Uitspraak
Procesverloop
Overwegingen
Ingevolge artikel 11 geeft een koffiehuisvergunning de houder recht tot de verkoop in het klein van sterke drank, zowel voor gebruik ter plaatse, als voor gebruik elders en tot de verkoop van zwak-alcoholische of alcoholvrije drank en voor consumptie bestemd ijs of soortgelijk artikel voor gebruik ter plaatse.
Ingevolge artikel 17, eerste lid, geeft een restaurantvergunning A de houder recht tot de verkoop in het klein van alcoholvrije drank, voor consumptie bestemd ijs of soortgelijk artikel en spijzen die in een ter plaatse aanwezige keuken worden bereid, voor gebruik ter plaatse.
Ingevolge artikel 28, eerste lid, wordt de vergunning geweigerd:
a. t/m n. (…);
o. indien gegrond vermoeden bestaat dat de aanvrager niet de beschikking heeft over de lokaliteit, waarvoor de vergunning wordt gevraagd;
p. t/m r. (…).
Ten tijde van de aanvraag beschikte appellante derhalve over een precariovergunning. Ook heeft zij tijdig om verlenging van deze vergunning verzocht. Niet in geschil is dat appellante de precariovergunning en het verzoek om verlenging daarvan bij de aanvraag heeft overgelegd.
Onder deze omstandigheden heeft de minister zijn oordeel dat geen uitzicht bestaat dat voor het innemen van de desbetreffende domeingronden toestemming zal worden verleend, ontoereikend gemotiveerd.
Beslissing
gegrond;
gegrond;
vergoedt.
de griffier,
voor deze,