In deze zaak gaat het om een kort geding dat is aangespannen door [appellant], een politicus, tegen [geïntimeerde] en de eigenaar van het dagblad Solo di Pueblo, Solo. De aanleiding voor het geschil zijn publicaties in het dagblad waarin [appellant] wordt beschuldigd van corruptie en fraude met betrekking tot de gunning van een project aan Southwest Horeca Development N.V. De publicaties bevatten ernstige beschuldigingen en zijn gepubliceerd op 18 september 2014. [Appellant] heeft [geïntimeerde] gesommeerd om de publicaties te rectificeren, maar hier is geen gehoor aan gegeven. Het Gerecht in eerste aanleg van Aruba heeft de vorderingen van [appellant] afgewezen, omdat het niet aannemelijk was dat de publicaties onrechtmatig waren. [Appellant] is in hoger beroep gegaan.
Het Gemeenschappelijk Hof van Justitie heeft in zijn uitspraak van 16 juni 2015 geoordeeld dat de publicaties onrechtmatig zijn jegens [appellant]. Het Hof heeft vastgesteld dat er een voldoende spoedeisend belang is bij rectificatie, omdat de publicaties de eer en goede naam van [appellant] ernstig aantasten. Het Hof heeft de vorderingen van [appellant] toegewezen en [geïntimeerde] bevolen om binnen een week na betekening van het vonnis een rectificatie te plaatsen in het dagblad en op de website, met een dwangsom voor het geval van niet-naleving. De vorderingen tegen Solo zijn afgewezen, omdat het Hof oordeelde dat hij niet onrechtmatig had gehandeld door de artikelen te publiceren. De proceskosten zijn toegewezen aan [appellant] in de procedure tegen [geïntimeerde].