Uitspraak
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO
1.de stichting FEED FRIENDS FOUNDATION,
2. de stichting RESCUE PAWS CURACAO FOUNDATION,
3. de stichting STICHTING DIERENHULP NEDERLAND,
4. de stichting TES DOG FOUNDATION,
1.Het procesverloop
- het verzoekschrift, op 1 februari 2023 ingediend;
- de mondelinge behandeling op 14 februari 2023;
- de pleitnotities van de Dierenbescherming.
2.De feiten
3.De vorderingen en de standpunten van partijen
4.De beoordeling
De intrinsieke waarde van het dier wordt erkend.
Onder erkenning van de intrinsieke waarde (…) wordt verstaan erkenning van de eigenwaarde van dieren, zijnde wezens met gevoel, die tevens zorg behoeven.
(…)
Een houder van dieren neemt zorg in acht voor de dieren die hij houdt.
(…)
(…)
Indien de zorg aan een hulpbehoevend dier (…) niet zelf geboden kan worden, wordt het dier gemeld bij de Dierenbescherming.
De houder van een hond is verplicht om de hond te allen tijde binnen de grenzen van zijn erf te houden, tenzij hij de hond aangelijnd of onder zijn begeleiding of de begeleiding van een door hem aan te wijzen derde buiten zijn erf brengt.
(…)
Degene die een zwervende of loslopende hond die op de openbare weg of een andere voor hem rechtmatig toegankelijke plaats aantreft, kan te allen tijde de hond vangen en onmiddellijk overbrengen naar de plaats van bewaring, bedoeld in artikel 11.
Gevangen honden als bedoeld in het eerste lid, die naar het oordeel van het hoofd van de Veterinaire Dienst, gegrond op een daartoe strekkend schriftelijk advies van een dierenarts, geen dierwaardig leven meer kunnen leiden, worden onmiddellijk en pijnloos ingeslapen.
(…)
Een gevangen hond, bedoeld in artikel 10, eerste lid, wordt zeven dagen in bewaring gehouden, binnen welke termijn de houder van de hond de hond terug kan krijgen tegen betaling aan de beheerder van een bedrag, berekend op de wijze als beschreven in het tweede lid.
Het bedrag, bedoeld in het eerste lid, wordt berekend naar een tarief van NAf 10,- per dag of gedeelte daarvan waarop de hond in bewaring is geweest, vermeerderd met de eventuele kosten gemaakt voor veterinaire behandeling van de hond.
(…)
De Dierenbescherming is beheerder van de plaats waar de bewaring bedoeld in het eerste lid plaatsvindt.
De minister kan een andere rechtspersoon met een aan dat van de Dierenbescherming aanverwant doel als beheerder van een andere plaats van bewaring aanwijzen (…)
Na het verstrijken van de termijn, genoemd in het eerste lid, kan de hond die niet door de houder is opgevraagd of waarvoor het bedrag, bedoeld in het eerste lid, niet is voldaan, ter adoptie worden gegeven of kan de beheerder op andere wijze over de hond beschikken.
De houder van een hond is verplicht het dier binnen zeven weken na de geboorte dan wel het binnen Curaçao brengen, te identificeren met een ISO-chip.
(…)
Een houder registreert het dier waarvoor ingevolge artikel 14 de identificatieplicht geldt, binnen acht weken na de geboorte of het binnen Curacao brengen in een databank.
(…)