ECLI:NL:OGEAM:2022:95
Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten
- Voorlopige voorziening
- Th. G. Lautenbach
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot schorsing van ongewenstverklaring en voorlopige voorziening in vreemdelingenrechtelijke zaak
In deze zaak heeft verzoeker, een Jamaicaanse man die sinds 2014 in Sint Maarten verblijft, een verzoek ingediend tot het treffen van een voorlopige voorziening tegen de ongewenstverklaring en de maatregel van vreemdelingenbewaring die door de Minister van Justitie van Sint Maarten was opgelegd. De verzoeker was eerder veroordeeld tot vijf jaar gevangenisstraf voor poging tot moord en illegaal vuurwapenbezit. Op 31 juli 2022 werd hij als ongewenst vreemdeling aangemerkt en werd hem de toegang tot Sint Maarten ontzegd voor drie jaar. Verzoeker stelde dat er sprake was van familieleven met zijn vrouw en zoon, die de Nederlandse nationaliteit bezitten, en dat de maatregelen in strijd waren met de beginselen van behoorlijk bestuur.
De mondelinge behandeling vond plaats op 11 augustus 2022, waarbij de gemachtigde van verzoeker en vertegenwoordigers van de verweerder aanwezig waren. De rechter oordeelde dat verzoeker niet aannemelijk had gemaakt dat er sprake was van een inbreuk op zijn familieleven, aangezien zijn vrouw in Panama City woont en niet op Sint Maarten. De rechter concludeerde dat de verzoeker niet voldeed aan de voorwaarden voor een voorlopige voorziening, omdat hij illegaal in Sint Maarten verbleef en er geen bijzondere persoonlijke omstandigheden waren die de verwijdering in de weg stonden. Het verzoek tot schorsing van de ongewenstverklaring en de voorlopige voorziening werd afgewezen.
De uitspraak werd gedaan door mr. Th. G. Lautenbach op 19 augustus 2022, en tegen deze beslissing was geen hoger beroep mogelijk.