Uitspraak
1.Het verloop van de procedure
2.De feiten
3.De procedure bij het Gerecht
4.De beoordeling
De slotsom
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van de man tegen een beschikking van het Gerecht in eerste aanleg van Aruba, waarin hij werd veroordeeld tot betaling van partneralimentatie aan de vrouw. De man heeft bezwaren geuit tegen de beschikking en verzocht deze te vernietigen. De mondelinge behandeling vond plaats op 5 september 2023, waarbij de man niet aanwezig was en de vrouw via videoverbinding deelnam. De vrouw heeft in haar verzoek om alimentatie aangevoerd dat zij de zorg voor hun pleegkind, dat gehandicapt is, niet kan combineren met betaalde arbeid. De man betwistte de behoefte aan alimentatie en stelde dat de vrouw in haar eigen levensonderhoud kan voorzien. Het Hof heeft overwogen dat de man onvoldoende bewijs heeft geleverd van zijn financiële situatie en dat de vrouw, ondanks haar zorg voor het pleegkind, recht heeft op een bijdrage in haar levensonderhoud. Het Hof heeft de alimentatie vastgesteld op AWG 600 per maand, met een einddatum van 1 april 2024, waarna de verplichting tot betaling op nihil wordt gesteld. De beschikking van het Gerecht is vernietigd en het verzoek van de vrouw is toegewezen, met de beslissing dat de alimentatie op termijn zal eindigen.