Uitspraak
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN SINT MAARTEN
1.De zaak in het kort
2.Het verloop van de procedure
- het vonnis van 12 oktober 2021 in het door Liccom opgeworpen incident;
- de conclusie van antwoord van 9 november 2021;
- de conclusie van repliek van 8 februari 2022, tevens wijziging van eis;
- de conclusie van dupliek van 5 april 2022;
- het tussenvonnis van 17 mei 2022, waarbij een gerechtelijke plaatsopneming werd gelast;
- op 7 oktober 2022 ontvangen aanvullende stukken (producties 15 t/m 18) aan de zijde van Liccom;
- op 11 oktober 2022 ontvangen aanvullend stuk (17 bladzijden foto’s) aan de zijde van APS;
- de op 18 oktober 2022 gehouden gerechtelijke plaatsopneming (descente);
- de beslissing van de rolrechter tot verwijzing van de zaak naar de rol van 4 februari 2025;
- een e-mail van 21 januari 2025 van de zijde van APS, als reactie op de beslissing van de rolrechter;
- het vonnis van 4 februari 2025, waarbij een comparitie van partijen werd gelast;
- een e-mail van 26 maart 2025, met daarbij document 1 en document 2 van de zijde van APS;
- de gehouden comparitie van partijen op 27 maart 2025;
- het proces-verbaal van 27 maart 2025, houdende een vaststellingsovereenkomst tussen partijen;
- de mededeling van 16 april 2025 dat de aandeelhouders van Liccom geen goedkeuring hadden verleend aan de vaststellingsovereenkomst;
- de beslissing van 22 april 2025 van de rolrechter dat de zaak werd verwezen naar de rol van 27 mei 2025 voor akte aan de zijde van APS;
- de akte na comparitie aan de zijde van APS van 27 mei 2025;
- de antwoord-akte van 24 juni 2025 aan de zijde van Liccom.
Liccom heeft verklaard daarmee in te stemmen.
3.De feiten
In een bespreking van 23 oktober 2019 deelde COT vervolgens aan Liccom en APS mondeling mede wat de bevindingen waren, waarbij COT beide partijen gelegenheid gaf hierop te reageren.
Voor zover relevant, luidt dit rapport als volgt:
- Op en rond maaiveldniveau
- Rond uitwendige hoeken op aansluitingen naar het dak
- In inslagen (neggekanten)
- In de gevels
- In “klein’ pleisterwerk rond en naast (voor)deuren
- Rond verdiepingsvloeren
- Diktekanten van uitkragende balkonvloeren en luifels vertonen soms merkwaardige krommingen en bollingen.
- Stukwerkbaarden (=rauwe niet afgewerkte randen op uitwendige hoeken)
- Scheurvorming/ loszittende delen
- Niet afgewerkte dorpelranden
- Afwijkende structuren en bijgewerkte plekken
- Kit op stucwerk uitgesmeerd
- Niet gedekte delen
- Pleisterwerk niet doorgezet achter metalen korven (afscheiding tussen de town houses aan de achtergevels)
4.De vordering
(i) een vergoeding aan APS voor het niet herstellen van de gebreken in de gevelafwerking van het project, welke vergoeding minimaal gelijk zal zijn aan de naar objectieve maatstaven te bepalen kosten om een andere aannemer te vinden en op te dragen het onder (A) genoemde herstel in plaats van Liccom deugdelijk uit te voeren, nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet, althans nader op te maken danwel vast te stellen bij afzonderlijke gerechtelijke procedure, of
Partijen zijn voor de kwaliteit van de ondergrond (beton) NEN 6722:2002 (thans NEN-EN 13670) overeengekomen en voor de gevelafwerking zijn partijen overeengekomen dat deze tenminste dient te voldoen aan NPR 3924. APS stelt in de onderhavige procedure dat zowel de ondergrond (het beton) als de gevelafwerking niet voldoen aan deze NEN- normen.
primairveroordeling van Liccom tot herstel overeenkomstig het overeengekomen bindend advies.
Subsidiairverzoekt APS dat Liccom wordt veroordeeld tot betaling aan APS van een schadevergoeding wegens het niet-uitvoeren van het geboden herstel. De grondslag voor deze alternatieve vordering is art. 15 - 19 van de Algemene Voorwaarden, waarin een mechanisme is opgenomen dat voor niet (tijdig) hersteld gebrekkig werk een “equitable deduction” kan worden toegepast, maar ook dat APS bij niet-nakoming door Liccom in beginsel recht heeft op volledige schadevergoeding. APS meent daarmee dat voor de hoogte van die vergoeding, mocht daaraan worden toegekomen, aansluiting moet worden gezocht bij het bedrag dat APS naar objectieve maatstaven zou kosten een andere aannemer te vinden en op te dragen het herstel in plaats van Liccom deugdelijk uit te voeren. Nu APS naar alle waarschijnlijkheid geen andere aannemer op Sint Maarten zal kunnen vinden die het werk deugdelijk kan en wil uitvoeren. Om die reden zal APS op dit punt een verwijzing naar een schadestaatprocedure vorderen.
Op de standpunten van partijen zal het Gerecht hierna bij de beoordeling ingaan.
5.De beoordeling van het geschil
“(…) Mr. [G] of COT is asked to visit the Oryx residences housing project and inspect the plasterworks according to NPR3924 and conclude if the works are within tolerances and requirements, or not. These conclusions will be binding for both Liccom and APS, or APS will have to accept the works as is.In case NPR specifications are not met, Mr. [G] will be asked to advise how to remedy and improve the plasterworks in order to ensure compliance with NPR and meet the minimum tolerances and requirements stipulated therein. (…) As agreed upon, this is a mutual assignment that will be given to COT by Liccom and APS. (…)”
“(…) De omvang en mate van overschrijdingen van de vlakheidstoleranties, met daarnaast veelvuldig voorkomende plaatselijke onregelmatigheden en slordigheden, zijn van dien aard dat het niveau van de afwerking onmogelijk als voldoende kan worden beschouwd. De uitgevoerde pleisterwerkzaamheden aan de buitenzijden voldoen niet aan de in de NPR omschreven normen. (…)”Verder is in het bindend advies het standpunt van COT vermeld op welke wijze herstel van het door Liccom uitgevoerde werk kan plaatsvinden. Ook hierover hebben partijen het standpunt van COT gevraagd.”
Liccom stelt in haar conclusie van antwoord dat het rapport op “onaanvaardbare” wijze tot stand is gekomen, omdat het rapport geen goede weergave is van wat er tijdens het gesprek op 23 oktober 2019 tussen partijen is besproken.
Dat standpunt verwerpt het Gerecht, op grond van het volgende.
“did a thorough and comprehensive inspection of the in - and exterior plasterworks and noted per house-number every detail on lists and drawings.”
[G] reageerde daarop met: “Ja, ik denk dat ik die vragen zo niet ga oplossen. Ik kan wel zomaar wat roepen en begin maar opnieuw en zorg dat die hele gevel vlak is, maar dat zijn nogal draconische maatregelen die ik roep.”
Zoals hiervoor vermeld, zijn beide partijen bij het grondige en zorgvuldige onderzoek betrokken geweest en daar in de gelegenheid geweest om opmerkingen te maken.
Daarna is tijdens de bijeenkomst op 23 oktober 2019 door beide partijen uitvoerig met de onderzoeker overlegd en hebben beide partijen de mogelijkheid gehad om hun visie naar voren te brengen.
Hoewel gebruikelijk is dat een rapport eerst nog in concept naar beide partijen wordt gestuurd, hebben zij dat in dit geval in de opdracht aan COT niet opgenomen. Van schending van het recht van hoor en wederhoor is dus geen sprake.
Als deze werkzaamheden nu “drie keer zo duur zijn dan de overeengekomen werkzaamheden”, zoals Liccom stelt, heeft Liccom dat aan zichzelf te wijten.
De primaire vordering is daarom toewijsbaar.
APS heeft daarna opdracht gegeven aan Independent Consulting Engineers NV (ICE) om onderzoek te doen. Het Gerecht is van oordeel dat de kosten hiervan in redelijkheid niet kunnen worden beschouwd als kosten, gemaakt ter vaststelling van schade en aansprakelijkheid; die stonden immers na de rapporten van TBA en COT voldoende vast. De kosten van het ICE-onderzoek kunnen daarom niet worden doorberekend aan Liccom.
Cg 3.710,00 +
6.De beslissing
het geheel verwijderen van de bestaande afwerking, vervolgens de gevels te voorzien van een cementgebonden pleistersysteem, in meerdere lagen opgebouwd, waardoor een voldoende vlakke ondergrond ontstaat, waarna het geheel weer kan worden voorzien van de structuur/pleister;