Uitspraak
TURNHAM N.V.,
CORDIAL N.V.,
1.De zaak in het kort
2.Het verloop van de procedure
3.De beoordeling
Court of Appealin Koeweit onder meer het volgende beslist over
terminationvan de 2010-overeenkomst (hierna: de Hof Koeweit-uitspraak):
‘upheld’(in stand gelaten) door het Hof van Cassatie van Koeweit.
Court of First Instancevan Koeweit bij tussenvonnis bepaald dat [appellant] en MHS op 24 april 2024 zullen worden bevraagd over de eis en de grondslag daarvan. [appellant] heeft toen zijn stellingen niet kunnen aanvullen met informatie uit de beslagen bescheiden en de beslagen bescheiden niet in het geding kunnen brengen, omdat hij daar niet over beschikte. Bij eindvonnis heeft de Court of First Instance de vordering van [appellant] afgewezen. [appellant] is in hoger beroep gegaan. In hoger beroep is een mondelinge behandeling gelast op 9 juni 2024. Bij e-mail van 17 april 2024 heeft de gemachtigde van [appellant] bericht dat er een uitsteloptie tot eind mei 2024 bestond voor het indienen van documenten in de procedure in Koeweit.
President of the Court of First Instance/Counseloraan de
Deputy of the Court/Judgebericht:
legal opinionswaarnaar Turnham c.s. in hoger beroep verwijzen ter bestrijding van dit oordeel (producties 2, 3, 6, 8 en 9) brengen het Hof niet tot een ander oordeel, te minder nu Turnham c.s. in dit kort geding die
legal opinionsniet hebben toegelicht met meer dan de stelling dat eruit zou blijken dat de beslagen bescheiden in Koeweit ‘helemaal niet relevant’ zijn. Het Hof onderschrijft ook het oordeel van het Gerecht dat de rechtsvordering van [appellant] in Koeweit niet op voorhand kansloos is. Ook hiertegen hebben Turnham c.s. en Intertrust onvoldoende ingebracht. Hierbij kan in het midden blijven of de rechtsfiguur waarop het oordeel van de Hof Koeweit-uitspraak gebaseerd is, meer lijkt op ontbinding dan op vernietiging, te meer nu de rechtsvordering van [appellant] in Koeweit niet alleen strekt tot ongedaanmaking, maar ook tot compensatie (schadevergoeding).