In deze zaak heeft verzoekster, die werkzaam was bij het Overval Preventie Team (OPT), verzocht om nietigverklaring van haar ontslag en om wedertewerkstelling met betaling van achterstallig salaris. De arbeidsovereenkomst was op 5 oktober 2022 gesloten, maar verzoekster ontving haar salaris over november en december 2023 niet. OPT betwistte het ontslag en stelde dat verzoekster zelf ontslag had genomen. Tijdens de mondelinge behandeling op 11 maart 2025 werd duidelijk dat verzoekster op 18 december 2023 een bericht had gestuurd waarin zij aangaf niet meer bij OPT te willen werken. OPT interpreteerde dit als een ontslagname. Het gerecht oordeelde dat OPT gerechtvaardigd mocht vertrouwen op de opzegging door verzoekster, ondanks dat zij het bericht uit boosheid had verstuurd. De vorderingen tot wedertewerkstelling en doorbetaling van salaris werden afgewezen, met uitzondering van het achterstallige salaris tot 18 december 2023, dat OPT moest betalen. De proceskosten werden gecompenseerd, en de uitspraak is uitvoerbaar bij voorraad.