In deze civiele procedure, behandeld door het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, is op 6 maart 2023 een tussenvonnis uitgesproken in een verdelingszaak. De zaak betreft een geschil tussen verschillende erfgenamen van wijlen [naam 3], waarbij de eisers in conventie, aangeduid als [eisers in conventie sub 1] c.s., vorderingen hebben ingediend tegen de gedaagden in conventie, die ook erfgenamen zijn van wijlen [naam 2]. De eisers vorderen onder andere dat de gedaagden worden bevolen om rekening en verantwoording af te leggen over de financiële transacties en kosten die zijn gemaakt ten behoeve van de erflaatster. De gedaagden hebben verweer gevoerd en vorderingen in reconventie ingediend, waaronder een verzoek tot verdeling van de nalatenschap.
Het gerecht heeft in het vonnis bevestigd dat de procedure zal worden voortgezet ondanks het overlijden van enkele partijen, en dat de gezamenlijke erfgenamen van de overledenen de procedure zullen voortzetten. Het gerecht heeft ook de verplichting tot rekening en verantwoording van de gedaagden bevestigd, en heeft hen veroordeeld tot het afleggen van rekening en verantwoording met betrekking tot de bankrekeningen van de erflaatster. De vorderingen van de eisers zijn deels toegewezen, terwijl andere vorderingen zijn afgewezen of als onduidelijk zijn aangemerkt. De zaak is verwezen naar de rol voor verdere uitlatingen van partijen.