende woningen in Curaçao tussen januari en augustus 2016. Tijdens deze overvallen werd geweld gebruikt en werd er gedreigd met vuurwapens. De verdachte heeft samen met anderen de woningen van verschillende benadeelden binnengevallen, waarbij zij onder bedreiging van geweld sieraden, geld en andere waardevolle goederen hebben gestolen. De officier van justitie heeft een gevangenisstraf van 12 jaren geëist, terwijl de verdediging een strafmaatverweer heeft gevoerd. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat het openbaar ministerie ontvankelijk was in zijn vervolging. De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan de tenlastegelegde feiten en heeft hem veroordeeld tot een gevangenisstraf van 11 jaren. Daarnaast zijn er vorderingen tot schadevergoeding van benadeelde partijen toegewezen, waarbij de verdachte hoofdelijk aansprakelijk is gesteld voor de schade.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO

S T R A F V O N N I S

in de zaak tegen de verdachte:

[VERDACHTE],

geboren op [geboortedatum] 1991 te [geboorteplaats],,

wonende te [woonplaats],
thans alhier gedetineerd.

1. Onderzoek van de zaak

Het onderzoek ter openbare terechtzitting heeft plaatsgevonden op 23 november 2016,

20 januari 2017, 24 maart 2017 en 12 juli 2017. De verdachte is telkens verschenen, bijgestaan door zijn raadsman, mr. H.S. Johannes.

De officier van justitie, mr. C.H. Hato-Willems, heeft ter terechtzitting gevorderd alle telastegelegde feiten bewezen te verklaren en daarvoor aan de verdachte op te leggen een gevangenisstraf voor de duur van 12 jaren, met aftrek van voorarrest.

De raadsman heeft een strafmaatverweer gevoerd.

In de zaak met parketnummer 500.00361/16 hebben de benadeelde partijen [benadeelde 1] en [benadeelde 2] (feit 1) en [benadeelde 3], [benadeelde 4], [benadeelde 5] en [benadeelde 6] (feit 3) elk een afzonderlijke vordering tot schadevergoeding ingediend. [benadeelde 7], [benadeelde 8] en [benadeelde 9] (feit 4) hebben een gezamenlijke vordering tot schadevergoeding ingediend.

2. Tenlastelegging

Aan de verdachte is tenlastegelegd:

Parketnummer 500.00361/16

ZAAK [LOCATIE 1]

FEIT 1:

DIEFSTAL MET GEWELD CQ AFPERSING TE [LOCATIE 1]

dat hij op of omstreeks 2 augustus 2016, althans op een tijdstip in of omstreeks de maand augustus 2016 in Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen,

 een mobiele telefoon (van het merk Samsung, model Galaxy A5) en/of,

 een televisietoestel (van het merk Panasonic) en/of,

 een en/of meerdere sieraden en/of,

 een en/of meerdere horloges,

in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 1] en/of [benadeelde 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [benadeelde 1] en/of [benadeelde 2] gepleegd door hem, verdachte, en/of zijn mededader(s) met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of zijn mededader(s), hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,

en/of

met het oogmerk om zichzelf en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld die [benadeelde 1] en/of [benadeelde 2] heeft gedwongen tot afgifte van,

 een mobiele telefoon (van het merk Samsung, model Galaxy A5) en/of,

 een televisietoestel (van het merk Panasonic) en/of,

 een en/of meerdere sieraden en/of,

 een en/of meerdere horloges,

in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan die [benadeelde 1] en/of [benadeelde 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s), bestaande dat geweld en/of die bedreiging met geweld uit het,

 opzettelijk en met kracht op de (slaapkamer)deur van die [benadeelde 1] en/of [benadeelde 2] te slaan en “Politie, Politie” te roepen totdat die [benadeelde 1] zich gedwongen voelt de deur open te maken en/of

 eenmaal binnen (een) vuurwapen(s) gericht op die [benadeelde 1] en/of [benadeelde 2] te houden en/of,

 die [benadeelde 1] en/of [benadeelde 2] te dwingen in een hoek van de slaapkamer te gaan staan en/of,

 die [benadeelde 1] en/of [benadeelde 2] te vragen voor geld en/of sieraden.

(artikel 2:291 jo 2:294 lid Wetboek van Strafrecht)

ZAAK [LOCATIE 1]

FEIT 2:

DIEFSTAL MET GEWELD CQ AFPERSING TE [LOCATIE 1]

dat hij op of omstreeks 26 juli 2016, althans op een tijdstip in of omstreeks de maand juli 2016 in Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen,

 een televisietoestel (50 inch) (van het merk Sharp) en/of,

 een mobiele telefoon (van het merk iPhone, model 5) en/of,

 een camera (van het merk Cannon) en/of,

 een (paarsgekleurde) hair föhn en/of,

 een laptop (van het merk Asus),

in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1], in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 1] gepleegd door hem, verdachte, en/of zijn mededader(s) met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of zijn mededader(s), hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,

en/of

met het oogmerk om zichzelf en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld die [slachtoffer 1] heeft gedwongen tot afgifte van,

 een televisietoestel (50 inch) (van het merk Sharp) en/of,

 een mobiele telefoon (van het merk iPhone, model 5) en/of,

 een camera (van het merk Cannon) en/of,

 een (paarsgekleurde) hair föhn en/of,

 een laptop (van het merk Asus),

in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer 1], in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s), bestaande dat geweld en/of die bedreiging met geweld uit het,

 dwingen van die [slachtoffer 1] om de kluis open te maken en/of,

 mannen van die [slachtoffer 1] om de nummers van de kluis in te tikken, omdat zij anders op hem zullen schieten en/of,

 drukken met een stroomstootwapen op de enkel van die [slachtoffer 1] en/of,

 binden van een (rood) T-shirt rond het hoofd van [slachtoffer 1].

(artikel 2:291 jo 2:294 lid Wetboek van Strafrecht)

ZAAK [LOCATIE 3]

FEIT 3:

DIEFSTAL MET GEWELD CQ AFPERSING TE [LOCATIE 3]

dat hij op of omstreeks 3 augustus 2016, althans op een tijdstip in of omstreeks de maand augustus 2016 in Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen,

(van [benadeelde 5]):

 een (zwarte) portemonnee (inhoudende rijbewijs, identiteitsbewijs, American Express Card, Multicard van Banco di Caribe, Debit Card Banco di Caribe) en/of,

 een geldbedrag (van NAF 1.500,-) en/of,

 een mobiele telefoon (van het merk Samsung) (model S4) en/of,

 een (gouden) halsketting (met twee medailles) en/of,

 een (gouden) polshorloge (van het merk Omega) en/of,

 een zwarte televisietoestel van het merk Panasonic en/of,

(van [benadeelde 3]):

 een (gouden) (vrouwen) polshorloge en/of,

 twee (gouden) vingerringen met diamanten en/of,

 een (gouden) oorbel (bangel) en/of,

 een geldbedrag (van NAF 200,- á 300,-,) en/of,

 een (roze) mobiele telefoon (van het merk Samsung) (model S3) en/of,

(van [benadeelde 4]):

 een (zwart/goudkleurige) (mannen)horloge (van het merk Mulco) en/of,

 een (witkleurige) (mannen)horloge (van het merk Mulco) en/of,

 een (goudkleurige) (mannen)horloge (van het merk Invicta) en/of,

 een (stenen/stalen) (mannen)horloge (van het merk Hugo Boss) en/of,

 een (zilverkleurige) mobiele telefoon (van het merk Samsung, model Galaxy S6 Edge) en/of,

 een mobiele telefoon (van het merk Blackberry, Passport) ,

in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 5] en/of [benadeelde 3] en/of [benadeelde 4], in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [benadeelde 4] en/of [benadeelde 3] en/of [benadeelde 6] gepleegd door hem, verdachte, en/of zijn mededader(s) met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of zijn mededader(s), hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,

en/of

met het oogmerk om zichzelf en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld die [benadeelde 5] en/of [benadeelde 3] en/of [benadeelde 4] heeft gedwongen tot afgifte van,

(van [benadeelde 5]):

 een (zwarte) portemonnee (inhoudende rijbewijs, identiteitsbewijs, American Express Card, Multicard van Banco di Caribe, Debit Card Banco di Caribe) en/of,

 een geldbedrag (van NAF 1.500,-) en/of,

 een mobiele telefoon (van het merk Samsung) (model S4) en/of,

 een (gouden) halsketting (met twee medailles) en/of,

 een (gouden) polshorloge (van het merk Omega) en/of,

 een zwarte televisie van het merk Panasonic en/of

(van [benadeelde 3]):

 een (gouden) (vrouwen) polshorloge en/of,

 twee (gouden) vingerringen met diamanten en/of,

 een (gouden) oorbel (bangel) en/of,

 een geldbedrag (van NAF 200,- á 300,-,) en/of,

 een (roze) mobiele telefoon (van het merk Samsung) (model S3) en/of,

(van [benadeelde 4]):

 een (zwart/goudkleurige) (mannen)horloge (van het merk Mulco) en/of,

 een (witkleurige) (mannen)horloge (van het merk Mulco) en/of,

 een (goudkleurige) (mannen)horloge (van het merk Invicta) en/of,

 een (stenen/stalen) (mannen)horloge (van het merk Hugo Boss) en/of,

 een (zilverkleurige) mobiele telefoon (van het merk Samsung, model Galaxy S6 Edge) en/of,

 een mobiele telefoon (van het merk Blackberry, Passport) ,

in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan die [benadeelde 4] en/of [benadeelde 3] en/of [benadeelde 6], in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s), bestaande dat geweld en/of die bedreiging met geweld uit het,

 richten van een vuurwapen op die [benadeelde 4] en hem mannen om stil te blijven en/of,

 mannen van die [benadeelde 4] om met hem/hem naar zijn slaapkamer te gaan en/of,

 mannen van die [benadeelde 4] om de kluis open te maken en/of,

 mannen van die [benadeelde 3] onder bedreiging van een vuurwapen om in de (slaap)kamer van haar zoon te gaan en/of,

 dwingen van die [benadeelde 3] onder bedreiging van een vuurwapen om op het bed te gaan zitten en/of,

 het schreeuwen van “plaka, plaka nos ke” (“geld, geld, willen wij”)

(artikel 2:291 jo 2:294 lid Wetboek van Strafrecht)

ZAAK [LOCATIE 4]

FEIT 4:

DIEFSTAL MET GEWELD CQ AFPERSING TE [LOCATIE 4]

dat hij op of omstreeks 26 januari 2016, althans in de maand januari 2016 in Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen,

 een (gouden) vingerring (ter waarde van om en nabij NAF 5.000,-), en/of,

 een (gouden) vingerring (ter waarde van om en nabij USD 800,-), en/of,

 een (gouden) ketting (ter waarde van om en nabij NAF 2.200,-), en/of,

 een (gouden) armband (ter waarde van om en nabij NAF 1.400,-),

in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 8] en/of [benadeelde 7] en/of [benadeelde 9], gepleegd door hem, verdachte, en/of zijn mededader(s) met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of zijn mededader(s), hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,

welk geweld en/of welke bedreiging met geweld bestond(en) uit,

 het (met gemaskerd en/of met bedekt gezicht) gewapend met

één of meerdere vuurwapens en/of met (een) schroevendraaier de woning van die [benadeelde 8] binnen te dringen, en/of,

 het (vervolgens), (met een dreigende stem) aan die [benadeelde 8] te manen om hem/hen alle sieraden te overhandigen, en/of,

 (vervolgens) (met kracht) een armband van de pols van

die [benadeelde 8] weg te rukken, en/of,

 ( (vervolgens) (met een dreigende stem) aan die [benadeelde 8]

te manen om hem/hen alle gelden te overhandigen, en/of,

 een of meerdere laken(s) op de/het gezicht(en) van die

[benadeelde 7] en/of [benadeelde 9] te gooien om (vervolgens) hun slaapkamer door te zoeken, en/of,

 een vuurwapen op die [benadeelde 9] richten en/of gericht

houden , en/of,

 het op het hoofd en/of gezicht van die [benadeelde 9] (met geschoeide voeten) te trappen,

en/of

met het oogmerk om zichzelf en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld die [benadeelde 8] en/of [benadeelde 7] en/of [benadeelde 9] heeft/hebben gedwongen tot afgifte van,

 een (gouden) vingerring (ter waarde van om en nabij NAF 5.000,-), en/of,

 een (gouden) vingerring (ter waarde van om en nabij USD 800,-), en/of,

 een (gouden) ketting (ter waarde van om en nabij NAF 2.200,-), en/of,

 een (gouden) armband (ter waarde van om en nabij NAF 1.400,-),

in elk geval (een) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 8] en/of [benadeelde 7] en/of [benadeelde 9], in elk geval aan anderen of een ander dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s),

bestaande dat geweld en/of die bedreiging met geweld hierin dat hij en/of zijn mededader(s) opzettelijk:

 ( (met gemaskerd en/of met bedekt gezicht) gewapend met één

of meerdere vuurwapens en/of met (een) schroevendraaier de woning van die [benadeelde 8] is/zijn binnengedrongen, en/of,

 ( (vervolgens) aan die [benadeelde 8] (met een dreigende stem)

heeft/hebben gemaand om hem/hen alle sieraden te

overhandigen, en/of,

 ( (vervolgens) (met kracht) een armband van de pols van die

[benadeelde 8] heeft/hebben weggerukt, en/of,

 ( (vervolgens) aan die [benadeelde 8] (met een dreigende stem)

heeft/hebben gemaand om hem/hen alle gelden te

overhandigen, en/of,

 een of meerdere laken(s) op de/het gezicht(en) van die [benadeelde 7] en/of [benadeelde 9] hebben gegooid om(vervolgens) hun slaapkamer door te zoeken, en/of,

 een vuurwapen heeft/hebben gericht en/of gericht gehouden

op die [benadeelde 9], en/of,

 op het hoofd en/of gezicht van die [benadeelde 9]

heeft/hebben getrapt.

(artikel 2:291 jo 2:294 van het Wetboek van Strafrecht)

FEIT 5:

(MEDEPLEGEN) VUURWAPENBEZIT

dat hij op of omstreeks de periode van 26 januari tot en met 5 augustus 2016, te Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een of meerdere vuurwapen(s), in de zin van de Vuurwapenverordening 1930, voorhanden heeft gehad.

(artikel 3 jo 11 van de Vuurwapenverordening 1930)

Parketnummer 500.00029/17

DIEFSTAL MET GEWELD C.Q. AFPERSING TE [LOCATIE 5]

dat hij op of omstreeks 11 januari 2016, althans op een tijdstip in of omstreeks de maand januari 2016 in Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen,

 een of meerdere sieraden, en/of,

 een of meerdere geldbedrag(en) (van om en nabij NAF 200,-),

in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 2] gepleegd door hem, verdachte, en/of zijn mededader(s) met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of zijn mededader(s), hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,

en/of

met het oogmerk om zichzelf en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld die [slachtoffer 2] heeft gedwongen tot afgifte van,

 een of meerdere sieraden, en/of,

 een of meerdere geldbedrag(en) (van om en nabij NAF 200,-),

in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s), bestaande dat geweld en/of die bedreiging met geweld uit het,

 vernielen van een hangslot van een ijzeren deur van het balkon en/of,

 forceren en/of vernielen van een (houten)deur (dat naar de keuken leidt) en/of,

 (op dreigende toon) aan die [slachtoffer 2] te zeggen om rustig te blijven en/of niet te bellen en/of niet te schreeuwen.

(artikel 2:291 jo 2:294 lid Wetboek van Strafrecht)

3. Voorvragen

Het Gerecht heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat het bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat het openbaar ministerie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4. Bewijsbeslissingen

4A. Bewezenverklaring

Het gerecht heeft uit het onderzoek op de terechtzitting door de inhoud van de hierna te vermelden wettige bewijsmiddelen de overtuiging bekomen dat de verdachte het in de zaak met parketnummer 500.00361/16 onder 1, 2, 3, 4 en 5 tenlastegelegde en het in de zaak met parketnummer 500.00029/17 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat het bewezen acht:

Parketnummer 500.00361/16

Feit 1:

dat hij op
of omstreeks 2 augustus 2016
, althans op een tijdstip in of omstreeks de maand augustus 2016 in Curaçao, tezamen en in vereniging met
een ander of anderen,
althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen,

 een mobiele telefoon (van het merk Samsung, model Galaxy A5) en
/of ,

 een televisietoestel (van het merk Panasonic) en
/of ,


een en/of meerdere sieraden en
/of ,


een en/of meerdere horloges,

in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 1]
en/ of [benadeelde 2],
in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en
/of vergezeld
en/of gevolgd van geweld en
/of bedreiging met geweld tegen die [benadeelde 1] en
/of [benadeelde 2] gepleegd door hem, verdachte, en
/of zijn mededader
( s
) met het oogmerk om die diefstal
voor te bereiden en/of gemakkelijk
er te maken
en/of bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of zijn mededader(s), hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren ,

en/of

met het oogmerk om zichzelf en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld die [benadeelde 1] en/of [benadeelde 2] heeft gedwongen tot afgifte van,


een mobiele telefoon (van het merk Samsung, model Galaxy A5) en/of,


een televisietoestel (van het merk Panasonic) en/of,


een en/of meerdere sieraden en/of,


een en/of meerdere horloges,

in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan die [benadeelde 1] en/of [benadeelde 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s), bestaande dat geweld en
/of die bedreiging met geweld uit het,

 opzettelijk en met kracht op de (slaapkamer)deur van die [benadeelde 1] en
/of [benadeelde 2] te slaan
en “Politie, Politie” te roepen totdat die [benadeelde 1] zich gedwongen voelt de deur open te maken en
/of

 eenmaal binnen
(een) vuurwapen
( s
) gericht op die [benadeelde 1] en
/of [benadeelde 2] te houden en
/of ,

 die [benadeelde 1] en
/of [benadeelde 2] te dwingen in een hoek van de slaapkamer te gaan staan
en/of,


die [benadeelde 1] en/of [benadeelde 2] te vragen voor geld en/of sieraden .

Feit 2:

dat hij op
of omstreeks 26 juli 2016
, althans op een tijdstip in of omstreeks de maand juli 2016 in Curaçao
, tezamen en in vereniging met
een ander of anderen,
althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen,

 een televisietoestel (50 inch) (van het merk Sharp) en
/of ,

 een mobiele telefoon (van het merk iPhone, model 5) en
/of ,

 een camera (van het merk Cannon) en
/of ,

 een (paarsgekleurde)
haar föhn en
/of ,

 een laptop (van het merk Asus),

in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1],
in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en
/of vergezeld
en/of gevolgd van geweld en
/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 1] gepleegd door hem, verdachte, en
/of zijn mededader
( s
) met het oogmerk om die diefstal
voor te bereiden en/of gemakkelijk
er te maken
en/of bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of zijn mededader(s), hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren ,

en/of

met het oogmerk om zichzelf en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld die [slachtoffer 1] heeft gedwongen tot afgifte van,


een televisietoestel (50 inch) (van het merk Sharp) en/of,


een mobiele telefoon (van het merk iPhone, model 5) en/of,


een camera (van het merk Cannon) en/of,


een (paarsgekleurde) hair föhn en/of,


een laptop (van het merk Asus),

in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer 1], in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s), bestaande dat geweld en
/of die bedreiging met geweld uit het,

 dwingen van die [slachtoffer 1] om de kluis open te maken en
/of ,


aanmanen van die [slachtoffer 1] om de nummers van de kluis in te tikken, omdat zij anders op hem zullen schieten en
/of ,

 drukken met een stroomstootwapen op de enkel van die [slachtoffer 1] en
/of ,

 binden van een (rood) T-shirt rond het hoofd van [slachtoffer 1].

Feit 3:

dat hij op
of omstreeks 3 augustus 2016,
althans op een tijdstip in of omstreeks de maand augustus 2016 in Curaçao, tezamen en in vereniging met
een ander of anderen,
althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen,

(van [benadeelde 5]):

 een
( zwarte
) portemonnee (inhoudende rijbewijs, identiteitsbewijs, American Express Card, Multicard van Banco di Caribe, Debit Card Banco di Caribe) en
/of ,

 een geldbedrag (van NAF 1.500,-) en
/of,

 een mobiele telefoon (van het merk Samsung) (model S4) en
/of ,

 een (gouden) halsketting (met twee medailles) en
/of ,

 een (gouden) polshorloge (van het merk Omega) en
/of ,

 een zwarte televisietoestel van het merk Panasonic en
/of ,

(van [benadeelde 3]):

 een (gouden)
(vrouwen) polshorloge en
/of ,

 twee (gouden)
vinger ringen met diamanten en
/of ,

 een (gouden) oorbel
(bangel) en
/of ,

 een geldbedrag
(van NAF 200,- á 300,-,) en
/of ,

 een (roze) mobiele telefoon (van het merk Samsung) (model S3) en
/of ,

(van [benadeelde 4]):

 een (zwart/goudkleurig
e )
(mannen) horloge (van het merk Mulco) en
/of ,

 een (witkleurig
e )
(mannen) horloge (van het merk Mulco) en
/of ,

 een
(goudkleurige) (mannen) horloge (van het merk Invicta) en
/of ,

 een
(stenen/stalen) (mannen) horloge (van het merk Hugo Boss) en
/of ,

 een (zilverkleurige) mobiele telefoon (van het merk Samsung, model Galaxy S6 Edge) en
/of ,

 een mobiele telefoon (van het merk Blackberry
, Passport ) ,

in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 5]
en/ of [benadeelde 3]
en/ of [benadeelde 4],
in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en
/of vergezeld
en/of gevolgd van geweld en
/of bedreiging met geweld tegen die [benadeelde 4] en
/of [benadeelde 3]
en/of [benadeelde 6] gepleegd door hem, verdachte, en
/of zijn mededader
( s
) met het oogmerk om die diefstal
voor te bereiden en/of gemakkelijk
er te maken
en/of bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of zijn mededader(s), hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,

en/of

met het oogmerk om zichzelf en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld die [benadeelde 5] en/of [benadeelde 3] en/of [benadeelde 4] heeft gedwongen tot afgifte van,

(van [benadeelde 5]):


een (zwarte) portemonnee (inhoudende rijbewijs, identiteitsbewijs, American Express Card, Multicard van Banco di Caribe, Debit Card Banco di Caribe) en/of,


een geldbedrag (van NAF 1.500,-) en/of,


een mobiele telefoon (van het merk Samsung) (model S4) en/of,


een (gouden) halsketting (met twee medailles) en/of,


een (gouden) polshorloge (van het merk Omega) en/of,


een zwarte televisie van het merk Panasonic en/of

(van [benadeelde 3]):


een (gouden) (vrouwen) polshorloge en/of,


twee (gouden) vingerringen met diamanten en/of,


een (gouden) oorbel (bangel) en/of,


een geldbedrag (van NAF 200,- á 300,-,) en/of,


een (roze) mobiele telefoon (van het merk Samsung) (model S3) en/of,

(van [benadeelde 4]):


een (zwart/goudkleurige) (mannen)horloge (van het merk Mulco) en/of,


een (witkleurige) (mannen)horloge (van het merk Mulco) en/of,


een (goudkleurige) (mannen)horloge (van het merk Invicta) en/of,


een (stenen/stalen) (mannen)horloge (van het merk Hugo Boss) en/of,


een (zilverkleurige) mobiele telefoon (van het merk Samsung, model Galaxy S6 Edge) en/of,


een mobiele telefoon (van het merk Blackberry, Passport) ,

in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan die [benadeelde 4] en/of [benadeelde 3] en/of [benadeelde 6], in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s) , bestaande dat geweld en
/of die bedreiging met geweld uit het,

 richten van een vuurwapen op die [benadeelde 5]
en hem mannen om stil te blijven en
/of ,


aanmanen van die [benadeelde 5] om met hem
/hem naar zijn slaapkamer te gaan en
/of ,


aanmanen van die [benadeelde 5] om de kluis open te maken en
/of ,


aanmanen van die [benadeelde 3] onder bedreiging van een vuurwapen om in de (slaap)kamer van haar zoon te gaan en
/of ,

 dwingen van die [benadeelde 3] onder bedreiging van een vuurwapen om op het bed te gaan zitten en
/of ,

 het schreeuwen van “plaka, plaka nos ke” (“geld, geld, willen wij”).

Feit 4:

dat hij op
of omstreeks 26 januari 2016,
althans in de maand januari 2016 in Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander
of anderen ,
althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen,


een (gouden) vingerring (ter waarde van om en nabij NAF 5.000,-), en/of,


een (gouden) vingerring (ter waarde van om en nabij USD 800,-), en/of,

 een (gouden) ketting
(ter waarde van om en nabij NAF 2.200,-) , en
/of ,

 een (gouden) armband
(ter waarde van om en nabij NAF 1.400,-) ,

in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 8]
en/of [benadeelde 7] en/of [benadeelde 9], gepleegd door hem, verdachte, en/of zijn mededader(s) met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of zijn mededader(s), hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,

welk geweld en/of welke bedreiging met geweld bestond(en) uit,


het (met gemaskerd en/of met bedekt gezicht) gewapend met

één of meerdere vuurwapens en/of met (een) schroevendraaier de woning van die [benadeelde 8] binnen te dringen, en/of,


het (vervolgens), (met een dreigende stem) aan die [benadeelde 8] te manen om hem/hen alle sieraden te overhandigen, en/of,


(vervolgens) (met kracht) een armband van de pols van

die [benadeelde 8] weg te rukken, en/of,

 (
(vervolgens) (met een dreigende stem) aan die [benadeelde 8]

te manen om hem/hen alle gelden te overhandigen, en/of,


een of meerdere laken(s) op de/het gezicht(en) van die [benadeelde 7] en/of [benadeelde 9] te gooien om (vervolgens) hun slaapkamer door te zoeken, en/of,


een vuurwapen op die [benadeelde 9] richten en/of gericht

houden , en/of,


het op het hoofd en/of gezicht van die [benadeelde 9] (met geschoeide voeten) te trappen,

en
/of

met het oogmerk om zichzelf en
/of ( een
) ander
(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en
/of bedreiging met geweld die [benadeelde 8]
en/of [benadeelde 7] en/of [benadeelde 9] heeft
/hebben gedwongen tot afgifte van,

 een (gouden) vingerring
(ter waarde van om en nabij NAF 5.000,-) , en
/of ,

 een (gouden) vingerring
(ter waarde van om en nabij USD 800,-) , en
/of ,


een (gouden) ketting (ter waarde van om en nabij NAF 2.200,-), en/of,


een (gouden) armband (ter waarde van om en nabij NAF 1.400,-),

in elk geval (een) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 8]
en/ of [benadeelde 7]
en/ of [benadeelde 9],
in elk geval aan anderen of een ander dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s) ,

bestaande dat geweld en
/of die bedreiging met geweld hierin dat hij en
/of zijn mededader
(s) opzettelijk:

 ( (met gemaskerd
en/of met bedekt gezicht) gewapend met één

of meerdere vuurwapen
s en
/of met
( een
) schroevendraaier de woning van die [benadeelde 8]
is/ zijn binnengedrongen, en
/of ,

 ( (vervolgens)
aan die [benadeelde 8] (met een dreigende stem)

heeft/ hebben
aan gemaand om
hem/hen alle sieraden te overhandigen, en
/of ,

 ( (vervolgens)
(met kracht) een armband van de pols van die

[benadeelde 8]
heeft/ hebben weggerukt, en
/of ,

 ( (vervolgens
) aan die [benadeelde 8] (met een dreigende stem)

heeft/ hebben
aan gemaand om
hem/hen alle geld
en te

overhandigen, en
/of ,

 een
of meerdere laken(s) deken op
de/het gezicht(en) van die [benadeelde 7] en
/of [benadeelde 9] hebben gegooid om(vervolgens) hun slaapkamer door te zoeken, en
/of ,

 een vuurwapen
heeft/ hebben gericht
en/of gericht gehouden

op die [benadeelde 9], en
/of ,

 op het hoofd
en/of gezicht van die [benadeelde 9]

heeft/ hebben getrapt.

Feit 5:

dat hij
op of omstreeks de periode van 26 januari
2016 tot en met 5 augustus 2016, te Curaçao, tezamen en in vereniging met
een ander of anderen,
althans alleen , een
of meerdere vuurwapen
(s), in de zin van de Vuurwapenverordening 1930, voorhanden heeft gehad.

Parketnummer 500.00029/17

dat hij op
of omstreeks 11 januari 2016,
althans op een tijdstip in of omstreeks de maand januari 2016 in Curaçao, tezamen en in vereniging met
een ander of anderen,
althans alleen , met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen,


een of meerdere sieraden, en
/of ,

 een
of meerdere geldbedrag
(en) (van om en nabij NAF 200,-) ,

in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 2],
in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 2] gepleegd door hem, verdachte, en/of zijn mededader(s) met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of zijn mededader(s), hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,

en/of

met het oogmerk om zichzelf en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld die [slachtoffer 2] heeft gedwongen tot afgifte van,


een of meerdere sieraden, en/of,


een of meerdere geldbedrag(en) (van om en nabij NAF 200,-),

in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s), bestaande dat geweld en/of die bedreiging met geweld uit het,


vernielen van een hangslot van een ijzeren deur van het balkon en/of,


forceren en/of vernielen van een (houten)deur (dat naar de keuken leidt) en/of,


(op dreigende toon) aan die [slachtoffer 2] te zeggen om rustig te blijven en/of niet te bellen en/of niet te schreeuwen.

De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten zijn in de bewezenverklaring
cursief weergegeven verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is de verdachte daardoor niet geschaad in de verdediging.

Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd, zoals doorgestreept in de tekst, is niet bewezen, zodat de verdachte hiervan zal worden vrijgesproken.

4B. Bewijsmiddelen

De overtuiging dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan, is gegrond op de feiten en omstandigheden die in de navolgende wettige bewijsmiddelen zijn vervat.

In onderstaande bewijsmiddelen wordt telkens verwezen naar ambtsedige - en door de desbetreffende verbalisant(en) in de wettelijke vorm opgemaakte - processen-verbaal, die onderdeel uitmaken van het einddossier van het Korps Politie Curaçao in het onderzoek “IJsberg”. Voor zover wordt verwezen naar paginanummers, betreffen het paginanummers van het einddossier “IJsberg”.

De inhoud van de gebezigde bewijsmiddelen is telkens zakelijk weergegeven.

Parketnummer 500.00361/16

Ten aanzien van feit 1

1. pagina 018 t/m 020

Het proces-verbaal van aangifte, opgemaakt en op 2 augustus 2016 gesloten en ondertekend door [verbalisant 1], voor zover inhoudende als verklaring van [benadeelde 1]:

Op 2 augustus 2016 was ik samen met mijn vrouw in onze woning gelegen te [locatie 1] te Curaçao. Omstreeks 03:00 uur werd ik wakker door een harde klap. Ik hoorde mannenstemmen schreeuwen dat het de politie was en dat wij de slaapkamerdeur open moesten maken. Ik maakte de deur open. Nadat ik dit had gedaan, werd de deur opengeduwd en er kwamen twee gemaskerde mannen binnen. Beiden hadden een vuurwapen in hun hand. Zij hielden dat op ons gericht. Een derde man bleef bij de slaapkamerdeur staan. Wij moesten in een hoek van de slaapkamer gaan staan. Twee van de mannen doorzochten de kasten. Ze hebben de tas van mijn vrouw meegenomen. Daarin zat haar telefoon van het merk Samsung met IMEI-nummer [IMEI-nummer]. Ze hebben ook de televisie van het merk Panasonic meegenomen.

2. pagina 021 t/m 024

Een geschrift met de titel proces-verbaal, inhoudende een aangifte, voor zover inhoudende als verklaring van [benadeelde 2]:

Ik schrok op 2 augustus 2016 wakker van een harde klap bij de voordeur. Daarna werd er hard op onze slaapkamerdeur geslagen en deze werd hard open geduwd. Twee gemaskerde mannen kwamen de slaapkamer binnen. Ze hadden allebei een vuurwapen in hun hand dat ze op ons richtten. Een derde man bleef bij de slaapkamerdeur staan. De mannen doorzochten de slaapkamer. Ze hebben diverse sieraden en horloges meegenomen en ook een televisie van het merk Panasonic en mijn telefoon Samsung Galaxy 5. De voordeur is van buitenaf opengebroken.

Ten aanzien van feit 2:

3. Pagina 199 t/m 203

Het proces-verbaal van aangifte, met bijlage, opgemaakt en op 26 juli 2016 gesloten en ondertekend door [verbalisant 2], voor zover inhoudende als verklaring van [slachtoffer 1]:

Op 26 juli 2016 omstreeks 02:40 uur werd ik wakker van een hard geluid in mijn woning in het [locatie 1] gelegen aan de [locatie 6] te Curaçao. Toen ik mijn slaapkamerdeur opendeed zag ik twee jongens. Eén van hen had een kleine revolver bij zich. Ik moest van hen eerst op mijn bed gaan zitten en toen moest ik meelopen naar de gang. Daar waren nog twee andere personen. Ik heb in totaal twee revolvers gezien. Een van de personen vroeg aan mij waar de kluis was en er werd tegen mij gezegd dat ik de kluis moest openen. Een van hen zei dat ik de nummers moest intikken omdat er anders op mij geschoten zou worden. Ik zei dat ik dat niet kon omdat ik het nummer niet wist. Een van hen drukte toen met een stroomstootwapen tegen mijn enkel. Ik voelde een pijnlijke schok. Er werd een rood T-shirt om mijn hoofd gebonden. Ze droegen de kluis over mij heen de trap op. Ze hebben een televisie van 50 inch van het merk Sharp, een IPhone 5, een camera van het merk Canon, een paarse haarföhn en een laptop van het merk Asus meegenomen.

Ten aanzien van feit 3:

4. Pagina 156 t/m 161

Het proces-verbaal van aangifte, opgemaakt en op 3 augustus 2016 gesloten en ondertekend door [verbalisant 3], voor zover inhoudende als verklaring van [benadeelde 3]:

Ik woon aan de [locatie 3] te Curaçao, samen met mijn man, zoon en kleindochter. Op 3 augustus 2016 stond mijn man op omdat hij een hond hoorde blaffen. Ik hoorde dat er ruzie was tussen mijn man en iemand in de woonkamer. Ik stond op en zag dat een persoon mijn man met een vuurwapen onder schot hield. Daarna bedreigde hij ook mij met het vuurwapen. Onder bedreiging van het vuurwapen moesten wij naar de slaapkamer van onze zoon gaan en ik moest samen met mijn zoon en kleindochter op het bed gaan zitten. Mijn man bleef in de deuropening staan. Hij werd door een andere man met een vuurwapen onder schot gehouden. Een van de mannen schreeuwde: “plaka, plaka nos ke” (vrije vertaling verbalisant: “geld, wij willen geld”). Onder bedreiging van een vuurwapen werden wij aangemaand de kluis open te maken. Er was ook nog een derde persoon. De daders hebben een gouden polshorloge, twee gouden ringen met diamanten, een gouden oorbel, een geldbedrag van NAf 200,- a 300,- en een roze mobiele telefoon van het merk Samsung model S3 meegenomen.

5. Pagina 162 t/m165

Het proces-verbaal van aangifte, opgemaakt en op 3 augustus 2016 gesloten en ondertekend door [verbalisant 4], voor zover inhoudende als verklaring van [benadeelde 5]:

Op 3 augustus 2016 omstreeks 03:00 uur werd ik wakker door het blaffen van honden. Ik deed de deur van de slaapkamer open en ik werd verrast door twee mannen. Ze waren gemaskerd en hadden beiden een vuurwapen in hun hand. Er waren nog twee andere mannen in de woning. Ik werd aangemaand om naar mijn slaapkamer te gaan en de kluis open te maken. De daders hebben een zwarte portemonnee inhoudende een rijbewijs, identiteitsbewijs, American Express Bankkaart, een Multicard en een Debit card van Banco di Caribe, een bedrag van ongeveer NAf 1.500,-, een mobiele telefoon van het merk Samsung model S4, een gouden halsketting met twee medailles, een gouden polshorloge van het merk Omega en een zwarte televisie van het merk Panasonic meegenomen.

6. Pagina 166 t/m171

Het proces-verbaal van aangifte, opgemaakt en op 3 augustus 2016 gesloten en ondertekend door [verbalisant 3], voor zover inhoudende als verklaring van [benadeelde 4]:

Er waren 4 daders met vuurwapens. Mijn moeder, dochter en ik werden onder schot gehouden in mijn slaapkamer. Mijn vader moest onder bedreiging van een vuurwapen naar zijn kamer. Er werd tegen hem gezegd dat hij de kluis open moest maken. Daarna werd mijn slaapkamer doorzocht. De daders hebben een zilverkleurige telefoon van het merk Samsung model S6 Edge IMEI-nummer [IMEI-nummer], een wit polshorloge van het merk Mulco, een zwart/goudkleurig polshorloge van het merk Mulco, een polshorloge van het merk Invicta en een polshorloge van het merk Hugo Boss meegenomen.

Ten aanzien van feit 4:

7. Pagina 252 t/m 256

Het proces-verbaal van aangifte, met bijlage, opgemaakt en op 26 januari 2016 gesloten en ondertekend door [verbalisant 5], voor zover inhoudende als verklaring van

[benadeelde 8]:

Op 26 januari 2016 lag ik te slapen in mijn woning gelegen te [locatie 4] te Curaçao. Omstreeks 03:30 uur werd ik wakker door het geblaf van honden. Ik maakte de badkamerdeur open en op hetzelfde moment werd deze deur opengemaakt door een man. Hij was gewapend met een grote schroevendraaier. Hij maande mij met een dreigende stem aan mijn sieraden af te geven. Ik werd gedwongen twee gouden ringen af te geven. Hij rukte een gouden armband van mijn pols. Hij dreigde ook dat ik geld aan hem moest geven. Hij begon mijn slaapkamer te doorzoeken en hij nam sieraden van mijn echtgenote weg. Er kwam een andere man bij met een vuurwapen in zijn hand. Ze hebben ook een gouden halsketting met een gouden hanger in de vorm van een schorpioen meegenomen. Het raam van de keuken was geforceerd.

8. Pagina 257 t/m 261

Het proces-verbaal van aangifte, met bijlage, opgemaakt en op 26 januari 2016 gesloten en ondertekend door [verbalisant 6], voor zover inhoudende als verklaring van

[benadeelde 7]:

Op 26 januari 2016 was ik samen met mijn dochter in haar slaapkamer. Plotseling hoorde ik mijn man met iemand praten. Mijn dochter en ik gingen kijken wat er aan de hand was. Toen ik de slaapkamerdeur had opengemaakt, zag ik een man in mijn richting komen lopen. Ik probeerde de deur van de slaapkamer dicht te doen, maar hij duwde die open waardoor ik op de grond viel. De man gooide een deken op mij en op mijn dochter. Ik hoorde een andere man tegen hem zeggen: “Ban ban bo ta tardando eiden” (vrije vertaling verbalisant: “kom op, je bent langzaam aan het doen daarbinnen”. Toen de man wegliep trapte hij op het gezicht van mijn dochter. Er zijn verschillende gouden kettingen, gouden ringen en gouden oorbellen weggenomen.

9. Pagina 262 t/m 265

Het proces-verbaal van aangifte, met bijlage, opgemaakt en op 26 januari 2016 gesloten en ondertekend door [verbalisant 5], voor zover inhoudende als verklaring van

[benadeelde 9]:

Nadat mijn moeder en ik mijn slaapkamerdeur hadden opengemaakt om te kijken wat er gaande was, werd ik door een gemaskerde man met een vuurwapen benaderd. Hij hield mij onder schot. Mijn moeder en ik gingen mijn slaapkamer weer binnen. Mijn moeder probeerde de deur dicht te duwen, maar de man duwde deze open. Mijn moeder viel. Hierna kwam er nog een man de slaapkamer binnen. Hij was heel agressief. Er werd een deken over mij en mijn moeder gegooid. Ik hoorde dat ze bezig waren mijn slaapkamer te doorzoeken. Een van de mannen heeft op mijn hoofd getrapt. Ze hebben gouden sieraden weggenomen.

Ten aanzien van feit 5

10. Alle bewijsmiddelen zoals genoemd onder de feiten 1 t/m 4 voor zover zij op dit feit betrekking hebben.

11. Pagina 78 t/m 099

Het proces-verbaal van zoeking [locatie 7], met bijlagen, opgemaakt en op 6 augustus 2016 gesloten en ondertekend door [verbalisant 1], voor zover inhoudende als relaas van de verbalisant:

Op 5 augustus 2016 werd een huiszoeking verricht in de woning van de verdachte [verdachte 1] gelegen te [locatie 7]. In een slaapkamer werd op het matras een pistool aangetroffen.

12. Pagina123 en 124

Het proces-verbaal van forensisch onderzoek, opgemaakt en op 19 oktober 2016 gesloten en ondertekend door [verbalisant 7], voor zover inhoudende als verklaring van de verbalisant:

Ik, inspecteur en forensisch specialist, heb op verzoek van het Atrako Team een onderzoek ingesteld naar een vuurwapen dat op 5 augustus 2016 in beslag is genomen en waarvoor verdachte [verdachte 1] is aangehouden. Het betreft een pistool van het merk Lorcin model L25. Het pistool is een vuurwapen in de zin van de Vuurwapenverordening 1930. Het vuurwapen is deugdelijk en tot schieten gereed.

Ten aanzien van de feiten 1, 2, 3, 4 en 5

13. Verklaring van de verdachte ter terechtzitting van 12 juli 2017 afgelegd, voor zover inhoudende:

Ik blijf bij mijn verklaring die ik bij de politie heb afgelegd dat ik de overvallen te [locatie 1], [locatie 1], [locatie 3] en de [locatie 4] die mij ten laste zijn gelegd heb gepleegd, met anderen.

Het klopt dat ik een taser heb gebruikt bij de overval te [locatie 1].

Het pistool dat bij de huiszoeking bij mij thuis is aangetroffen heb ik gevonden bij de zoutpannen.

Parketnummer 500.00029/17

14. pagina 22 t/m 28 aanvulling einddossier zaak IJsberg

Het proces-verbaal van aangifte, opgemaakt en op 12 december 2016 gesloten en ondertekend door [verbalisant 8], voor zover inhoudende als verklaring van [getuige 1]:

Mijn moeder [slachtoffer 2], geboren op 13 maart 1930, werd op 11 januari 2016 in haar woning gelegen te [locatie 5] te Curaçao beroofd. Zij was hierdoor zo getraumatiseerd dat ik namens haar aangifte doe van diefstal. Mijn moeder belde mij op 11 januari 2016 rond 02:30 uur op. Zij vertelde dat zij was overvallen. Toen ik bij haar woning aankwam zag ik dat alle kamers overhoop waren gehaald, dat er schade was aan de deur en dat het slot op het balkon niet meer aanwezig was. Mijn moeder vertelde dat er 3 daders binnen waren. Ze vroegen naar haar sieraden. Ze hebben twee gouden kettingen, een gouden armband en een gouden ring meegenomen. Ze hebben ook een portemonnee meegenomen met geld erin.

15. pagina 29 t/m 38 aanvulling einddossier zaak IJsberg

Het proces-verbaal van Forensisch onderzoek te [locatie 5], met bijlage, opgemaakt en op 10 november 2016 gesloten en ondertekend door [verbalisant 9] en [verbalisant 10], voor zover inhoudende als relaas van de verbalisanten:

Op 11 januari 2016 werden wij gedirigeerd naar het pand [locatie 5] voor het instellen van een forensisch onderzoek in verband met een beroving. Onbevoegden zouden door middel van het vernielen van een hangslot op een ijzeren hekwerkdeur van het balkon zich de toegang hebben verschaft tot het balkon. Hierna zouden ze de houten deur hebben geforceerd en zich de toegang tot de woning hebben verschaft. Ook zouden ze een aluminiumraam hebben geforceerd. Tijdens het forensisch onderzoek werden diverse sporendragers met de daartoe bestemde middelen ingestoven, waarbij bruikbare dactyloscopische sporen zichtbaar werden. Wij hebben de dactyloscopische sporen vergeleken met de dactyloscopische signalementen voorkomende in de databank van “Afix Tracker”. Uit dit onderzoek bleek dat het dactyloscopische spoor aangetroffen op een zwarte sieradendoos gewaarmerkt met nummer Q3, dat geregistreerd werd onder “control ID” 9352, het meest overeenkwam met de linker duim van [verdachte 1]. Naar aanleiding van het vorenstaande hebben wij een dactyloscopisch vergelijkingsonderzoek gedaan met het aangetroffen dactyloscopische spoor gewaarmerkt met nummer Q3 “control ID” 9352 met de linker duimafdruk van [verdachte 1]. Uit dit onderzoek bleek dat het dactyloscopische spoor identiek was aan de linker duimafdruk op het vingerafdrukblad van [verdachte 1], geboren op [geboortedatum] 1991. De linker duimafdruk vertoonde meer dan 12 karakteristieke punten van overeenkomst, zonder dactyloscopische verschilpunten.

4D. Bewijsoverweging met betrekking tot overval [locatie 5]

Op de dag van de inbraak in de woning gelegen te [locatie 5] is een dactyloscopisch spoor aangetroffen op een zwarte sieradendoos die lag in de slaapkamer van die woning. Dit spoor komt volgens de inhoud van het wettig opgemaakte proces-verbaal van de technische recherche overeen met de linker duimafdruk van de verdachte. Bij vergelijking van dat spoor met het dactyloscopische signalement van de verdachte hebben de rechercheurs meer dan 12 karakteristieke punten van overeenkomst zonder dactyloscopische verschilpunten waargenomen. Dit aangetroffen spoor van de verdachte is zonder meer redengevend voor de bewezenverklaring. De verdachte heeft op herhaalde vragen ter terechtzitting geen verklaring afgelegd over de wijze waarop en de omstandigheden waaronder dit spoor daar terecht is gekomen. Gelet op het vorenstaande kan het naar het oordeel van het Gerecht niet anders zijn dan dat de verdachte dit spoor heeft achtergelaten bij het plegen van de inbraak op 11 januari 2016.

5. Kwalificatie en strafbaarheid van de feiten

Het bewezenverklaarde levert op:

Parketnummer 500.00361/16:

Feit 1 ten eerste/primair:

Diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijker te maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.

Feit 2 ten eerste/primair:

Diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijker te maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.

Feit 3 ten eerste/primair:

Diefstal, voorafgegaan en vergezeld van bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijker te maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.

Feit 4:

de voortgezette handeling van:

diefstal, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen,

en

afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.

Feit 5:

Medeplegen van overtreding van een verbod, gesteld bij artikel 3, eerste lid, van de Vuurwapenverordening 1930, meermalen gepleegd.

Parketnummer 500.00029/17:

Ten eerste/primair:

Diefstal, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezenverklaarde uitsluit. De feiten zijn derhalve strafbaar.

6. Strafbaarheid van de verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte opheft of uitsluit. De verdachte is dus strafbaar.

7. Strafmotivering

Gelet op de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, op de omstandigheden waaronder de verdachte zich daaraan schuldig heeft gemaakt en op de persoon van de verdachte, zoals van één en ander uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, acht het Gerecht na te noemen beslissing passend. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.

De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het tezamen en in vereniging met anderen plegen van een vijftal gewelddadige overvallen in woningen, waarbij bij vier overvallen met een vuurwapen werd gedreigd. Hij heeft zich dus hiermee tevens, meermalen, schuldig gemaakt aan verboden vuurwapenbezit. In zijn slaapkamer bewaarde hij een deugdelijk pistool.

De verdachte heeft met zijn handelen niet alleen de directe slachtoffers grote angst aangejaagd, maar hij heeft ook een ernstige inbreuk op de rechtsorde gemaakt. Het handelen van de verdachte versterkt bestaande gevoelens van angst en onveiligheid in de Curaçaose maatschappij. Curaçao wordt geteisterd door gewapende overvallen en het ogenschijnlijke gemak waarmee deze worden gepleegd, door relatief jonge daders zoals de verdachte, is even verontrustend als schrikbarend. Bovendien kunnen gewelddadige overvallen als deze langdurig psychische gevolgen hebben voor de slachtoffers in kwestie. In een aantal van de onderhavige overvallen betrof het oudere, gepensioneerde slachtoffers, de meeste kwetsbare groep van onze samenleving. De verdachte is bij een van de overvallen een slachtoffer te lijf gegaan met een taser. De verdachte is aan de gevolgen van zijn handelen voor al deze slachtoffers volledig voorbijgegaan en heeft zich slechts laten leiden door zijn streven naar eigen financieel gewin.

Een vrijheidsbenemende straf is gelet op de aard en de ernst van de gepleegde feiten dan ook geïndiceerd. Het Gerecht hanteert, voor een first offender zoals de verdachte, als oriëntatiepunt voor de strafoplegging bij overvallen een straf tussen de drie en vijf jaren gevangenisstraf als sprake is van dreiging met een vuurwapen. Voor het bezit thuis van een vuurwapen is het oriëntatiepunt een gevangenisstraf van 12 tot 15 maanden.

Het Gerecht heeft acht geslagen op de persoonlijke omstandigheden van de verdachte zoals daarvan blijkt uit de over hem opgemaakte rapporten van de U.O. Reclassering Curaçao in het kader van vroeghulp en voorlichting. Gelet op de hoeveelheid, de aard en de ernst van de bewezenverklaarde feiten is een deels voorwaardelijke gevangenisstraf met reclasseringsbegeleiding thans een gepasseerd station. Eventuele begeleiding zal kunnen plaatsvinden bij een eventuele voorwaardelijke invrijheidstelling. De leeftijd van de verdachte noopt echter wel tot enige matiging van de op te leggen gevangenisstraf. Het Gerecht slaat daarbij in het kader van de rechtsgelijkheid uitdrukkelijk acht op de hoogte van de straffen zoals die in soortgelijke zaken door het Gerecht plegen te worden opgelegd.

De raadsman heeft een strafkorting verzocht vanwege het verblijf van de verdachte gedurende enkele weken in de politiecellen te [locatie 8]. Nu de verdachte daar echter op eigen verzoek gedetineerd heeft gezeten, ziet het Gerecht voor een strafkorting geen aanleiding.

Alles afwegende kan niet worden volstaan met een andere of lichtere straf dan een gevangenisstraf van na te melden duur.

8. Vordering benadeelde partijen en schadevergoedingsmaatregel

Benadeelde partijen feit 1

De benadeelde partij [benadeelde 1] heeft een vordering tot schadevergoeding ingediend van NAf 899,- wegens geleden materiële schade.

De benadeelde partij [benadeelde 2] heeft een vordering tot schadevergoeding ingediend van NAf 13.431,22 wegens materiële schade, bestaande uit een bedrag van NAf 250,- voor het eigen risico voor de schade aan twee deuren en een bedrag van NAf 13.181,22 voor de gestolen sieraden.

Het Gerecht is van oordeel dat de gestelde schade van [benadeelde 2] in ieder geval tot een bedrag van NAf 10.800,- voor toewijzing vatbaar is. Dit bedrag bestaat uit:

- een bedrag van NAf 250,- voor het eigen risico voor de schade aan de deuren;

- een bedrag van NAf 10.550,- voor de geschatte waarde van de gestolen sieraden (80% van NAf 13.181,22). Het Gerecht is er bij de schatting vanuit gegaan dat de waarde van het goud met ongeveer 20% is gedaald. Deze waardedaling heeft het Gerecht vaker en eerder toegepast in soortgelijke zaken, gebaseerd op taxaties door een goudsmid.

Gelet op de inhoud van het strafdossier, de onderbouwing van de vorderingen door voornoemde benadeelde partijen en het verhandelde ter terechtzitting is voldoende komen vast te staan dat deze schade in zoverre rechtstreeks voortvloeit uit het bewezenverklaarde feit. Vergoeding van deze schade komt het Gerecht ook alleszins billijk voor.

De verdachte heeft het strafbare feit ter zake waarvan schadevergoeding zal worden toegekend samen met anderen gepleegd en zij zijn daarvoor ieder hoofdelijk aansprakelijk. Indien en voor zover één van de mededaders de benadeelde partij betaalt, is de verdachte in zoverre van zijn betalingsverplichting bevrijd.

De verdachte zal worden veroordeeld in de kosten door de benadeelde partijen gemaakt, tot op heden begroot op nihil(vul de feitaanduidingen in)(vul de feitaanduidingen in)en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken.

Benadeelde partijen feit 3:

De benadeelde partijen [benadeelde 5], [benadeelde 6], [benadeelde 3] en [benadeelde 4] hebben elk een afzonderlijke vordering tot schadevergoeding ingediend van respectievelijk NAf 12.257,93, NAf 5.160,-, NAf 5.500,- en NAf 3.300,-.

Het Gerecht is van oordeel dat de gevorderde schade van [benadeelde 5] tot een bedrag van NAf 2.957,93 voor toewijzing vatbaar is. Dit bedrag bestaat uit:

- een bedrag van NAf 1.957,93 wegens schade aan de voordeur;

- een bedrag van NAf 1.000,00 wegens geleden immateriële schade.

Het Gerecht is van oordeel dat de gevorderde schade van [benadeelde 6] tot een bedrag van NAf 1.000,00 voor toewijzing vatbaar is wegens geleden immateriële schade, nu voldoende uit het dossier is gebleken dat er tegen haar geweld en bedreiging met geweld is toegepast (in de tenlastelegging niet verfeitelijkt).

Het Gerecht is tevens van oordeel dat de gevorderde schade van [benadeelde 3] en van [benadeelde 4] elk tot een bedrag van NAf 1.000,00 voor toewijzing vatbaar is wegens geleden immateriële schade.

Gelet op de inhoud van het strafdossier en het verhandelde ter terechtzitting is voldoende komen vast te staan dat deze schade in zoverre rechtstreeks voortvloeit uit het bewezen verklaarde feit. Vergoeding van deze schade komt het Gerecht ook alleszins billijk voor. In zoverre zullen de vorderingen dan ook, hoofdelijk, worden toegewezen.

Bij het vaststellen van de hoogte van het bedrag voor immateriële schade heeft het Gerecht rekening gehouden met de bedragen zoals die in het verleden in soortgelijke zaken door het Gerecht zijn toegekend. Voor het overige deel van de immateriële schade zullen de benadeelde partijen niet-ontvankelijk worden verklaard in hun vorderingen.

Het resterende deel van de vordering (materiële schade) van [benadeelde 5], en de vorderingen (materiële schade) van [benadeelde 6], [benadeelde 3] en [benadeelde 4] (gestolen sieraden, telefoons en geldbedragen) acht het Gerecht in onvoldoende mate onderbouwd. Met betrekking tot de sieraden en de telefoons zijn geen aankoopbonnen bij de stukken gevoegd, noch is gesteld of gebleken wanneer de sieraden/telefoons zijn aangeschaft. Gelet hierop zullen de benadeelde partijen in dit deel van de vordering niet-ontvankelijk worden verklaard.

De benadeelde partijen hebben kosten gemaakt voor rechtsbijstand. Bij de begroting van de vergoeding van de kosten van rechtsbijstand van een benadeelde partij in het strafproces dient dezelfde maatstaf te worden gehanteerd als in een civiele procedure. Het Gerecht zal uitgaan van het thans geldende liquidatietarief in civiele zaken, uitgaande van 2 punten (indienen van het verzoek tot schadevergoeding en bijwonen van de zitting) van een geraamd tarief 3. De verdachte zal ook worden veroordeeld in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken.

Benadeelde partijen feit 4:

De benadeelde partijen [benadeelde 7], [benadeelde 8] en [benadeelde 9] (feit 4) hebben een gezamenlijk vordering tot schadevergoeding ingediend van NAf 38.153,95 wegens geleden materiële schade.

Het Gerecht is van oordeel dat de gestelde schade in ieder geval tot een bedrag van

NAf 21.629,11 voor toewijzing vatbaar is. Dit bedrag bestaat uit:

- een bedrag van NAf 7.000,00 (ring met 9 baguette diamond steentjes);

- een bedrag van NAf 1.767,30 (ring met 7 diamanten);

- een bedrag van NAf 1.600,00 (armband);

- een bedrag van NAf 1.000,00 (halsketting);

- een bedrag van NAf 1.800,00 (schorpioenhanger);

- een bedrag van NAf 4.644,00 (gouden diamanten ring);

- een bedrag van NAf 1.620,00 (gouden diamanten ring);

- een bedrag van NAf 1.650,00 (gouden ketting);

- een bedrag van NAf 441,85 (gouden oorbel);

- een bedrag van NAf 105,96 (reparatie deur).

Gelet op de inhoud van het strafdossier en het verhandelde ter terechtzitting is voldoende komen vast te staan dat deze schade in zoverre rechtstreeks voortvloeit uit het bewezen verklaarde feit. Vergoeding van deze schade komt het Gerecht ook alleszins billijk voor. In zoverre zullen de vorderingen dan ook, hoofdelijk, worden toegewezen.

Het resterende deel van de materiele vordering acht het Gerecht in onvoldoende mate onderbouwd, dan wel staat de schade niet in rechtstreeks verband met het bewezenverklaarde feit. Gelet hierop zullen de benadeelde partijen in dit deel van de vordering niet-ontvankelijk worden verklaard.

Ten aanzien van alle benadeelde partijen:

Het Gerecht ziet voorts aanleiding ter zake van de vordering van de benadeelde partijen de schadevergoedingsmaatregel van artikel 1:78 van het Wetboek van Strafrecht op te leggen.

9. Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straf is gegrond op de artikelen 1:62, 1:78, 1:123, 1:133, 1:136, 1:224, 2:289, 2:291 en 2:294 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 3 en 11 van de Vuurwapenverordening 1930.

10. Beslissing

Het Gerecht:

verklaart bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde zoals in rubriek
4A omschreven, heeft begaan;

verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders is tenlastegelegd en spreekt verdachte daarvan vrij;

verklaart dat de bewezenverklaarde feiten de in rubriek
5 genoemde strafbare feiten opleveren;

verklaart de verdachte hiervoor strafbaar;

veroordeelt de verdachte wegens deze feiten tot een
gevangenisstraf voor de duur van

11 (elf) jaren ;

bepaalt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht;

wijst de vordering tot vergoeding van de door de benadeelde partij
[benadeelde 1] met betrekking tot feit 1 (parketnummer 500.00361/16) geleden schade toe tot een bedrag van
NAf 899,- (zegge: achthonderdnegenennegentig gulden) en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag aan
[benadeelde 1] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting;

bepaalt dat indien het genoemde bedrag geheel of gedeeltelijk door de medeverdachte(n) is betaald, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd;

veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partijen
[benadeelde 1] gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging alsnog te maken;

legt de verdachte als schadevergoedingsmaatregel ten behoeve van de benadeelde partij

[benadeelde 1] de verplichting op tot betaling aan het Land van een bedrag van
NAf 899,- (zegge: achthonderdnegenennegentig gulden) , bij gebreke van betaling of verhaal te vervangen door
17 (zeventien) dagen hechtenis, met dien verstande dat toepassing van de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft;

bepaalt dat voor zover dit bedrag of een gedeelte daarvan reeds door of namens de medeverdachte(n) aan het Land is betaald, de verdachte in zoverre van die verplichting zal zijn ontslagen;

bepaalt dat betalingen aan de benadeelde partij
[benadeelde 1] in mindering strekken op de verplichting tot betaling aan het Land en dat betalingen aan het Land in mindering strekken op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij
[benadeelde 1] ;

wijst de vordering tot vergoeding van de door de benadeelde partij
[benadeelde 2] met betrekking tot feit 1 (parketnummer 500.00361/16) geleden schade toe tot een bedrag van
NAf 10.800,- (zegge: tienduizend en achthonderd gulden) bestaande uit NAf 250,- voor eigen risico en de geschatte waarde voor de sieraden, en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag aan
[benadeelde 2] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting;

bepaalt dat indien genoemd bedrag geheel of gedeeltelijk door de medeverdachte(n) is betaald, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd;

veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij
[benadeelde 2] gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging alsnog te maken;

verklaart de benadeelde partij
[benadeelde 2] voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering;

legt de verdachte als schadevergoedingsmaatregel ten behoeve van de benadeelde partij
[benadeelde 2] de verplichting op tot betaling aan het Land van een bedrag van
NAf 10.800,- (zegge: tienduizend en achthonderd gulden) , bij gebreke van betaling of verhaal te vervangen door
89 (negenentachtig) dagen hechtenis, met dien verstande dat toepassing van de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft;

bepaalt dat voor zover dit bedrag of een gedeelte daarvan reeds door of namens de medeverdachte(n) aan het Land is betaald, de verdachte in zoverre van die verplichting zal zijn ontslagen;

bepaalt dat betalingen aan de benadeelde partij
[benadeelde 2] in mindering strekken op de verplichting tot betaling aan het Land en dat betalingen aan het Land in mindering strekken op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij
[benadeelde 2] ;

wijst toe de vordering tot vergoeding van de door de benadeelde partij
[benadeelde 5] met betrekking tot feit 3 (parketnummer 500.00361/16) geleden schade tot een bedrag van
NAf 2.957,93,- (zegge: tweeduizend en negenhonderdzevenenvijftig gulden en drieënnegentig cent) bestaande uit NAf 1.957,93 (reparatie voordeur) en NAf 1.000.- (immateriële schade) en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag aan
[benadeelde 5] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting;

bepaalt dat indien genoemd bedrag geheel of gedeeltelijk door de medeverdachte(n) is betaald, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd;

verklaart de benadeelde partij
[benadeelde 5] voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering;

legt de verdachte als schadevergoedingsmaatregel ten behoeve van de benadeelde partij
[benadeelde 5] de verplichting op tot betaling aan het Land van een bedrag van
NAf 2.957,93,- (zegge: tweeduizend en negenhonderdzevenenvijftig gulden en drieënnegentig cent), bij gebreke van betaling of verhaal te vervangen door
negenendertig (39) dagen hechtenis, met dien verstande dat toepassing van de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft;

bepaalt dat voor zover dit bedrag of een gedeelte daarvan reeds door of namens de medeverdachte(n) aan het Land is betaald, de verdachte in zoverre van die verplichting zal zijn ontslagen;

bepaalt dat betalingen aan de benadeelde partij
[benadeelde 5] in mindering strekken op de verplichting tot betaling aan het Land en dat betalingen aan het Land in mindering strekken op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij
[benadeelde 5] ;

wijst toe de vordering tot vergoeding van de door de benadeelde partij
[benadeelde 6] met betrekking tot feit 3 (parketnummer 500.00361/16) geleden schade tot een bedrag van

NAf 1.000,- (zegge: duizend gulden) aan immateriële schade en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag aan
[benadeelde 6] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting;

bepaalt dat indien genoemd bedrag geheel of gedeeltelijk door de medeverdachte(n) is betaald, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd;

verklaart de benadeelde partij
[benadeelde 6] voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering;

legt de verdachte als schadevergoedingsmaatregel ten behoeve van de benadeelde partij
[benadeelde 6] de verplichting op tot betaling aan het Land van een bedrag van
NAf 1.000,- (zegge: duizend gulden), bij gebreke van betaling of verhaal te vervangen door
twintig (20) dagen hechtenis, met dien verstande dat toepassing van de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft;

bepaalt dat voor zover dit bedrag of een gedeelte daarvan reeds door of namens de medeverdachte(n) aan het Land zijn betaald, de verdachte in zoverre van die verplichting zal zijn ontslagen;

bepaalt dat betalingen aan de benadeelde partij
[benadeelde 6] in mindering strekken op de verplichting tot betaling aan het Land en dat betalingen aan het Land in mindering strekken op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij
[benadeelde 6] ;

wijst toe de vordering tot vergoeding van de door de benadeelde partij
[benadeelde 3] met betrekking tot feit 3 (parketnummer 500.00361/16) geleden schade tot een bedrag van
NAf 1.000,- (zegge: duizend gulden) aan immateriële schade en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag aan
[benadeelde 3] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.

bepaalt dat indien genoemd bedrag geheel of gedeeltelijk door de medeverdachte(n) is betaald, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd;

verklaart de benadeelde partij
[benadeelde 3] voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering;

legt de verdachte als schadevergoedingsmaatregel ten behoeve van de benadeelde partij
[benadeelde 3] de verplichting op tot betaling aan het Land van een bedrag van

NAf 1.000,- (zegge: duizend gulden), bij gebreke van betaling of verhaal te vervangen door
twintig (20) dagen hechtenis, met dien verstande dat toepassing van de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft;

bepaalt dat voor zover dit bedrag of een gedeelte daarvan reeds door of namens de medeverdachte(n) aan het Land is betaald, de verdachte in zoverre van die verplichting zal zijn ontslagen;

bepaalt dat betalingen aan de benadeelde partij
[benadeelde 3] in mindering strekken op de verplichting tot betaling aan het Land en dat betalingen aan het Land in mindering strekken op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij
[benadeelde 3] ;

wijst toe de vordering tot vergoeding van de door de benadeelde partij
[benadeelde 4] met betrekking tot feit 3 (parketnummer 500.00361/16) geleden schade tot een bedrag van
NAf 1.000,- (zegge: duizend gulden) aan immateriële schade en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag aan
[benadeelde 4] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting;

bepaalt dat indien genoemd bedrag geheel of gedeeltelijk door de medeverdachte(n) is betaald, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd;

verklaart de benadeelde partij
[benadeelde 4] voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering;

legt de verdachte als schadevergoedingsmaatregel ten behoeve van de benadeelde partij
[benadeelde 4] de verplichting op tot betaling aan het Land van een bedrag van
NAf 1.000,- (zegge: duizend gulden), bij gebreke van betaling of verhaal te vervangen door
twintig (20) dagen hechtenis, met dien verstande dat toepassing van de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft;

bepaalt dat voor zover dit bedrag of een gedeelte daarvan reeds door of namens de medeverdachte(n) aan het Land is betaald, de verdachte in zoverre van die verplichting zal zijn ontslagen;

bepaalt dat betalingen aan de benadeelde partij
[benadeelde 4] in mindering strekken op de verplichting tot betaling aan het Land en dat betalingen aan het Land in mindering strekken op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij
[benadeelde 4] ;

veroordeelt de verdachte in de kosten door ieder der benadeelde partijen
[benadeelde 5], [benadeelde 6], [benadeelde 3] en [benadeelde 4] gemaakt, tot op heden begroot op
NAf 1.000,- (zegge: duizend gulden) voor iedere voornoemde benadeelde partij , berekend aan de hand van de geldende liquidatietarieven, uitgaande van 2 punten van een geraamd tarief 3, en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging alsnog te maken;

bepaalt dat voor zover dit bedrag geheel of gedeeltelijk door de medeverdachte(n) is betaald, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd;

wijst toe de vordering tot vergoeding van de door de benadeelde partijen
[benadeelde 7], [benadeelde 8] en [benadeelde 9] met betrekking tot feit 4 (parketnummer 500.00361/16) gezamenlijk geleden schade tot een bedrag van
NAf 21.629,11 (zegge: eenentwintigduizend zeshonderdnegenentwintig gulden en elf cent) , bestaande uit

NAf 7.000,00 (ring met 9 baguette diamond steentjes), NAf 1.767,30 (ring met 7 diamanten), NAf 1.600,00 (armband), NAf 1.000,00 (halsketting), NAf 1.800,00 (schorpioenhanger),

NAf 4.644,00 (gouden diamanten ring), NAf 1.620,00 (gouden diamanten ring),

NAf 1.650,00 (gouden ketting), NAf 441,85 (gouden oorbel) en NAf 105,96 (reparatie deur), en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag aan
[benadeelde 7] of [benadeelde 8] of [benadeelde 9] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting;

bepaalt dat indien genoemde bedragen geheel of gedeeltelijk door de medeverdachte(n) is betaald, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd;

veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partijen
[benadeelde 7], [benadeelde 8] en [benadeelde 9] gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging alsnog te maken;

verklaart de benadeelde partijen
[benadeelde 7], [benadeelde 8] en [benadeelde 9] voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering;

legt de verdachte als schadevergoedingsmaatregel ten behoeve van de benadeelde partijen
[benadeelde 7], [benadeelde 8] en [benadeelde 9] de verplichting op tot betaling aan het Land van een bedrag van
NAf 21.629,11 (zegge: eenentwintigduizend zeshonderdnegenentwintig gulden en elf cent), bij gebreke van betaling of verhaal te vervangen door
honderddrieënveertig (143) dagen hechtenis, met dien verstande dat toepassing van de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft;

bepaalt dat voor zover dit bedrag of een gedeelte daarvan reeds door of namens de medeverdachte(n) aan het Land is betaald, de verdachte in zoverre van die verplichting zal zijn ontslagen;

bepaalt dat betalingen aan benadeelde partijen
[benadeelde 7], [benadeelde 8] en [benadeelde 9] in mindering strekken op de verplichting tot betaling aan het Land en dat betalingen aan het Land in mindering strekken op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partijen
[benadeelde 7], [benadeelde 8] en [benadeelde 9].

Dit vonnis is gewezen door de rechter mr. M.C.B. Hubben en uitgesproken ter openbare terechtzitting van het Gerecht op 12 juli 2017, in tegenwoordigheid van de griffier, en op

4 oktober 2017 op schrift gesteld.