AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Poging tot doodslag en vuurwapenbezit in Curaçao
Op 10 november 2016 heeft het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba uitspraak gedaan in hoger beroep in de strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1996 in de Dominicaanse Republiek en wonende in Curaçao. De zaak betreft een schietincident dat plaatsvond op 17 augustus 2015, waarbij de verdachte met een vuurwapen op het slachtoffer [A] schoot. In eerste aanleg was de verdachte vrijgesproken van poging tot moord, maar veroordeeld tot een gevangenisstraf van 5 jaren voor poging tot doodslag en vuurwapenbezit. De procureur-generaal had gevorderd dat het vonnis zou worden bevestigd. Het Hof heeft het vonnis van de eerste aanleg vernietigd, maar kwam tot een andere bewijsvoering en oordeelde dat de verdachte wel degelijk schuldig was aan poging tot doodslag en vuurwapenbezit. Het Hof oordeelde dat de verdachte met opzet en met een vuurwapen schoten heeft gelost in de richting van het slachtoffer, wat een aanmerkelijke kans op de dood van het slachtoffer met zich meebracht. De verdachte werd vrijgesproken van de poging tot moord, omdat het bewijs tekortschiet voor voorbedachte raad. Het Hof legde de verdachte een gevangenisstraf van 5 jaren op, met aftrek van voorarrest, en oordeelde dat er geen feiten of omstandigheden waren die de strafbaarheid van de verdachte opheffen of uitsluiten.
Voetnoten
1.Hierna wordt, tenzij anders vermeld, telkens verwezen naar ambtsedige - en door de desbetreffende verbalisant(en) in wettelijke vorm opgemaakte - processen-verbaal en overige geschriften, opgenomen in het ongenummerde politiedossier van het Korps Politie Curaçao (Recherche Informatie Dienst), gekenmerkt de onderzoeksnaam “Monserat”.
2.Een niet van het onder voetnoot 1 bedoelde politiedossier deel uitmakend proces-verbaal, te weten het proces-verbaal naar aanleiding van een op 17 augustus 2015 plaatsgehad hebbende schietpartij te [adres 2] d.d. 13 april 2016, in de wettelijke vorm opgemaakt door verbalisant [verbalisant 1], inspecteur bij het Korps Politie Curaçao en als forensisch rechercheur werkzaam bij het Team Forensische Opsporing, pagina 1, 3, 7 tot en met 10.
3.Voormeld onder voetnoot 2 bedoelde proces-verbaal d.d. 13 april 2016, pagina 11.
4.Proces-verbaal van aangifte d.d. 19 augustus 2015.
5.Proces-verbaal van getuige d.d. 19 augustus 2015.
6.Een niet van het onder voetnoot 1 bedoelde politiedossier deel uitmakend proces-verbaal, te weten het proces-verbaal verhoor van getuige [B] d.d. 23 maart 2016, opgemaakt door rechter-commissaris mr. J.G.M. Kroeze.
7.Proces-verbaal van getuige d.d. 19 augustus 2015.
8.Proces-verbaal van 2e verhoor verdachte [de verdachte] d.d. 27 december 2015.
9.Verklaring van de verdachte ter terechtzitting in eerste aanleg van 8 juli 2016, zoals deze is weergegeven op pagina 3 van het van die terechtzitting opgemaakte proces-verbaal.
10.Verklaring van de verdachte ter terechtzitting in hoger beroep van 20 oktober 2016, zoals die eventueel later - indien tegen dit vonnis beroep in cassatie wordt ingesteld - in het proces-verbaal van die terechtzitting zal worden weergegeven.