Uitspraak
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN SINT MAARTEN
2. [dochter 2];
3. [dochter 1];
4. [zoon 1];
5. [dochter 3];
6. [zoon 3];
1.De procedure tot nu toe:
- het tussenvonnis van 27 mei 2025
- e-mail 9 juni 2025 van [R], [F] en [L]
- e-mail 19 juni 2025, + “response” [eiseres 2] en [eiseres 1]
- e-mail 1 juli 2025, van [E], ook namens haar moeder [moeder]
- e-mail 1 juli 2025 van [D]
- e-mail 2 juli 2025 van [J]
- de mondelinge behandeling op 4 juli 2025
- de aansluitende gerechtelijke plaatsopneming op 4 juli 2025.
2.De feiten waar het Gerecht van uit gaat
Uit ambtshalve onderzoek in de dossiers van de rechtbank is gebleken dat [zoon 1] zijn oudste zus [dochter 1] heeft gemachtigd om namens hem de erfenis te verwerpen. Dat is gebeurd op 1 december 1975 door een verklaring tegenover de griffier van het Hof van Justitie.
Met zijn broers en zusters had [zoon 1] echter afgesproken dat dat uitsluitend in verband met de echtscheiding was en dat zijn broers en zussen na afronding van de echtscheiding de verdeling van de nalatenschap zouden afwerken, alsof [zoon 1] nog ‘gewoon’ erfgenaam was. Het voorgaande is voldoende onderbouwd met stukken. In deze zaak is aan de orde een rechtvaardige verdeling tussen alle betrokken partijen. Daarom zal het Gerecht ervan uitgaan alsof [zoon 1] in 1968 samen met zijn zes broers en zussen erfde en de aanspraak op zijn erfdeel feitelijk niet heeft prijsgegeven.
Alle kinderen hadden dus recht op 1/7 deel van het perceel [nummer] in [wijk] (= 30/210).
Aan ieder kwam zodoende toe: 1/7 eigen deel + (1/6 x 1/7) = 35/210.
de drie dochters van [zoon 1]:
ieder 1/3 x 1/4 x 42/210 = 28/1680
de drie zoons van [zoon 3]:
ieder 1/3 x 1/4 x 42/210 = 28/1680
de zoon en drie dochters van [zoon 4]:
ieder 1/4 x 1/4 x 42/210 = 21/1680
de dochter van [zoon 2] ([eiseres 2]):
1/4 x 42/210 = 84/1680
erfgenamen [zoon 3]
- de woonplaats van partijen,
- de gebondenheid aan het eiland,
- de grootte van het desbetreffende deel,
- de plaats van dat gedeelte.
- [nummer] (deel [eiseres 1]) [aantal] m2
- [nummer] (deel [zoon 1]) [aantal] m2
- [nummer] (deel [dochter 2]) [aantal] m2
- [nummer] (??) [aantal] m2.
Die verdeling heeft plaatsgevonden bij notariële akte van [datum] tussen de toen nog levende broers en zussen.
In totaal een oppervlakte van [aantal] m2.
Het lijkt er dus op dat van het perceel [nummer] nog een oppervlakte van [aantal] m2 te verdelen is, volgens de in rov. 2.4 gemaakte berekening.
3.Beslissing
dinsdag 28 oktober 2025, om 9.00 uur;