In deze zaak heeft het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao op 17 juli 2024 uitspraak gedaan op het verzoek van 32 eisers om de minister van Economische Ontwikkeling te dwingen gevolg te geven aan een eerdere uitspraak van het Gerecht van 24 april 2024. In die eerdere uitspraak was bepaald dat de minister binnen een maand moest beschikken op het handhavingsverzoek van de eisers, die zich beklaagden over geluidsoverlast van de Stichting Dog Center. De eisers hadden eerder een verzoek ingediend om te achterhalen of de stichting een vestigingsvergunning had, waaruit bleek dat dit niet het geval was. Na geen reactie van de minister op hun handhavingsverzoek, hebben de eisers beroep ingesteld bij het Gerecht.
In de uitspraak van 24 april 2024 heeft het Gerecht de minister opgedragen om binnen een maand te reageren op het handhavingsverzoek. Echter, in de huidige procedure heeft de minister een beschikking van 19 december 2023 overgelegd, waaruit blijkt dat hij inmiddels wel op het handhavingsverzoek heeft beslist. Het Gerecht concludeert dat er geen reden meer is om de minister te dwingen om gevolg te geven aan de eerdere uitspraak, aangezien hij inmiddels heeft beschikt. Het verzoek van de eisers wordt dan ook afgewezen.
Het Gerecht heeft de eisers erop gewezen dat zij mogelijk beroep willen instellen tegen de beschikking van de minister van 19 december 2023, maar dat dit niet in deze procedure kan worden beoordeeld. De uitspraak is gedaan door mr. drs. S. Lanshage en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier P.N.F. Pereira do Tanque.