ECLI:NL:OGEAM:2021:35

Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten

Datum uitspraak
17 maart 2021
Publicatiedatum
9 april 2021
Zaaknummer
100.00512/20
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • M.J. de Kort
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tewerkstelling van illegalen en oplegging van geldboete in Sint Maarten

In de strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1985 te Guyana, heeft het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten op 17 maart 2021 uitspraak gedaan. De verdachte werd beschuldigd van het tewerkstellen van ongeveer 91 personen met een buitenlandse nationaliteit, die zich wederrechtelijk toegang tot of verblijf in Sint Maarten hadden verschaft. Het onderzoek ter openbare terechtzitting vond plaats op 10 februari 2021 en werd op 24 februari 2021 gesloten. De officier van justitie eiste een geldboete van $ 40.000, waarvan $ 20.000 voorwaardelijk. De verdediging stelde dat de dagvaarding nietig was en dat de verdachte vrijgesproken moest worden van de tenlastelegging. Het Gerecht verwierp dit verweer en oordeelde dat de dagvaarding geldig was. Na beoordeling van de bewijsmiddelen, waaronder proces-verbaal van bevindingen en verklaringen van de verdachte, kwam het Gerecht tot de conclusie dat de verdachte het ten laste gelegde feit wettig en overtuigend bewezen was. De verdachte werd veroordeeld tot een geldboete van NAf 15.000, waarvan NAf 5.000 voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar. Het Gerecht overwoog dat de verdachte met zijn handelen andere bedrijven benadeelde die zich wel aan de regels hielden en dat het tewerkstellen van illegalen vaak gepaard gaat met uitbuiting. De uitspraak benadrukt de ernst van het feit en de noodzaak om een signaal af te geven aan de samenleving.

Uitspraak

Vonnis
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN SINT MAARTEN
Uitspraak: 17 maart 2021
Tegenspraak

Vonnis van dit Gerecht

in de strafzaak tegen de verdachte:

[verdachte] ,

geboren op [geboortedatum 1] 1985 te Guyana,
adres: [adres] te te Sint Maarten.
Onderzoek van de zaak
Het onderzoek ter openbare terechtzitting heeft plaatsgevonden op 10 februari 2021 en is op 24 februari 2021 gesloten verklaard. De verdachte is op 10 februari 2021 verschenen, bijgestaan door zijn raadsman, mr. C.H.J. Merx, advocaat in Sint Maarten.
De officier van justitie, mr. M. Boe rla ge, heeft ter terechtzitting gevorderd dat het Gerecht het ten laste gelegde bewezen zal verklaren en de verdachte daarvoor zal veroordelen tot een geldboete van $ 40.000,00,waarvan$ 20.000,00 voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren.
De raadsman heeft zich overeenkomstig zijn ter terechtzitting overlegde pleitnotities onder andere op het standpunt gesteld dat de inleidende dagvaarding nietig is. Daarnaast is hij van mening dat de verdachte dient te worden vrijgesproken van de in de tenlastelegging opgenomen lijst van 91 personen. Voor het overige dient te worden volstaan met bewezenverklaring zonder oplegging van straf en/ of maatregel ex artikel 1:12 van het Wetboek van Strafrecht.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
hij in of omstreeks de periode gelegen tussen 5 januari 2015 tot en met 11 september 2018 te Sint Maarten, tezamen en in vereniging met een ander(en), althans alleen, een of meer perso(o)n(en), in totaal ongeveer 91 perso(o)n(en) met de [nationaliteit 1] en/ of de [nationaliteit 2] en/ of de [nationaliteit 3] en/ of de [nationaliteit 4] en/ of de [nationaliteit 5] nationaliteit, in elk geval een of meer perso(o)n(en) met de buitenlandse nationaliteit, waaronder:
1. [naam 1] en/of
2. [naam 2] en/of
3. [naam 3] en/of
4. [naam 4] en/of
Parketnummer:100.00512/ 20
5. [naam 5] en/ of
6. [naam 6] en/ of
7. [naam 10] en/ of
8. [naam 7] en/ of
9. [naam 8] en/ of
10. [naam 9]
welke perso(o)n(en) zich wederrechtelijke toegang tot of verblijf in Sint Maarten had(den) verschaft, (telkens) krachtens overeenkomst of aanstelling arbeid hebben/heeft doen verrichten, immers hebben/heeft verdachte en/ of zijn mededader(s) voornoemd(e) perso(o)n(en) toen en daai- arbeid doen verrichten en/ of tewerkgesteld, terwijl verdachte en/ of zijn mededader(s) (telkens) wist(en) of ernstige redenen had(den) om te vermoeden dat de toegang of dat verblijf wederrechtelijk was.
Geldigheid van de inleidende dagvaarding
De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat niet is voldaan aan de vereisten van de tenlastelegging overeenkomstig artikel 285 van het Wetboek van Strafvordering (hierna: Sv). De dagvaarding is daarom nietig.
Het Gerecht verwerpt het verweer van de verdediging. Naar het oordeel van het Gerecht is voldaan aan de vereisten van artikel 285 Sv. In de tenlastelegging is de periode, het land en de groep personen opgenomen. Daarnaast bevat de tenlastelegging een verbijzondering door middel van de daarin bij name genoemde 10 personen. Het Gerecht is van oordeel dat de raadsman op basis van de thans voorliggende tenlastelegging in staat is geweest om een goede verdediging te voeren. De dagvaarding is daarom geldig.
Bewezenverklaring
Het Gerecht acht - op grond van de hierna weergegeven bewijsmiddelen en de nadere bewijsoverwegingen, in onderling verband en samenhang beschouwd - wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
hij in
of omstreeksde periode gelegen tussen
5 januari1 juni 2015tot en met 11 september 2018 te Sint Maarten,
tezamen en in vereniging met een of ander(en), althans alleen, een of meer perso(o)n(en), in totaal ongeveer 91 perso(o)n(en) met de [nationaliteit 1] en/of de Haïtische en/of de [nationaliteit 3] en/of de [nationaliteit 4] en/of de [nationaliteit 5] nationaliteit, in elk geval een of meer
perso
(o)n
(en
)met de buitenlandse nationaliteit, waaronder:
1. [naam 1] en
2. [naam 2] en
/of
3. [naam 3] en
/of
4.
[naam 4] en/of
5. [naam 5] en
/of
6. [naam 6] en
/of
7. [naam 10] en
/of
8. [naam 7] en
/of
9.
[naam 8] en/of
10. [naam 9]
welke pers
(o)n
(en
), zich wederrechtelijke
toegang tot ofverblijf in Sint Maarten had
(den
)verschaft, (telkens) krachtens overeenkomst
of aanstellingarbeid hebben
/heeftdoen verrichten, immers
hebben/heeft verdachte
en/of zijn mededader(s)voornoemd
(e
), perso
(o)n
(en
), toen en daar arbeid doen verrichten
en/of tewerkgesteld, terwijl verdachte
en/of zijn mededader(s)(telkens) wist
(en) of ernstige redenen had(den) om te vermoeden dat de toegang ofdat verblijf wederrechtelijk was.
Het Gerecht acht niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard, zodat hij daarvan zal worden vrijgesproken.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/ of schrijffouten of omissies zijn verbeterd; omwille van de leesbaarheid zijn ook wijzigingen aangebracht in de bewezenverklaring
(cursief).De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Bewijsmiddelen
Het Gerecht grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan, op de feiten en omstandigheden die in de hierna volgende bewijsmiddelen zijn vervat en redengevend zijn voor de bewezenverklaring.
1.
Het proces-verbaal van bevindingen, nummer [nummer 1], pagina23
tot en met24
van zaaksdossier [dossier], voor zover inhoudende de bevindingen van de verbnlisant:
Op 11 september 2018 is de doorzoeking in het perceel gelegen aan de [adres] [gebied] in Point Blanche te Sint Maarten (Durbi Cons h·uction) geopend door de rechter-commissaris.
Naar aanleiding van de doorzoeking werden er de navolgende goederen in beslag genomen:
 Diverse notities
 Diverse payroll receipt sheets Durbi Construction B.V.
 Diverse SZV documenten
 Diverse arbeidscontracten
2.
Het proces-verbaal van bevindingen, nummer [nummer 2], pagina27
tot en met 31 van zaaksdossier [dossier], voor zover inhoudende de bevindingen van de verbalisant:
Door mij is een onderzoek verricht aan de inbeslaggenomen pay rolls / payment slips en arbeidsconh·acten van het bedrijf 'Durbi Construction'. Hierbij werden onder andere onderstaande namen aangetroffen:
Naam
Geboortedatum
Nationaliteit
[naam 10]
[geboortedatum 2] -1992
[nationaliteit 1]
[naam 2]
[naam 9]
[geboortedatum 3] -1989
[nationaliteit 1]
[naam 3]
[geboortedatum 4] -1985
[nationaliteit 2]
[naam 6]
[geboortedatum 5] -1973
[nationaliteit 4]
[naam 5]
[geboortedatum 6] -1984
[nationaliteit 1]
[naam 1]
[geboortedatum 7] -1081
[nationaliteit 1]
[naam 7]
[geboortedatum 8] -1977
[nationaliteit 6]
3.
Het proces-verbaal van bevindingen, nummer 2030071000.AMB,inclusief bijlagen, voor zover inhoudende de bevindingen van de verbalisant:
Op 11 september 2018 hebben er meerdere doorzoekingen plaatsgevonden bij verschillende bouwbedrijven, waaronder:
oDurbi Construction, Sonesta Maho Beach Resort.
o Durbi Construction, [adres] Point Blanche.

Durbi Construction

Tijdens de doorzoekingen van het bedrijf ' Durbi Construction' zijn onder andere de navolgende goederen in beslag genomen:
o Salarisstroken van werknemers;
o SZV registraties van werknemers;;
o Arbeidscontracten;
o Kopieën van paspoorten/legitimatiebewijzen;
Tevens is door aan Brison Tax & Accounting de uitlevering van de boekhouding van het bedrijf Durbi Construction gevorderd en verkregen.
Door het onderzoeksteam zijn alle aangetroffen persoonsgegevens nagetroken bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND).
Door mij is onderzoek verricht aan bovenstaande verkregen informatie en hieruit bleek het volgende:
o Er zijn betalingen aangetroffen aan -91- verschillende personen;
o Er zijn arbeidscontracten aangetroffen van -22- verschillende personen;
0 Er zijn SZV-registraties aangetroffen van -32- verschillende personen;
o Er zijn -29- kopieën van Identiteitsbewijzen aangetroffen;
o Van de 91 aangetroffen personen hebben er -3- een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd, -1- voorbepaalde tijd, 1 verblijfsvergunning afgewezen en de overige
-86- personen kwamen niet voor in de IND-registraties.
Als bijlage 1 is bij dit proces-verbaal een matrix gevoegd waarin
overzichtelijk is gemaakt wat er van elke werknemer is aan geh·offen. Hi ero p staan onder andere de volgende werknemers:
Naam
Payroll
Contr act
szv
Paspoort / ID
IND
[naam 1]
X
X
X
X
Komt niet voor
[naam 2]
X
X
X
X
Komt niet voor
[naam 3]
X
X
X
X
Komt nietvoor
[naam 5]
X
X
X
X
Komt niet voor
[naam 6]
X
X
X
X
Komt niet voor
[naam 10]
X
X
X
X
l(omt niet voor
[naam 7]
X
X
X
X
Komt niet voor
[naam 9]
X
X
X
X
Komt niet voor
4.
Het proces-verbaal van verhoor van de verdachte, nunmer [nummer 3], pagina 112 tot en met 119 van zaakdossier [dossier], voor zover inhoudendede verklaring van de verdachte [verdachte] :
V: Wie neemt de mensen in uw bedrijf aan?
A: Amazon Construction.
V: Wat kunt u daarover verklaren?
A: Dat is het bedrijf wat mensen aanneemt, ontslaat, vertelt wat ze moeten doen en hoe ze het moeten doen. Zij schrijven de uren voor de werknemers. (...)
V: Hoe kan het dan zijn dat wij die verschillende documenten heb aangetroffen?
A: Zoals ik al eerder zei, Arnazon Construction is degene die mensen aanneemt en ontslaat.
V: Moet Amazon die documenten dan niet hebben?
A: Omdat ik degene ben die hun administratie doet, en hun betaalt.
(...)
V: Hoe werkt procedure precies tussen Sonesta Maho Beach en Durbi Construction N.V.?
A: Het is niet tussen mij en Sonesta Maho. Het is tussen Amazon en Durbi.
Zij nemen mensen aan en ontslaan ze. Amazon stuurt mij een lijst met
mensen die betaald moeten worden. Ik moet ervoor zorgen dat iedereen verzekerd is en il zorg dat iedereen betaald wordt. Ik krijg een percentage om naar de bank te gaan en hun uit te betalen. Zo werkt het.
(... )
V: In uw administratie zijn arbeidscontracten aangetroffen waarop Durbi Construction staat, en die zijn ondertekend door u, wat kunt u hierover verklaren?
A: Om verzekering te krijgen voor de werknemers, moeten ze een arbeidscontract hebben.
Parkeh1ummer:100.00512/20
5.
Het proces-verbaal van bevindingen, nummer [nummer 4], voor zover inhoudende de bevindingen van de verbalisanten:
Op 11 september 2018 heeft er een doorzoeking plaatsgevonden bij het Sonesto Maho Beach Resort te Maho. Destijds verklaarde [naam 11] geboren op [geboortedatum 9] 1978 te [geboorteplaats] dat hij als Financial Controller werkzaam is voor het bedrijf Resort of the World, beter bekend als het Sonesta Maho Beach Resort. Onder Resort of the World vallen meerdere vennootschappen. Twee van deze ve1mootschappen houden zich bezig met bouwwerkzaamheden ten behoeve van het bedrijf Resort of the World. Deze ve1mootschappen beh·effen Amazon Construction N.V. en Amazon Construction Limited. Het bedrijf Amazon Construction N.V. houdt zich momenteel bezig met de opbouw van het Sonesta Maho Beach Resort. Een van de bedrijven die door hen wordt ingehuurd betreft het bedrijf Durbi Construction. Durbi Construction levert circa 50 a 60 man personeel aan het Sonesta Maho Beach Resort.
Sonesta Maho Beach Resort;
Op donderdag 29 november 2018, omstreeks 14:00 uur, zijn wij, verbalisanten naar het Sonesta Maho Beach Resort gegaan alwaar wij spraken met de heer [naam 11] . Desgevraagd verklaarde hij dat:
- Hij Financial Controller is bij Resort of the World
- Amazon Construction het bedrijf Durbi Construction inhuurt voor bouwwerkzaamheden aan het Sonesta Mal10 Beach Resort
- Zij alles uitbesteden aan Durbi Construction
- Durbi Construction zelf voor werknemers zorgt
- Het niet klopt dat Amazon personeel werft en deze werkzaamheden laat uitvoeren
- Als dit wel het geval geweest was ze het beter zelf konden doen en Durbi Construction dan niet nodig zouden hebben
6.
Het proces-verbaal van de zitting van10
februari2021,
voor zover inhoudendede verklaring van de verdachte [verdachte] :
De rechter vraagt mij of ik wist dat de 10 personen op de tenlastelegging illegaal waren. Ze waren niet alle 10 illegaal.
Bewijsoverwegingen
Het Gerecht stelt vast dat in ieder geval de 8 personen in de bewezenverklaring illegaal woonden en werkten op Sint Maarten. Uit het dossier volgt niet - zoals de raadsman heeft bepleit en door verdachte is verklaard- dat sprake is van een uitzendbureau, maar eerder dat verdachte middels zijn bedrijf als onderaannemer werkte voor Amazon Construction. De verdachte regelde met zijn bedrijf Durbi Construction immers zelf de arbeidscontracten, SZV registraties en de uitbetalingen
van de salarissen. Volgens [naam 11] , Financial Controller bij Resort of the World, besteedde Amazon Construction immers de werkzaamheden uit aan Durbi Construction. Durbi Construction zorgde zelf voor werknemers en zij verrichtten vervolgens feitelijke arbeid bij Amazon Construction en dat terwijl verdachte, als directeur van Durbi Construction, wist dat de in de tenlastelegging genoemde personen, op twee na, illegaal op het eiland verbleven. Door zijn handelingen faciliteerde verdachte middels zijn bedrijf en over een lange periode de tewerkstelling van zich wederrechtelijk in Sint maarten verblijven de personen.
Gelet op het voorgaande is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde feit heeft begaan.
Strafbaarheid en kwalificatie van h et bewezen verklaarde
Het bewezen verklaarde is voorzien bij en strafbaar gesteld in artikel 2:155, lid 2 van het Wetboek van Strafrecht. Het wordt als volgt gekwalificeerd:
van het in ar tikel 2:155 van het Wetboek van Strafrecht omschreven feit een beroep of gewoonte maken.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluiten.
Strafbaarheid van de verdachte
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluiten. De verdachte is daarom strafbaar voor het hiervoor bewezen verklaarde.
Oplegging van straf
De straf die aan de verdachte wordt opgelegd, is gegrond op de ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het feit is begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het tewerkstellen van illegalen middels zijn bedrijf Durbi Construction. Hierdoor heeft de verdachte andere bedrijven -
diewel volgens de regels werken - benadeeld. Daarnaast gaat het tewerkstellen van illegalen vaak gepaard met uitbuiting van deze personen. Iemand die illegaal op Sint Maarten werkt is niet verzekerd, betaalt geen belasting en kan moeilijker voor zijn of haar rechten opkomen. Hier heeft de verdachte aan meegewerkt.
Het Gerecht heeft acht geslagen op de justitiële documentatie van de verdachte, waaruit blijkt dat hij niet eerder is veroordeeld voor een soortgelijk strafbaar feit.
De verdediging heef t verzocht om te volstaan met bewezen verklaring zonder oplegging van straf en/ of maatregel. Hiervoor bestaat echter volgens het Gerecht
geen aanleiding. Bij het bepalen van de straf wordt meegenomen dat de verdachte op dit moment minder werk heeft en dat hij voor zijn drie kinderen inclusief vrouw moet zorgen, maar aan de andere kant dient er ook een signaal uit te gaan naar de verdachte en de samenleving dat dergelijk handel en niet is toegestaan. Daarbij zal aansluiting worden gezocht bij straffen die in soortgelijke zaken zijn opgelegd en wordt rekening gehouden met de maximale geldboete van NAf 25.000,00 die op
een dergelijk feit staat.
Het Gerecht is, na dit een en ander te hebben afgewogen, tot de slotsom gekomen dat een deels voorwaardelijke geldboete passend en geboden is. De verdachte zal daartoe dan ook worden veroordeeld.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
De op te leggen straf is gegrond op de artikelen 1:19, 1:20, 1:21, 1:54, 1:58 en 2:155 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze luidden ten tijde van het bewezen verklaarde.

BESLISSING

Het Gerecht:
verklaart wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde feit heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
kwalificeert het bewezen verklaarde als hiervoor omschreven;
verklaart het bewezen verklaarde strafbaar en de verdachte daarvoor strafbaar;
veroordeelt de verdacht e tot een geldboete van NAf 15.000,- (vijftienduizend), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 300 (driehonderd) dagen hechtenis;
bepaalt dat een gedeelte van deze geldboete, groot NAf 5.000,- (vijfduizend) , niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd, van 2 (twee) jaren aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Dit vonnis is gewezen door de rechter mr. M.J. de Kort, bijgestaan door mr. D. den Haan, (zittingsgriffier), en op 17 maart 2021 in tegenwoordigheid van de griffier uitgesproken ter openbare terechtzitting van het Gerecht in Sint Maarten.