ECLI:NL:OGEAC:2024:164

Gerecht in eerste aanleg van Curaçao

Datum uitspraak
6 mei 2024
Publicatiedatum
2 september 2024
Zaaknummer
CUR202400007
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aansprakelijkheid voor schade door honden aan kippen op een kippenfarm

In deze zaak heeft eiser, eigenaar van een kippenfarm in Jan Luis, Curaçao, gedaagde aangesproken voor schade die is ontstaan door honden die op zijn terrein kippen en kuikens hebben doodgebeten. De incidenten vonden plaats op 5 en 6 november 2023. Eiser stelt dat de honden van gedaagde afkomstig zijn, die deze in een nabijgelegen hondenkennel houdt. Gedaagde betwist echter de aansprakelijkheid en stelt dat zijn honden niet verantwoordelijk zijn voor de slachting. Het procesverloop omvat een verzoekschrift, een conclusie van antwoord, getuigenverhoren en pleitnotities van de advocaten. Eiser vordert een schadevergoeding van NAf 18.840 voor de gedode dieren en bijkomende kosten. Het gerecht heeft vastgesteld dat gedaagde als bezitter van de honden aansprakelijk is op grond van artikel 6:179 van het Burgerlijk Wetboek. De getuigenverklaring van een buurman ondersteunt de stelling van eiser dat de honden van gedaagde betrokken waren bij de slachting. Het gerecht heeft geoordeeld dat gedaagde aansprakelijk is voor de schade aan de kippen, maar niet voor de kuikens. Gedaagde is veroordeeld tot betaling van NAf 12.250 aan eiser, evenals de proceskosten. Het vonnis is uitgesproken op 6 mei 2024.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO

Zaaknummer: CUR202400007
Vonnis van 6 mei 2024
in de zaak van
[EISER],
wonend in Curaçao,
eiser,
gemachtigde: mr. R.P. Bottse,
tegen
[GEDAAGDE],
wonend in Curaçao,
gedaagde,
gemachtigde: mr. X.C.G. Bakhuis.

1.Inleiding

Op 5 en 6 november 2023 zijn op eisers kippenfarm te Jan Luis kippen en kuikens doodgebeten door honden. Eiser spreekt gedaagde aan voor de door hem geleden schade. Gedaagde betwist aansprakelijkheid en de door eiser gestelde schade.

2.Het procesverloop

2.1.
Het procesverloop blijkt uit:
  • het verzoekschrift van 3 januari 2024 met producties;
  • de conclusie van antwoord van 11 maart 2024;
  • de nadere producties van partijen;
  • de processen-verbaal van 24 april 2024 van het getuigenverhoor en van comparitie van partijen;
  • de pleitnotities van de advocaten.
2.2.
Vonnis is bij vervroeging bepaald op vandaag.

3.De feiten

Op grond van de stellingen van partijen, de overgelegde stukken en de verklaring van de ter zitting gehoorde getuige, wordt in deze zaak het volgende als vaststaand aangenomen:
a. Eiser exploiteert onder de handelsnaam Nuestra Familia een kippenfarm (vleeskippen) te Jan Luis, Curaçao, nabij de struisvogelfarm. De kippen worden gehouden in een ren, de kuikens in een container.
In de ochtend van 5 november 2023 hebben honden een slachting aangericht onder de kippen. In de ochtend van 6 november 2023 gebeurde hetzelfde bij de kuikens.
Op allebei de ochtenden heeft de heer [buurman], die schuin tegenover de kippenfarm woont, de honden rond 6.30 uur in de ochtend verjaagd. Hij heeft eiser, die elders op het eiland woont, beide keren verwittigd en samen hebben zij de situatie opgenomen.
Op een aangrenzend terrein staan hondenkooien, waarin ongeveer tien honden worden opgesloten. Ten tijde van de kippenslachting hield gedaagde daar ook twee pitbulls, die door iemand aan hem waren gegeven om ze te laten afmaken.
Door eiser zijn na de slachting foto’s gemaakt van onder meer de dode kippen en kuikens en van de pitbulls in gedaagdes hondenkennel.
Door eiser en door [buurman] zijn verklaringen afgelegd bij de politie.

4.De vordering van eiser en de grondslag daarvan

4.1.
Eiser vordert dat het gerecht, bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad, gedaagde zal veroordelen binnen 21 dagen na de betekening van het vonnis aan eiser te betalen NAf 18.840 betreffende de gedode dieren, NAf 3.139,93 terzake de kosten van het door eiser gelegd conservatoir beslag, alsmede de proceskosten.
4.2.
Eiser legt samengevat het volgende aan zijn vordering ten grondslag:
  • De kippen en kuikens zijn gedood door honden (agressieve pitbulls) die gedaagde houdt in de nabijgelegen illegale hondenkennel van gedaagde
  • De honden kunnen gravend een uitweg vinden uit de kennel, getuige de openingen op de foto’s
  • In totaal zijn 722 kippen gedood en 384 kuikens
  • De kippen hadden een verkoopwaarde van NAf 20 of NAf 25 en de inkoopprijs van nieuwe kuikens is NAf 4,25
  • Gedaagde is op grond van de wet gehouden de aangerichte schade te vergoeden.
4.3.
Eiser verwijst daarbij naar de door hem gemaakte foto’s van dode kippen en kuikens en van de hondenkennel van gedaagde, alsmede naar de door hem bij de politie gedane aangifte en een schriftelijke verklaring en de getuigenverklaring van [buurman].

5.Het verweer van gedaagde

5.1.
Gedaagde heeft samengevat het volgende verweer gevoerd:
  • Het waren niet zijn honden die de kippen en kuikens van eiser hebben gedood
  • Eiser had ter plekke zelf twee honden (
  • Men wil de schuld op de pitbulls schuiven vanwege de reputatie van hun ras (
  • De verklaringen van [buurman] zijn ongeloofwaardig
  • Eiser heeft pas een paar dagen na het gebeurde aangifte gedaan bij de politie;
  • Op het moment van de slachtingen waren gedaagdes honden (behalve de twee pitbulls) niet ter plekke, omdat zij ’s nachts worden ingezet voor de bewaking van objecten
5.2.
Gedaagde concludeert tot afwijzing van de vordering, met veroordeling van eiser in de proceskosten vermeerderd met de wettelijke rente daarover.

6.De beoordeling

De getuigenverklaring van [buurman]
6.1.
Op de comparitiezitting is [buurman] onder ede als getuige gehoord. Hij heeft, zakelijk weergegeven, het volgende verklaard:
  • Hij woont aan de overkant van de weg van de kippenfarm;
  • Beide ochtenden van de slachtingen is hij met de auto naar de farm gegaan en heeft hij honden gezien die wegrenden richting het terrein van gedaagde;
  • De eerste keer zag hij één pitbull in het hok en één pitbull erbuiten, met nog een stuk of vijf honden eromheen;
  • Toen eiser de eerste ochtend kwam, zijn ze samen gaan kijken en zag hij heel veel dode kippen;
  • Er waren nog 100 a 150 kippen in leven;
  • De volgende ochtend was er een rode hond in de container met de kuikens; hij zag toen geen pitbull;
  • Hij is eerder achter een hond aangegaan die op zijn terrein een geit had doodgemaakt en zag toen dat die hond van het terrein van gedaagde kwam;
  • Hij heeft zelf een poedel, en volgens hem had eiser geen honden.
6.2.
Namens gedaagde is gewezen op discrepanties in de door eiser overgelegde schriftelijke verklaring, diens verklaring ten overstaan van de politie en de getuigenverklaring ter zitting. Het gerecht ziet geen aanleiding de beëdigde verklaring ongeloofwaardig te achten. De getuige heeft verduidelijkt dat hij ten overstaan van de politie het over een andere – eerdere – gelegenheid had toen hij verklaarde dat hij met zijn jachtgeweer honden had afgeschoten. Ook verder zijn er geen zodanige verschillen met zijn eerdere verklaringen dat afbreuk wordt gedaan aan de geloofwaardigheid.
De verklaring als informant van [buitengewoon agent van politie]
6.3.
Op de comparitiezitting is dierenbeschermer en buitengewoon agent van politie […] als informant gehoord. Hij heeft onder meer gezegd dat hij op 6 november 2023 ter plaatse is geweest, dat hij eerder al veel ervaring had met de honden van gedaagde, dat de hokken van gedaagde niet goed zijn en dat de honden eruit kunnen.
Nieuwe stelling ter zitting: B.V. is de bezitter van de honden
6.4.
Ter zitting heeft gedaagde de stelling betrokken dat niet hijzelf maar zijn bewakingsbedrijf, een B.V., honden houdt in de buurt van eisers kippenfarm. Volgens gedaagde had eiser om die reden de B.V. in rechte moeten betrekken, niet gedaagde persoonlijk.
6.5.
Dit verweer wordt alleen al gepasseerd omdat het in strijd is met de stellingen van gedaagde in zijn conclusie van antwoord en omdat het pas ter zitting – en daarmee te laat en in strijd met de goede procesorde – is aangevoerd.
Risicoaansprakelijkheid voor dieren
6.6.
Vaststaat dat gedaagde ten tijde van de kippen- en kuikenslachting honden hield op het naast de kippenfarm gelegen terrein. Gedaagde moet als bezitter van die honden worden aangemerkt en is in die hoedanigheid op grond van artikel 6:179 Burgerlijk Wetboek aansprakelijk voor eventuele door zijn dieren aangerichte schade.
De kippen
6.7.
Het gerecht acht aannemelijk dat honden van gedaagde, in het bijzonder één van de pitbulls of beide pitbulls, kippen van eiser hebben doodgebeten. Vaststaat dat gedaagde op het moment van de slachting in elk geval twee pitbulls op zijn terrein had. Getuige [buurman] heeft op de ochtend van de kippenslachting twee pitbulls gezien, waarvan één in de kippenren. Op de foto’s van de hondenkennels is te zien dat openingen zijn gegraven onder het hekwerk. Informant [buitengewoon agent van politie] heeft verklaard dat hij al eerder had vastgesteld dat de hondenhokken niet goed zijn en dat de honden eruit konden. Verder heeft getuige [buurman] verklaard dat de door hem verjaagde honden richting het terrein van gedaagde liepen. Op grond van dit alles moet worden aangenomen dat het gedaagdes pitbull(s) was (waren) die eisers kippen hebben gedood.
De kuikens
6.8.
Wat betreft de slachting van kuikens op 6 november 2023 kan niet worden aangenomen dat dit het werk was van (één van de) honden van gedaagde. Getuige [buurman] heeft verklaard dat hij een rode hond in de container heeft gezien. Daarmee is echter onvoldoende aangetoond dat het ook hier om een hond van gedaagde ging. Dit nog daargelaten gedaagdes stelling dat er in die buurt meer honden loslopen en dat zijn eigen honden (behalve de pitbulls) ’s nachts ingezet worden voor bewakingsdiensten en daarom ten tijde van de slachtingen niet aanwezig waren.
De schade
6.9.
Eiser heeft gesteld dat tenminste 700 kippen verloren zijn gegaan, dat een volwassen vleeskip een verkoopwaarde van tussen de NAf 20 en NAf 25 heeft. Hij heeft daarbij verwezen naar een verkoopfactuur aan restaurant […] van september 2023 (NAf 25 per kip).
6.10.
Gedaagde heeft erop gewezen dat er discrepanties zijn tussen de door eiser bij de politie, in zijn sommatiebrief en dit geding genoemde aantallen gedode kippen, te weten 722 versus 700 kippen. Deze discrepantie is van ondergeschikt belang. In het kader van de schadebegroting zal evenwel worden uitgegaan van het laagste aantal, dus 700 kippen. Dat aantal is als onvoldoende gemotiveerd weersproken aannemelijk.
6.11.
De door eiser genoemde verkoopprijzen, die door gedaagde niet gemotiveerd zijn bestreden, komen het gerecht reëel voor. Daarbij geldt echter wel dat de verkoopprijzen kennelijk de prijzen zijn voor geplukte en schoongemaakte kippen, welke werkzaamheden de honden eiser zogezegd hebben bespaard, evenals de kosten van verkoop en van aflevering bij de klant. In het kader van de schadebegroting zal daarom worden uitgegaan van NAf 17,50 per kip.
6.12.
Op grond van het voorgaande kan gedaagde niet aansprakelijk worden gehouden voor de schade die eiser heeft geleden terzake de kuikens, maar wel wat betreft de kippen. Die schade wordt begroot op (700 x NAf 17,50 =) NAf 12.250.
Proceskosten
6.13.
Gedaagde zal als de overwegend in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de beslag- en proceskosten.

7.De beslissing

Het Gerecht:
7.1.
veroordeelt gedaagde aan eiser te betalen NAf 12.250;
7.2.
veroordeelt gedaagde in de kosten van het geding, aan de zijde van eiser begroot op NAf 1.670,11 aan beslagkosten, NAf 750 aan griffierecht, NAf 20 aan zegelkosten, NAf 386,64 aan oproepingskosten en NAf 3.000 voor salaris gemachtigde;
7.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
7.4.
wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. P.E. de Kort, rechter, en op 6 mei 2024 uitgesproken ter openbare terechtzitting in aanwezigheid van de griffier.