ECLI:NL:OGEAC:2020:246

Gerecht in eerste aanleg van Curaçao

Datum uitspraak
6 april 2020
Publicatiedatum
24 november 2020
Zaaknummer
CUR201903492
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Geschillen over eigendom van een boot en auto na beëindiging van een affectieve relatie

In deze zaak, die werd behandeld door het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, ging het om een geschil tussen een notarispraktijk en een gedaagde over de eigendom van een boot en een auto die tijdens een affectieve relatie waren aangeschaft. De eiser, de besloten vennootschap Notarisppraktijk [eiser sub 1] B.V. en [eiser sub 2 in conventie], vorderden betaling van schadevergoeding en teruggave van de goederen, terwijl de gedaagde, [gedaagde in conventie], in reconventie een schadevergoeding eiste. De mondelinge behandeling vond plaats op 17 februari 2020, waarbij partijen hun standpunten uiteenzetten. De rechter oordeelde dat de boot en de auto op naam van de gedaagde stonden, maar dat de eiser had aangetoond dat de kosten voor de aanschaf door de notarispraktijk en de stichting waren betaald. De rechter concludeerde dat de gedaagde medewerking moest verlenen aan de overdracht van de boot aan [eiser sub 2 in conventie], maar dat er geen grond was voor de vordering tot betaling van het aankoopbedrag van de boot. De vordering tot teruggave van de auto werd afgewezen, omdat de gedaagde deze als gift had ontvangen. De proceskosten werden gecompenseerd, zodat iedere partij zijn eigen kosten droeg.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO

Zaaknummer: CUR201903492
Vonnis d.d. 6 april 2020
inzake

1.de besloten vennootschap NOTARISPRAKTIJK [eiser sub 1] B.V.,

gevestigd in Curaçao,
2. [EISER SUB 2 IN CONVENTIE],
wonende in Curaçao,
eisers in conventie,
verweerders in reconventie,
gemachtigde: mr. O.E. Kostrzewski,
tegen
[GEDAAGDE IN CONVENTIE],
wonende in Curaçao,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
gemachtigde: mr. J.E. Lovert.
Partijen zullen hierna de notarispraktijk, [eiser sub 1] (gezamenlijk [eiser sub 1] c.s.) en [gedaagde in conventie] worden genoemd.

1.Het procesverloop

1.1.
Het procesverloop blijkt uit:
  • het inleidend verzoekschrift met producties, op 24 september 2019 ter griffie ingediend;
  • de conclusie van antwoord, tevens vordering in reconventie;
  • de conclusie van antwoord in reconventie, tevens wijziging van eis in conventie;
  • de mondelinge behandeling.
1.2.
De mondelinge behandeling heeft op 17 februari 2020 plaatsgevonden in aanwezigheid van partijen en hun gemachtigde. Ter gelegenheid van de mondelinge behandeling hebben partijen hun wederzijdse standpunten (nader) uiteengezet.
1.3.
Vonnis is bepaald op heden.

2.De feiten

2.1.
[eiser sub 1] is notaris en enig bestuurder van de notarispraktijk. Er is tevens een Stichting Derdengelden Notaris [eiser sub 1] (hierna: de stichting). [gedaagde in conventie] is afkomstig van Martinique.
2.2.
[eiser sub 1] en [gedaagde in conventie] hebben een aantal jaren een affectieve relatie gehad. Deze relatie is rond november 2018 beëindigd. [eiser sub 1] en [gedaagde in conventie] woonden tijdens hun relatie in de woning van [gedaagde in conventie], die op advies van [eiser sub 1] is overgedragen aan SPF San Sebastian (hierna: de SPF).
2.3.
In mei 2016 is op initiatief van [eiser sub 1] op Martinique een boot aangeschaft. Deze boot is op naam gezet van [gedaagde in conventie]. De boot is betaald door de notarispraktijk en gestald in de tuin van de moeder van [gedaagde in conventie].
2.4.
In augustus 2017 is op Martinique een auto (Hyundai) gekocht voor een bedrag van EUR 19.375. [gedaagde in conventie] heeft een bedrag van EUR 5.000 betaald. Dit bedrag had zij eerder van [eiser sub 1] ontvangen voor de aankoop van een (andere) auto, die gelijk weer is verkocht omdat deze niet op Martinique kon worden ingevoerd. Het restantbedrag van EUR 14.375 is betaald vanuit de stichting. De auto is op naam gezet van [gedaagde in conventie].
2.5.
Op 23 januari 2019 heeft de secretaresse van [eiser sub 1] op zijn verzoek een overeenkomst opgesteld, met [gedaagde in conventie] als verkoper en [eiser sub 1] als koper. In de koopovereenkomst is opgenomen dat [gedaagde in conventie] voor de boot een bedrag van USD 15.000 heeft ontvangen. [gedaagde in conventie] heeft deze overeenkomst niet ondertekend.
2.6. [
gedaagde in conventie] heeft aan [eiser sub 1] per e-mail van 30 januari 2019 bericht:
My intention had never been to keep this boat, Boston Whaler 17 feet now located in Martinique and registered in my name.
I already planned to go to Martinique in March (after Carnaval time) to transfer the ownership of this boat to the name of Mr [eiser sub 2 in conventie].
In the course of action tot do so, I may need additional information to formalize the transfer. All eventual expenses or charges regarding the boat will be on your behalf.
2.7.
De boot en de auto bevinden zich nog steeds op Martinique.
2.8. [
eiser sub 2 in conventie] heeft op 12 september 2019 conservatoir beslag laten leggen onder de SPF ten laste van [gedaagde in conventie] op al hetgeen de SPF aan [gedaagde in conventie] is verschuldigd. In de daarop gevoerde kort geding procedure is gebleken dat het beslag van rechtswege is vervallen omdat de eis in de hoofdzaak niet tijdig is overbetekend aan de SPF. De door [eiser sub 1] ingestelde reconventionele vordering tot betaling door [gedaagde in conventie] van een bedrag van EUR 51.335,17 is bij vonnis in kort geding van 1 november 2019 afgewezen.

3.Het geschil

in conventie
3.1.
[eiser sub 1] c.s. vordert na wijziging van eis, bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad,
  • [gedaagde in conventie] te veroordelen tot betaling aan de notarispraktijk en/of [eiser sub 2 in conventie] van het bedrag van € 55.565,17 (NAf 104.135) aan schadevergoeding, vermeerderd met de wettelijke rente berekend vanaf 2 april 2019 tot aan de dag der algehele voldoening;
  • althans [gedaagde in conventie] te veroordelen tot teruggave dan wel overdracht van de boot Boston Whaler en de auto Hyundai aan de notarispraktijk en/of [eiser sub 2 in conventie] binnen veertien dagen na het in deze te wijzen vonnis, met bepaling dat de kosten die gemoeid zijn met het vervoer naar en de import op Curaçao van de boot en de auto ten laste van [gedaagde in conventie] komen alsmede met de bepaling dat dit vonnis in de plaats zal treden voor elke (rechts)handeling die van [gedaagde in conventie] vereist is om de teruggave dan wel overdracht te realiseren;
  • [gedaagde in conventie] te veroordelen in de kosten van dit geding zowel in conventie als in reconventie, met de bepaling dat over de proceskostenveroordeling de wettelijke rente verschuldigd zal zijn indien [gedaagde in conventie] niet vrijwillig binnen een door het gerecht vast te stellen termijn deze kosten voldoet.
in reconventie
3.2. [
gedaagde in conventie] vordert bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, [eiser sub 1] c.s. hoofdelijk te veroordelen om tegen bewijs van kwijting aan [gedaagde in conventie] te betalen een bedrag van NAf 11.258,95 tot vergoeding van de door haar geleden materiële en immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 16 december 2019 tot de dag der algehele voldoening, dan wel een door het gerecht in goede justitie te bepalen schadevergoeding, met veroordeling van [eiser sub 1] c.s. in de kosten van de procedure.
in conventie en in reconventie
3.3.
Partijen hebben over en weer verweer gevoerd. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

in conventie
4.1.
[eiser sub 1] c.s. stelt dat [gedaagde in conventie] ongerechtvaardigd is verrijkt doordat zij de beschikking heeft over de boot en de auto en deze niet heeft afgestaan aan [eiser sub 1] c.s. Om deze reden vordert hij primair de aanschafwaarde van beide goederen en subsidiair het meewerken aan overdracht en export op kosten van [gedaagde in conventie].
4.2. [
gedaagde in conventie] betwist de vordering en stelt dat zij de boot best had willen overdragen aan [eiser sub 1] c.s. en daarvoor in maart 2019 is afgereisd naar Martinique, maar dat zij geen medewerking heeft gekregen van [eiser sub 2 in conventie] wat betreft de benodigde gegevens. Zij heeft geweigerd de namens [eiser sub 2 in conventie] opgestelde koopovereenkomst te ondertekenen, omdat deze onwaarheden bevatte. Wat betreft de auto stelt [gedaagde in conventie] dat dit een gift is geweest van [eiser sub 2 in conventie] aan haar. Deze auto had op zichzelf helemaal niet op naam van [gedaagde in conventie] gesteld hoeven worden, maar dit is wel gedaan omdat [eiser sub 2 in conventie] er op stond dat [gedaagde in conventie] een goede auto zou krijgen.
4.3.
In deze zaak gaat het om de vraag wie moet worden aangemerkt als rechthebbende ten aanzien van zowel de boot als de auto. Tussen partijen is niet in geschil dat de boot en de auto op naam staan van [gedaagde in conventie] en dat zij als zodanig als juridisch eigenaar kan worden aangemerkt. Verder staat vast dat de boot is betaald door de notarispraktijk en de auto (grotendeels) door de stichting. Ten slotte staat vast dat zowel [eiser sub 2 in conventie] als [gedaagde in conventie] in Curaçao wonen en dat de boot en de auto zich nog op Martinique bevinden.
4.4.
Het gerecht stelt voorop dat de boot en de auto tijdens de relatie van partijen zijn gekocht. Het was de bedoeling om de boot en de auto te gebruiken wanneer partijen zich op Martinique bevonden. Het gaat dus om privé-aankopen waarbij het gerecht als uitgangspunt neemt dat eventuele afspraken over wie wat zou betalen en op wiens naam de boot en de auto zouden komen te staan zijn gemaakt tussen [eiser sub 2 in conventie] en [gedaagde in conventie] in persoon. In dat verband zijn in beginsel eventuele rechtsverhoudingen dus (ook) ontstaan tussen [eiser sub 2 in conventie] en [gedaagde in conventie] in persoon en niet tussen de notarispraktijk dan wel de stichting en [gedaagde in conventie].
4.5.
Met betrekking tot de boot hoeft op zichzelf niet te worden beoordeeld wie de rechthebbende is, aangezien ook [gedaagde in conventie] heeft aangegeven dat de boot kan worden overgedragen aan [eiser sub 2 in conventie]. De vordering van [eiser sub 1] c.s. is erop gebaseerd dat [gedaagde in conventie] de overdracht heeft tegengewerkt. Daarvan is echter in het geheel niet gebleken. In eerste instantie is het [eiser sub 2 in conventie] geweest die [gedaagde in conventie] een overeenkomst heeft willen laten tekenen die evident in strijd zou zijn met de waarheid. Er zou immers helemaal geen bedrag betaald worden voor de boot. Dat [gedaagde in conventie] heeft geweigerd deze overeenkomst te tekenen kan haar dus niet worden tegengeworpen. Daar komt bij dat [gedaagde in conventie] vervolgens in een e-mail van een aantal dagen later nogmaals heeft benadrukt dat zij de boot niet wil houden. Gesteld noch gebleken is dat [eiser sub 2 in conventie] nadien nog actief pogingen heeft ondernomen om de boot naar Curaçao te krijgen en dat het aan [gedaagde in conventie] te wijten is dat dit niet is gelukt. Evenmin is gebleken dat [gedaagde in conventie] de boot, zoals door [eiser sub 1] c.s. is gesteld, feitelijk tot haar beschikking heeft of deze onder zich houdt. [gedaagde in conventie] woont evenals [eiser sub 2 in conventie] in Curaçao en heeft verder geen betrokkenheid bij de boot. Dat de boot is gestald in de tuin van de moeder van [gedaagde in conventie] maakt dat niet anders. Het voorgaande brengt met zich dat er in ieder geval geen grondslag bestaat voor toewijzing van de vordering tot betaling van het aankoopbedrag van de boot.
4.6. [
gedaagde in conventie] dient wel haar medewerking te verlenen aan de overdracht van de boot aan [eiser sub 2 in conventie], nu zij immers zelf ook heeft aangegeven dat deze boot van [eiser sub 2 in conventie] is dan wel dient te zijn. Er bestaat echter geen aanleiding of grond om [gedaagde in conventie] te veroordelen in de kosten die zijn gemoeid met het vervoer naar en import in Curaçao. Deze kosten komen dus voor rekening van [eiser sub 2 in conventie] zelf. Nu het tot op heden niet gelukt is de boot naar Curaçao te krijgen, zal [gedaagde in conventie] worden veroordeeld tot medewerking aan de overdracht van de boot. Voor zover nodig treedt dit vonnis in de plaats van de door [gedaagde in conventie] vereiste medewerking.
4.7.
Ten aanzien van de auto overweegt het gerecht het volgende. De auto staat op naam van [gedaagde in conventie]. Tussen partijen is niet in geschil dat de auto ook op naam van [eiser sub 2 in conventie]gezet had kunnen worden. Dat dit niet is gebeurd is dus een indicatie voor de stelling van [gedaagde in conventie] dat zij de auto van [eiser sub 2 in conventie]heeft gekregen. Daar komt bij dat gesteld noch gebleken is dat partijen iets hebben afgesproken of vastgelegd waaruit zou kunnen worden afgeleid dat partijen niet de bedoeling hebben gehad dat [gedaagde in conventie] eigenaar zou worden van de auto. Dit had, juist gezien het beroep van [eiser sub 2 in conventie] en het gegeven dat hij ter zitting heeft verklaard dat hij bij een eventueel huwelijk ‘koude uitsluiting’ zou laten vastleggen, wel in de rede gelegen. Nu dit niet is afgesproken of vastgelegd, moet het ervoor worden gehouden dat [gedaagde in conventie] deze auto in eigendom heeft verkregen en bestaat er geen grondslag voor (terug)betaling van de aankoopprijs of medewerking aan levering/tenaamstelling van de auto. De vordering die daarop ziet wordt daarom afgewezen.
in reconventie
4.8.
De vordering in reconventie is gebaseerd op de stelling van [gedaagde in conventie] dat [eiser sub 2 in conventie]misbruik heeft gemaakt van de bevoegdheid tot het leggen van beslag en het instellen van deze procedure. Hij heeft, zo stelt [gedaagde in conventie], daarmee onrechtmatig jegens [gedaagde in conventie] gehandeld. Om die reden moeten de door haar gemaakte (advocaat)kosten volledig door [eiser sub 1] c.s. worden vergoed en dient ook een bedrag aan immateriële schade te worden betaald.
4.9. [
eiser sub 2 in conventie] voert verweer tegen deze vordering. Hij vindt dat hij terecht een procedure aanhangig heeft gemaakt en is het niet eens met het oordeel in kort geding, reden waarom hij de bodemprocedure is begonnen. Er bestaat geen grondslag voor toewijzing van de daadwerkelijk gemaakte advocaatkosten. Mocht [eiser sub 1] c.s. in het ongelijk worden gesteld, dient hoogstens de gebruikelijke proceskostenveroordeling volgens het liquidatietarief te worden toegewezen. Er is verder niet aannemelijk gemaakt dat bij [gedaagde in conventie] sprake is van psychisch letsel dat door [eiser sub 2 in conventie]zou zijn veroorzaakt.
4.10.
Naar het oordeel van het gerecht is door [gedaagde in conventie] onvoldoende gesteld om de conclusie te rechtvaardigen dat [eiser sub 1] c.s. jegens haar onrechtmatig heeft gehandeld. Het is duidelijk dat het partijen niet is gelukt om de kwesties rondom de boot en de auto in onderling overleg te regelen. Kennelijk heeft dit voor [eiser sub 2 in conventie] aanleiding gegeven een procedure te starten en beslag te leggen. Dat enkele feit is op zichzelf onvoldoende om daaraan de conclusie te verbinden dat [eiser sub 1] c.s. dit enkel zou doen om [gedaagde in conventie] dwars te zitten en op kosten te jagen en (daarmee) onrechtmatig zou handelen. De daarop gebaseerde vorderingen worden daarom afgewezen.
in conventie en in reconventie
4.11.
Het gerecht ziet aanleiding de proceskosten te compenseren in die zin, dat iedere partij de eigen kosten draagt.

5.De beslissing

Het Gerecht:
5.1.
veroordeelt [gedaagde in conventie] tot medewerking aan de overdracht van de boot;
5.2.
bepaalt dat, voor zover [gedaagde in conventie] haar medewerking niet verleent, dit vonnis in de plaats treedt voor iedere (rechts)handeling die van [gedaagde in conventie] vereist is om de overdracht van de boot te realiseren;
in conventie en in reconventie
5.3.
compenseert de proceskosten in die zin, dat iedere partij de eigen kosten draagt;
5.4.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
5.5.
wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. C.E.M. Nootenboom-Lock, rechter, en op 6 april 2020 door de rolrechter uitgesproken ter openbare terechtzitting in aanwezigheid van de griffier.