ECLI:NL:OGEAC:2019:116

Gerecht in eerste aanleg van Curaçao

Datum uitspraak
15 maart 2019
Publicatiedatum
21 juni 2019
Zaaknummer
500.00369/18
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zedenzaak tegen verdachte wegens verkrachting en feitelijke aanranding van de eerbaarheid van een minderjarige

Op 15 maart 2019 heeft het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao uitspraak gedaan in een zedenzaak tegen een verdachte, geboren in 1969, die beschuldigd werd van verkrachting en feitelijke aanranding van de eerbaarheid van een minderjarige. De zaak kwam ter terechtzitting op 1 maart 2019, waar de verdachte bijgestaan werd door zijn raadsman, mr. M.A. Koendjbiharie. De officier van justitie, mr. M. Dennaoui-Simon, eiste een gevangenisstraf van vier jaar, waarvan één jaar voorwaardelijk, met bijzondere voorwaarden zoals reclasseringsbegeleiding en een contactverbod. De verdachte pleitte voor vrijspraak, dan wel voor een deels voorwaardelijke straf.

De tenlastelegging omvatte onder andere verkrachting en feitelijke aanranding van de eerbaarheid van een minderjarige, waarbij de verdachte op of omstreeks 8 november 2018 in een Chinese minimarkt in Curaçao handelingen verrichtte die als seksueel en gewelddadig werden gekwalificeerd. Het Gerecht oordeelde dat de camerabeelden onvoldoende bewijs boden voor de verkrachting, maar dat de feitelijke aanranding wel bewezen kon worden. De verdachte werd vrijgesproken van de verkrachting, maar schuldig bevonden aan feitelijke aanranding van de eerbaarheid.

Bij de strafoplegging werd rekening gehouden met de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder deze gepleegd zijn, en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Het Gerecht legde een gevangenisstraf van vier jaar op, met aftrek van voorarrest, waarvan één jaar voorwaardelijk met bijzondere voorwaarden. De uitspraak benadrukte de schokkende aard van de feiten en de impact op de samenleving, vooral op ouders van jonge kinderen.

Uitspraak

Parketnummer: 500.00369/18

Uitspraak: 15 maart 2019 Tegenspraak

Vonnis van dit Gerecht

in de strafzaak tegen de verdachte:

[VERDACHTE],

geboren op [geboortedatum] 1969 te [geboorteplaats],
wonende te [woonplaats], aan de [adres],
thans alhier gedetineerd.
Onderzoek van de zaak
Het onderzoek ter openbare terechtzitting heeft plaatsgevonden op 1 maart 2019. De verdachte is verschenen, bijgestaan door zijn raadsman, mr. M.A. Koendjbiharie, advocaat te Curaçao.
De officier van justitie, mr. M. Dennaoui-Simon, heeft ter terechtzitting gevorderd dat het Gerecht het onder 1 primair en 2 primair ten laste gelegde bewezen zal verklaren en de verdachte daarvoor zal veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 jaren, met aftrek van voorarrest, waarvan 1 jaar voorwaardelijk met als bijzondere voorwaarden reclasseringsbegeleiding, een contactverbod en een locatieverbod, met een proeftijd van 3 jaren.
De raadsman heeft primair vrijspraak, subsidiair oplegging van een deels voorwaardelijke gevangenisstraf waarbij het onvoorwaardelijk deel niet de tijd die de verdachte in voorarrest heeft doorgebracht te boven gaat, bepleit.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is – na wijziging van de tenlastelegging ter terechtzitting – ten laste gelegd:
1.
(verkrachting)
dat hij op of omstreeks 8 november 2018 althans in of omstreeks de maand november 2018 te Curaçao, door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en), [slachtoffer] (geboren op [geboortedatum] 2017), te dwingen tot het ondergaan van (een) handeling(en) die bestaa(t) (n) uit of mede bestaa(t) (n) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer] (geboren op [geboortedatum] 2017), heeft hij, verdachte, toen aldaar
  • een/of meerdere malen zijn, verdachtes, ontblote penis getoond aan die [slachtoffer] en/of daarbij die [slachtoffer]s hoofd vast gehouden/aangeraakt/betast en/of;
  • een/of meerdere malen zijn, verdachte, ontblote penis betast/vastgehouden /aangeraakt en/of heen en weer bewogen in de directe nabijheid (van het hoofd/gezicht) van die [slachtoffer] en/of,
  • een en/of meer malen getrokken aan/getikt tegen aan het hoofd althans het lichaam van die [slachtoffer] en/of die [slachtoffer]s hoofd getrokken in de richting van zijn, verdachtes ontblote penis en/of,
  • zijn, verdachtes, ontblote penis op een zodanige manier (aan de bovenzijde van een (winkel)wagen waar [slachtoffer] in zat), geplaatst zodat zijn, verdachtes, penis, binnen het bereik is van die [slachtoffer] en/of die [slachtoffer] (op die manier te bewegen/aanzet) de penis van de verdachte met zijn hand(en) en/of mond en/of lip(pen) aan te raken/aan te raken/te betasten en/of
  • met zijn hand(en) het hoofd van die [slachtoffer] vastgehouden terwijl hij, verdachte, zijn penis op/in/tegen de mond van die [slachtoffer] heeft geduwd en/of stopt en/of;
  • die [slachtoffer]s hoofd getrokken/vastgehouden en zijn, verdachtes penis tegen de mond en/of in de mond van die [slachtoffer]s geduwd gehouden
en bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) hierin:
  • dat verdachte de (winkel)wagen waar die [slachtoffer] in zat naar zich toe trok en/of terwijl hij, verdachte, steeds om zich heen keek die (winkel)wagen uit het zicht van anderen, die zich in de winkel bevonden, onttrok en/of
  • dat verdachte onverhoeds zijn ontblote penis uit zijn broek haalt en/of een/of meerdere malen aan die [slachtoffer] toont en/of daarbij die [slachtoffer]s hoofd vast houdt/aanraakt/betast en/of;
  • dat hij, verdachte, een/ of meerdere malen zijn ontblote penis betast/aanraakt en/of met zijn, verdachtes, hand(en) heen en weer over zijn ontblote penis beweegt in de directe nabijheid (van het hoofd/gezicht) van die [slachtoffer] en/of,
  • een en/ of meer malen trekt aan het hoofd althans het lichaam van die [slachtoffer] in de richting van zijn, verdachtes ontblote penis en/of
  • het op een zodanige manier (aan de bovenzijde van een karretje waar [slachtoffer] in zat), plaatsen van zijn, verdachtes, ontblote penis zodat zijn, verdachtes, penis, binnen het bereik is van die [slachtoffer] en/of die [slachtoffer] (op die manier aanzet) de penis van de verdachte met zijn hand(en) en/of mond en/of lip(pen) aan te raken/aanraakt en/of betasten/betast en/of
  • met zijn hand(en) het hoofd van die [slachtoffer] vasthouden terwijl hij, verdachte, zijn penis op/in/tegen de mond van die [slachtoffer] duwt en/of gestopt en/of;
  • (daarbij) misbruik en/of gebruik maakt van zijn fysieke overwicht (verdachte is 49 jaar oud en [slachtoffer] is 1 jaar en 2 maanden oud) waardoor (aldus) voor die [slachtoffer] een bedreigende, in elk geval een situatie heeft doen ontstaan waardoor die [slachtoffer] zich niet voldoende kon verzetten tegen de handelingen van verdachte.

(artikel 2:197 van het Wetboek van Strafrecht)

Subsidiair:
(poging tot verkrachting)
dat hij op of omstreeks 8 november 2018 althans in of omstreeks de maand november 2018 te Curaçao, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en), [slachtoffer] (geboren op [geboortedatum] 2017), te dwingen tot het ondergaan van (een) handeling(en) die bestaa(t) (n) uit of mede bestaa(t) (n) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer] (geboren op [geboortedatum] 2017), heeft hij, verdachte, toen aldaar
  • een/of meerdere malen zijn, verdachtes, ontblote penis getoond aan die [slachtoffer] en/of daarbij die [slachtoffer]s hoofd vast gehouden/aangeraakt /betast en/of;
  • een/of meerdere malen zijn, verdachte, ontblote penis betast/vastgehouden /aangeraakt en/of heen en weer bewogen in de directe nabijheid (van het hoofd/gezicht) van die [slachtoffer] en/of,
  • een en/of meer malen getrokken aan/getikt tegen aan het hoofd althans het lichaam van die [slachtoffer] en/ of die [slachtoffer]s hoofd getrokken in de richting van zijn, verdachtes ontblote penis en/of,
  • zijn, verdachtes, ontblote penis op een zodanige manier (aan de bovenzijde van een (winkel)wagen waar [slachtoffer] in zat), geplaatst zodat zijn, verdachtes, penis, binnen het bereik is van die [slachtoffer] en/of die [slachtoffer] (op die manier te bewegen/aanzet) de penis van de verdachte met zijn hand(en) en/of mond en/of lip(pen) aan te raken/aan te raken/te betasten;
  • die [slachtoffer]s hoofd getrokken/vastgehouden en zijn, verdachtes penis tegen de mond en/of in de mond van die [slachtoffer]s geduwd gehouden en/of
- met zijn hand(en) het hoofd van die [slachtoffer] vastgehouden terwijl hij, verdachte, zijn penis op/in/tegen de mond van die [slachtoffer] duwt en/of gestopt en/of;
en bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) hierin:
  • dat verdachte de (winkel)wagen waar die [slachtoffer] in zat naar zich toe trok en/of terwijl hij, verdachte, steeds om zich heen keek die (winkel)wagen uit het zicht van anderen, die zich in de winkel bevonden, onttrok en/of
  • dat verdachte onverhoeds zijn ontblote penis uit zijn broek haalt en/of een/ of meerdere malen aan die [slachtoffer] toont en/of daarbij die [slachtoffer]s hoofd vast houdt/aanraakt/betast en/of;
  • dat hij, verdachte, een/of meerdere malen zijn ontblote penis betast/ aanraakt en/of met zijn, verdachtes, hand(en) heen en weer over zijn ontblote penis beweegt in de directe nabijheid (van het hoofd/gezicht) van die [slachtoffer] en/of,
  • een en/of meer malen trekt aan het hoofd althans het lichaam van die [slachtoffer] in de richting van zijn, verdachtes ontblote penis en/of
  • het op een zodanige manier (aan de bovenzijde van een karretje waar [slachtoffer] in zat), plaatsen van zijn, verdachtes, ontblote penis zodat zijn, verdachtes, penis, binnen het bereik is van die [slachtoffer] en/of die [slachtoffer] (op die manier aanzet) de penis van de verdachte met zijn hand(en) en/of mond en/of lip(pen) aan te raken/aanraakt en/of betasten/betast en/of
  • met zijn hand(en) het hoofd van die [slachtoffer] vasthouden terwijl hij, verdachte, zijn penis op/in/tegen de mond van die [slachtoffer] duwt en/of stopt en/of
  • (daarbij) misbruik en/of gebruik maakt van zijn fysieke overwicht (verdachte is 49 jaar oud en [slachtoffer] is 1 jaar en 2 maanden oud) waardoor (aldus) voor die [slachtoffer] een bedreigende, in elk geval een situatie heeft doen ontstaan waardoor die [slachtoffer] zich niet voldoende kon verzetten tegen de handelingen van verdachte,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
(artikel 2:197 jo 1:119 van het Wetboek van Strafrecht)
2.
(feitelijke aanranding van de eerbaarheid)
dat hij op of omstreeks 8 november 2018 althans in of omstreeks de maand november 2018 te Curaçao, door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) [slachtoffer] (geboren op [geboortedatum] 2017), heeft gedwongen tot het plegen en/of dulden van ontuchtige handelingen bestaande uit;
- het een/of meerdere malen tonen van zijn, verdachtes, ontblote penis aan die [slachtoffer] en/of daarbij die [slachtoffer]s hoofd vast houden/aanraken/betasten en/of;
  • het een/of meerdere malen betasten/aanraken en/of met zijn, verdachtes, hand(en) heen en weer bewegen van zijn, verdachtes, ontblote penis in de directe nabijheid (van het hoofd/gezicht) van die [slachtoffer] en/of,
  • het een en/of meer malen trekken aan het hoofd althans het lichaam van die [slachtoffer] in de richting van zijn, verdachtes ontblote penis en/of,
  • het plaatsen van zijn, verdachtes, ontblote penis op een zodanige manier (aan de bovenzijde van een (winkel)wagen waar [slachtoffer] in zat), zodat zijn, verdachtes, penis, binnen het bereik is van die [slachtoffer] en/of die [slachtoffer] (op die manier te bewegen/aanzet) de penis van de verdachte met zijn hand(en) en/of mond en/of lip(pen) aan te raken/aanraakt en/of betasten/betast;
en bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) hierin:
  • dat verdachte de (winkel)wagen waar die [slachtoffer] in zat naar zich toe trok en/ of terwijl hij, verdachte, steeds om zich heen keek die (winkel)wagen uit het zicht van anderen, die zich in de winkel bevonden, onttrok en/of
  • dat verdachte onverhoeds zijn ontblote penis uit zijn broek haalt en/of een/of meerdere malen aan die [slachtoffer] toont en/of daarbij die [slachtoffer]s hoofd vast houdt/aanraakt/betast en/of;
  • dat hij, verdachte, een/of meerdere malen zijn ontblote penis betast/ aanraakt en/of met zijn, verdachtes, hand(en) heen en weer over zijn ontblote penis beweegt in de directe nabijheid (van het hoofd/gezicht) van die [slachtoffer] en/of,
  • een en/of meer malen trekt aan het hoofd althans het lichaam van die [slachtoffer] in de richting van zijn, verdachtes ontblote penis en/of
  • het op een zodanige manier (aan de bovenzijde van een karretje waar [slachtoffer] in zat), plaatsen van zijn, verdachtes, ontblote penis zodat zijn, verdachtes, penis, binnen het bereik is van die [slachtoffer] en/of die [slachtoffer] (op die manier aanzet) de penis van de verdachte met zijn hand(en) en/of mond en/of lip(pen) aan te raken/aanraakt en/of betasten/betast en/of
  • (daarbij) misbruik en/of gebruik maakt van zijn fysieke overwicht (verdachte is 49 jaar oud en [slachtoffer] is 1 jaar en 2 maanden oud).

(artikel 2:201 van het Wetboek van Strafrecht)

Subsidiair:
(ontucht met een kind beneden de leeftijd van 16 jaar)
dat hij op of omstreeks 8 november 2018 althans in of omstreeks de maand november 2018 te Curaçao, met [slachtoffer] (geboren op [geboortedatum] 2017), die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, (telkens) buiten echt ontuchtige handelingen heeft gepleegd, bestaande die ontuchtige handelingen uit (telkens):
  • het een/ of meerdere malen tonen van zijn, verdachtes, ontblote penis aan die [slachtoffer] en/of daarbij die [slachtoffer]s hoofd vast houden/aanraken/betasten en/of;
  • het een/of meerdere malen betasten/aanraken en/of met zijn hand(en) heen en weer bewegen van zijn, verdachtes, ontblote penis in de directe nabijheid (van het hoofd/gezicht) van die [slachtoffer], en/of
  • het een en/ of meer malen trekken aan het hoofd althans het lichaam van die [slachtoffer] in de richting van zijn, verdachtes ontblote penis en/of,
  • het plaatsen van zijn, verdachtes, ontblote penis op een zodanige manier (aan de bovenzijde van een karretje waar [slachtoffer] in zat), zodat zijn, verdachtes, penis, binnen het bereik is van die [slachtoffer] en/of die [slachtoffer] (op die manier te bewegen/aanzet) de penis van de verdachte met zijn hand(en) en/of mond en/of lip(pen) aan te raken/aanraakt en/of betasten/betast.

(artikel 2:202 van het Wetboek van Strafrecht)

Meer subsidiair:
(een kind beneden de leeftijd van zestien jaar ertoe bewegen getuige te zijn van seksuele handelingen)
dat hij op of omstreeks 8 november 2018 althans in of omstreeks de maand november 2018 te Curacao, een minderjarige jongen, te weten [slachtoffer] (geboren op [geboortedatum] 2017), waarvan verdachte wist, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden dat deze persoon de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, met ontuchtig oogmerk ertoe heeft bewogen getuige te zijn van (een) seksuele handeling(en) door in het bijzijn en/of in de nabijheid van die voornoemde [slachtoffer]:
  • zijn, verdachtes, broek naar beneden te trekken/doen en/of zijn, verdachtes, ontblote penis te tonen en/of
  • zijn, verdachtes, ontblote penis vast te pakken/houden en/of
  • met/aan zijn, verdachtes, penis (een en/of meerdere) trekkende beweging(en) te maken en/of
  • zijn, verdachtes, ontblote penis in de directe/nabije omgeving van het hoofd en/of gezicht en/of mond en/of hand en/of lichaam van die [slachtoffer] te zetten en/of die [slachtoffer] bewegen om zijn, verdachtes, penis aan te raken en/of
  • het hoofd van die [slachtoffer] naar zich toe te trekken in de richting van zijn ontblote penis.

(artikel 2: 206 Wetboek van Strafrecht)

Meest subsidiair:
(schennis van de eerbaarheid)
dat hij op of omstreeks 8 november 2018 althans in of omstreeks de maand november 2018 te Curaçao, zich opzettelijk oneerbaar op of aan een plaats voor het openbaar verkeer bestemd en/of op of aan een plaats voor het openbaar verkeer openbare plaats toegankelijk voor personen beneden de leeftijd van zestien jaar en/of op een niet openbare plaats in tegenwoordigheid van een ander, te weten in een minimarket/toko (te weten [minimarket] gelegen aan de [locatie 1]) met ontbloot geslachtsdeel (in aanwezigheid van een minderjarige jongen, te weten [slachtoffer] (geboren op [geboortedatum] 2017) heeft bevonden.
(artikel 2:193 Wetboek van Strafrecht)
Formele voorvragen
Het Gerecht stelt vast dat de dagvaarding geldig is, dat het bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat het openbaar ministerie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.
Vrijspraak van feit 1
Het Gerecht heeft uit het onderzoek op de terechtzitting niet door de inhoud van de wettige bewijsmiddelen de overtuiging bekomen dat de verdachte het onder 1 ten laste gelegde heeft begaan. Het Gerecht overweegt daartoe, dat uit het onderzoek ter terechtzitting onvoldoende is komen vast te staan dat de verdachte zijn penis in de mond van [slachtoffer] heeft gebracht, dan wel dat hij heeft geprobeerd dat te doen. Ter terechtzitting in eerste aanleg zijn de camerabeelden van het incident getoond en naar het oordeel van het Gerecht zijn deze beelden onvoldoende duidelijk om zonder gerede twijfel orale penetratie of een poging daartoe waar te kunnen nemen. Weliswaar is te zien dat verdachte meerdere malen het hoofd van het slachtoffer in de richting van zijn ontblote penis trekt, waarbij het slachtoffer met zijn hoofd naar links en rechts zwaait, maar niet te zien is dat verdachte zijn penis op, in of tegen de mond van het slachtoffer heeft geduwd/gestopt, zoals ten laste is gelegd. Ook [verbalisant 1], de verbalisant die de camerabeelden heeft uitgekeken, heeft zulks in het proces-verbaal van 17 november 2018 niet geverbaliseerd. De onder feit 1 primair ten laste gelegde verkrachting en de onder feit 1 subsidiair ten laste gelegde poging daartoe kunnen daarom niet bewezen worden verklaard.
De verdachte zal daarom van het onder 1 ten laste gelegde worden vrijgesproken.
Bewezenverklaring
Het Gerecht acht – op grond van de hierna weergegeven bewijsmiddelen en de nadere bewijsoverwegingen, in onderling verband en samenhang beschouwd – wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 2 primair ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande:
2.
dat hij op
of omstreeks8 november 2018
althans in of omstreeks de maand november 2018te Curaçao, door
geweld of (een) anderefeitelijkhe
(i)d
(en
) en/of bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en)[slachtoffer] (geboren op [geboortedatum] 2017), heeft gedwongen tot het plegen en
/ofdulden van ontuchtige handelingen bestaande uit;
- het
een/ofmeerdere malen tonen van zijn, verdachtes, ontblote penis aan die [slachtoffer] en
/of daarbij die [slachtoffer]s hoofd vast houden/aanraken/betasten en/of;
  • het
  • het
  • het plaatsen van zijn, verdachtes, ontblote penis op een zodanige manier (aan de bovenzijde van een
en bestaande
dat geweld ofdie
anderefeitelijkhe
(i)d
(en
) en/of die bedreiging met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en)hierin:
  • dat verdachte de
  • dat verdachte onverhoeds zijn ontblote penis uit zijn broek haalt en
  • dat hij, verdachte, een/of meerdere malen zijn ontblote penis betast/ aanraakt en/of met zijn, verdachtes, hand(en) heen en weer over zijn ontblote penis beweegt in de directe nabijheid (van het hoofd/gezicht) van die [slachtoffer] en/of,
  • dat hijeen en/ofmeer malen trekt aan het hoofd
    althans het lichaamvan die [slachtoffer] in de richting van zijn, verdachtes ontblote penis en
    /of
  • dat hijop een zodanige manier (aan de bovenzijde van een karretje waar [slachtoffer] in zat),
    plaatsen vanzijn, verdachtes, ontblote penis
    plaatstzodat zijn, verdachtes, penis, binnen het bereik is van die [slachtoffer] en
    /ofdie [slachtoffer]
    (op die manier aanzet
    )de penis van de verdachte met zijn hand(en)
    en/of mond en/of lip(pen) aante
    raken/aanraakt en/ofbetasten
    /betasten
    /of
  • dat hij(daarbij
    )misbruik
    en/of gebruikmaakt van zijn fysieke overwicht (verdachte is
    bijna49 jaar oud en [slachtoffer] is 1 jaar en 2 maanden oud).
Het Gerecht acht niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hierboven bewezen is verklaard, zodat hij daarvan zal worden vrijgesproken.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten of omissies zijn verbeterd (
cursief). De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Bewijsmiddelen
Het Gerecht grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan, op de feiten en omstandigheden die in de hierna volgende bewijsmiddelen zijn vervat en redengevend zijn voor de bewezenverklaring. [1]
Voorts wordt opgemerkt dat in de bewijsmiddelen geen (expliciete) landsaanduiding is opgenomen, maar dat algemeen bekend is dat de in die bewijsmiddelen wel opgenomen plaatsen zijn gelegen in Curaçao.
1.moeder slachtoffer] deed op 9 november 2018 aangifte. Zij heeft bij die gelegenheid het volgende verklaard:
“Gisteren donderdag 8 november 2018, omstreeks 13.30 uur, kwam "[verdachte]" in mijn zaak, de Chinese minimarkt “[minimarket]” gelegen te [locatie 1]. Hij bleef bij de toonbank staan. Mijn zoon genaamd [slachtoffer], geboren te Curaçao op [geboortedatum] 2017, was in een karretje die voor de toonbank van de zaak geplaatst werd.” [2]
2.De verbalisant [verbalisant 1], hoofdagent va politie, heeft camerabeelden verkregen die zijn opgenomen op 8 november 2018 in de Chinese minimarkt “[minimarket]”. Hij heeft het volgende gerelateerd:
“De uitwerking van deze DVD zal op de navolgende manier plaatsvinden: bij elke stand waarbij er iets waargenomen wordt dat voor het onderzoek van belang is, zal dat in dit proces-verbaal genoemd worden.
Het betreft camera 1 daterende 08-11-2018 waar op dit beeld een gang in de desbetreffende zaak gezien kan worden. Bij het uiteinde van deze gang kan de toonbank van deze zaak gezien worden. Tevens is er een karretje op dit beeld te zien welke voor de toonbank geplaatst was.
Stand 13.20.30: het zoontje van [moeder slachtoffer] genaamd [slachtoffer] werd in het karretje geplaatst.
Stand 13.21.23: de man die [moeder slachtoffer] aangewezen had als zijnde de verdachte "[verdachte]" kwam hij het karretje staan waarin [slachtoffer] was.
Stand 13.22.27: “[verdachte]” duwde het karretje met [slachtoffer] erin ietsjes naar links.
Stand 13.22.42-13.22.52: “[verdachte]” deed handelingen aan de voorkant van zijn broek alsof hij bezig was zijn broek te openen terwijl hij naar "[winkelmedewerker]" keek die bezig was achter de toonbank. Hij haalde zijn T-shirt ietsjes naar boven en met beide handen deed hij bandelingen alsof hij zijn broek aan het openen was.
Stand 13.22.55: “[verdachte]” duwde het karretje met [slachtoffer] erin nog meer naar links.
Stand 13.23.02: “[verdachte]” trok zijn T-shirt naar beneden terwijl hij naar "[winkelmedewerker]" die bezig was in de vriezer achter de toonbank, keek.
Stand 13.24.01: “[verdachte]” bleef telkens naar achteren kijken terwijl hij een voorwerp aan [slachtoffer] toonde.
Stand 13.24.33: “[winkelmedewerker]” duwde het karretje ietsjes naar rechts en liep wederom achter de toonbank.
Stand 13.24.45: “[verdachte]” duwde het karretje wederom naar links met zijn linkerhand. Dus ietsjes verder van de uitgang die tot de achterzijde van de toonbank leidt.
Stand 13.33.03: “[verdachte]” duwde het karretje ietsjes naar links met zijn linkerhand terwijl hij telkens naar "[winkelmedewerker]” bleef kijken.
Stand 13.39.40: “[verdachte]” trok het karretje naar zich toe.
Stand 13.39.45-13.40.01: “[verdachte]” haalde zijn T-shirt een beetje naar boven en bleef met zijn linkerhand aan de bovenzijde van zijn broek friemelen.
Stand 13.40.06: “[verdachte]” trok zijn T-shirt wederom naar beneden en bleef naar achteren kijken.
Stand 13.40.13: “[verdachte]” betastte [slachtoffer] aan zijn hoofd met zijn linkerhand en ging weer met zijn linkerhand friemelen aan de bovenzijde van zijn broek. [slachtoffer] zat in het karretje.
Stand 13.40.16: “[verdachte]” betastte [slachtoffer] wederom aan zijn hoofd met zijn linkerhand en friemelde hierna aan de bovenzijde van zijn broek.
Stand 13.40.23-13.40.29: “[verdachte]” bleef friemelen aan de bovenzijde van zijn broek tot hij deze een beetje opende en zijn penis eruit haalde.
Stand 13.40.31: “[verdachte]” betastte wederom het hoofd van [slachtoffer] met zijn linkerhand.
Stand 13.41.11: “[verdachte]” haalde zijn T-shirt ietsjes naar boven en friemelde eventjes aan de bovenzijde van zijn broek hij het gedeelte alwaar zijn penis is.
Stand 13.41.17: “[verdachte]” betastte wederom het hoofd van [slachtoffer] met zijn linkerhand.
Stand 13.41.24: “[verdachte]” bleef eventjes friemelen aan de bovenzijde van zijn broek bij het gedeelte alwaar zijn penis is. Hierna trok hij zijn T-shirt naar beneden.
Stand 13.41.38: “[verdachte]” keerde zich een beetje om en bleef naar achteren kijken.
Stand 13.42.04: “[verdachte]” haalde zijn T-shirt een beetje naar boven waarbij zijn donkerkleurige onderbroek tevoorschijn kwam. “[verdachte]" keek naar achteren.
Stand 13.42.10: “[verdachte]” trok zijn onderbroek een beetje naar beneden met zijn linkerhand en keek wederom naar achteren.
Stand 13.42.15: “[verdachte]” kwam dichterbij [slachtoffer]. Hierbij hield “[verdachte]” zijn linkerhand aan de bovenzijde van zijn broek bij het gedeelte alwaar zijn penis is.
Stand 13.42.20: “[verdachte]” ging meer dichterbij [slachtoffer] terwijl hij zijn linkerhand hield ter hoogte van zijn broek bij het gedeelte alwaar zijn penis is.
Stand 13.42.25: “[verdachte]” benaderde [slachtoffer] nog meer en [slachtoffer] ging rechtop staan in het karretje. “[verdachte]” haalde zijn penis vanuit zijn broek en bleef zijn penis met zijn linkerhand heen en weer bewegen.
Stand 13.42.31-13.42.44: [slachtoffer] pakte de penis van "[verdachte]" vast en bleef deze betasten terwijl “[verdachte]” zijn penis met zijn linkerhand bleef vasthouden. Vervolgens rekte [slachtoffer] de penis van “[verdachte]” met zijn linkerhand tweemaal naar boven.
Stand 13.42.49: [slachtoffer] stopte met het betasten van de penis van “[verdachte]”.
Stand 13.42.52-13.43.06: “[verdachte]” hield zijn penis vast met zijn linkerhand en pakte het hoofd van [slachtoffer] vast met zijn rechterhand. “[verdachte]” trok het hoofd van [slachtoffer] naar zijn penis toe. [slachtoffer] bleef hierbij met zijn hoofd naar links en rechts zwaaien. Doch “[verdachte]” bleef totaal 4 maal het hoofd van [slachtoffer] naar zijn penis te trekken.
Stand 13.43.07: Het gelukte [slachtoffer] om zich los te maken van “[verdachte]” door zijn hoofd van zijn hand te wijken. Vervolgens ging [slachtoffer] in het karretje zitten.
Stand 13.43.09: “[verdachte]” zette zijn penis weer in zijn onderbroek en trok zijn T-shirt naar beneden.” [3]
3.De verdachte heeft ter terechtzitting het volgende verklaard:
“Het klopt dat ik op donderdag 8 november 2018, in de Chinese minimarkt “[minimarket]” gelegen te [locatie 1], aanwezig ben geweest. Ik ben te zien op de camerabeelden bij het winkelwagentje. Het kind was in het winkelwagentje.” [4]
Bewijsoverwegingen
De verdachte heeft bepleit dat hij van het ten laste gelegde dient te worden vrijgesproken. Hij heeft daartoe aangevoerd dat de camerabeelden door de aangeefster zodanig gemanipuleerd zijn dat het lijkt alsof de verdachte zijn penis uit zijn broek haalt en daarmee de in de tenlastelegging beschreven handelingen uitvoert, terwijl dat in werkelijkheid niet het geval was.
Het Gerecht acht het verweer van de verdachte niet aannemelijk geworden. Tijdens het onderzoek ter terechtzitting zijn de camerabeelden getoond en het Gerecht heeft daarbij niets kunnen waarnemen wat erop duidt dat deze zouden zijn gemanipuleerd. Bovendien heeft de verdachte tegenover de politie een aantal verklaringen afgelegd waarbij hij op geen enkel moment ter sprake heeft gebracht dat de camerabeelden gemanipuleerd zouden zijn. Pas ter terechtzitting brengt de verdachte dit, zonder enige nadere onderbouwing, ter sprake.
Het verweer wordt dan ook verworpen.
Strafbaarheid en kwalificatie van het bewezen verklaarde
Het onder 2 primair bewezen verklaarde is voorzien bij en strafbaar gesteld in artikel 2:201 van het Wetboek van Strafrecht. Het wordt als volgt gekwalificeerd:

Feitelijke aanranding van de eerbaarheid.

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluiten.
Strafbaarheid van de verdachte
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluiten.
De verdachte is daarom strafbaar voor het hiervoor bewezen verklaarde.
Oplegging van straf
Bij de bepaling van de op te leggen straf wordt gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezen verklaarde is begaan, op de mate waarin de gedraging aan de verdachte te verwijten is en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen. Daarbij wordt rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde in verhouding tot andere strafbare feiten, zoals die onder meer tot uitdrukking komt in het hierop gestelde wettelijke strafmaximum en in de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd.
De verdachte heeft zich in een Chinese minimarkt, een plaats die toegankelijk was voor winkelend publiek, op klaarlichte dag op zeer brutale wijze schuldig gemaakt aan feitelijke aanranding van de eerbaarheid ten aanzien van een kind van minder dan 14 maanden oud, zijnde het kind van de winkeleigenaresse. Zulks terwijl de moeder – nietsvermoedend – op enkele meters afstand van hen aan het werk was. Daarbij heeft de verdachte zijn penis zeer dicht bij het kind gehouden en is er zelfs van fysiek contact (met die penis) sprake geweest. Dit is een zeer ernstig feit dat de samenleving heeft geschokt en dat in het bijzonder ouders van jonge kinderen heeft aangetast in hun gevoel van veiligheid. Het Gerecht neemt dit de verdachte dan ook zeer kwalijk.
Hoewel er aanwijzingen zijn dat bij de verdachte sprake was van alcoholgebruik, vertoonde verdachte blijkens de camerabeelden geen tekenen van dronkenschap en waren zijn handelingen welbewust, waarbij hij ook de tegenwoordigheid van geest had om zijn best te doen om ontdekking te voorkomen door telkens om zich heen te kijken.
Naar het oordeel van het Gerecht kan gelet op de ernst van het bewezen verklaarde niet worden volstaan met een andere of lichtere sanctie dan een straf die een onvoorwaardelijke vrijheidsbeneming met zich brengt.
Bij het bepalen van de omvang van de straf en de vraag of daarbij een gedeelte voorwaardelijk dient te worden opgelegd, heeft het Gerecht acht geslagen op de rapportages die omtrent de verdachte zijn uitgebracht.
In het voorlichtingsrapport van P. Peternella, reclasseringswerker, wordt geadviseerd de verdachte als bijzondere voorwaarde begeleiding door de reclassering op te leggen, inhoudende een doorverwijzing naar FMA voor behandeling in verband met zijn alcoholgebruik.
In het psychiatrisch rapport van drs. F.G.M. Heijtel, psychiater, wordt aan de ene kant gesteld dat ieder verantwoordelijk is voor zijn eigen alcoholgebruik, maar wordt ook verdedigbaar geacht verdachte gelet op zijn ernstige alcoholverslaving verminderd toerekeningsvatbaar te achten. Geadviseerd wordt om verdachte naast een straf een verplichte behandeling in Brasami op te leggen.
In het psychologisch rapport van drs. H. Linkels wordt verdachte volledig toerekeningsvatbaar geacht en wordt geadviseerd dat de verdachte werkt aan een vermindering van zijn drankgebruik en dat hij hulp zoekt bij een psycholoog of een sociaal-maatschappelijk werker. Voorts wordt reclasseringsbegeleiding en een gebiedsverbod geadviseerd.
Het Gerecht acht verdachte, met de psycholoog, volledig toerekeningsvatbaar. Zoals ook de psychiater aangeeft, dient – en kan – verdachte zelf verantwoordelijk te worden gehouden voor zijn alcoholgebruik.
Gelet op het vorenstaande is het Gerecht, na dit een en ander te hebben afgewogen, met de officier van justitie van oordeel dat een gevangenisstraf voor de duur van 4 jaren, met aftrek van voorarrest, waarvan 1 jaar voorwaardelijk met als bijzondere voorwaarden reclasseringsbegeleiding, een contactverbod en een locatieverbod, met een proeftijd van 3 jaren passend en geboden is. De verdachte zal daartoe dan ook worden veroordeeld.
Dit is een relatief zwaardere straf dan de officier van justitie heeft geëist, omdat de officier van justitie uitging van bewezen verklaring van feit 1, waarvoor het Gerecht verdachte vrijspreekt. Het Gerecht acht het gedrag van verdachte – ook zonder orale penetratie of poging daartoe – echter dermate strafwaardig, dat zij dezelfde straf zal opleggen als door de officier van justitie is gevorderd.
Met oplegging van een gedeeltelijk voorwaardelijke gevangenisstraf wordt enerzijds de ernst van het bewezenverklaarde tot uitdrukking gebracht en wordt anderzijds de strafoplegging dienstbaar gemaakt aan het voorkomen van nieuwe strafbare feiten.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
De op te leggen straf is, behalve op de reeds aangehaalde wettelijke voorschriften, gegrond op de artikelen 1:19, 1:20 en 1:21, zoals deze luidden ten tijde van het bewezen verklaarde.

BESLISSING

Het Gerecht:
verklaartniet bewezen hetgeen aan de verdachte onder 1 ten laste is gelegd en
spreekthem daarvan
vrij;
verklaartwettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 2 primair ten laste gelegde feit heeft begaan;
verklaartniet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt hem daarvan vrij;

kwalificeert het bewezen verklaarde als hiervoor omschreven;

verklaart het bewezen verklaarde strafbaar en de verdachte daarvoor strafbaar;

veroordeeltde verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de
4 (vier) jaren;
beveeltdat de tijd die door de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht;
bepaaltdat een gedeelte van deze straf een gedeelte, groot
1 (een) jaar, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd, van
3 (drie) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of gedurende die proeftijd de hierna te melden bijzondere voorwaarde(n) niet heeft nageleefd;
als bijzondere voorwaarden worden gesteld dat:
  • de verdachte zich gedurende de proeftijd zal gedragen naar de voorschriften en aanwijzingen, te geven door of namens de Stichting Reclassering Curaçao, zulks zolang deze instelling dat gedurende de proeftijd nodig oordeelt, ook wanneer zulks een opname bij Verslavingskliniek Brasami inhoudt.
  • de verdachte gedurende de proeftijd op geen enkele wijze – direct of indirect – contact zal opnemen, zoeken of hebben met [slachtoffer], zolang de reclassering dit noodzakelijk acht.
  • de verdachte zich gedurende de proeftijd niet in of in de directe nabijheid van de Chinese minimarkt [minimarket] aan de [locatie 1] zal begeven, zolang de reclassering dit noodzakelijk acht.
Dit vonnis is gewezen door de rechter mr. drs. S.M. van Lieshout, bijgestaan door mr. R.J. Gras, (zittingsgriffier), en op 15 maart 2019 in tegenwoordigheid van de griffier uitgesproken ter openbare terechtzitting van het Gerecht in Curaçao.
uitspraakgriffier:

Voetnoten

1.Hierna wordt, tenzij anders vermeld, telkens verwezen naar ambtsedige – en door de desbetreffende verbalisant(en) in wettelijke vorm opgemaakte – processen-verbaal en overige geschriften, die als bijlagen zijn opgenomen in het eindproces-verbaal van het Korps Politie Curaçao (Team Jeugd en Zeden) d.d. 25 februari 2019, geregistreerd onder proces-verbaalnummer 23.02.2019:17.30 en de onderzoeksnaam “[verdachte]”, doorgenummerde dossierpagina’s 1 - 77.
2.Proces-verbaal d.d. 9 november 2018, pag. 6 - 8.
3.Proces-verbaal d.d. 17 november 2018, pag. 13 - 17.
4.Verklaring van de verdachte ter terechtzitting van 1 maart 2019, zoals die eventueel later – indien tegen dit vonnis hoger beroep wordt ingesteld – in het proces-verbaal van die terechtzitting zal worden weergegeven.