Uitspraak
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO
,
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
In deze zaak, die voor het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao werd behandeld, heeft de coöperatieve vereniging van eigenaren in Het Royal Palm Resort (eiseres) een kort geding aangespannen tegen een eigenaar van een woning in het resort (gedaagde). De procedure begon op 21 juni 2021 met een verzoekschrift van eiseres, waarna de behandeling werd aangehouden voor onderhandelingen. Op 16 november 2021 vond de mondelinge behandeling plaats, waarbij beide partijen vertegenwoordigd waren door hun gemachtigden. Eiseres vorderde een contactverbod tegen gedaagde, die herhaaldelijk beledigende en smadelijke uitingen had gedaan jegens bestuursleden van eiseres, zowel via e-mail als op sociale media.
De feiten tonen aan dat er al geruime tijd onenigheid bestond tussen eiseres en gedaagde, die zijn onvrede over het bestuur van eiseres publiekelijk had geuit. Eiseres stelde dat gedaagde hen herhaaldelijk had bedreigd en beledigd, wat leidde tot een verstoring van de bestuursfunctie en de veiligheid van de bestuursleden. Het gerecht oordeelde dat de uitingen van gedaagde onrechtmatig waren en dat er een spoedeisend belang was voor eiseres om een einde te maken aan deze uitingen.
Het gerecht heeft het primair gevorderde contactverbod afgewezen, maar het subsidiair gevorderde contactverbod toegewezen, met een dwangsom van NAf 500 per overtreding, tot een maximum van NAf 5.000. Gedaagde werd ook veroordeeld in de proceskosten. De beslissing werd op 1 december 2021 openbaar uitgesproken door rechter U.I.D. Luydens.