Uitspraak
1.[erfgenaam 1],
2.[erfgenaam 2],
[erfgenaam 3],
4.[erfgenaam 4],
5.[erfgenaam 5],
Het verdere verloop van de procedure
De verdere beoordeling
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak, die voor het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba is behandeld, betreft het een hoger beroep in een civiele procedure over de verdeling van nalatenschappen. De zaak is ontstaan na het overlijden van de ouders van de betrokken erfgenamen, waarbij de nalatenschappen van de vader en moeder op respectievelijk 11 mei 2002 en 2 oktober 2011 zijn vastgesteld. De erfgenamen, bestaande uit vijf partijen, hebben verschillende standpunten ingenomen over de verdeling van de nalatenschappen, waaronder certificaten van aandelen in een vennootschap en een woning. Het Hof heeft de partijen in de gelegenheid gesteld om zich uit te laten over vragen aan een te benoemen deskundige, die moet onderzoeken of er gelden zonder rechtsgrond aan de vennootschap zijn onttrokken en de waarde van de nalatenschappen moet vaststellen. De deskundige, drs. W. Blijleven, is benoemd om deze vragen te beantwoorden. Het Hof heeft de zaak verwezen naar de rolzitting voor verdere akten en houdt verdere beslissingen aan.