ECLI:NL:OGEAM:2017:60
Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Mensensmokkel door immigratieambtenaren en ambtelijke omkoping
In deze zaak, behandeld door het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten, stond de verdachte terecht op beschuldiging van mensensmokkel en ambtelijke omkoping. Het onderzoek vond plaats op 19 juli 2017, waarbij de verdachte werd bijgestaan door haar raadsman, mr. J.J. Rogers. De officier van justitie, mr. D.M. Noordzij, eiste een gevangenisstraf van negen maanden, waarvan zes maanden voorwaardelijk, en een taakstraf van 180 uren. De verdachte werd beschuldigd van het helpen van een ander bij het verkrijgen van toegang tot Sint Maarten, terwijl zij wist dat deze persoon daar niet rechtmatig was. Daarnaast werd haar verweten dat zij als ambtenaar misbruik had gemaakt van haar functie door een partner, wiens visum was verlopen, op Sint Maarten te laten verblijven en te helpen bij haar uitreis. De verdachte ontkende alle beschuldigingen.
Het Gerecht heeft na het horen van de getuigen en het bestuderen van het dossier geconcludeerd dat er onvoldoende bewijs was om de verdachte schuldig te verklaren. De verklaringen van de betrokkenen waren niet overtuigend genoeg om de betrokkenheid van de verdachte bij de tenlastegelegde feiten te bevestigen. De verdachte werd vrijgesproken van alle beschuldigingen, en het Gerecht oordeelde dat haar handelingen niet als misbruik van haar functie konden worden aangemerkt. De beslissing werd op 2 augustus 2017 uitgesproken door rechter mr. D. Gruijters, in aanwezigheid van de griffier.