In deze zaak gaat het om een hoger beroep dat is ingesteld door de man tegen een beschikking van het Gerecht in eerste aanleg van Aruba, waarin de echtscheiding tussen partijen is uitgesproken en de voorwaarden voor de zorg en alimentatie van de minderjarige kinderen zijn vastgesteld. De man, oorspronkelijk verweerder en thans appellant, heeft in zijn beroepschrift verzocht om kosteloos te mogen procederen en heeft geconcludeerd dat de bestreden beschikking vernietigd moet worden. Hij heeft ook verzocht om het ouderlijk gezag over de minderjarige [kind 1] aan hem toe te kennen en de bijdrage in de kosten van onderhoud van de minderjarigen op nihil te stellen of te matigen.
Tijdens de mondelinge behandeling op 20 februari 2018 zijn beide partijen verschenen, bijgestaan door hun gemachtigden. De man heeft bewijs van onvermogen overgelegd, waaruit blijkt dat hij niet in staat is om de proceskosten te dragen, en het Hof heeft hem toestemming verleend om kosteloos te procederen. De man heeft aangegeven dat hij enkel beroep heeft ingesteld tegen de echtscheiding om te voorkomen dat deze wordt ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand, en het Hof concludeert dat hij zich kan vinden in de echtscheiding.
Het Hof heeft vastgesteld dat de man geen ouderlijk gezag heeft over [kind 2] omdat uit DNA-onderzoek is gebleken dat hij niet de biologische vader is. Het gezamenlijk ouderlijk gezag over [kind 1] blijft gehandhaafd, omdat er geen onaanvaardbaar risico is dat het kind klem raakt tussen de ouders. De man is gehouden bij te dragen in de kosten van levensonderhoud van [kind 1], en het Hof heeft de bijdrage vastgesteld op Afl. 450,- per maand. De bestreden beschikking is vernietigd en het Hof heeft opnieuw recht gedaan, waarbij de echtscheiding is uitgesproken en de voorwaarden voor de zorg en alimentatie zijn vastgesteld.