ECLI:NL:OGEAM:2019:49

Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten

Datum uitspraak
25 april 2019
Publicatiedatum
13 augustus 2019
Zaaknummer
100.00531/18
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Gewapende overval op tankstation met diefstal en geweld

Op 25 april 2019 heeft het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1980 en thans gedetineerd in Point Blanche. De zaak betreft een gewapende overval op een Texaco tankstation op 9 oktober 2018, waarbij de verdachte samen met anderen een vuurwapen heeft gebruikt om medewerkers te bedreigen en geld te stelen. De officier van justitie, mr. J.M. Schreurs, eiste een gevangenisstraf van vier jaar. De verdediging, vertegenwoordigd door mr. S.D.M. Roseburg, pleitte voor vrijspraak en voerde een strafmaatverweer aan. Het Gerecht heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat het openbaar ministerie ontvankelijk was in zijn vervolging. De verdachte is schuldig bevonden aan diefstal met geweld en het voorhanden hebben van een vuurwapen. Het Gerecht heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier jaar, met aftrek van voorarrest. De uitspraak is gedaan in tegenwoordigheid van de griffier, die niet in staat was het vonnis mede te ondertekenen.

Uitspraak

Parketnummers: 100.00531/18
Uitspraak: 25 april 2019
Tegenspraak
Vonnis van dit Gerecht
in de strafzaak tegen de verdachte:
[VERDACHTE],
geboren op [geboortedatum] 1980 te [geboorteplaats],
thans gedetineerd in Point Blanche te Sint Maarten.

Onderzoek van de zaak

Het onderzoek ter terechtzitting
Het onderzoek ter openbare terechtzitting heeft plaatsgevonden op 11 april 2019. Verdachte is verschenen, bijgestaan door zijn raadsvrouw, mr. S.D.M. Roseburg, advocaat te Sint Maarten.
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie, mr. J.M. Schreurs, heeft ter terechtzitting gevorderd dat het Gerecht de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten wettig en overtuigend bewezen zal verklaren en verdachte daarvoor zal veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 (vier) jaren, met aftrek van voorarrest.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft ter terechtzitting vrijspraak van de ten laste gelegde feiten bepleit en heeft subsidiair een strafmaatverweer gevoerd.

Tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij op of omstreeks 9 oktober 2018 te Sint Maarten, tezamen en in vereniging met één of meer ander(en), althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een geldbedrag van ongeveer $27.795,30 en/of een geldbedrag van ongeveer $500,-, namelijk de opbrengsten van het tankstation, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan het Texaco Oxygen/Star Mart tankstation, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen één of meerdere medewerker(s) van het tankstation, te weten [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2],
gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden, gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond dat hij, verdachte, en/of zijn mededader(s):
- naar het tankstation is/zijn gegaan en/of vervolgens het tankstation
heeft/hebben betreden met een vuurwapen en/of een (deels) bedekt gezicht en/of
- vervolgens dat vuurwapen dreigend heeft/hebben getoond aan
voornoemde [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] en/of
- vervolgens dat vuurwapen dreigend heeft/hebben gericht op [slachtoffer 1]
en/of die [slachtoffer 1] vervolgens met dat vuurwapen naar de grond
heeft/hebben geduwd en/of
- vervolgens voornoemde [slachtoffer 2] onder het tonen van het
vuurwapen heeft/hebben gedwongen om zich naar het kantoor van het tankstation te begeven en/of daar vervolgens het geldbedrag van ongeveer $27.795,30 (dat in het kantoor lag) weg heeft/hebben genomen en/of
- vervolgens het geldbedrag van ongeveer $500,- dat voornoemde [slachtoffer 1] bij zich droeg heeft/hebben weggenomen,
waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) gedurende de gehele periode een vuurwapen bij zich had(den);
en/of
hij op of omstreeks 9 oktober 2018 te Sint Maarten, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld, [slachtoffer 1] heeft/hebben gedwongen tot de afgifte van een geldbedrag van ongeveer $500,- in elk geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Texaco Oxygen/Star Mart tankstation, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte en/of zijn mededader(s) met een vuurwapen en/of een (deels) bedekt gezicht voornoemd tankstation is/zijn binnengegaan en (vervolgens) voornoemde [slachtoffer 1] heeft/hebben gedwongen door het tonen van dat vuurwapen aan die [slachtoffer 1] om het voornoemde geldbedrag dat die [slachtoffer 1] bij zich droeg in zijn tas/zak, aan hem/hen af te geven;
(artikel 2:291 lid 1 jo. lid 2 jo. artikel 2:289 sub a jo art. 2:294 lid 1 Wetboek van Strafrecht van Sint Maarten)
2.
hij op of omstreeks 9 oktober 2018 te Sint Maarten, tezamen en in vereniging met één of meer anderen, althans alleen, een vuurwapen in de zin van de Vuurwapenverordening voorhanden heeft gehad;
(artikel 3 jo. artikel 11 van de Vuurwapenverordening 1930)

Formele voorvragen

Het Gerecht stelt vast dat de dagvaarding geldig is, dat het bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat het openbaar ministerie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

Bewezenverklaring

Het Gerecht verklaart bewezen dat verdachte:
1.
hij op
of omstreeks9 oktober 2018 te Sint Maarten
, tezamen en in vereniging met één of meer ander(en), althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een geldbedrag van ongeveer $27.795,30 en
/ofeen geldbedrag van ongeveer $500,-, namelijk de opbrengsten van het tankstation,
in elk geval enig goed, geheel of ten deletoebehorende aan het Texaco Oxygen/Star Mart tankstation
, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
welke diefstal werd
voorafgegaan,vergezeld
en/of gevolgdvan geweld en
/ofbedreiging met geweld tegen
één of meerderemedewerker
(s
)van het tankstation, te weten [slachtoffer 1] en
/of[slachtoffer 2],
gepleegd met het oogmerk om die diefstal
voor te bereiden,gemakkelijk
erte maken
en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld
en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond dat hij, verdachte,
en/of zijn mededader(s):
- naar het tankstation is
/zijngegaan en
/ofvervolgens het tankstation
heeft
/hebbenbetreden met een vuurwapen en
/ofeen
(deels
)bedekt gezicht en
/of
- vervolgens dat vuurwapen dreigend heeft
/hebbengetoond aan voornoemde [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] en
/of
- vervolgens dat vuurwapen dreigend heeft
/hebbengericht op [slachtoffer 1] en
/ofdie [slachtoffer 1] vervolgens met dat vuurwapen naar de grond heeft
/hebbengeduwd en
/of
- vervolgens voornoemde [slachtoffer 2] onder het tonen van het vuurwapen heeft
/hebbengedwongen om zich naar het kantoor van het tankstation te begeven en
/ofdaar vervolgens het geldbedrag van ongeveer $27.795,30 (dat in het kantoor lag) weg heeft
/hebbengenomen en
/of
- vervolgens het geldbedrag van ongeveer $500,- dat voornoemde [slachtoffer 1] bij zich droeg heeft
/hebbenweggenomen,
waarbij verdachte
en/of zijn mededader(s)gedurende de gehele periode een vuurwapen bij zich had
(den);
en/of
hij op of omstreeks 9 oktober 2018 te Sint Maarten, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld, [slachtoffer 1] heeft/hebben gedwongen tot de afgifte van een geldbedrag van ongeveer $500,- in elk geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Texaco Oxygen/Star Mart tankstation, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte en/of zijn mededader(s) met een vuurwapen en/of een (deels) bedekt gezicht voornoemd tankstation is/zijn binnengegaan en (vervolgens) voornoemde [slachtoffer 1] heeft/hebben gedwongen door het tonen van dat vuurwapen aan die [slachtoffer 1] om het voornoemde geldbedrag dat die [slachtoffer 1] bij zich droeg in zijn tas/zak, aan hem/hen af te geven;
(artikel 2:291 lid 1 jo. lid 2 jo. artikel 2:289 sub a jo art. 2:294 lid 1 Wetboek van Strafrecht van Sint Maarten)
2.
hij op
of omstreeks9 oktober 2018 te Sint Maarten
, tezamen en in vereniging met één of meer anderen, althans alleen, een vuurwapen in de zin van de Vuurwapenverordening voorhanden heeft gehad;
(artikel 3 jo. artikel 11 van de Vuurwapenverordening 1930)

Bewijsmiddelen

Het Gerecht grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan, op de feiten en omstandigheden die in de hierna volgende bewijsmiddelen zijn vervat en redengevend zijn voor de bewezenverklaring [1]
Daarbij wordt opgemerkt dat ieder bewijsmiddel, ook in zijn onderdelen, slechts wordt gebruikt tot bewijs van dat bewezen verklaarde feit, of die bewezen verklaarde feiten, waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft en, voor zover het een geschrift als bedoeld in artikel 387, eerste lid, aanhef, onder e Sv betreft, telkens slechts wordt gebezigd in verband met de inhoud van de andere bewijsmiddelen.
Voorts wordt opgemerkt dat in de bewijsmiddelen geen (expliciete) landsaanduiding is opgenomen, maar dat algemeen bekend is dat de in die bewijsmiddelen wel opgenomen plaatsen zijn gelegen in Sint Maarten.
1. Proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer 2] d.d.9 oktober 2018 (p. 21-23), inhoudende:
At about ten past ten this morning the pomp attendant known as [bijnaam slachtoffer 1] came into the building because he had to swipe a card. He has his own access key. When [bijnaam slachtoffer 1] walked in the robber walked in behind of him. I saw a gun in his hand. He made me go to the office. The entire weekend's profit was already counted and ready to be picked up by the Pan-American courier money transport service. It was over twenty seven thousand dollars. The money was in a Pan-American bag and in that bag were two (2) red Scotia bank money bags The robber took the Pan-American bag which contained the other two red Scotia bank bags and he also took the money that [bijnaam slachtoffer 1] had in his pocket. The guy was a tall guy. He was wearing a gray sweatshirt with hoodie and long blue jeans. He was wearing black sunshades and his lower face was covered with something black.
Opmerking verbalisant Ik werd later een telapparaat getoond met het juiste bedrag. Het bedrag is US$27,295.30 zonder het geld dat van [bijnaam slachtoffer 1] weggenomen was. Er was ongeveer US$500.- van [bijnaam slachtoffer 1] weggenomen.
2) Proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer 1] d.d.9 oktober 2018 (p. 24-26), inhoudende:
"When I come to swipe a card and [slachtoffer 2] open the door the man come in behind of me. He had a gun. He is a big guy. He carried [slachtoffer 2] to the office and he take the money. When he come out he take the money I had in my pocket too. I had made a drop earlier but I collected about five hundred after that. The guy was wearing a gray shirt. He had on shades.
3) Proces-verbaal van bevindingen camerabeelden d.d. 10 oktober 2018 (p. 29-31), inhoudende:
Op dinsdag, 09 oktober 2018 omstreeks 10:00 uur kwam een melding binnen bij de centrale meidkamer van een gewapende overval plaatsgevonden op de Texaco Star Mart gelegen op de L.B. Scott road. Een man heeft de winkel van Texaco Star Mart binnengetreden. Onder bedreiging van een vuurwapen werd de aangeefster [slachtoffer 2] gedwongen om naar het kantoor te gaan waar het geld al geteld en klaar stond om door Pan American dienst opgehaald te worden. De pomp opbrengst die aangever [slachtoffer 1] op zak had werd ook weggenomen. Na de overval liep de dader in de richting van de L.B. Scott Road. De camerabeelden van de Camera Toezicht Team zijn door de Hoofd IT Inspecteur van Politie [politie-inspecteur 1] ter beschikking gesteld voor nader onderzoek. Er zijn beelden van twee cameraopstelling aangeleverd. Camera 1 een LPR camera geeft beeld weer van de L.B. Scott Road. Camera 2 een PTZ camera geeft beeld weer van de Church Hill rotonde. De aangegeven tijd op de camerabeelden is gelijk aan de daadwerkelijke tijd. De beelden zijn van 09:57:01 uur tot 10:00:00 uur bekeken en het volgende werd vastgesteld. De opgenomen beelden zijn momenten vlak voordat de overval plaatsvond.
09:58:03 Cam-01 Nadert een scooter met twee mannen erop de Church Hill rotonde. De scooterrijder is gekleed in een grijs jasje met capuchon, blauwe spijkerbroek, een zwarte tam en zonnebril. De bijrijder is gekleed in een zwart jasje, een blauwe korte broek, zwarte sportschoenen en draagt een zwart, geel en rood integrale helm. 09:58:21 Cam-02 De scooter neemt de Church Hill rotonde en gaat terug op de L.B. Scott road richting de Texaco Star Mart.
4) Proces-verbaal van bevindingen camerabeelden d.d. 29 oktober 2018 (p. 32-37), inhoudende:
De camerabeelden van de gemakswinkel behorend tot het pompstation zijn door de management ter beschikking gesteld voor nader onderzoek. De aangegeven tijd op de camerabeelden loopt ongeveer 25 tot 30 minuten voor op de daadwerkelijke tijd.
10:26:00 Cam-04 De dader loopt buiten de voordeur van links af In zicht. Hij is een man van donker huidskleur en groot van postuur. Hij is gekleed in een grijze trui met capuchon en een blauwe lange jeans broek met sport schoenen. Hij draagt ook een zonnebril. Hij draagt een zwarte rugzak op zijn rug. Hij maakt de deur met zijn linker hand open. Wanneer hij binnen loopt trekt hij een donker kleurig pistool van zijn rechter voor broekzak. Al lopend richt hij het pistool op [bijnaam slachtoffer 1] en duwt die tegen zijn borst. Daarna duwt hij [bijnaam slachtoffer 1] met zijn linker hand hard neer en loopt naar het kantoor buiten zicht.
10:26:28 Cam-04 Hij komt weer in zicht en houdt een wit plastic pakketje in zijn handen vast die hij op de tafel van de kassa legt. Het lijkt alsof hij eerst het vuurwapen in zijn zak stopt omdat het daarna niet meer te zien is. Hij pakt zijn rugtas en stopt het pakketje daarin en hangt de tas over zijn linker schouder. Hij loopt daarna weer uit beeld. Dat is waarschijnlijk wanneer hij het geld dat [bijnaam slachtoffer 1] op zak heeft wegneemt. Hij loopt daarna de deur uit links af richtinq L.B. Scott road.
5) Proces-verbaal van bevindingen camerabeelden d.d. 12 oktober 2018 (p. 38-42), inhoudende:
De camerabeelden van St. Peters Pharmacy zijn door de generale manager [persoon 1] ter beschikking gesteld voor nader onderzoek. De aangegeven tijd op de camerabeelden loopt 8 minuten achter de daadwerkelijke tijd.
09:59:01 Cam-01 Rijdt een scooter met twee mannen erop richting de Church Hill rotonde. De rijder van de scooter is gekleed in een grijze trui met capuchon en blauwe spijkerbroek. De bijrijder is gekleed in een zwarte trui, korte blauwe broek en draagt een zwart, geel met rode integrale helm. De scooter rijdt met een normale snelheid in de richting van de Church Hill rotonde.
09:59:52 Cam-01 Rijdt de zelfde scooter met twee mannen erop richting CakeHouse Supermarkt. De rijder van de scooter is nog steeds de man gekleed in de grijze trui met capuchon en blauwe spijkerbroek. In deze afbeelding zie je de man met een zwarte tam op zijn hoofd. Achter de scooter rijdt een politiepatrouillevoertuig.
10:02:02 Cam-01 Rijdt de scooter terug in de richting van de Church Hill rotonde. De rijder van de scooter is nog steeds de man gekleed in de grijze trui met capuchon en blauwe spijkerbroek.
10:08:37 Cam-01 Rijdt de scooter met een hoge snelheid in de richting van Cake House Supermarkt. De rijder van de scooter Is nu de man gekleed in een zwarte trui, korte blauwe broek en draagt een zwart, gee! met rode integrale helm. De bijrijder is de man gekleed in een grijze trui met capuchon en blauwe
spijkerbroek.
6) Proces-verbaal tijdlijn d.d. 7 januari 2019 (p. 43-56), inhoudende:
Naar aanleiding van de verkregen beelden van de Texaco pompstation, CCTV en St. Peters Pharmacy, werd het navolgende geconstateerd: De scooter rijdt met een normale snelheid op de L.B. Scot road in de richting van de Church Hill Rotonde gevolgd door de politie patrouille. De bestuurder van de scooter die gekleed is in een grijze trui met capuchon, een blauwe lange spijkerbroek, sport schoenen en zonnebril wordt herkend als [verdachte]/[achternaam moeder van verdachte] alias [alias verdachte]. Op de video van de CCTV en de St Peters Pharmacy is te zien dat dezelfde scooter de rotonde op rijdt en weer de L.B. Scot road op rijdt in de richting van St Peters. De politiepatrouille heeft gezien dat dezelfde scooter met twee rijders bij het Jose Lake ball park de parkeerplaats insloeg. Op de video van de St Peters Pharmacy is weer te zien dat dezelfde scooter met twee rijders op de L.B. Scot road in de richting van de rotonde langs rijdt. De scooter met twee rijders worden echter niet op de CCTV van de rotonde gezien. Op de video van de shop van het pompstation is te zien dat de man die herkend werd als [medeverdachte] met de pompbediende naar de shop loopt waarna de pompbediende de deur open maakt en ze samen naar binnen stapten. Omstreeks 10:26:06 loopt de verdachte vanuit de richting L.B. Scot road naar de voordeur van de shop naar binnen. De verdachte is gekleed in een grijze trui met capuchon, een blauwe lange spijkerbroek en sportschoenen. Hij draagt ook een zonnebril. Hij draagt een zwarte rugzak op zijn rug. Hij maakt de deur met zijn linkerhand open. De verdachte loopt naar binnen en trekt een donkerkleurig pistool uit zijn rechter voor broekzak. De verdachte duwt de pompbediende met zijn linkerhand hard neer en loopt naar het kantoor buiten zicht. De kleding die [verdachte] aan had toen hij herkend werd door de politieambtenaren bij de Churchill rotonde dezelfde kleding is die de verdachte aan had een paar minuten later bij de overval van het pompstation Texaco. Voor de overval op het pompstation van Texaco zat de verdachte die gekleed is in een grijze trui met capuchon, een blauwe lange spijkerbroek en zwart en wit sport schoenen voor op de scooter. Op de video van het Sint Peters Pharmacy is te zien dat na de overval van Texaco pompstation de scooter met de verdachte die gekleed is in een grijze trui met capuchon, een blauwe lange spijkerbroek en sport schoenen als bijrijder met een hoge snelheid over de L.B. Scott Road in de richting van Cake House Supermarkt rijdt.
7) Proces-verbaal van herkenning door verbalisant [verbalisant 1] d.d. 12 oktober 2018 (p. 57-58), inhoudende:
Ik werd door de leden van het onderzoeksteam van Special unit Robberies een stil beeld getoond van de twee mannen op de scooter. Ik herkende onmiddellijk de bestuurder als de bij de politie bekende [achternaam moeder van verdachte] beter bekent als "[alias verdachte]" van Cole Bay. Het is bekend dat hij een zwarte scooter rijd. Ik had hem ook gisteren, maandag 08 oktober op bedoelde scooter zien rijden op de L.B.Scott road ter hoogte van Jose Lake ball park. Hij droeg ook dezelfde grijze trui met capuchon.
8) Proces-verbaal van herkenning door verbalisant [verbalisant 2] d.d. 9 oktober 2018 (p. 61-62), inhoudende:
Ik werd door de leden van het onderzoeks team van Special unit Robberies een stil beeld getoond van de twee mannen op de scooter. Ik herkende onmiddellijk de bestuurder als de bij de politie bekende [achternaam moeder van verdachte] beter bekend als "[alias verdachte]" van Cole Bay. Het is bekend dat hij een zwarte scooter rijd dat een T-Max moet zijn. Ik had hem ook gisteren, maandag 08 oktober op bedoelde scooter zien rijden. Hij droeg ook een zwart tam op zijn hoofd.
9) Proces-verbaal van bevindingen d.d. 29 oktober 2018 (p. 63-64), inhoudende:
Dit proces-verbaal dient alleen om verwarring te voorkomen in de processen -verbaal van herkenning door de collega's [VERBALISANT 1] en [VERBALISANT 2]. Daar waar door de collega's de verdachte [verdachte] bij de achternaam [ACHTERNAAM MOEDER VAN VERDACHTE] noemen Is omdat behalve de achternaam van zijn vader, welk [ACHTERNAAM VADER VAN VERDACHTE] is, hij soms ook de achternaam van zijn moeder gebruikt. Hij is echter dezelfde man die "[alias verdachte]" genoemd wordt.
10) Proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 7 december 2018(p. 83-86), inhoudende:
Q: Do you have a nickname?
A: [alias verdachte]
11) Proces-verbaal vergelijking schoenen [verdachte] met schoenen overvaller d.d. 28 januari 2019 (p. 106-112), inhoudende:
Op de camerabeelden van de Texaco Star Mart zijn de schoenen van de dader duidelijk in beeld te zien. Te zien is dat het sportschoenen betreffen, zwart van kleur met een deels witte zool en zijkant. Bij nader onderzoek in de veiliggestelde data van de telefoon van [VERDACHTE] zag ik diverse afbeeldingen staan waarop ik [VERDACHTE] herken als de persoon die op de afbeeldingen is afgebeeld. Ik heb een (1) van deze afbeeldingen geselecteerd. Op deze afbeelding is te zien dat [verdachte] zwarte sportschoenen draagt met een gedeeltelijk witte zool, merk Nike. Bij vergelijking van de schoenen vastgelegd op camerabeelden van Texaco met de schoenen afgebeeld op de foto uit de mobiele telefoon van [VERDACHTE] is te zien dat op beide afbeeldingen de schoenen zeer sterke overeenkomsten hebben, te weten:
-de kleur van de schoen, zijnde zwart;
-het voorste witte deel van de zool;
-de schuine afwerking van dit gedeelte van de zool;
-het witte hieldeel van de zool;
-de donkere onderbreking in de zijkant van de witte zool;
- het patroon op de zool van de schoen in de kleuren wit/zwart met de zwarte lijn.
12) Procesverbaal van verhoor medeverdachte [medeverdachte] d.d. 11 december 2018 (p. 140-148) inhoudende:
O: We would like to show you a picture of someone.
[foto]
Q: Who do you recognize in this picture?
A: yes
Q: What is his name or what you call him?
A: That is [verdachte]
Q: How do you know this person?
A: He is employed with my company.
13) Eigen waarneming van de rechter
Ter terechtzitting heb ik waargenomen dat gezicht en postuur van verdachte sterke uiterlijke gelijkenis vertonen met die van de persoon, afgebeeld op de foto op dossierpagina 145 (zie b.m. 12).

Bewijsoverwegingen

De raadsvrouw heeft bepleit dat de verdachte van het ten laste gelegde zal worden vrijgesproken. Daartoe heeft zij gemotiveerd betoogd dat er onvoldoende betrouwbaar bewijs voorhanden is om te kunnen concluderen dat verdachte, en niet een ander, de dader is.
Het verweer wordt weerlegd door de gebezigde bewijsmiddelen. Het Gerecht heeft geen reden om aan de betrouwbaarheid en de juistheid van deze bewijsmiddelen te twijfelen. Ter nadere motivering geldt het volgende.
Naar het oordeel van het Gerecht is de persoon afgebeeld in bewijsmiddel 12 dezelfde persoon als de dader. Het grote en onderscheidende postuur van deze man, alsmede zijn onderscheidende kleding, zijn identiek aan die van de dader en de man was blijkens de camerabeelden ten tijde van de overval in de directe omgeving van de plaats delict.
De volgende stap naar bewijs is de vaststelling dat het om verdachte gaat. De persoon die is afgebeeld in bewijsmiddel 12 is door twee verbalisanten en door medeverdachte [medeverdachte] herkend als zijnde verdachte. Het Gerecht heeft als gezegd geen reden om aan de betrouwbaarheid en juistheid van deze herkenning te twijfelen. Voor de verbalisanten geldt dat zij op ambtseed hebben verklaard. Zij kennen verdachte ambtshalve en herkennen ook het voertuig waarop de dader zich verplaatst als het voertuig waarop zij verdachte nog kort daarvoor hebben zien rijden. Ook [medeverdachte] kent verdachte persoonlijk en toont geen twijfel bij zijn herkenning. De eigen waarneming van de rechter ondersteunt genoemde herkenningen. Uit de bewijsmiddelen volgt tevens dat verdachte identieke schoenen draagt als de dader. In samenhang bezien bieden de bewijsmiddelen ruim voldoende basis voor een bewezenverklaring.
Daarbij overweegt het Gerecht dat er geen reden is om de verklaring van [medeverdachte] van het bewijs uit te sluiten. Indien al sprake zou zijn van een normschending bij de totstandkoming van deze verklaring, is verdachte daardoor niet in enig belang geraakt (Schutznorm). Bovendien acht het Gerecht de verklaring betrouwbaar, nu deze met stelligheid is geuit door een persoon die verdachte blijkens het dossier goed kent. De verklaring van aangeefster Roberts bij de rechter-commissaris, die de raadsvrouw als ontlastend wil aanmerken, acht het Gerecht daarentegen minder betrouwbaar, reeds omdat zij zichzelf in het verhoor tegenspreekt.
Het Gerecht spreekt vrij van medeplegen. Duidelijk is dat verdachte niet alleen heeft gehandeld en dat een of meer anderen daaraan minst genomen medeplichtig zijn geweest, maar het dossier dat voorligt biedt onvoldoende steun voor de conclusie dat sprake is geweest van bewuste en nauwe samenwerking met een ander.

Strafbaarheid en kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde is voorzien bij en strafbaar gesteld in de artikelen:
  • 2:291 van het Wetboek van Strafrecht;
  • 3 en 11 van de Vuurwapenverordening.
De bewezenverklaarde feiten worden als volgt gekwalificeerd:
ten aanzien van feit 1:
diefstal vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijker te maken
ten aanzien van feit 2:
overtreding van een bij artikel 3 van de Vuurwapenverordening 1930 gesteld verbod
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezenverklaarde uitsluiten.

Strafbaarheid van verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten.
Verdachte is daarom strafbaar voor het hiervoor bewezen verklaarde.

Oplegging van straf

Bij de bepaling van de op te leggen straf wordt gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezen verklaarde is begaan, op de mate waarin de gedraging aan de verdachte te verwijten is en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen. Daarbij wordt rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde in verhouding tot andere strafbare feiten, zoals die onder meer tot uitdrukking komt in het hierop gestelde wettelijke strafmaximum en in de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan een gewapende overval op een tankstation. Daarbij heeft hij gedreigd met een vuurwapen en enig geweld toegepast. Het Gerecht rekent verdachte zijn handelen zwaar aan. Atrako’s als deze zijn een plaag in Sint Maarten. Zij veroorzaken veel angst en onrust in de maatschappij. Voor de directe slachtoffers zijn de negatieve gevolgen groot. De enige passende reactie op een feit van deze ernst is een onvoorwaardelijke vrijheidsstraf.
De eis van officier van justitie is conform hetgeen gebruikelijk voor soortgelijke feiten pleegt te worden opgelegd. De persoonlijke omstandigheden van verdachte vormen geen aanleiding om daarvan in voor verdachte gunstige of ongunstige zin van af te wijken. Het Gerecht zal de eis dan ook, als een passende en geboden bestraffing, volgen.

Beslag

De officier van justitie heeft ter terechtzitting de teruggave aan verdachte van enkele in beslag genomen voorwerpen gevorderd. Nu de officier van justitie aldus heeft toegezegd de betreffende voorwerpen te zullen teruggeven aan verdachte, is geen afzonderlijke daartoe strekkende beslissing van het Gerecht nodig.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straf is, behalve op de reeds aangehaalde wettelijke voorschriften, gegrond op artikel 1:136 van het Wetboek van Strafrecht zoals dit luidde ten tijde van het bewezen verklaarde.

BESLISSING

Het Gerecht:
verklaart wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
kwalificeert het bewezen verklaarde als hiervoor omschreven;
verklaart het bewezen verklaarde strafbaar en verdachte daarvoor strafbaar;
veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de
4 (vier) jaren;
beveelt dat de tijd die door verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht.
Dit vonnis is gewezen door de rechter mr. D. Gruijters, bijgestaan door mr. M. Witteman (zittingsgriffier), en op 24 april 2019 in tegenwoordigheid van de griffier uitgesproken ter openbare terechtzitting van het Gerecht Sint Maarten. De griffier is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
uitspraakgriffier:

Voetnoten

1.Hierna wordt, tenzij anders vermeld, telkens verwezen naar ambtsedige - en door de desbetreffende verbalisant(en) in wettelijke vorm opgemaakte - processen-verbaal en overige geschriften, die als bijlagen zijn opgenomen in het eindproces-verbaal van het Korps Politie Sint Maarten, special unit robberies d.d. 8 februari 2019, geregistreerd onder proces-verbaalnummer /JD/18 en de onderzoeksnaam “Speksteen”.