ECLI:NL:OGEAC:2021:115
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Beëindiging huurovereenkomst en terugvordering van de woning na overlijden van de huurder
In deze zaak heeft [eiseres] een kort geding aangespannen tegen FUNDASHON KAS POPULAR (FKP) met betrekking tot de beëindiging van een huurovereenkomst na het overlijden van haar echtgenoot. De huurovereenkomst was aangegaan door wijlen [naam 3] in 1974 voor een gesubsidieerde woning. Na het overlijden van [naam 3] in 2018 is [eiseres] in de woning blijven wonen zonder dit aan FKP te melden. In februari 2019 heeft [eiseres] de woning verlaten om bij haar zus te gaan wonen, maar heeft dit niet officieel aan FKP gecommuniceerd. FKP heeft de woning in juli 2020 teruggenomen, omdat [eiseres] sinds mei 2018 geen huur meer had betaald en de woning leeg stond.
In het kort geding vorderde [eiseres] dat FKP de sleutels van de woning zou teruggeven en een schadevergoeding zou betalen van NAf 24.300. [Eiseres] stelde dat de huurovereenkomst niet rechtmatig was beëindigd, terwijl FKP aanvoerde dat de overeenkomst rechtsgeldig was geëindigd door het langdurig niet betalen van huur en het verlaten van de woning zonder kennisgeving. De rechter oordeelde dat FKP mocht aannemen dat [eiseres] had ingestemd met de beëindiging van de huurovereenkomst, gezien het feit dat zij de woning meer dan twee jaar niet had bewoond en geen huur had betaald.
De rechter wees de vorderingen van [eiseres] af en veroordeelde haar in de proceskosten, die aan de zijde van FKP op NAf 1.000 werden begroot. Dit vonnis werd uitgesproken op 24 mei 2021.