ECLI:NL:OGEAC:2022:95

Gerecht in eerste aanleg van Curaçao

Datum uitspraak
14 februari 2022
Publicatiedatum
29 april 2022
Zaaknummer
CUR202002124
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • U.I.D. Luydens
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verdeling van de nalatenschap van erflaatster met betrekking tot onroerend goed en andere activa

In deze zaak, die werd behandeld door het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, betreft het de verdeling van de nalatenschap van de op 23 april 2015 overleden erflaatster, die geen testament had achtergelaten. De eisers, bestaande uit de zussen en broers van de erflaatster, vorderen de verdeling van de nalatenschap, die onder andere een woning, een auto en bankrekeningen omvat. De gedaagde, de vader van de erflaatster, is niet verschenen in de procedure, ondanks dat hij behoorlijk was opgeroepen. De eisers hebben hun vorderingen onderbouwd met de stelling dat zij niet langer in een onverdeelde nalatenschap willen verblijven, vooral omdat de woning in slechte staat verkeert en verder in waarde kan afnemen.

Tijdens de comparitie van partijen op 4 november 2021 hebben de eisers hun standpunten toegelicht, maar de gedaagde was afwezig. Het gerecht heeft vastgesteld dat, gezien de afwezigheid van de gedaagde, er geen overeenstemming kan worden bereikt over de verdeling van de nalatenschap. Het gerecht heeft vervolgens besloten om de verdeling van de nalatenschap vast te stellen op basis van de vorderingen van de eisers. De woning zal worden verkocht tegen de getaxeerde marktwaarde, en de netto-opbrengst zal worden verdeeld onder de erfgenamen. Daarnaast is de auto toegewezen aan eiseres sub 1, en is toestemming verleend aan de notaris om het erfdeel van de gedaagde te storten in de consignatiekas van de Centrale Bank van Curaçao & Sint Maarten.

Het vonnis is uitgesproken op 14 februari 2022 en is zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad verklaard. De beslissing van het gerecht houdt rekening met de belangen van de erfgenamen en de noodzaak om de nalatenschap op een efficiënte manier af te wikkelen.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO

Zaaknummer: CUR202002124
Vonnis d.d. 14 februari 2022
inzake

1.[Eiseres sub 1],

wonende in Curaçao,

2. [Eiseres sub 2],

wonende in Nederland,

3. [Eiseres sub 3],

wonende in Curaçao,

4. [Eiser sub 4],

wonende in Curaçao,

5. [Eiser sub 5],

wonende in Nederland,

6. [Eiser sub 6],

wonende in Nederland,

7. [Eiser sub 7],

wonende in Nederland,

8. [Eiser sub 8],

wonende in Curaçao,

9. [Eiser sub 9],

wonende in Aruba,
eisers,
gemachtigde: mr. L.L.A. Davelaar-Franklin,
tegen
[gedaagde],
zonder bekende woon- of verblijfplaats in Curaçao of het buitenland,
gedaagde,
niet in rechte verschenen.
Partijen zullen hierna zoveel als mogelijk eisers en gedaagde worden genoemd.

1.Het verdere procesverloop

Het procesverloop blijkt uit:
- het (tussen)vonnis van 5 juli 2021;
- de op 4 november 2021 plaatsgevonden comparitie van partijen;
- de akte overlegging producties, zijdens eisers genomen op de rol van 15 november 2021.
1.2.
Ter comparitie zijn verschenen eiseres sub 1 en eiser sub 4, bijgestaan door hun gemachtigde. Gedaagde is, hoewel behoorlijk opgeroepen, niet verschenen.
Ter gelegenheid van de comparitie van partijen hebben eisers en hun gemachtigde het woord gevoerd en vragen beantwoord.
1.3.
Vonnis is wegens Covid-19 maatregelen nader bepaald op heden.

2.De feiten

[naam 1] (hierna: de erflaatster) was de dochter van de op 26 juni 1968 overleden [naam 2] en de op 11 juli 1921 geboren [gedaagde].
2.2.
Erflaatster is op 23 april 2015 overleden te Curaçao, zonder bij uiterste wil over haar nalatenschap te hebben beschikt. Blijkens verkregen informatie van de Burgerlijke Stand was zij nimmer gehuwd geweest en heeft zij geen kinderen nagelaten.
Eisers sub 1 - 3 zijn zussen en eisers sub 4 – 9 zijn broers van erflaatster. Gedaagde is de vader van erflaatster, alsmede de vader van eisers sub 8 – 9.
2.4.
Blijkens verkregen informatie van de Burgerlijke Stand is gedaagde op 24 maart 1965 uitgeschreven uit het bevolkingsregister als zijnde vertrokken naar Caracas, Venezuela. Eisers hebben geen contact met of nadere informatie over (de verblijfplaats van) gedaagde.
Tot de nalatenschap van erflaatster behoren de navolgende bestanddelen:
a. de woning gelegen te [adres] (hierna: de woning);
b. de auto van het merk Kia, model Sportage, bouwjaar 2008, met chassisnummer [NUMMER] (hierna: de auto);
c. het saldo van twee bankrekeningen gehouden bij de Orcobank.
2.6.
Als productie 18 is overgelegd een taxatierapport d.d. 9 november 2021 met betrekking tot de woning. In dit taxatierapport is de marktwaarde van de woning getaxeerd op NAf 245.000,= en de executiewaarde op NAf 190.000,=.
2.7.
Als productie 16 is overgelegd een taxatierapport opgemaakt in 2016 waarin staat dat de auto getaxeerd is op het bedrag van NAf 11.111,08.
2.8.
Als productie 19 is overgelegd een brief van de Orcobank d.d. 10 november 2021 waarin staat dat de saldi per 10 november 2021 van de door erflaatster gehouden rekening courant NAf 89,88 en die van de spaarrekening NAf 111.757,65 bedraagt.
2.9.
De nalatenschap van erflater is nog niet verdeeld.

3.Het geschil

Eisers vorderen – na wijziging van de eis – bij vonnis voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
“overeenkomstig het bepaalde in art. 3:178 BW verdeling van de tot de nalatenschappen te gelasten;
de verdeling van de nalatenschap zal vaststellen, behorende de onroerende zaak;
primair tot veroordeling van gedaagde(n) tot medewerking aan de notariële levering van de onroerende zaak binnen een week na het eerste verzoek daartoe door de notaris belast met de verkoop, tegen getaxeerde marktwaarde, en indien hij hieraan geen gehoor geeft;
secundair dat dit vonnis in de plaats zal treden van deze vereiste rechtshandeling als bedoeld in artikel 3:300 lid 1 BW;
meer subsidiair overeenkomstig het bepaalde in art. 3:181 BW een onzijdig persoon te benoemen die de gedaagden zullen vertegenwoordigen en
toestemming te verlenen aan de notaris om het aan gedaagde(n) toekomend erfdeel te mogen storten in de consignatiekas van de Centrale Bank van Curaçao & Sint Maarten.”
Eisers leggen aan de vordering ten grondslag dat zij niet langer in een onverdeelde nalatenschap wensen te verblijven. De woning verkeert thans ook in een slechte staat en zal indien niet spoedig tot de verkoop daarvan wordt overgegaan in een nog slechtere staat geraken, met als gevolg waardevermindering van de woning.
3.3.
Gedaagde heeft geen verweer gevoerd.

4.De beoordeling

Gedaagde is, hoewel behoorlijk opgeroepen, niet verschenen. Voor zover dit tijdens de rolzittingen niet mondeling is gebeurd, wordt tegen de niet verschenen gedaagde verstek verleend.
4.2.
Op grond van artikel 3:185 BW stelt het gerecht op vordering van de meest gerede partij de verdeling vast. Nu gedaagde niet in deze procedure is verschenen en partijen gelet op zijn afwezigheid voor wat betreft de verdeling niet tot overeenstemming kunnen komen, zal het gerecht daartoe overgaan. Het gerecht begrijpt de primair gevorderde veroordeling van gedaagde tot medewerking aan de notariële levering van de woning als een vordering tot verkoop daarvan. De gevorderde verkoop van de woning, gevolgd door de verdeling van de netto-opbrengst van de woning onder de deelgenoten (de verdeling conform artikel 3:185 lid 2 onder c BW), acht het gerecht een passende wijze van verdeling. Nu eisers tevens (primair) hebben gevorderd “indien hij hieraan geen gehoor geeft” en (secundair) “dat dit vonnis in de plaats zal treden van de medewerking van gedaagde bij het opmaken van de vereiste notariële akte(n)”, ziet het gerecht in verband met een voortvarende afwikkeling van de nalatenschap aanleiding om de indeplaatstreding van het vonnis toe te wijzen zij het zoals bedoeld in artikel 3:300 lid 2 BW.
4.3.
De overige in 2.5. onder b en c bedoelde bestanddelen wordt eveneens verdeeld, in die zin dat de auto, zoals besproken ter comparitie, wordt toebedeeld aan eiseres sub 1 tegen de waarde van NAf 11.111,08.
4.4.
Tot slot wordt de verzochte toestemming aan de notaris verleend, nu het gerecht dat in het belang acht van gedaagde.

5.De beslissing

Het Gerecht:
5.1.
gelast de verdeling van de nalatenschap van [naam 1] op de navolgende wijze;
5.2.
bepaalt dat de in 2.5. onder a bedoelde woning wordt verkocht tegen de in 2.6. genoemde getaxeerde marktwaarde, onder de bepaling dat de netto-opbrengst wordt verdeeld onder de erfgenamen naar rato van ieders aandeel in de nalatenschap;
5.3.
veroordeelt gedaagde tot medewerking aan de notariële levering van de woning binnen een week na het eerste verzoek daartoe door de notaris belast met de verkoop;
5.4.
bepaalt dat indien gedaagde aan de in 5.3. bedoelde veroordeling geen gehoor geeft dit vonnis in de plaats treedt van de door gedaagde vereiste rechtshandeling;
5.5.
deelt de in 2.5. onder b bedoelde auto ter waarde van het bedrag van NAf 11.111,08 toe aan eiseres sub 1 en beveelt eiseres sub 1 om aan de erfgenamen uit te keren hun erfdeel in voornoemde waarde;
5.6.
gelast de verdeling van de saldi van de in 2.5. onder c bedoelde bankrekeningen,
in die zin dat, nadat aan dit vonnis is voldaan en alle kosten van de nalatenschap zijn betaald, het saldo wordt verdeeld over de erfgenamen naar rato van ieders erfdeel in de nalatenschap;
5.7.
verklaart dit vonnis zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad;
5.8.
verleent de notaris toestemming om het aan gedaagde toekomend erfdeel te doen storten in de consignatiekast van de Centrale Bank van Curaçao & Sint Maarten;
5.9.
wijst af hetgeen meer of anders is gevorderd.
Dit vonnis is gewezen door mr. U.I.D. Luydens, rechter, en op 14 februari 2022 uitgesproken ter openbare terechtzitting in aanwezigheid van de griffier.