ECLI:NL:OGEAC:2022:283

Gerecht in eerste aanleg van Curaçao

Datum uitspraak
3 oktober 2022
Publicatiedatum
20 oktober 2022
Zaaknummer
CUR202103178
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tussenvonnis inzake aannemingsovereenkomst tussen eisers en DEAC met betrekking tot bouw van een woning

In deze zaak, die voor het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao is behandeld, hebben eisers in conventie, wonend in Curaçao, een vordering ingesteld tegen de naamloze vennootschap Development Eco & Architecture Consultant N.V. (DEAC) wegens tekortkomingen in de uitvoering van een aannemingsovereenkomst. De overeenkomst, die op 19 juni 2018 werd gesloten, betrof de bouw van een woning met een oppervlakte van 235 m² voor een totaalbedrag van NAf 310.000. Eisers vorderen onder andere betaling van een schadevergoeding van NAf 156.219,86, vermeerderd met rente en kosten, en ontbinding van de aannemingsovereenkomst. Ze stellen dat DEAC in verzuim is omdat de woning niet tijdig is opgeleverd, ondanks dat de aanneemsom volledig is betaald.

DEAC heeft verweer gevoerd en stelt dat zij de werkzaamheden conform de overeenkomst heeft uitgevoerd. DEAC vordert in reconventie betaling van NAf 52.012,33 van eisers, stellende dat er nog een restbedrag van NAf 3.134,80 openstaat en dat eisers ook meerwerk niet hebben betaald. Het gerecht heeft in een tussenvonnis partijen verzocht om nader in te gaan op verschillende onderwerpen, waaronder de uitvoering van meerwerk en de boeteclausule in de overeenkomst. De zaak is verwezen naar een rolzitting voor verdere conclusies van partijen.

De uitspraak van het gerecht is gedaan op 3 oktober 2022 door rechter O. Nijhuis, waarbij de zaak is aangehouden voor verdere behandeling op 31 oktober 2022.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO

Zaaknummer: CUR202103178
Vonnis d.d. 3 oktober 2022
inzake

1.[EISER SUB 1 IN CONVENTIE],

2. [EISER SUB 2 IN CONVENTIE],
beiden wonend in Curaçao,
eisers in conventie, gedaagden in reconventie,
gemachtigde: mr. E.A. Knoppel,
tegen
de naamloze vennootschap
DEVELOPMENT ECO & ARCHITECTURE CONSULTANT N.V.,
gevestigd in Curaçao,
gedaagde in conventie, eiseres in reconventie,
gemachtigde: mr. A.C. Small.
Partijen zullen hierna [eisers in conventie] c.s. en DEAC worden genoemd.

1.Het procesverloop

In conventie en in reconventie

1.1.
Het procesverloop blijkt uit:
  • het inleidend verzoekschrift met producties, op 21 oktober 2021 ter griffie ingediend;
  • de conclusie van antwoord met producties;
  • de mondelinge behandeling op 18 augustus 2022, waarbij door [eisers in conventie] c.s. een pleitnota met conclusie van antwoord in reconventie en vermeerdering van eis (met producties) is overgelegd en voorgedragen en door DEAC een pleitnota is overgelegd en voorgedragen.
1.2.
Vonnis is bepaald op heden.

2.De feiten

in conventie en in reconventie
2.1.
Op 19 juni 2018 zijn partijen met elkaar een aannemingsovereenkomst aangegaan waarbij [eisers in conventie] c.s. aan DEAC opdracht hebben gegeven een woning te bouwen met een bouwoppervlakte van 235 m2 en deze turnkey op te leveren, tegen een koopsom van NAf 310.000,-.
2.2.
In de aannemingsovereenkomst is onder meer het volgende bepaald:
WIJZIGINGEN OP INITIATIEF VAN DE OPDRACHGEVER
Artikel 2
De opdrachtgever kan de aannemer verzoeken wijziging(en) in afwijking van het bestek casu quo technische omschrijving aan te brengen.
De aannemer verstrekt uiterlijk binnen een week na het verzoek schriftelijke opgave van de prijs van de verzochte wijziging(en) met mededeling omtrent eventuele consequenties die deze wijziging(en) kan/kunnen hebben alsmede, indien daartoe aanleiding is, opgave van het aantal werkdagen waarmee de termijn voor oplevering zal worden verlengd.
[…]
4.
Na ontvangst van de opgave van de aannemer als bedoeld in lid 2 kan de opdrachtgever opdracht verstrekken tot het aanbrengen van bedoelde wijzigingen(en).[…]
[…]
WERKBARE WERKDAGEN, AANVANG EN VOORGANG VAN HET WERK EN OPLEVERING
Artikel 8
[…]
3.
Onder datum van oplevering wordt in de aannemingsovereenkomst verstaan het tijdstip waarop de woning geheel gereed aan de opdrachtgever wordt opgeleverd en de sleutels door de opdrachtgever in ontvangst zijn genomen, nadat rapport van eventuele tekortkoming(en) is opgemaakt en door of namens beide partijen is getekend.
De aannemer dient de datum van oplevering tenminste veertien dagen tevoren schriftelijk aan de opdrachtgever mede te delen.
4.
Bij overschrijding van de overeengekomen opleveringsdatum van de woning met meer dan tien werkbare werkdagen en ook, indien een door de aannemer reeds aangekondigde oplevering met meer dan tien werkbare werkdagen wordt opgeschort, zal de aannemer zonder ingebrekestelling of rechterlijke tussenkomst aan de opdrachtgever een schadevergoeding van (NAf. ,--) per dag verschuldigd zijn.[…]
[…]
TOEGANG TOT HET BOUW- EN WERKTERREIN
Artikel 13
I.v.m. de veiligheid en een ongehinderde gestage voorgang van de uitvoering is de toegang tot het bouw- en werkterrein verboden voor een ieder ander dan voor de aannemer en diens personeel en onderaannemers, voor leveranciers alsmede voor directievoerders en toezichthouders.
Het gestelde in lid 1 lijdt uitzondering voor opdrachtgevers dan wel hun schriftelijk gevolmachtigden in de zin van deze overeenkomst m.b.t het werk als gedefinieerd in de considerans in zoverre de aannemer daarvoor toestemming heeft verleend en daartoe tijdig een afspraak heeft gemaakt.
AANVANG EN OPLEVERING
Artikel 14
De datum van aanvang van de uitvoering van het werk is bepaald op 01 Augustus 2018 (direct na aanvang eerste betaalmoment)
De bouwtijd van de woning omvat 125 werkbare werkdagen.
AANNEEMSOM EN TERMIJN BETALINGEN
Artikel 15
De aanneemsom bedraagt NAf. 310.000,- en is betaalbaar in termijnen conform “overzicht betaalmomenten” in Bijlage 1, aangegeven betalingsschema na goedkeuring door de directie & opdrachtgever.
(Zie Bijlage 1: Overzicht Betaalmomenten:
Artikel16
[…]
2.
Bij vastlegging van de definitieve aannemingsovereenkomst door beide genoemde partijen, zullen de standaard bepalingen en gedingen (conform burgerlijke wetboek & Uniforme Administratieve Voorwaarden./UAV) vastgelegd worden:
2.3.
Voor de financiering van de bouw hebben [eisers in conventie] c.s. een hypothecaire lening afgesloten bij de Centrale Hypotheek Bank (CHB) voor een bedrag van NAf 310.000. Dit bedrag werd door CHB in depot gehouden.
2.4.
DEAC is op 11 september 2018 gestart met de werkzaamheden.
2.5.
Bij brief van 29 september 2019 heeft DEAC aan [eisers in conventie] c.s. bericht de bouwwerkzaamheden te staken wegens het uitblijven van betaling van een restbedrag van NAf 3.134,80. In dezelfde brief heeft DEAC [eisers in conventie] c.s. herinnerd aan de betaling van NAf 8.192 aan meerwerkkosten.
2.6.
Op 13 oktober 2021 hebben [eisers in conventie] c.s. conservatoir beslag doen leggen op een zestal percelen die in eigendom toebehoren aan DEAC.

3.Het geschil

In conventie
3.1. [
eisers in conventie] c.s. vorderen, bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad, veroordeling van DEAC tot betaling aan [eisers in conventie] c.s. van NAf 156.219,86, vermeerderd met rente en (na)kosten. Ter zitting hebben zij hun eis vermeerderd, in die zin dat zij ook vorderen de aannemingsovereenkomst tussen partijen te ontbinden.
3.2. [
eisers in conventie] c.s. leggen aan hun vordering ten grondslag dat DEAC is tekort geschoten in de nakoming van de aannemingsovereenkomst dan wel onrechtmatig handelt jegens [eisers in conventie] c.s. Ondanks volledige betaling van de aanneemsom, heeft DEAC nagelaten de bouw van de woning (tijdig) te voltooien. Nu DEAC de bouw niet heeft afgerond voor de afgesproken opleverdatum, is DEAC in verzuim. Als gevolg van het niet (tijdig) opleveren van de woning hebben [eisers in conventie] c.s. schade geleden. Deze bestaat uit de kosten voor de huur van een andere woning, de kosten voor het opstellen van een bouwtechnisch rapport en de raming voor de (nog te verrichten) bouwwerkzaamheden en een bedrag aan onterecht in rekening gebrachte en niet uitgevoerde posten. Ter zake de staat van de niet afgebouwde woning en een kostenraming voor het afbouwen van de woning verwijzen [eisers in conventie] c.s. naar een rapport van [naam 1] en [naam 2] van 29 januari 2020 respectievelijk een overzicht met kostenraming.
Wat betreft de aanneemsom hebben [eisers in conventie] c.s. ter zitting gesteld dat de afspraak is dat de woning voor een bedrag van NAf 290.000 zal worden gebouwd en dat een bedrag van NAf 20.000 zal worden gereserveerd voor eventueel meerwerk. Overeengekomen is dat voor het bedrag van NAf 290.000 een woning (170 m2) inclusief garage (35 m2) en terras (30 m2) zal worden gebouwd. De garage en het terras zijn door DEAC niet gebouwd. Daarnaast is sprake van meer niet afgeronde werkzaamheden c.q. onvolkomenheden, terwijl [eisers in conventie] c.s. daarvoor wel hebben betaald. Na een gesprek tussen partijen op 12 december 2019 hebben [eisers in conventie] c.s., onder de toezegging van DEAC al het werk te voltooien, de resterende betaling verricht.
3.3.
DEAC voert verweer en concludeert tot niet-ontvankelijkheid van [eisers in conventie] c.s. in hun vordering dan wel hen deze te ontzeggen, met veroordeling van [eisers in conventie] c.s. in de proceskosten. Zij voert aan dat zij de werkzaamheden conform de aannemingsovereenkomst heeft uitgevoerd. De resterende werkzaamheden heeft DEAC opgeschort, omdat [eisers in conventie] c.s. de laatste termijn alsmede het meerwerk niet (volledig) hebben betaald. Tevens beroept DEAC zich op haar retentierecht. [eisers in conventie] c.s. hebben zich vervolgens onbevoegd toegang tot de woning verschaft en materialen zelf geïnstalleerd, waardoor schade aan de woning is ontstaan. Het rapport van [naam 1] en [naam 2] kan volgens DEAC alleen daarom al niet als uitgangspunt dienen, maar kan bovendien ook niet als onafhankelijk rapport worden aangemerkt, aldus DEAC.
In reconventie
3.4.
DEAC vordert, bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad, veroordeling van [eisers in conventie] c.s. tot betaling aan DEAC van NAf 52.012,33, vermeerderd met rente.
3.5.
DEAC legt aan haar vordering ten grondslag dat zij de werkzaamheden conform de aannemingsovereenkomst heeft uitgevoerd, alsmede door [eisers in conventie] c.s. opgedragen meerwerk. Als meerwerk heeft onder meer te gelden het verlengde dak/overstek, de betonnen trap achter, verhoogde ringbalken. Volgens DEAC zijn [eisers in conventie] c.s. op de aanneemsom van NAf 310.000 nog een restbedrag verschuldigd van NAf 3.134,80. Voor het meerwerk zijn zij nog een bedrag van NAf 48.877,53 verschuldigd. Alle werken zijn door CHB per fase goedgekeurd.
3.6. [
eisers in conventie] c.s. voeren verweer. [eisers in conventie] c.s. betwisten dat zij opdracht hebben gegeven voor meerwerk. De door DEAC bij conclusie van antwoord overgelegde factuur van 14 maart 2019 (bijlage 2.9.1) met daarop een overzicht aan meerwerk van in totaal NAf 48.877,53 is door [eisers in conventie] c.s. niet ontvangen en zij stellen dat deze factuur, achteraf, valselijk is opgemaakt.
in conventie en in reconventie
3.7.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

in conventie en in reconventie
4.1
Zoals reeds ter comparitie met partijen is besproken, zullen partijen in de gelegenheid worden gesteld nader te concluderen alvorens het gerecht een inhoudelijk vonnis zal wijzen, als eersten zullen [eisers in conventie] c.s. in de gelegenheid worden gesteld te concluderen voor repliek in conventie, tevens akte in reconventie; zij hebben reeds geconcludeerd voor antwoord in reconventie. Vervolgens zal DEAC in de gelegenheid worden gesteld te concluderen voor dupliek in conventie, tevens voor repliek in reconventie, waarna [eisers in conventie] c.s. zullen kunnen concluderen voor dupliek in reconventie.
4.2
Zoals ook reeds ter comparitie met partijen is besproken, zal het gerecht in dit tussenvonnis geen inhoudelijke beslissingen nemen, doch zich uitsluitend uitlaten over de onderwerpen ten aanzien waarvan hij het van belang acht met het oog op een goede instructie van de zaak van partijen in hun nog te nemen conclusies nadere informatie te ontvangen. Die onderwerpen komen hierna (r.o. 4.3-4.5) aan de orde. Dit beperkt partijen uiteraard op geen enkele wijze in hetgeen zij in hun conclusies (overigens) naar voren wensen te brengen.
4.3
Het gerecht verzoekt beide partijen nader in te gaan op:
- het meerwerk, o.m. welke meerwerken zijn uitgevoerd: is dit opgedragen en zo ja door wie, hoe en wanneer, bestaat aanspraak op betaling van de meerwerken en zo ja op grond waarvan?
- de boete van artikel 8 lid 4 van de aannemingsovereenkomst: is mondeling een boetebedrag overeengekomen? Is dit gekoppeld aan de UAV?
4.4
Het gerecht verzoekt [eisers in conventie] c.s. in elk geval (nader) in te gaan op de volgende onderwerpen:
- is juist dat een medewerker van CHB Bank toezicht heeft gehouden op de bouw in verband met de betaling van de bouwtermijnen, en zo ja op grond waarvan? Pleegde die medewerker van CHB Bank daaromtrent overleg met [eisers in conventie] c.s.?
- wat waren de verschillende overeengekomen bouwfases en de daarmee verbonden betalingstermijnen? Wanneer zijn die termijnbedragen betaald?
- de stelling van DEAC dat [eisers in conventie] c.s. aanvankelijk een schadevordering van NAf 17.337,16 pretendeerden te hebben op DEAC, welke schadevordering thans NAf 156.219,86 bedraagt (conclusie van antwoord/eis, randnummer 2.6-2.8) en, indien die stelling juist is, wat is de verklaring voor het verschil tussen die genoemde bedragen?
- op welke wijze hebben [eisers in conventie] c.s. zich toegang verschaft tot de woning? Waren anderen dan partijen daarbij aanwezig?
- welke werkzaamheden hebben [eisers in conventie] c.s. verricht om de woning bewoonbaar te maken? (conclusie van antwoord in reconventie, toelichting bij comparitie van partijen, randnummer 19)
- welke meerwerken zijn niet deugdelijk uitgevoerd (conclusie van antwoord in reconventie toelichting bij comparitie van partijen, randnummer 7) en in welk opzicht?
- zitten de “allerhande posten […] die nimmer zijn uitgevoerd noch afgemaakt of die wel zijn gemaakt doch die kapot zijn geplaatst of achtergelaten” (conclusie van antwoord in reconventie, toelichting bij comparitie van partijen, randnummer 17) in de kostenraming die [eisers in conventie] c.s. hebben overgelegd als prod. 13? Enerzijds stellen [eisers in conventie] c.s. dat die posten in de schaderaming zijn opgenomen, anderzijds stellen zij dat dit een aparte schadepost is.
4.5
Het gerecht verzoekt DEAC in elk geval (nader) in te gaan op de volgende onderwerpen:
- de stelling van [eisers in conventie] c.s. dat de overeenkomst DEAC verplichtte tot het bouwen van een woning van 235 m² inclusief terras en garage (conclusie van antwoord in reconventie, toelichting bij comparitie van partijen, randnummer 4);
- welke werkzaamheden/bouwfases heeft DEAC afgerond en op welke data heeft zij dat respectievelijk gedaan?
- een reactie op de stelling van [eisers in conventie] c.s. dat van de koopsom van NAf 310.000,- een gedeelte ter grootte van NAf 20.000,- was bestemd ter voldoening van uit te voeren extra werkzaamheden;
- de stelling van [eisers in conventie] c.s. dat sprake is van minderwerk omdat geen garage is gebouwd, een betonnen kolom tussen de eetkamer en de keuken is weggelaten en geen plafond is aangelegd, de beerput en de rioolafvoer niet zijn aangelegd en de elektra niet is afgemaakt en gekeurd door DEAC (conclusie van antwoord in reconventie, toelichting bij comparitie van partijen, randnummer 11)
- de stellingen van [eisers in conventie] c.s. dat DEAC niet het recht had haar werkzaamheden op te schorten, dat DEAC betaling van de eindtermijn claimde die nog niet opeisbaar was en dat DEAC in gebreke en in verzuim verkeerde (conclusie van antwoord in reconventie, toelichting bij comparitie van partijen, randnummer 13)
- de stelling van [eisers in conventie] c.s. dat DEAC ten onrechte haar retentierecht heeft ingeroepen omdat zij geen opeisbare vordering had en de door haar gepretendeerde vordering werd betwist (conclusie van antwoord in reconventie, toelichting bij comparitie van partijen, randnummer 14)
- de stellingen van [eisers in conventie] c.s. met betrekking tot het bad (conclusie van antwoord in reconventie, toelichting bij comparitie van partijen, randnummer 27)
4.6
De zaak zal worden verwezen naar de in het dictum vermelde rolzitting.
4.7
Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.

5.De beslissing

Het gerecht:
5.1.
verwijst de zaak naar de rolzitting van 31 oktober 2022 voor conclusie van repliek in conventie aan de zijde van [eisers in conventie] c.s.;
5.2.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. O. Nijhuis, rechter, en op 3 oktober 2022 uitgesproken ter openbare terechtzitting in aanwezigheid van de griffier.