ECLI:NL:OGEANA:2010:BL7601
Gerecht in Eerste Aanleg van de Nederlandse Antillen
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- F.J.P. Veenhof
- Rechtspraak.nl
Afwikkeling van een nalatenschap met meerdere erfgenamen en verzoek tot nietigheid van oproeping
In deze zaak, die werd behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van de Nederlandse Antillen, betreft het de afwikkeling van een nalatenschap waarbij zes erfgenamen betrokken zijn. De zaak is geregistreerd onder nummer AR44/2009 en de uitspraak vond plaats op 24 februari 2010. De eiser, aangeduid als [A.V.], heeft een verzoekschrift ingediend waarin zij de nietigheid van het exploot van oproeping op grond van artikel 93 Rv verzoekt. Dit verzoek heeft betrekking op vier van de zes erfgenamen, terwijl een tweede verzoekschrift (LJN BL7603) de resterende twee erfgenamen betreft. Het Gerecht heeft het beroep op nietigheid van de oproeping verworpen en de voeging van beide zaken afgewezen, maar heeft wel bevolen tot gelijktijdige behandeling van de zaken.
In de hoofdzaak heeft [A.V.] de erfgenamen verzocht om over te gaan tot de levering van drie percelen, met specifieke voorwaarden voor kavel 81 (1205). De erfgenamen hebben de nalatenschap beneficiair aanvaard en hebben aangevoerd dat [A.V.] ten onrechte de gezamenlijke erfgenamen heeft opgeroepen, terwijl zij slechts vier van de zes erfgenamen heeft genoemd. Het Gerecht heeft overwogen dat de vermelding van de erfgenamen in het verzoekschrift niet in strijd is met de wet, omdat de namen en woonplaatsen zijn vermeld. De kosten van het incident zijn tussen de partijen gecompenseerd, en de zaak is verwezen naar de rolzitting voor conclusie van repliek op 24 maart 2010.
De beslissing van het Gerecht houdt in dat het verzoek in incident I is afgewezen en dat de gezamenlijke behandeling van de zaken is bevolen. De kosten van het incident worden door iedere partij zelf gedragen. De zaak zal verder worden behandeld in de rolzitting, waarbij iedere verdere beslissing is aangehouden.