Uitspraak
Zaaknummer: H 147/2018
Vonnis
[VERDACHTE],
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
60 (zestig) maanden;
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Op 8 november 2018 heeft het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao. De verdachte, geboren in 1994 en thans gedetineerd, was eerder veroordeeld tot een gevangenisstraf van 55 maanden voor het invoeren van cocaïne en hennep. De procureur-generaal vorderde in hoger beroep een straf van 60 maanden. Tijdens de zitting heeft het Hof kennisgenomen van de vordering van de procureur-generaal en de verdediging van de verdachte, die vrijspraak bepleitte. Het Hof bevestigde het vonnis van het Gerecht, maar verhoogde de straf naar 60 maanden, onder verwijzing naar de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn gepleegd. Het Hof oordeelde dat de verdachte op de hoogte was van de aanwezigheid van de verdovende middelen en dat hij samen met medeverdachten handelde. De beslissing om de straf te verhogen werd onderbouwd door de impact van de handel in verdovende middelen op de samenleving en de gezondheid van gebruikers. Het Hof vernietigde het vonnis van het Gerecht ten aanzien van de opgelegde straf en deed opnieuw recht, waarbij de tijd in voorlopige hechtenis in mindering werd gebracht op de gevangenisstraf.