ECLI:NL:OGEAM:2025:138

Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten

Datum uitspraak
12 december 2025
Publicatiedatum
18 december 2025
Zaaknummer
100.00421/24
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Strafzaak tegen verdachte voor poging tot moord, voorbereiding van moord en vuurwapenbezit

In de strafzaak tegen de verdachte, geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] en thans gedetineerd, heeft het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten op 12 december 2025 uitspraak gedaan. De verdachte is beschuldigd van meerdere feiten, waaronder poging tot moord, voorbereiding van moord en vuurwapenbezit. Het onderzoek ter openbare terechtzitting vond plaats op 8 januari, 7 mei, 20 augustus en 11 december 2025, waarbij de verdachte steeds aanwezig was en bijgestaan door zijn raadsvrouw, mr. S.R. Bommel. De officier van justitie, mr. P. Sholeh, heeft gevorderd dat de verdachte zou worden vrijgesproken van het eerste feit, terwijl de andere feiten bewezen verklaard zouden worden, met een gevangenisstraf van 12 jaar met aftrek van voorarrest. De verdachte heeft zich geconformeerd aan deze vordering, zonder verweren te voeren.

De tenlastelegging omvat onder andere dat de verdachte op 18 september 2024 te Sint Maarten, samen met anderen, heeft geprobeerd een ander van het leven te beroven met een automatisch vuurwapen. Het Gerecht heeft geoordeeld dat er onvoldoende bewijs was voor het eerste feit, waardoor de verdachte daarvan werd vrijgesproken. Voor de feiten 2 en 3 werd echter voldoende bewijs geacht, en de verdachte werd schuldig bevonden aan medeplegen van poging tot moord en voorbereiding van moord. Het Gerecht heeft de ernst van de feiten en de impact op de samenleving in overweging genomen bij het opleggen van de straf.

De verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 12 jaren, met aftrek van het voorarrest. Het Gerecht heeft vastgesteld dat de procesafspraken tussen het Openbaar Ministerie en de verdediging correct zijn nageleefd en dat de verdachte zich bewust was van de gevolgen van zijn keuzes. De uitspraak is gedaan in overeenstemming met de geldende wettelijke voorschriften en met inachtneming van de rechten van de verdachte.

Uitspraak

Parketnummer: 100.00421/24

Uitspraak: 12 december 2025 Tegenspraak

Vonnis van dit Gerecht

in de strafzaak tegen de verdachte:

[verdachte],

geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats],
zonder bekende woon- of verblijfplaats hier te lande, thans gedetineerd.
Onderzoek van de zaak
Het onderzoek ter openbare terechtzitting heeft plaatsgevonden op 8 januari 2025, 7 mei 2025, 20 augustus 2025 en 11 december 2025. De verdachte is steeds verschenen en ook steeds bijgestaan door zijn raadsvrouw, mr. S.R. Bommel, advocaat te Sint Maarten.
De officier van justitie, mr. P. Sholeh, heeft ter terechtzitting, conform de procesafspraken die het Openbaar Ministerie en de verdediging hebben gemaakt over de uitkomst van deze strafzaak, gevorderd dat het Gerecht de verdachte zal vrijspreken van het onder feit 1 tenlastegelegde, het onder feit 2, 3 en 4 tenlastegelegde bewezen zal verklaren en de verdachte te dien aanzien zal veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van 12 jaren met aftrek van het voorarrest.
De raadsvrouw van de verdachte heeft geen verweren gevoerd en heeft zich in het verlengde van de tussen het Openbaar Ministerie en de verdediging overeengekomen procesafspraken geconformeerd aan de vordering van de officier van justitie.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:

Feit 1

hij op of omstreeks 18 september 2024 te Sint Maarten, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk en met voorbedachten rade, [slachtoffer] van het leven te beroven,
- met een (gestolen) auto voorzien van een gestolen/valse kentekenplaat naar
[straatnaam], gelegen te Cay Bay, is gereden;
- ( vervolgens) met een automatisch geweer van het merk/type Palmetto,
kaliber 5.56x45, althans, met een of meerdere (automatische) vuurwapen(s),
meermalen, althans eenmaal, in de richting van/op die [slachtoffer] heeft
geschoten;
ten gevolge waarvan voornoemde [slachtoffer] is overleden;

Feit 2

hij op of omstreeks 18 september 2024 te Sint Maarten, ter uitvoering van het
door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een
ander of anderen, althans alleen, opzettelijk en met voorbedachten rade,
- de bewoner(s) en/of bezoeker(s) van de (woning(en) aan de) [adres]; en/of
- de bewoner(s) en/of bezoeker(s) van de woning aan [adres]; en/ of
- de eigenaar en/of bestuurder en/of inzittende(n) van de witgelakte [auto] met kenteken [kentekennummer]; en/of
- de eigenaar en/of bestuurder en/of inzittende(n) van de zwartgelakte [auto] met kenteken [kentekennummer]; en/of
- de eigenaar en/of bestuurder en/ of inzittende(n) van de rode [auto] zonder kenteken; en/of
- de eigenaar en/of bestuurder en/ of inzittende(n) van de witgelakte [auto] met kenteken [kentekennummer]; en/of
- de eigenaar en/of bestuurder en/of inzittende(n) van de blauwgelakte [auto] met kenteken [kentekennummer]; en/of/althans
- een of meer onbekend gebleven perso(o)n(en);
van het leven te beroven,
- met een (gestolen) auto voorzien van een gestolen/valse kentekenplaat naar
[straatnaam], gelegen te Cay Bay, is gereden;
- ( vervolgens) met een automatisch geweer van het merk/type Palmetto,
kaliber 5.56x45, althans, met een of meerdere (automatische) vuurwapen(s)
meermalen, althans eenmaal, in de richting van/op bovengenoemde
perso(o)n(en) en/of voertuig(en) en/of woning(en) heeft geschoten;
terwijl de uitvoering van dat door hem, verdachte, en/of zijn mededader(s)
voorgenomen misdrijf niet is voltooid;

Feit 3

hij op of omstreeks 18 september 2024 te Sint Maarten, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, ter voorbereiding van het misdrijf waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van acht jaren of meer is gesteld, te weten moord op een of meer perso(o)n(en), zoals omschreven in artikel 2:262 van het Wetboek van Strafrecht en/of diefstal met geweld, zoals omschreven in artikel 2:291 van het Wetboek van Strafrecht en/of afpersing, zoals omschreven in artikel 2:294 van het Wetboek van Strafrecht, opzettelijk voorwerpen, informatiedragers, ruimten en/of vervoermiddelen, te weten:
- een of meerdere (gestolen) auto('s) en/of gestolen/valse kentekenpla(a)t(en);
- een automatisch geweer van het merk/type Palmetto, kaliber 5.56x45, althans, een of meerdere (automatische) vuurwapen(s) en/of zestien patronen met kaliber 5.56mm, althans munitie;
- een of meerdere gezichtsbedekkend(e) masker(s) en/ of kleding;
- een of meerdere handschoen(en);
bestemd tot het begaan van dat misdrijf en/of die misdrijven, heeft verworven, vervaardigd, ingevoerd, doorgevoerd en/of voorhanden heeft gehad;

Feit 4

hij op of omstreeks 18 september 2024 te Sint Maarten, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een automatisch geweer van het merk/type Palmetto, kaliber 5.56x45, althans, een of meer (automatische) vuurwapen(s) en/of zestien patronen met kaliber 5.56mm, althans, munitie, in de zin van de Vuurwapenverordening voorhanden heeft gehad.
Formele voorvragen
Het Gerecht stelt vast dat de dagvaarding geldig is, dat het bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat het openbaar ministerie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.
Vrijspraak van het onder feit 1 tenlastegelegde
Het Gerecht is, met de officier van justitie en de verdediging en overeenkomstig de door voornoemde partijen opgemaakte procesafspraken, van oordeel dat het dossier onvoldoende wettig en overtuigend bewijs bevat om tot een bewezenverklaring te komen van het onder feit 1 tenlastegelegde.
De verdachte zal om die reden worden vrijgesproken van het onder feit 1 tenlastegelegde.
Bewezenverklaring
Het Gerecht acht wettig en overtuigend bewezen hetgeen aan de verdachte onder feit 2 en feit 3 ten laste is gelegd, met dien verstande dat:

Feit 2

hij op of omstreeks 18 september 2024 te Sint Maarten, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met
een ander ofanderen,
althans alleen, opzettelijk en met voorbedachten rade,
- de bewoner(s) en/of bezoeker(s) van de (woning(en) aan) [adres]; en
/of
- de bewoner(s) en/of bezoeker(s) van de woning aan [adres]; en
/of
- de eigenaar en/of bestuurder en/of inzittende(n) van de witgelakte [auto] met kenteken [kentekennummer]; en/of
- de eigenaar en/of bestuurder en/of inzittende(n) van de zwartgelakte [auto] met kenteken [kentekennummer]; en
/of
- de eigenaar en/of bestuurder en/of inzittende(n) van de rode [auto] zonder kenteken; en/of
- de eigenaar en/of bestuurder en/of inzittende(n) van de witgelakte [auto] met kenteken [kentekennummer]; en/of
- de eigenaar en/of bestuurder en/of inzittende(n) van de blauwgelakte [auto] met kenteken [kentekennummer]; en/of/althans
-
een ofmeer
dereonbekend gebleven perso
(o)n
(en
);
van het leven te beroven,
- met een
(gestolen)auto voorzien van een
gestolen/valse kentekenplaat naar [straatnaam], gelegen te Cay Bay, is gereden;
- ( vervolgens) met een automatisch geweer van het merk
/typePalmetto, kaliber 5.56x45,
althans, met een of meerdere (automatische) vuurwapen(s)meermalen
, althans eenmaal,in de richting van/op bovengenoemde perso
(o)n
(en
)en
/ofvoertuig(en) en/
ofwoning
(en
)heeft geschoten;
terwijl de uitvoering van dat door hem, verdachte, en
/ofzijn mededader
(s
)voorgenomen misdrijf niet is voltooid;

Feit 3

hij op of omstreeks 18 september 2024 te Sint Maarten, tezamen en in vereniging met
een ander ofanderen,
althans alleen, ter voorbereiding van het misdrijf waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van acht jaren of meer is gesteld, te weten moord op een of meer perso
(o)n(en), zoals omschreven in artikel 2:262 van het Wetboek van Strafrecht
en/of diefstal met geweld, zoals omschreven in artikel 2:291 van het Wetboek van Strafrecht en/of afpersing, zoals omschreven in artikel 2:294 van het Wetboek van Strafrecht,opzettelijk voorwerpen
, informatiedragers, ruimtenen
/ofvervoermiddelen, te weten:
-
een ofmeerdere
(gestolen)auto
(‘s
)en
een/of gestolen/vals
ekentekenpla(a)t
(en);
- een automatisch geweer van het merk
/typePalmetto, kaliber 5.56x45,
althans, een of meerdere (automatische) vuurwapen(s)
en/of (zestien patronen met kaliber 5.56mm
), althans munitie;
-
een ofmeerdere gezichtsbedekkend
(e
)masker
(s
)en
/ofkleding;
-
een ofmeerdere handschoen
(en
);
bestemd tot het begaan van dat misdrijf
en/of die misdrijven,heeft verworven,
vervaardigd, ingevoerd, doorgevoerden
/ofvoorhanden heeft gehad.

Feit 4

hij op of omstreeks 18 september 2024 te Sint Maarten, tezamen en in vereniging met
een ander ofanderen
, althans alleen,een automatisch geweer van het merk
/typePalmetto, kaliber 5.56x45,
althans, een of meer (automatische) vuurwapen(s)en
/of (zestien patronen met kaliber 5.56mm
), althans, munitie,in de zin van de Vuurwapenverordening voorhanden heeft gehad.
Het Gerecht acht niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard, zodat hij daarvan zal worden vrijgesproken.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten of omissies zijn verbeterd; omwille van de leesbaarheid zijn ook wijzigingen aangebracht in de bewezenverklaring (
cursief). De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Bewijsmiddelen
Tussen het Openbaar Ministerie en de verdachte is overeengekomen dat geen hoger beroep tegen dit verkort vonnis zal worden ingesteld. Mocht dit toch gebeuren, dan zullen de door het Gerecht gebruikte bewijsmiddelen die redengevend zijn voor de bewezenverklaring worden opgenomen in een aanvulling op dit vonnis. Deze aanvulling zal vervolgens aan dit vonnis worden gehecht.
Procesafspraken
Totstandkoming
Op 27 november 2025 hebben de officier van justitie en de verdediging een overeenkomst gesloten over het verdere verloop van de strafprocedure en de wijze waarop de strafzaak zal worden afgedaan. Het Gerecht is niet betrokken geweest bij de totstandkoming van die overeenkomst. De officier van justitie en de verdediging hebben gezamenlijk, voorafgaand aan de inhoudelijke behandeling van de zaak, een voorstel voor het verdere verloop en de afdoening van de zaak aan het Gerecht voorgelegd.
Inhoud afspraken
In het kader van deze overeenkomst zijn het Openbaar Ministerie en de verdachte overeengekomen dat het Openbaar Ministerie:
 zal rekwireren tot een bewezenverklaring zoals hierboven weergegeven en kwalificatie van de feiten zoals hierna weergegeven;
 zal rekwireren tot een strafoplegging van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van twaalf jaren, met aftrek van de tijd die de verdachte in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht;
 in overleg met de verdediging een persbericht zal opstellen naar aanleiding van de overeengekomen procesafspraken;
 een samenvatting in het Engels van deze afspraken zal maken.
Het Openbaar Ministerie en de verdachte zijn voorts overeengekomen dat verdachte in het kader van deze overeenkomst:
 aanwezig zal zijn bij de behandeling ter terechtzitting;
 geen onderzoekswensen zal indienen;
 geen bewijs-, bevoegdheids-, rechtmatigheids- of ontvankelijkheidsverweren zal voeren;
 afstand zal doen van de in beslag genomen goederen voor zover die op hem betrekking hebben;
 geen (nadere) verklaring zal hoeven af te leggen;
 zich niet aan de tenuitvoerlegging van de hem opgelegde gevangenisstraf zal onttrekken.
Tot slot zien beide partijen af van het instellen van hoger beroep indien het Gerecht komt tot een bewezenverklaring en strafoplegging conform deze overeenkomst.
De beoordeling van de procesafspraken
Het Gerecht is bij zijn beoordeling van de procesafspraken en het afdoeningsvoorstel uitgegaan van het kader dat de Hoge Raad heeft gegeven in zijn arrest van 27 september 2022 (ECLI:NL:HR:2022:1252).
Het Gerecht heeft tijdens de inhoudelijke behandeling ter terechtzitting op 11 december 2025 het afdoeningsvoorstel in samengevatte vorm voorgelezen en de consequenties daarvan met de verdachte besproken. De verdachte, die gedurende elke behandeling van zijn strafzaak in persoon aanwezig was, heeft ten overstaan van het Gerecht expliciet bevestigd de inhoud van de gemaakte afspraken en de procesrechtelijke gevolgen hiervan te kennen, te begrijpen en hiermee in te stemmen.
Het Gerecht is van oordeel dat de behandeling en de beoordeling van de strafzaak heeft plaatsgevonden in overeenstemming met de daarvoor geldende wettelijke regeling en de eisen van een eerlijk proces. Verdachte heeft rechtsbijstand gehad en heeft vrijwillig, op basis van voldoende en voor hem ook duidelijke informatie meegewerkt aan het afdoeningsvoorstel en het afstand doen van verdedigingsrechten. Verdachte heeft ruim de tijd gekregen en genomen om over de gevolgen van de procesafspraken na te denken en daarmee in te stemmen. Hij is zich bewust van de rechtsgevolgen. Er is naar het oordeel van het Gerecht geen afbreuk gedaan aan het aan verdachte op grond van artikel 6 EVRM toekomende recht op een eerlijk proces.
Het Gerecht heeft tevens in zijn beraadslagingen betrokken de vraag of in deze zaak, ten gevolge van de hierboven genoemde procesafspraken, de positie van nabestaanden van het slachtoffer [naam slachtoffer] of van enige (andere) benadeelde partij op enigerlei wijze in het gedrang is gekomen. Het Gerecht beantwoordt deze vraag ontkennend, aangezien geen enkele nabestaande van het slachtoffer of enige (andere) benadeelde partij heeft laten weten op de hoogte te willen worden gehouden van deze strafzaak. Ook is er geen enkele vordering tot schadevergoeding ingediend.
Strafbaarheid en kwalificatie van het bewezenverklaarde
Het onder 2 bewezenverklaarde is voorzien bij en strafbaar gesteld in artikel 2:262 juncto artikel 1:119 van het Wetboek van Strafrecht. Het wordt als volgt gekwalificeerd:

medeplegen van poging tot moord, meermalen gepleegd.

Het onder 3 bewezenverklaarde is voorzien bij en strafbaar gesteld in artikel 2:262 juncto artikel 1:120 van het Wetboek van Strafrecht. Het wordt als volgt gekwalificeerd:

medeplegen van voorbereiding van moord.

Het onder 4 bewezenverklaarde is voorzien bij en strafbaar gesteld in artikel 3 juncto artikel 11 van de Vuurwapenverordening. Het wordt als volgt gekwalificeerd:
medeplegen van overtreding van een bij artikel 3 van de Vuurwapenverordening gesteld verbod.
Strafbaarheid van de verdachte
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluiten.
De verdachte is daarom strafbaar voor het hiervoor bewezenverklaarde.
Oplegging van straf
Bij de bepaling van de op te leggen straf wordt gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezenverklaarde is begaan, op de mate waarin de gedraging aan de verdachte te verwijten en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen. Daarbij wordt rekening gehouden met de ernst van het bewezenverklaarde in verhouding tot andere strafbare feiten, zoals die onder meer tot uitdrukking komen in de hierop gestelde wettelijke strafmaxima en in de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd.
Ten laste van de verdachte is bewezenverklaard dat hij samen met anderen een liquidatie heeft voorbereid en dit ook (meermalen) heeft geprobeerd uit te voeren, door met een automatisch vuurwapen meermalen in de richting van meerdere personen, auto’s en woningen te vuren. Het gaat hier om extreem geweld in de publieke ruimte, waarbij ook onschuldige omstanders zich in de directe omgeving bevonden. De verdachte heeft zich volstrekt onverschillig getoond ten aanzien van de veiligheid van anderen en het risico dat zijn handelen voor derden meebracht. Daar komt nog eens bij dat dergelijke schietincidenten aanzienlijke maatschappelijke onrust en gevoelens van onveiligheid in de samenleving teweegbrengen. Het Gerecht rekent het de verdachte aan dat hij heeft gehandeld zoals is bewezenverklaard.
Het Gerecht houdt ook rekening met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte.
De verdachte is, zo blijkt uit zijn strafkaart, op Sint Maarten niet eerder onherroepelijk veroordeeld voor een strafbaar feit.
Naar het oordeel van het Gerecht kan gelet op de ernst van het bewezenverklaarde niet worden volstaan met een andere of lichtere sanctie dan een straf die een onvoorwaardelijke vrijheidsbeneming met zich brengt.
Het Gerecht is, na dit een en ander te hebben afgewogen, tot de slotsom gekomen dat oplegging van een gevangenisstraf voor de duur van 12 jaren met aftrek van het voorarrest, zoals ook tussen de officier van justitie en de verdachte is overeengekomen, passend en geboden is. De verdachte zal daartoe dan ook worden veroordeeld.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
De op te leggen straf is, behalve op de reeds aangehaalde wettelijke voorschriften, gegrond op de artikelen 1:119, 1:120, 1:123 en 1:136 van het Wetboek van Strafrecht zoals deze luidden ten tijde van het bewezenverklaarde.

BESLISSING

Het Gerecht:
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte onder feit 1 ten laste is gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
verklaart wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte de onder 2, 3 en 4 ten laste gelegde feiten heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
kwalificeert het bewezenverklaarde als hiervoor omschreven;
verklaart het bewezenverklaarde strafbaar en de verdachte daarvoor strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de
12 (twaalf) jaren;
beveelt dat de tijd die door de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht.
Dit vonnis is gewezen door de rechter mr. R.M. van Vuure bijgestaan door mr. E.C.M. van der Valk (zittingsgriffier), en op 12 december 2025 in tegenwoordigheid van deze griffier uitgesproken ter openbare terechtzitting van het Gerecht in Sint Maarten.