ECLI:NL:OGEAM:2024:44

Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten

Datum uitspraak
6 mei 2024
Publicatiedatum
8 augustus 2024
Zaaknummer
SXM202400374-LAR00036/2024 en SXM202400377-LAR00038/2024
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevoegdheid van de Lar-rechter in aanbestedingsprocedures

In deze zaak heeft het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten geoordeeld over de bevoegdheid van de Lar-rechter met betrekking tot een aanbestedingsprocedure. De eiseressen, gevestigd te Sint Maarten, hebben beroep ingesteld tegen een brief van de minister van Financiën, waarin werd meegedeeld dat er geen overeenkomst zou worden gesloten voor de levering van een 'Integrated Tax Management System'. De minister stelde dat de Lar-rechter niet bevoegd was om over de rechtmatigheid van de aanbestedingsprocedure te oordelen, omdat beslissingen omtrent (voorlopige) gunning moeten worden aangemerkt als beslissingen ter voorbereiding van een privaatrechtelijke rechtshandeling, waartegen geen beroep openstaat volgens artikel 7, tweede lid, aanhef en onder f, van de Landsverordening administratieve rechtspraak (Lar).

De procedure begon met een beroep van de eiseressen op 15 maart 2024, na de mededeling van de minister op 20 december 2023. De minister heeft op 5 april 2024 een verweerschrift ingediend, waarin hij zijn standpunt over de bevoegdheid van de Lar-rechter uiteenzette. Beide partijen hebben aangegeven geen behoefte te hebben aan een zitting, waarna het Gerecht het onderzoek heeft gesloten en uitspraak heeft gedaan.

Het Gerecht heeft geconcludeerd dat de beslissing van de minister over de (voorlopige) gunning niet kan worden aangemerkt als een beschikking waartegen Lar-beroep openstaat. Dit betekent dat de burgerlijke rechter bevoegd is om te oordelen over de rechtmatigheid van de aanbestedingsprocedure. De uitspraak werd gedaan door mr. B.J. van Ettekoven op 6 mei 2024, waarbij het verzoek om een voorlopige voorziening werd afgewezen en het Gerecht zich onbevoegd verklaarde om te oordelen op het ingestelde Lar-beroep.

Uitspraak

Uitspraakdatum: 6 mei 2024
Zaaknummer: SXM202400374-LAR00036/2024 en SXM202400377-LAR00038/2024
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN SINT MAARTEN
UITSPRAAK
In het geding van:
1. [eiseres 1],
gevestigd te Sint Maarten,
eiseres,
2. [eiseres 2],
gevestigd te Sint Maarten,
eiseres,
gemachtigden: mrs. C.R. RUTTE, H.M. WEIJAND en S.N.J. PUTTER
hierna te noemen: [eiseres]
tegen
DE MINISTER VAN FINANCIEN VAN SINT MAARTEN,
gezeteld te Sint Maarten,
verweerder,
gemachtigde: mr. R.F. Gibson,
hierna te noemen: de minister

1.Object van geschil

Bij brief van 20 december 2023 heeft de minister van Financiën [eiseres] meegedeeld dat met haar geen overeenkomst zal worden gesloten voor levering van een ‘Integrated Tax Management System’.

2.Het verloop van de procedure

2.1. [
eiseres] heeft op 15 maart 2024 tegen voormelde brief van 20 december 2023 (met producties) beroep ingesteld als bedoeld in artikel 7 van de Landsverordening administratieve rechtspraak (Lar). Tevens is verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
2.2
Bij brief van 20 maart is partijen gevraagd zich uit te laten over de bevoegdheid van de LAR-rechter.
2.3.
De minister heeft op 5 april 2024 een verweerschrift ingediend. Daarin is aangegeven dat de minister met [eiseres] van oordeel is dat over een besluit van de overheid over een aanbesteding uitsluitend de burgerlijke rechter kan worden geadieerd. Een (voorlopig) besluit tot gunning moet worden aangemerkt als een besluit ter voorbereiding van een privaatrechtelijke rechtshandeling, waartegen ingevolge artikel 7, tweede lid, aanhef en onder f, van de LAR geen beroep op grond van de LAR openstaat.
2.4.
Partijen zijn opgeroepen voor de zitting van 22 april 2024. Naar aanleiding daarvan hebben beide partijen aangegeven geen behoefte te hebben aan een behandeling ter zitting. Partijen hebben het gerecht verzocht uitspraak te doen zonder zitting.
2.5.
Het gerecht heeft daarop het onderzoek gesloten en uitspraak bepaald op heden.

3.Feiten

3.1.
Het Land Sint Maarten heeft de levering van een nieuw computersysteem voor de belastingdienst openbaar aanbesteed.
3.2.
Bij brief van 20 december 2023 heeft de minister van Financiën [eiseres] meegedeeld dat met haar geen overeenkomst zal worden gesloten voor levering van een ‘Integrated Tax Management System’. In die brief is vermeld dat deelnemers aan de aanbestedingsprocedure tegen de voorlopige gunning c.q. afwijzing binnen vier weken bezwaren kunnen indienen.
3.3.
Op 16 januari 2024 heeft [eiseres] bezwaren ingediend tegen de voorlopige gunning/afwijzing en de minister verzocht zijn beslissing over die gunning te heroverwegen.
3.4.
Bij brief van 22 februari 2024 heeft de minister [eiseres] bericht haar verzoek af te wijzen en geen reden te zien voor een andersluidende beslissing over de gunning.

4.Het geschil

4.1. [
eiseres] en de minister hebben het Gerecht, oordelend als Lar-rechter, verzocht uitspraak te doen en het beroep niet-ontvankelijk te verklaren.
4.2. [
eiseres] wil van de Lar-rechter een oordeel over de vraag of de brief van 20 december 2023 een voor beroep vatbare beslissing bevat. Dit om de zekerheid te verkrijgen dat haar in een civiele procedure over de aanbesteding niet kan en zal worden tegengeworpen dat de (voorlopige) gunningsbeslissing formele rechtskracht heeft verkregen, omdat daartegen niet of niet tijdig beroep bij de bestuursrechter is ingesteld.

5.De beoordeling

5.1.
Op grond van artikel 7, tweede lid, aanhef en onder f, van de Lar staat geen beroep open tegen een beschikking ter voorbereiding van een privaatrechtelijke rechtshandeling, met uitzondering van een beschikking houdende weigering van de goedkeuring van een dergelijke beschikking.
5.2.
Het Gerecht, oordelend als Lar-rechter, is van oordeel dat de in de brief van 20 december 2023 neergelegde beslissing over de (voorlopige) gunning niet is, en niet kan worden aangemerkt als, een beschikking waartegen Lar-beroep openstaat.
5.3.
Met partijen is het Gerecht van oordeel dat beslissing(en) omtrent (voorlopige) gunning naar aanleiding van een openbare aanbesteding moet(en) worden aangemerkt als beslissing(en) ter voorbereiding van een privaatrechtelijke rechtshandeling bedoeld in artikel 7, tweede lid, aanhef en onder f, van de Lar, te weten het tussen het Land en een partij te sluiten overeenkomst met daarin de opdracht over de levering van het nieuwe IT-systeem van de belastingdienst.
5.4.
Dit betekent dat het Gerecht, oordelend als Lar-rechter, niet bevoegd is te oordelen op het ingestelde beroep.
5.5.
Hieruit volgt dat uitsluitend de burgerlijke rechter bevoegd is te oordelen over de rechtmatigheid van de aanbestedingsprocedure en de (voorlopige) gunning.
5.6.
Omdat hieronder zal worden beslist op het ingestelde beroep in de bodemprocedure en die procedure daarmee wordt beëindigd, is er geen grond voor toewijzing van de gevraagde voorlopige voorziening.
5.7.
Voor vergoeding van proceskosten en/of griffierecht is geen aanleiding.
5.8.
Het voorgaande leidt tot de volgende beslissing.

6.De beslissing

Het Gerecht:
  • verklaartzich
    onbevoegdte oordelen op het ingestelde Lar-beroep;
  • wijst afhet verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening.
Deze uitspraak is gedaan door mr. B.J. van Ettekoven, rechter in het Gerecht in eerste aanleg te Sint Maarten, en uitgesproken in het openbaar in tegenwoordigheid van de griffier op 6 mei 2024.
Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open binnen zes weken na de dag van kennisgeving van deze uitspraak. Zie hoofdstuk 5 van de Landsverordening Administratieve Rechtspraak.