ECLI:NL:OGEAC:2018:206

Gerecht in eerste aanleg van Curaçao

Datum uitspraak
11 januari 2018
Publicatiedatum
31 juli 2018
Zaaknummer
500.00300/17
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vervalsing van betaalpassen en skimming in Curaçao met ernstige gevolgen voor banken en consumenten

In deze zaak, behandeld door het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, is de verdachte beschuldigd van meerdere strafbare feiten, waaronder valsheid in geschrift en diefstal door middel van skimming. De verdachte, geboren in 1973 en thans gedetineerd, heeft samen met een medeverdachte in de periode van 28 juni 2017 tot en met 2 juli 2017, opzettelijk vervalste betaalpassen gebruikt om geld op te nemen bij geldautomaten. De officier van justitie heeft een gevangenisstraf van 36 maanden geëist, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, en verbeurdverklaring van in beslag genomen geldbedragen. Tijdens de rechtszitting op 11 januari 2018 heeft de verdachte, bijgestaan door zijn raadsman mr. V. Awadhpersad, zich verdedigd tegen de beschuldigingen. De tenlastelegging omvatte onder andere het vervalsen van betaalpassen en het opzettelijk gebruik maken van deze valse documenten. Het Gerecht heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat het openbaar ministerie ontvankelijk was in zijn vervolging. Na beoordeling van de bewijsstukken, waaronder verklaringen van de verdachte en medeverdachten, heeft het Gerecht geoordeeld dat de verdachte schuldig is aan de feiten zoals ten laste gelegd. De verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 27 maanden en de in beslag genomen voorwerpen zijn verbeurd verklaard. Het Gerecht heeft benadrukt dat de handelswijze van de verdachte een ernstige inbreuk heeft gemaakt op het vertrouwen in de integriteit van het betalingsverkeer, wat aanzienlijke gevolgen heeft voor zowel banken als consumenten.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO

S T R A F V O N N I S
in de zaak tegen de verdachte:
[VERDACHTE],
geboren op [geboortedatum] 1973 in [geboorteplaats],
wonende in [woonplaats],
thans alhier gedetineerd.

1.Onderzoek van de zaak

Het onderzoek ter openbare terechtzitting heeft plaatsgevonden op 11 januari 2018. De verdachte is verschenen, bijgestaan door zijn raadsman, mr. V. Awadhpersad, die occupeert voor mr. M.C. Vaders, beiden advocaat in Curaçao.
De officier van justitie, mr. E.V.A. Bos, heeft ter terechtzitting gevorderd de verdachte ter zake van de feiten 1, 2, 3 en 4 te veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van 36 (zes en dertig) maanden, waarvan 6 (zes) maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 (drie) jaren, met aftrek van voorarrest.
verbeurdverklaring van het onder de verdachte inbeslaggenomen geldbedrag van $ 2.682,50 en teruggave aan de verdachte van een geldbedrag van $ 2.327,50 gevorderd.
De raadsman heeft een strafmaatverweer gevoerd.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is, met inachtneming van de gevorderde en toegewezen wijzigingen, tenlastegelegd:
1.
dat hij in of omstreeks de periode van 28 juni 2017 tot en met 2 juli 2017, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) opzettelijk, zeven althans één of meer betaalpassen en/of waardenkaarten, althans enige voor publiek beschikbare kaarten of enige andere voor het publiek beschikbare dragers van identiteitsgegevens, bestemd voor het verrichten of verkrijgen van betalingen en/of andere prestaties langs geautomatiseerde weg heeft vervalst, immers heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s), toen en daar op de magneetstrip van dat/die (zogenoemde witte) passen, althans op (een) betaalpas(sen)/waardekaart(en) gelijkende passen/kaarten, valselijk de oorspronkelijke (magneetstrip) gegevens van (de) originele betaalpas(sen)/waardekaart(en) gekopieerd/geladen en/of de pincode van de – rechtmatige betaalpas-/waardekaarthouder(s), althans van (een) ander(en) dan van verdachte en/of zijn mededader(s) – (op een onbewaakt moment) bemachtigd, in elk geval op een of andere wijze de pincode van die – rechtmatige betaalpas-/waardekaarthouder(s), althans van die ander(en) dan van verdachte en/of diens mededader(s) – achterhaald en/of die valse/vervalste betaalpas(sen) en/of waardekaart(en) (al of niet heeft) voorzien van de achternaam en/of voorna(a)m(en) en/of voorletter(s) van verdachte en/of zijn mededader(s) en/of ander(en), (ten gevolge waarvan met die pas(sen) en/of kaarten (een) elektronische betaling(en) en/of geldopname(s) ten laste van de rechtmatige eigenaar/eigenaren van dat/die originele betaalpas(sen) mogelijk is/zijn geworden);
(Artikel 2:185 lid 1 j° 1:123 Wetboek van Strafrecht)
2.
dat hij in of omstreeks de periode van 28 juni 2017 tot en met 2 juli 2017, tezamen en in vereniging met een ander of anderen,, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) opzettelijk gebruik heeft gemaakt van zeven (7), althans één of meer vals(e) of vervalst(e) betaalpas(sen) en/of waardekaarten, (een) zogeheten creditcard(s), althans enige voor publiek beschikbare kaarten of enige andere voor het publiek beschikbare dragers van identiteitsgegevens, bestemd voor het verrichten of verkrijgen van betalingen en/of andere prestaties langs geautomatiseerde weg, zijnde (een) geschrift(en) dat/die bestemd was/waren om tot bewijs van enig feit te dienen, als ware dat/die geschrift(en) (telkens) echt en onvervalst, dan wel opzettelijk zodanig(e) geschrift(en) als voornoemd, heeft afgeleverd en/of voorhanden gehad en/of heeft ontvangen en zich heeft verschaft en/of heeft vervoerd en/of verkocht en/of overgedragen, terwijl hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat dit/die geschriften bestemd was/waren voor een zodanig gebruik, immers heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s) die pas(sen)/kaarten, (telkens) bij (diverse) betaalautomaten (van [bank 1]) onbevoegd geld opgenomen ten laste van rekening van – rechtmatige betaalpas-/waardekaarthouder(s), althans van (een) ander(en) dan van verdachte en/of zijn mededader(s) – voor een totaal bedrag van ongeveer ongeveer USD 10.000,--, althans voor een aanzienlijk bedrag aan geld, en bestaande de valsheid en/of de vervalsing hierin dat op de magneetstrip van dat/die zogenoemde witte passen, althans op betaalpas(sen)/waardekaart(en) gelijkende kaarten valselijk de oorspronkelijke (magneetstrip) gegevens van (de) originele betaalpas(sen)/waardekaart(en) waren gekopieerd/geladen en/of de pincode van de te benadelen personen/instanties (op een onbewaakt moment) bemachtigen, in elk geval op een of andere wijze de pincode van die – rechtmatige betaalpas-/waardekaarthouder(s), althans van (een) ander(en) dan van verdachte en/of zijn mededader(s) – weten te achterhalen en/of die (valse/vervalste) betaalpas(sen) en/of waarde kaart(en) (al of niet) te voorzien van de achterna(a)m(en) en/of voorna(a)m(en) en/of voorletter(s) van verdachte en/of zijn mededader(s) en/of ander(en), (tengevolge waarvan met die laatstgenoemd(e) pas(sen) en/of kaarten (een) elektronische betaling(en) en/of geldopname(s) ten laste van de rechtmatige eigenaar/eigenaren van dat/die originele betaalpas(sen) mogelijk was/waren geworden);
(Artikel 2:185 lid 2 j° 1:123 Wetboek van Strafrecht)
3.
A.
dat hij op een of meer tijdstip(pen) gelegen in de periode van 28 juni 2017 tot en met 2 juli 2017, althans in de maanden juni en juli 2017, te Curaçao, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening weg te nemen een (aanzienlijk) geldbedrag in USD en/of ANG, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan één of meer banken (onder meer de [bank 1]), althans aan één of meer andere personen, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), en zich daarbij de toegang tot de plaats des misdrijfs te verschaffen en/of die/dat weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik te brengen door middel van (een) valse sleutel(s), te weten één of meer valse en/of vervalste betaalpassen en/of (de daarbij behorende) pincode(s), hebbende verdachte en/of zijn mededader(s) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - middels gebruikmaking van een valse en/of vervalste betaalpas en/of de bijbehorende pincode geld opgenomen en/of betalingen (totaal 89 mislukte pogingen om bedragen in USD en/of ANG te pinnen) verricht bij een of meer geldautomaten, terwijl de uitvoering van dat door hem, verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
(Artikel 2:289 jo 2:288 jo 1:119 Wetboek van Strafrecht)
En/of
dat hij op een of meer tijdstip(pen) gelegen in de periode van 28 juni 2017 tot en met 2 juli 2017, althans in de maanden juni en juli 2017 te Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen USD 4984 en/of ANG 671.60, althans een geldbedrag, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan één of meer banken (onder meer de [bank 1]) en/of aan althans één of meer andere personen, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van (een) valse sleutel(s), te weten één of meer valse en/of vervalste betaalpassen en/of de daarbij behorende pincodes;
B.
dat hij op een of meer tijdstip(pen) gelegen in de periode van 28 juni 2017 tot en met 2 juli 2017, althans in de maanden juni en juli 2017 te Curaçao, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, één of meer banken (onder meer de [bank 1]), te bewegen tot de afgifte van een (aanzienlijk) geldbedrag in USD en/of ANG, in elk geval van enig goed, hebbende verdachte en/of zijn mededader(s) met vorenomschreven oogmerk – zakelijk weergegeven – valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid zich voorgedaan als de rechthebbende(n) van een of meer bankrekeningen door middels gebruikmaking van een valse en/of vervalste betaalpas en/of de bijbehorende pincode geld op te nemen en/of betalingen te verrichten bij een of meer geldautomaten, om zodoende een of meer banken (onder meer de [bank 1]) te bewegen tot bovenomschreven afgifte van geldbedragen (totaal 89 mislukte pogingen om bedragen in USD en/of ANG te pinnen);
terwijl de uitvoering van dat door hem, verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
(Artikel 2:305 jo 1:119 van het Wetboek van Strafrecht)
En/of
dat hij op een of meer tijdstip(pen) gelegen in de periode van 28 juni 2017 tot en met 2 juli 2017, althans in de maanden juni en juli 2017 te Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, één of meer banken (onder meer de [bank 1]), heeft/hebben bewogen tot de afgifte van USD 4984 en/of ANG 671.60, althans een geldbedrag, in elk geval van enig goed, hebbende verdachte en/of zijn mededader(s) met vorenomschreven oogmerk – zakelijk weergegeven – valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid zich voorgedaan als de rechthebbende(n) van een of meer bankrekeningen door middels gebruikmaking van een valse en/of vervalste betaalpas en/of de bijbehorende pincode geld op te nemen en/of betalingen te verrichten bij een of meer geldautomaten, waardoor een of meer banken (onder meer de [bank 1]) werden bewogen tot bovenomschreven afgifte;
(Artikel 2:305, lid 1 van het Wetboek van Strafrecht)
4.
dat hij op of omstreeks 2 juli 2017, in Curaçao, opzettelijk en wederrechtelijk een ruit van de balie (van het VVC-kantoor), in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan het Korps Politie Curacao, in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem verdachte, heeft vernield en/of beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt en/of weggemaakt.
(Artikel 2:334 van het Wetboek van Strafrecht)

3.Voorvragen

Het Gerecht heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat het bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat het openbaar ministerie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4.Bewijsbeslissingen

4A. Bewijsoverwegingen
Het Gerecht is van oordeel dat partiële vrijspraak dient te volgen. Onder verwijzing naar het proces-verbaal, bijlage 9 van het dossier, overweegt het Gerecht dat hetgeen is opgenomen onder het kopje “Resultaat interne onderzoek [bank 1]’”, voor zover daar onrechtmatige transacties aan verdachte worden toegeschreven, onvoldoende steun vindt in het dossier. De door de bank gemaakte koppeling tussen de transactielijst (bijlage 1 bij genoemd proces-verbaal) en het foto-overzicht (bijlage 2 bij dat proces-verbaal) is onvoldoende concreet en gedetailleerd. Niet onaannemelijk is dat de bewuste transacties door een ander zijn verricht.
Dit ligt anders voor de transacties die gekoppeld kunnen worden aan de passen die onder verdachte en zijn mededader in beslag zijn genomen, tot een totaal van $1.118,00 en NAf. 110,80; in zoverre acht het Gerecht het tenlastegelegde bewezen.
De verdediging heeft betoogd dat sprake is van normschendingen en heeft op grond daarvan bewijsuitsluiting, althans strafvermindering bepleit. Daartoe is – kort weergegeven – aangevoerd dat de staandehouding en aanhouding van verdachte onrechtmatig waren, omdat er geen sprake was van een redelijk vermoeden van schuld jegens verdachte. Voorts is gesteld dat verdachte onrechtmatig gefouilleerd is, omdat geen sprake van ernstige bezwaren was. Ten slotte is betoogd dat de huiszoeking onrechtmatig was, omdat die gebaseerd was op de betrokkenheid van een andere auto dan die waarmee verdachte is aangetroffen.
Het Gerecht overweegt als volgt. Uit het dossier volgt dat de politie is opgetreden naar aanleiding van een melding. Deze melding hield – zakelijk weergegeven – in, dat enkele mannen in een grijs t-shirt zich verdacht hadden opgehouden bij geldautomaten en mogelijk skimming-handelingen zouden hebben verricht bij een geldautomaat van de [bank 1] te [locatie 1] en later bij een geldautomaat van die bank te [locatie 2]. Het voertuig van de mannen was een BYD met kentekennummer [kentekennummer]. Bij de [bank 1] op de [locatie 3] ter hoogte van [locatie 4] wordt verdachte, kort na de melding, in een grijs t-shirt aangetroffen bij een BYD met genoemd kentekennummer. Het Gerecht is van oordeel dat in de processen-verbaal van aanhouding per abuis een afwijkend kentekennummer is opgenomen. Daarmee ontstond een redelijk vermoeden van schuld tegen verdachte, dat voldoende aanleiding gaf voor staandehouding. Toen vervolgens, bij dezelfde [bank 1] vestiging, medeverdachte [medeverdachte] werd aangehouden en een twintigtal $20-biljetten en verschillende bank- en pinpassen op zak bleek te hebben, was naar het oordeel van het Gerecht sprake van ernstige bezwaren tegen verdachte. Zijn aanhouding en fouillering waren dan ook rechtmatig. De huiszoeking is verricht op grond van de verbinding die met het correcte kentekennummer, [kentekennummer] werd gemaakt, zodat ook dit onderdeel van het betoog van de raadsvrouw faalt. Het Gerecht is dan ook van oordeel dat geen normschending kan worden vastgesteld, zodat geen aanleiding bestaat voor bewijsuitsluiting of strafvermindering.
4B. Bewijsmiddelen
Het Gerecht komt tot bewezenverklaring van het ten laste gelegde op grond van de feiten en omstandigheden die in de navolgende wettige bewijsmiddelen zijn vervat, waarbij ieder bewijsmiddel, ook in onderdelen, telkens slechts wordt gebezigd voor het bewijs van het feit waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft [1] . De inhoud van de bewijsmiddelen is telkens zakelijk weergegeven.
1. Een ander geschrift, schriftelijke aangifte d.d. 8 juli 2017 (bijlage 6, Index Algemeen Proces-verbaal), voor zover inhoudende:
Ik, [persoon 1], doe aangifte van het plegen van misdrijven tegen [bank 1] Op 1 juli 2017 werd ik telefonisch medegedeeld dat bij de geldautomaat van [bank 1] te [locatie 2] enkele figuren op een verdachte wijze bezig waren met het opnemen van geld. Deze personen waren verschillende passen bij voornoemde geldautomaat aan het gebruiken. Onderweg naar voornoemde branch werd ik door de politie gebeld en medegedeeld dat de politie enkele verdachten bij de geldautomaat nabij [locatie 5] te [straat 1] heeft aangehouden. Bij een door mij ingesteld onderzoek met behulp van onze camerasysteem, kon ik drie verdachte personen waarnemen die bij de geldautomaat bezig waren met geld opnemen met gebruikmaking van verschillende passen. Een intern onderzoek is gaande teneinde het bedrag dat werd buitgemaakt vast te stellen. Details van de passen, plaats en data van de geldopnames en de benadeelde bedragen zullen wij u doen toekomen zodra ons intern onderzoek is afgerond.
2. Een in wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 4 juli 2017 (bijlage 1, Index Algemeen Proces-verbaal), voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 1]:
Op 2 juli 2017 kwam omstreeks 18.50 uur een telefonische melding van een persoon binnen die aan mij verklaarde dat een grijs gelakte voertuig van het merk BYD kenteken [kentekennummer] op een verdachte manier op de parkeerplaats van [bank 2] geparkeerd stond. Tevens zag de melder twee verdachte mannen, aan de overkant bij het geldautomaat van [bank 1] te [locatie 1], die bezig waren met geld opnemen. Beide mannen waren in een grijs gekleurde T-shirt en kort bruin kleurige broek gekleed. Omstreeks 19.00 uur zag de melder dezelfde mannen bij de geldautomaat van [bank 1] te [locatie 2]. De grijs gelakte BYD met kentekennummer [kentekennummer] stond bij [locatie 6] geparkeerd. De centrale meldkamer gaf daarop een algemeen bericht dat deze mannen en voertuig gezien was bij [bank 1] te [locatie 2]. Toen één van de patrouilles ter plaatse was, constateerde ze dat deze mannen niet meer ter plaatse waren. Door het algemeen bericht trof een andere patrouille de verdachte mannen bij de geldautomaat van [bank 1] te [locatie 3] aan.
3. Een in wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aanhouding d.d. 2 juli 2017 (bijlage 1, persoonsdossier [verdachte]), voor zover inhoudende als relaas van verbalisanten [verbalisant 2] en [verbalisant 3]:
Op 2 juli 2017 zagen wij bij het naderen van de [bank 1] geldautomaat te [locatie 3] de gezochte personenvoertuig ter hoogte van de [locatie 7] geparkeerd staan. Naast de personenauto stond een man die voldeed aan het signalement van de verdachte mannen. Hij werd door ons staande gehouden, verklaarde bestuurder te zijn van de personenvoertuig en [verdachte] te heten.
4. Een in wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aanhouding d.d. 2 juli 2017 (bijlage 1, persoonsdossier [medeverdachte]), voor zover inhoudende als relaas van verbalisanten [verbalisant 4] en [verbalisant 5]:
Op 2 juli 2017 zagen wij op de [locatie 3] ter hoogte van de [locatie 4] een man van de [bank 1] geldautomaat weglopen. Hij voldeed aan het signalement van de gezochte verdachte mannen. Wij hebben deze man staande gehouden. Bij de veiligheidsfouillering troffen wij in zijn portemonnee een geldsom bestaande uit onder andere twintigtal $ 20,00 biljetten en verschillende bankpassen, gelijkende op pinpassen aan. Hierna hebben wij de verdachte, [medeverdachte], aangehouden.
5. Een in wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 4 juli 2017 (bijlage 3, Index Algemeen Proces-verbaal), voor zover inhoudende als de inbeslaggenomen goederen in de personenauto van het merk BYD:
Onder verdachte is een pas met het opschrift “Un Regalo Unico” in beslag genomen, die voorzien was van een magneetstrip. Op de pas was een sticker waarop met pen een viercijferige code was geschreven bevestigd.
6. De verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting, voor zover inhoudende:
Het klopt dat ik bij de politie verklaard heb dat ik domme dingen met de kaarten heb gedaan. De passen waren vervalst. De bankgegevens zijn door [medeverdachte] en mij op de passen gezet. Ik heb samen met [medeverdachte] geld met de vervalste passen bij geldautomaten opgenomen.
7. Een in wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van verhoor d.d. 10 juli 2017 (persoonsdossier, bijlage 7), voor zover inhoudende als verklaring van verdachte:
Ik ben sinds 26 juni 2017 op het eiland en verblijf sinds 28 juni 2017 in het appartement bij [locatie 8]. Ik ken [medeverdachte] al lange tijd uit Roemenië. Ik heb minder dan tien kaarten uit Italië meegenomen. Wij hebben de bankgegevens op een usb-stick van [medeverdachte] opgeslagen. De puntenkaart uit Italië wordt gebruikt om bankgegevens op te zetten en om vervolgens hier geld mee te pinnen. Er zijn ook Russische en Bulgaarse websites waar je de bankgegevens kunt krijgen. Ik heb bankgegevens op de kaarten gezet. Ik heb mijn laptop en een Ipad gebruikt om de informatie op de kaarten te zetten. Ik wist dat het niet legaal was. De kaarten waar voor betaald zijn krijg je van de degene die de bankgegevens verschaft. Het is een fictief persoon op internet. Dit was de methode die [medeverdachte] heeft voorgesteld en die wij ook uitgeprobeerd hebben. Ik was samen met [medeverdachte] en wij hebben geen rolverdeling vooraf afgesproken. Wij hebben met de passen geld bij geldautomaten opgenomen.
8. Een in wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van verhoor d.d. 3 juli 2017 (bijlage 4, persoonsdossier), voor zover inhoudende als verklaring van [medeverdachte]:
Ik ben sinds 28 juni 2017 op Curaçao. Ik ken [verdachte] uit Roemenië. De politie heeft bij mijn aanhouding bankpassen in mijn portemonnee aangetroffen. Ik heb bij drie of vier geldautomaten van [bank 1] geld opgenomen.
9. Een in wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van verhoor d.d. 7 juli 2017 (bijlage 7, persoonsdossier), voor zover inhoudende als verklaring van [medeverdachte]:
Nadat ik hier ben aangekomen heeft [verdachte] tegen mij gezegd dat wij iets op Curaçao zouden kunnen uitproberen. Hij had de kaarten al bij zich en ook de bankgegevens. We hebben die gegevens de eerste dag uitgeprobeerd en geld opgenomen. Ik heb van een vriend van me informatie gekregen. De informatie is van Russische hackers uit Bulgarije afkomstig. De bankrekeninggegevens zijn van banken in Engeland afkomstig. De hackers sturen mij de informatie per e-mailbericht toe en ik betaal ze per ontvangen bankrekeninggegevens. Er waren dagen dat wij twee keer op dezelfde dag geld gingen pinnen. Wij gingen naar de geldautomaten waar er minder mensen waren. [verdachte] en ik hebben samen steeds van dezelfde valse kaarten gebruikt gemaakt om geld op te nemen. Als een rekening geen geld meer gaf zette [verdachte] informatie van een andere rekening op dezelfde pas.
10. Een in wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van storting d.d. 12 september 2017 (bijlage 5, Index Algemeen Proces-verbaal), voor zover inhoudende als relaas van verbalisanten [verbalisant 6] en [verbalisant 7]:
Tijdens huiszoeking werd in de hotelkamer in [locatie 8] gelegen aan de [straat 2] waar verdachte verbleef een geldsom van USD 6.110,00 aangetroffen en inbeslaggenomen.
11. Een in wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 28 november 2017 (bijlage 9, Index Algemeen Proces-verbaal), voor zover inhoudende als geslaagde transacties bij geldautomaten van [bank 1]:
Tijdens huiszoeking in de hotelkamer van medeverdachte [medeverdachte] werd een usb-stick aangetroffen voorzien van 38 bankrekeninggegevens met bijbehorende codes. Hieruit is gebleken dat de navolgende transacties met deze rekeningen bij geldautomaten van [bank 1] zijn verricht. Het betreft in totaal 4 geslaagde transacties voor een totaal bedrag van USD 1.118,00 en ANG 110,80 en 28
(het Gerecht leest: 38)pogingen.
(overzicht transacties, zie bijlage 1 bij dit vonnis).
12. Een ander geschrift, schriftelijke aangifte d.d. 10 juli 2017 (Aanbieding proces-verbaal pagina 39-45), voor zover inhoudende:
Ik, [persoon 2], doe aangifte van vernieling tegen [verdachte]. Op 10 juli 2017 werd ik in kennis gesteld dat verdachte op 2 juli 2017 kennelijk opzettelijk na zijn weder aanhouding, een ruit van de balie van het politiegebouw Veel Voorkomende Criminaliteit te [locatie 2] met zijn voorhoofd heeft vernield.
13. Een in wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 3 juli 2017 (bijlage 2, Index Algemeen Proces-verbaal), voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 8]:
Op 2 juli 2017 werd verdachte door het personeel naar de ontvangstruimte begeleid. Verdachte liep met versnelde pas en stootte zijn voorhoofd met kracht tegen de ruit van de balie met als gevolg dat deze vernield werd.
4C. Bewezenverklaring
Het Gerecht heeft uit het onderzoek op de terechtzitting door de inhoud van wettige bewijsmiddelen de overtuiging bekomen dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat het bewezen acht:
1.
dat hij in
of omstreeksde periode van 28 juni 2017 tot en met 2 juli 2017, tezamen en in vereniging met een ander
of anderen,
althans alleen, (telkens
)opzettelijk,
zeven althans één of meer betaalpassen en/ofwaarde
nkaarten,
althans enige voor publiek beschikbare kaarten of enige andere voor het publiek beschikbare dragers van identiteitsgegevens, bestemd voor het verrichten of verkrijgen van betalingen en/of andere prestaties langs geautomatiseerde wegheeft vervalst, immers
heeft/hebben verdachte en
/ofzijn mededader
(s), toen en daar op de magneetstrip van
dat/die
(zogenoemde witte) passen,
althans op (een) betaalpas(sen)/waardekaart
(en
) gelijkende passen/kaarten,valselijk de oorspronkelijke
(magneetstrip
)gegevens van
(de)originele betaalpas
(sen
)/waardekaart(en)gekopieerd
/geladenen
/of de pincode van de -rechtmatige betaalpas-/waardekaarthouder(s), althans van (een) ander(en) dan van verdachte en/of zijn mededader(s) – (op een onbewaakt moment) bemachtigd, in elk geval op een of andere wijzede pincode van die – rechtmatige betaalpas
-/waardekaarthouder
(s
),
althans van die ander(en) dan van verdachte en/of diens mededader(s) –achterhaald
en/of die valse/vervalste betaalpas(sen) en/of waardekaart(en) (al of niet heeft) voorzien van de achternaam en/of voorna(a)m(en) en/of voorletter(s) van verdachte en/of zijn mededader(s) en/of ander(en), (ten gevolge waarvan met die
pas(sen) en/ofkaarten
(een) elektronische betaling(en) en/ofgeldopname
(s
)ten laste van de rechtmatige
eigenaar/eigenaren van
dat/die originele betaalpas
(sen
)mogelijk
is/zijn geworden);
2.
dat hij in
of omstreeksde periode van 28 juni 2017 tot en met 2 juli 2017,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen,,tezamen en in vereniging met een ander
of anderen,
althans alleen, (telkens
)opzettelijk gebruik heeft gemaakt van
zeven (7), althans één of meer vals(e) ofvervalst
(e
)betaalpas
(sen
), zijnde
(een)geschrift
(en
) dat/die bestemd
was/waren om tot bewijs van enig feit te dienen, als ware
ndat/die geschrift
(en
) (telkens
)echt en onvervalst, dan wel opzettelijk zodanig
(e
)geschrift
(en
)als voornoemd, heeft
afgeleverd en/ofvoorhanden gehad
en/of heeft ontvangen en zich heeft verschaft en/of heeft vervoerd en/of verkocht en/of overgedragen, terwijl hij wist
of redelijkerwijs moest vermoedendat
dit/die geschriften bestemd
was/waren voor een zodanig gebruik, immers
heeft/hebben verdachte en
/ofzijn mededader
(s)metdie
pas(sen)/kaarten,
(telkens
)bij
(diverse
)betaalautomaten
(van [bank 1]
)onbevoegd geld opgenomen ten laste van rekening van
– rechtmatige betaalpas-/waardekaarthouder(s), althans van (een)ander
(en
)dan van verdachte en
/ofzijn mededader
(s)– voor een totaal bedrag van
ongeveer ongeveerUSD
10.000,--1.180,24,
althans voor een aanzienlijk bedrag aan geld,en bestaande
de valsheid en/of devervalsing hierin dat op de magneetstrip van
dat/die
zogenoemde witte passen, althans op betaalpas(sen)/waardekaart
(en
) gelijkende kaartenvalselijk de oorspronkelijke
(magneetstrip
)gegevens van
(de)originele betaalpas
(sen
)/waardekaart(en)waren gekopieerd
/geladenen
/of de pincode van de te benadelen personen/instanties (op een onbewaakt moment) bemachtigen, in elk geval op een of andere wijzede pincode van die – rechtmatige betaalpas
-/waardekaarthouder
(s
),
althans van (een) ander(en) dan van verdachte en/of zijn mededader(s) –weten te achterhalen
en/of die (valse/vervalste) betaalpas(sen) en/of waarde kaart(en) (al of niet) te voorzien van de achterna(a)m(en) en/of voorna(a)m(en) en/of voorletter(s) van verdachte en/of zijn mededader(s) en/of ander(en), (tengevolge waarvan met die laatstgenoemd(e) pas(sen) en/of kaarten (een) elektronische betaling(en) en/of geldopname(s) ten laste van de rechtmatige eigenaar/eigenaren van dat/die originele betaalpas(sen) mogelijk was/waren geworden);
3.
A.
dat hij op
een of meertijdstip
(pen
)gelegen in de periode van 28 juni 2017 tot en met 2 juli 2017,
althans in de maanden juni en juli 2017,te Curaçao, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander
of anderen, althans alleen,
(telkens
)met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening weg te nemen een (aanzienlijk) geldbedrag in USD en/of ANG
, in elk geval enig goed,
geheel of ten deletoebehorende
aan één of meer banken (onder meer de [bank 1]), althans aan één of meer andere personen, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader
(s), en
zichdaarbij
de toegang tot de plaats des misdrijfs te verschaffen en/ofdie
/datweg te nemen goed
(eren
)onder
zijn/hun bereik te brengen door middel van
(een
)valse sleutel
(s), te weten één of meer
valse en/ofvervalste betaalpassen en
/ofde daarbij behorende pincodes, hebbende verdachte en/of zijn mededader
(s)met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - middels gebruikmaking van een
valse en/ofvervalste betaalpas en
/ofde bijbehorende pincode
geld opgenomen en/of betalingen (intotaal 89 mislukte pogingen om bedragen in USD en/of ANG te pinnen
)verricht bij
een of meergeldautomaten, terwijl de uitvoering van dat door hem, verdachte en
/ofzijn mededader
(s)voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
en
/of
dat hij op
een of meertijdstip
(pen
)gelegen in de periode van 28 juni 2017 tot en met 2 juli 2017,
althans in de maanden juni en juli 2017te Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander
of anderen, althans alleen,
(telkens
)met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen USD
49841.180,24en/of ANG 671.60,
althans een geldbedrag, in elk geval enig goed, geheel of ten deletoebehorende aan
één of meer banken (onder meer de [bank 1]) en/of aan althans één of meer andere personen, in elk geval aaneen ander of anderen dan aan verdachte en
/ofzijn mededader
(s), waarbij verdachte en
/ofzijn mededader
(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/ofde
/hetweg te nemen goed
(eren
)onder
zijn/hun bereik
heeft/hebben gebracht door middel van
(een
)valse sleutel
(s), te weten één of meer
valse en/ofvervalste betaalpassen en
/ofde daarbij behorende pincodes;
B.
dat hij op een of meer tijdstip(pen) gelegen in de periode van 28 juni 2017 tot en met 2 juli 2017, althans in de maanden juni en juli 2017 te Curaçao, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, één of meer banken (onder meer de [bank 1]), te bewegen tot de afgifte van een (aanzienlijk) geldbedrag in USD en/of ANG,in elk geval van enig goed, hebbende verdachte en/of zijn mededader(s) met vorenomschreven oogmerk – zakelijk weergegeven – valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid zich voorgedaan als de rechthebbende(n) van een of meer bankrekeningen door middels gebruikmaking van een valse en/of vervalste betaalpas en/of de bijbehorende pincode geld op te nemen en/of betalingen te verrichten bij een of meer geldautomaten, om zodoende een of meer banken (onder meer de [bank 1]) te bewegen tot bovenomschreven afgifte van geldbedragen (totaal 89 mislukte pogingen om bedragen in USD en/of ANG te pinnen);
terwijl de uitvoering van dat door hem, verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
En/of
dat hij op een of meer tijdstip(pen) gelegen in de periode van 28 juni 2017 tot en met 2 juli 2017, althans in de maanden juni en juli 2017 te Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, één of meer banken (onder meer de [bank 1]), heeft/hebben bewogen tot de afgifte van USD 4984 en/of ANG 671.60, althans een geldbedrag, in elk geval van enig goed, hebbende verdachte en/of zijn mededader(s) met vorenomschreven oogmerk – zakelijk weergegeven – valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid zich voorgedaan als de rechthebbende(n) van een of meer bankrekeningen door middels gebruikmaking van een valse en/of vervalste betaalpas en/of de bijbehorende pincode geld op te nemen en/of betalingen te verrichten bij een of meer geldautomaten, waardoor een of meer banken (onder meer de [bank 1]) werden bewogen tot bovenomschreven afgifte.
4.
dat hij op
of omstreeks2 juli 2017, in Curaçao, opzettelijk en wederrechtelijk een ruit van de balie
(van het VVC-kantoor
),
in elk geval enig(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan het Korps Politie Curaçao, in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem verdachte,heeft vernield
en/of beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt en/of weggemaakt;
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten zijn in de bewezenverklaring
cursief weergegevenverbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is de verdachte daardoor niet geschaad in de verdediging.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd, zoals doorgestreept in de tekst, is niet bewezen, zodat de verdachte hiervan zal worden vrijgesproken.

5.Kwalificatie en strafbaarheid van de feiten

Het bewezenverklaarde wordt als volgt gekwalificeerd:
Feit 1:
het medeplegen van valsheid in geschrift, gepleegd in betaalpassen, meermalen gepleegd.
Feit 2:
het medeplegen van opzettelijk gebruik maken van een vals of vervalst geschrift, als bedoeld in artikel 2:185 lid 1 van het Wetboek van Strafrecht, als ware het echt en onvervalst, gepleegd in betaalpassen, meermalen gepleegd.
Feit 3:
poging tot diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van valse sleutels, meermalen gepleegd,
en
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van valse sleutels, meermalen gepleegd.
Feit 4:
opzettelijk en wederrechteljik enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielen.
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezenverklaarde uitsluit. De feiten zijn derhalve strafbaar.

6.Strafbaarheid van de verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte opheft of uitsluit. De verdachte is dus strafbaar.

7.Strafmotivering

Gelet op de aard en de ernst van het bewezen verklaarde, op de omstandigheden waaronder de verdachte zich daaraan schuldig heeft gemaakt en op de persoon van de verdachte, zoals van één en ander uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, acht het Gerecht na te noemen beslissing passend. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich samen met medeverdachte schuldig gemaakt aan skimming, bewezenverklaard als – samengevat – valsheid in geschrifte en diefstal met valse sleutels, en pogingen daartoe. Verdachte en medeverdachte hebben bankgegevens van klanten op waardekaarten voorzien van een magneetstrip gekopieerd, waardoor met die waardekaarten geldopnames mogelijk werden. Met (een deel) van de vervalste betaalpassen zijn vervolgens door verdachte en medeverdachte daadwerkelijk geldopnames verricht. Door deze handelswijze heeft verdachte een ernstige inbreuk gemaakt op het vertrouwen van de consument in de integriteit van het betalingsverkeer. Deze vorm van ‘identity theft’ moet streng worden bestreden. Voor de rekeninghouders levert dit veel overlast en hinder op en zij lijden veelal zelf ook financiële schade als gevolg van dit soort geldnopnames. Voor een bank leveren dergelijke feiten een forse schadepost op. Voor een bank leveren dergelijke feiten een forse schadepost op. Opmerking verdient dat, zoals de officier van justitie ter terechtzitting heeft medegedeeld, de betrokken bank, anders dan andere banken, nog niet alle technische mogelijkheden heeft benut om deze vorm van criminaliteit te voorkomen. Voorts is verdachte tijdens de begeleiding door de politie opzettelijk met kracht tegen de ruit van de balie van VVC-kantoor gelopen, waardoor die ruit vernield is.
Naar het oordeel van het Gerecht kan gelet op de ernst van het bewezen verklaarde niet worden volstaan met een andere of lichtere sanctie dan een straf die een onvoorwaardelijke vrijheidsbeneming met zich brengt. Daaraan kan niet afdoen dat, ten opzichte van de tenlastelegging, het skimmen van slechts een relatief gering bedrag bewezen is verklaard. Het Gerecht acht het opleggen van een deels voorwaardelijke straf niet zinvol nu verdachten Curaçao, na hun straf, vermoedelijk voorgoed zullen verlaten.
Alles afwegende acht het Gerecht de na te noemen straf passend en geboden.

8.Beslag

Het Gerecht stelt vast dat onder verdachte een geldbedrag van USD 6.110,00 en EUR 30,00 in beslag is genomen. Het bedrag van (omgerekend) USD 1.180,24, waarvan bewezen is verklaard dat het is ontvreemd door verdachte en zijn medeverdachte, wordt voor 50% (USD 590,12) aan elk van hen toegerekend.
8.1
Verbeurdverklaring
De inbeslaggenomen voorwerpen, de laptop van het merk “Dell”, de laptop van het merk “Sony” en twee usb-sticks van het merk “Hama” en “Verbatim” en een geldbedrag van USD 590,12, waarvan ter terechtzitting is gebleken dat deze aan verdachte toebehoren, zullen verbeurd worden verklaard, nu de feiten met behulp van of met betrekking tot deze voorwerpen zijn gepleegd.
8. 2 Onttrekking aan het verkeer
Ten aanzien van de inbeslaggenomen (bank)passen zal onttrekking aan het verkeer worden uitgesproken, omdat de feiten met betrekking tot die voorwerpen zijn begaan en deze voorwerpen van zodanige, vervalste, aard zijn dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet of het algemeen belang.
8.3
Overige beslissingen omtrent in beslag genomen en niet teruggegeven voorwerpen
De teruggave zal worden gelast van de inbeslaggenomen mobiele telefoon en een geldbedrag van USD 5.519,88 en EUR 30,00 aan verdachte, nu deze voorwerpen niet vatbaar zijn voor verbeurdverklaring dan wel onttrekking aan het verkeer.

9.Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straf is gegrond op de artikelen 1:67, 1:68, 1:74, 1:75, 1:119, 1:123, 1:136, 2:184, 2:185, 2:289 en 2:334 van het Wetboek van Strafrecht.

10.Beslissing

Het Gerecht:
verklaart bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde zoals in rubriek
4Comschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders is tenlastegelegd en spreekt verdachte daarvan vrij;
verklaart dat de bewezen verklaarde feiten de in rubriek
5genoemde strafbare feiten opleveren;
verklaart de verdachte hiervoor strafbaar;
veroordeelt de verdachte wegens deze feiten tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
27 (zeven en twintig) maanden;
bepaalt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht;
verklaart verbeurdde in rubriek
8.1genoemde voorwerpen;
onttrekt aan het verkeerde in rubriek
8.2genoemde voorwerpen;
gelast de teruggaveaan verdachte van de in rubriek
8.3genoemde voorwerpen.
Dit vonnis is gewezen door de rechter mr. D. Gruijters en uitgesproken ter openbare terechtzitting van het Gerecht op 11 januari 2018, in tegenwoordigheid van de griffier.

Voetnoten

1.De door het Gerecht als proces-verbaal aangeduide bewijsmiddelen zijn in de wettelijke vorm opgemaakt door personen die daartoe bevoegd zijn en voldoen ook overigens aan de daaraan bij wet gestelde eisen. Bij de bewijsmiddelen wordt, tenzij anders vermeld, verwezen naar het einddossier inzake het onderzoek Bandera.